Terug
Gepubliceerd op 12/08/2019

2019_CBS_06482 - Omgevingsvergunning - OMV_2019070969. Frans Adriaenssensstraat 22. District Merksem - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 09/08/2019 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur
2019_CBS_06482 - Omgevingsvergunning - OMV_2019070969. Frans Adriaenssensstraat 22. District Merksem - Weigering 2019_CBS_06482 - Omgevingsvergunning - OMV_2019070969. Frans Adriaenssensstraat 22. District Merksem - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019070969

Gegevens van de aanvrager:

de heer Marc Kusters met als adres Frans Adriaenssensstraat 22 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Frans Adriaenssensstraat 22 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 40sectie C nrs. 126H10, 126M10 en 126Z8

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

afbreken van woning + bijgebouw en bouwen van eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          15 juni 1959: vergunning (103#6683) voor het bouwen werkplaats;

-          31 januari 1967: vergunning (1974#5423) voor nieuwbouw met showroom op het gelijkvloers.

 

Vergunde toestand

 

-          de vergunde eengezinswoning heeft een bruto-oppervlakte van ongeveer 123,87 m²;

-          showroom op de gelijkvloerse verdieping;

-          2 bouwlagen en een schuin dak;

-          Magazijn bestaande uit 1 bouwlaag met plat dak (ca. 3,82 m hoog).

 

Huidige toestand

 

-          woning bestaande uit 2 bouwlagen en een plat dak;

-          magazijn bestaande uit 1 bouwlaag met plat dak.

 

Gewenste toestand

 

-          slopen van de woning en het bijgebouw;

-          behoud magazijn;

-          nieuwbouw eengezinswoning met 1 slaapkamer;

-          3 bouwlagen met kelder/technische ruimte onder een plat dak.

Inhoud van de aanvraag

 

-          afbraak van woning met een bruto vloeroppervlakte van ongeveer 123,87 m²;

-          afbraak van het bijgebouw aan de rechterkant van de woning;

-          bouwen van eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van 391,8 m²;

-          voorzien van zonnepanelen op het dak.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

21 juni 2019

3 juli 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)


De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)


De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 25 Toegankelijkheid van de functie: er is geen vaste trap voorzien voor de verblijfsruimtes op de eerste en de tweede verdieping;
  • artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: er is geen autostalplaats/autoparkeerplaats voorzien.
     

Sectorale wetgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Het project valt niet onder bijlage III van het project-MER-besluit. Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De aanvraag betreft de afbraak van een woning met een bruto vloeroppervlakte van ca. 123,87 m². In de plaats komt een nieuwe eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van 391,8 m². Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Frans Adriaenssensstraat.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

Bij woonprojecten tot maximaal 5 wooneenheden: 1 staanplaats per wooneenheid. De werkelijke parkeerbehoefte van de aanvraag is 1.

 

De plannen voorzien in 0nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

Het plan voorziet niet in het aantal te realiseren plaatsen. Er dient te worden gezocht naar een oplossing op eigen terrein.

Voorliggende aanvraag heeft een perceelsbreedte van meer dan 8 m, namelijk 19,74 m. De werkelijke parkeerbehoefte kan dus volledig worden gerealiseerd op eigen terrein en inpandig.

 

Het project voldoet niet aan het POET principe.

 

De ruimte voor de inpandige parkeerplaats moet minimum 6 m diep en minimum 3 m breed zijn. Vermits het voorzien van een inpandige garage een dermate grote invloed heeft op het ontwerp, de inrichting en het gebruik van de gelijkvloerse verdieping, kan dit niet in voorwaarden worden opgenomen en moet de aanvraag worden geweigerd.

 

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

De aanvraag betreft de nieuwbouw van een eengezinswoning op 3 aangrenzende percelen. Op één perceel wordt de bestaande woning afgebroken, op een ander perceel de aanbouw. Op het derde perceel blijft het bestaande, dieper gelegen, magazijn behouden.

Het is vanuit stedenbouwkundig oogpunt wenselijk om dit magazijn af te breken en hier (groene) open ruimte aan te bieden naar de woning en de omgeving toe. Echter gebeurt dit niet.

Door het behoud van het magazijn (uitgesloten uit de aanvraag) is het ruimtegebruik niet optimaal. Er ontstaat een koker van ca. 2,6 m diep en ca. 9,6 m breed en ca. 3,8 m hoog tussen het magazijn en de nieuwe woning. Tevens bevindt zich de oprit en ingang van het magazijn aan de linkerzijde van de woning doorheen de open ruimte, waardoor deze ook nog eens versnipperd wordt.

Door het kokereffect, de vorm en het gebruik als toegang tot het magazijn is de aangeboden open ruimte allesbehalve kwaliteitsvol. Dit is stedenbouwkundig niet aanvaardbaar.

Het is aangewezen de open ruimte te verbreden, de vormgeving aan te passen en het gebruik te optimaliseren, waardoor de ruimtelijke kwaliteit van het geheel hier toeneemt. Vermits dit een dermate impact heeft op het ontwerp en mogelijks op het bestaande magazijn, dat geen deel uitmaakt van de aanvraag, kan dit niet met voorwaarden worden rechtgezet en moet de aanvraag worden geweigerd.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De gevels worden afgewerkt met witte gevelsteen en een lichtgrijze betonnen plint. Het buitenschrijnwerk bestaat uit wit aluminium. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

Het project voldoet niet aan de standaardvereisten voor de toegankelijkheid van de functies op de verdiepingen, wat strijdig is met de bouwcode. Er wordt immers geen vaste trap voorzien naar de verblijfsruimten op de eerste en de tweede verdieping, enkel een lift.

Zoals reeds vermeld is, wordt er nieuwe eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van 391,8 m² opgericht. Deze oppervlakte is voldoende om een groot gezin te herbergen, maar ook om een inpandige garage en een kwaliteitsvolle buitenruimte hiervoor te voorzien.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van strijdigheden met de bouwcode (niet voorzien van een inpandige autostaanplaats, niet toegankelijk zijn van de verdiepingen), het niet voldoen aan het POET principe en geen kwaliteitsvolle buitenruimte aan te bieden.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

30 mei 2019

Volledig- en ontvankelijk

21 juni 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

20 augustus 2019

Verslag GOA

1 augustus 2019

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.