Terug
Gepubliceerd op 27/09/2019

2019_CBS_07742 - Omgevingsvergunning - OMV_2019086318. Posthofbrug 4-8, 2600 Berchem-Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 27/09/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_07742 - Omgevingsvergunning - OMV_2019086318. Posthofbrug 4-8, 2600 Berchem-Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_07742 - Omgevingsvergunning - OMV_2019086318. Posthofbrug 4-8, 2600 Berchem-Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019086318

Gegevens van de aanvrager:

Kubel nv/Construction Link nv, Zwaanhofweg 10, 8900 Ieper

Gegevens van de exploitant:

Baloise Belgium nv, Posthofbrug 16 te 2600 Berchem-Antwerpen

Ligging van het project:

Posthofbrug 4-8, 2600 Berchem-Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 21 sectie A nrs. 160K2 en 160H2

Inrichtingsnummer:

20190226-0022 (The Link 2) en 20190226-0062 (The Link 1)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen. Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Voorwerp van de aanvraag:

wijzigen van kantoorgebouwen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          24/3/2017: vergunning (20163001) wijzigen van de gevel van een kantoorgebouw;

-          24/3/2017: vergunning (20162998) wijzigen van de gevel van een kantoorgebouw;

-          3/8/2012: vergunning (2011884) bouwen van een kantoorgebouw;

-          3/8/2012: vergunning (2011884) bouwen van een kantoorgebouw.

Vergunde toestand

-          2 vrijstaande kantoorgebouwen van 5 en 6 bouwlagen onder plat dak plus 2 ondergrondse bouwlagen.

Huidige toestand

-          2 vrijstaande kantoorgebouwen van 5 en 6 bouwlagen onder plat dak plus 2 ondergrondse bouwlagen.

Gewenste toestand

-          regularisatie van interne wijzigingen aan 2 vrijstaande kantoorgebouwen van 5 en 6 bouwlagen onder plat dak plus 2 ondergrondse bouwlagen.

 

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van interne wijzigingen aan 2 kantoorgebouwen;

-          ondergronds werden een aantal technische lokalen verplaatst en de indeling van de kernen gewijzigd;

-          op het gelijkvloers werden de inkomsassen aangepast aan de nieuwe, vergunde gevel;

-          de indeling van de bovengrondse kernen werd eveneens gewijzigd en de sanitaire blokken werden verplaatst;

-          de gevels, terrassen en groendaken bleven ongewijzigd;

-          het aantal voorziene parkeerplaatsen en fietsbergingen blijft ongewijzigd.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

De inrichtingen beschikken over een vergunning klasse 2 voor de exploitatie van kantoorgebouwen oorspronkelijk in 2016 verleend door het college aan Kubel nv (referentie MV2016/060/NR en MV2016/061/VS) en in maart 2019 overgenomen door Baloise Belgium (referentie OMV_2019025262). 

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de verandering van twee bestaande vergunningen voor de gebouwen Link 1 en Link 2, gelegen aan de Posthofbrug.

Aangevraagde rubrieken voor gebouw Link 1 (MV2016/060/NR):

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

2x 630 kVA vervangen door 1x 1.000 kVA

16.3.1.1

 

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

-82,8 kW

17.3.2.1.1.1.b

 

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

-3.550 kg

43.1.1.b

 

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

-240 kW


Aangevraagde rubrieken voor gebouw Link 2 (MV2016/061/VS):

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

12.1.1.1.b

 

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch schijnbaar vermogen van 150 kVA tot en met 200 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

-124 kVA

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA vervangen door 2x 800 kVA

16.3.1.2

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen - ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van meer dan 200 kW;

-374,6 kW

17.3.2.1.1.1.b

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

-3.500 kg

43.1.2.b

stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c).

-960 kW

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Extern advies

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

9 augustus 2019

6 september 2019

Voorwaardelijk gunstig

 

Intern advies

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

9 augustus 2019

13 augustus 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening. (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Posthofbrug, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 28 augustus 2003. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor kantoren, zone voor kantoren en zone voor openbare wegenis.

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) en bijzondere plannen van aanleg (BPA) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg Posthofbrug.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • Artikel 27: uit de plannen valt niet af te leiden of alle wijzigingen, handelingen en werken aan de ondergrondse parking voldoen aan de verordening Toegankelijkheid;
  • Artikel 28: uit de plannen valt niet af te leiden of de inrichtingselementen van de onthaalbalies voldoen aan de verordening Toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid – visueel-vormelijke elementen

Het volume en de schil van de gebouwen worden niet gewijzigd. De aanvraag blijft beperkt tot interne wijzigingen aan de technische lokalen en kernen van de twee kantoorgebouwen. Tussen het gelijkvloers en de eerste verdieping wordt een vide toegevoegd. Gelet op de schaal van de gebouwen zijn de voorgestelde wijzigingen eerder beperkt en aanvaardbaar op voorwaarde dat de roosters in niet-bebouwde ruimte enkel voorzien worden als RWA-afvoeren bij calamiteiten om het gebruiksgenot van deze niet-bebouwde ruimte én de zone voor openbare wegenis niet in het gedrang te brengen.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Volgens de plannen en de beschrijvende nota wijzigt het aantal autoparkeerplaatsen en fietsstalplaatsen niet. De kelderverdiepingen werden echter gewijzigd en de fietsstalplaatsen en autoparkeerplaatsen werden niet ingetekend op het plan van de nieuwe toestand. In voorwaarden wordt opgenomen het aantal te behouden en de gewijzigde plaatsen te voorzien conform artikel 29 en artikel 30 van de bouwcode.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

De beoogde verandering van de vergunningen is een gevolg van een actualisering van de vergunde toestand (as-built). Ondermeer omdat finaal door de bouwheer werd gekozen voor een meer performante gevelisolatie is de energiebehoefte van de gebouwen afgenomen waardoor de effectief geïnstalleerde vermogens van  verschillende installaties kleiner zijn dan oorspronkelijk vergund (stookinstallatie, airco). Enkele ingedeelde activiteiten vallen volledig weg (accumulatoren, generatoren) waardoor de vergunning voor Link1 de facto enkel nog meldingsplichtige activiteiten omvat, Link 2 blijft omwille van de verwarmingsinstallatie en de airco’s wel in klasse 2 ingedeeld.

