Het nieuwe concept van bijstandsnorm betekent een meeruitgave voor het OCMW die weliswaar volledig gesubsidieerd wordt door de programmatorische overheidsdienst maatschappelijke integratie.
De voorschotten op kinderbijslag worden volledig gerecupereerd via de bevoegde kinderbijslagfondsen en/of volledig gesubsidieerd door de programmatorische overheidsdienst maatschappelijke integratie.
De financiële gevolgen worden bepaald door de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de OCMW's. De financiële afhandeling gebeurt volledig door de computertoepassing e-Vita.
De uitgaven van het equivalent leefloon worden geboekt op: SUB_NR/INTERN/1900/4403015000/648200/1SHM070101A00000/1OA060900.
De subsidies worden ontvangen op: SUB_NR/INTERN/1900/4403015000/74053200/1SHM070101A00000/1OA060900.
Artikel 77 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurde op 14 december 2010 een nieuwe bijstandsnorm goed voor de sociale centra met ingang van 1 januari 2011.
Het uitgangspunt was:
Deze bijstandsnorm is samengesteld uit de basisbedragen Inkomensgarantie voor ouderen en kinderbijslag in de regeling van werknemers (basisbedragen).
Met ingang van 1 januari 2019 werd het decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid van kracht, wat betekent dat de huidige kinderbijslagregeling wordt hervormd en het een regionale bevoegdheid wordt. Een rechtstreeks gevolg hiervan is dat de de huidige samenstelling van de bijstandsnorm en de wijze waarop voorschotten op kinderbijslag worden berekend, herzien moet worden.
De reden om een nieuw concept van bijstandsnorm uit te werken is:
Aan de algemene toekenningsvoorwaarden en principes zoals goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 14 december 2010 wordt niks gewijzigd.
De bijstandsnorm wordt gebruikt om:
De nieuwe bijstandsnorm is van toepassing voor personen met wettelijke verblijfsdocumenten. Voor personen zonder wettelijke verblijfsdocumenten blijft de huidige basisnorm gelden.
1. Bijstandsnorm
Het uitgewerkte voorstel hanteert als basis de bedragen van de Inkomensgarantie voor ouderen (IGO), vanaf 3 personen wordt de bijstandsnorm verhoogd met een forfaitair bedrag van 303 euro per persoon. Dit bedrag wordt geïndexeerd bij overschrijding van de spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen.
De maandelijkse vaste kosten zoals huishuur en energie zijn verrekend in het basisbedrag voor 2 personen. Vanaf de derde persoon dient enkel leefgeld voorzien te worden. De forfaitaire vergoeding wordt gebruikt binnen de schuldhulpverlening als minimumbedrag dat men nodig heeft om van te leven (minimum leefgeld).
Omdat de kinderbijslag voorziet in de kosten van een kind worden de kinderbijslaggerechtigde kinderen niet meegeteld in het bepalen van het aantal personen van de groep.
Deze bijstandsnorm wordt gehanteerd voor alle klantsituaties ongeacht het verblijfsstatuut, dus ook voor het bepalen van het recht op dringende medisch hulp aan personen die illegaal op het grondgebied verblijven.
Deze bijstandsnorm betekent dat sommige klantsituaties meer financiële steun zullen ontvangen, die volledig gesubsidieerd wordt door de programmatorische overheidsdienst maatschappelijke integratie.
Bijstandsnorm | |||||
Aantal personen | Samenstelling | Bedrag oude bijstandsnorm | Aantal personen exclusief gerechtigden op kinderbijslag | Samenstelling | Bedrag nieuwe bijstandsnorm |
1 | IGO alleenstaande | 1118,36 | 1 | IGO alleenstaande | 1118,36 |
2 | IGO samenwonende x 2 | 1491,14 | 2 | IGO samenwonende x 2 | 1491,14 |
3 | IGO samenwonende x 2 + 1 KB | 1585,07 | 3 | IGO samenwonende x 2 + 303 | 1794,14 |
4 | IGO samenwonende x 2 + 2 KB | 1758,87 | 4 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 2) | 2097,14 |
5 | IGO samenwonende x 2 + 3 KB | 2018,36 | 5 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 3) | 2400,14 |
6 | IGO samenwonende x 2 + 4 KB | 2277,85 | 6 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 4) | 2703,14 |
7 | IGO samenwonende x 2 + 5 KB | 2537,34 | 7 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 5) | 3006,14 |
8 | IGO samenwonende x 2 + 6 KB | 2796,83 | 8 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 6) | 3309,14 |
9 | IGO samenwonende x 2 + 7 KB | 3056,32 | 9 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 7) | 3612,14 |
10 | IGO samenwonende x 2 + 8 KB | 3315,81 | 10 | IGO samenwonende x 2 + (303 x 8) | 3915,14 |
2. Voorschotten op kinderbijslag
Voor de kinderen die rechtgevend zijn op kinderbijslag vóór 31 december 2018, wordt het bedrag van het voorschot berekend volgens de vigerende wetgeving van 2018. De berekening gebeurt zoals momenteel beschreven in het vademecum.
Voor de kinderen die rechtgevend zijn op kinderbijslag vanaf 1 januari 2019, wordt het bedrag van het voorschot beperkt tot het basisbedrag zoals voorzien in het decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid. (art. 13)
Voorschot op kinderbijslag | |
Aantal kinderen | bedrag voorschot |
1 | 163,20 |
2 | 326,40 |
3 | 489,60 |
4 | 652,80 |
5 | 816,00 |
6 | 979,20 |
7 | 1142,40 |
8 | 1305,60 |
9 | 1468,80 |
10 | 1632,00 |
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt eenparig het volgende besluit goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de nieuwe bedragen van de bijstandsnorm goed vanaf 1 mei 2019.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de nieuwe berekeningswijze goed om een voorschot op kinderbijslag te bepalen.