 

Op het vlak van ingedeelde activiteiten is de impact van een kantoorgebouw eerder gering, deze impact zal door de afname van de geïnstalleerde vermogens nog licht afnemen, de gevraagde veranderingen worden dan ook gunstig geadviseerd.     

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de roosters in de niet-bebouwde ruimte te voorzien als RWA-afvoeren enkel te gebruiken bij calamiteiten;

3.      de ondergrondse parkings te voorzien conform artikel 27 van de verordening toegankelijkheid;

4.      de onthaalbalies te voorzien conform artikel 28 van de verordening toegankelijkheid;

5.      het aantal fietsstalplaatsen, voorzien in ‘The Link 1’ (35), niet te verkleinen en te voorzien op niveau -1 conform artikel 29 van de bouwcode;

6.      het aantal fietsstalplaatsen, voorzien in ‘The Link 2’ (35), niet te verkleinen en te voorzien op niveau -1 conform artikel 29 van de bouwcode;

7.      het aantal autoparkeerplaatsen, voorzien in ‘The Link 1’ (194), niet te verkleinen en te voorzien conform artikel 30 van de bouwcode;

8.      het aantal autoparkeerplaatsen, voorzien in ‘The Link 2’ (347, waarvan minimaal 28 voor personen met een handicap), niet te verkleinen en te voorzien conform artikel 30 van de bouwcode.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag wordt gunstig geadviseerd, de gevraagde veranderingen aan de vergunningen met referentie MV2016/060 en MV2016/061 kunnen worden toegestaan.

 

Geadviseerde rubrieken voor gebouw Link 1 (MV2016/060/NR):

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

2x 630 kVA vervangen door 1x 1.000 kVA

16.3.1.1

 

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

-82,8 kW

17.3.2.1.1.1.b

 

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

-3.550 kg

43.1.1.b

 

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

-240 kW


Geadviseerde rubrieken voor gebouw Link 2 (MV2016/061/VS):

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

12.1.1.1.b

 

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch schijnbaar vermogen van 150 kVA tot en met 200 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

-124 kVA

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA vervangen door 2x 800 kVA

16.3.1.2

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen - ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van meer dan 200 kW;

-374,6 kW

17.3.2.1.1.1.b

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

-3.500 kg

43.1.2.b

stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c).

-960 kW


Gecoördineerde rubrieken voor gebouw Link 1:

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2.a

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; 

16.500 m³/jaar

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA

16.3.1.1

 

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

187,2 kW

17.3.2.1.1.1.b

 

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

700 kg

43.1.1.b

 

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

360 kW


Gecoördineerde rubrieken voor gebouw Link 2:

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2.a

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; 

6.380 m³/jaar

12.1.1.1.b

 

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch schijnbaar vermogen van 150 kVA tot en met 200 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

176 kVA

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

2x 800 kVA

16.3.1.2

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen - ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van meer dan 200 kW;

325,4 kW

17.3.2.1.1.1.b

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

700 kg

43.1.2.b

stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c).

640 kW

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 juli 2019

Volledig- en ontvankelijk

9 augustus 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

7 oktober 2019

Verslag GOA

16 september 2019

naam GOA

Bieke Geypens en Wim Van Roosendael

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de roosters in de niet-bebouwde ruimte te voorzien als RWA-afvoeren enkel te gebruiken bij calamiteiten;

3.      de ondergrondse parkings te voorzien conform artikel 27 van de verordening toegankelijkheid;

4.      de onthaalbalies te voorzien conform artikel 28 van de verordening toegankelijkheid;

5.      het aantal fietsstalplaatsen, voorzien in ‘The Link 1’ (35), niet te verkleinen en te voorzien op niveau -1 conform artikel 29 van de bouwcode;

6.      het aantal fietsstalplaatsen, voorzien in ‘The Link 2’ (35), niet te verkleinen en te voorzien op niveau -1 conform artikel 29 van de bouwcode;

7.      het aantal autoparkeerplaatsen, voorzien in ‘The Link 1’ (194), niet te verkleinen en te voorzien conform artikel 30 van de bouwcode;

8.      het aantal autoparkeerplaatsen, voorzien in ‘The Link 2’ (347, waarvan minimaal 28 voor personen met een handicap), niet te verkleinen en te voorzien conform artikel 30 van de bouwcode.


Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubrieken voor gebouw Link 1:

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2.a

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

16.500 m³/jaar

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA

16.3.1.1

 

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

187,2 kW

17.3.2.1.1.1.b

 

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

700 kg

43.1.1.b

 

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

360 kW

 

De vergunning omvat thans volgende rubrieken voor gebouw Link 2:

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2.a

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

6.380 m³/jaar

12.1.1.1.b

 

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch schijnbaar vermogen van 150 kVA tot en met 200 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

176 kVA

12.2.1

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

2x 800 kVA

16.3.1.2

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen - ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van meer dan 200 kW;

325,4 kW

17.3.2.1.1.1.b

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

700 kg

43.1.2.b

stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c).

640 kW

 

Artikel 4

Het college beslist dat de veranderingen aan de vergunningen ingaan op 27 september 2019 en eindigen op 3 juni 2036, einddatum van de lopende vergunningen.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.