Terug
Gepubliceerd op 09/09/2019

2019_CBS_07110 - Omgevingsvergunning - OMV_2019085614. Kruikstraat 18-24. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 06/09/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Nabilla Ait Daoud, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_07110 - Omgevingsvergunning - OMV_2019085614. Kruikstraat 18-24. District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_07110 - Omgevingsvergunning - OMV_2019085614. Kruikstraat 18-24. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019085614

Gegevens van de aanvrager:

Thomas Maria Verschuren met als adres Cuperusstraat 41 bus 2 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Kruikstraat 18-24 te 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 6sectie F nr. 1222A7

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

omvormen van twee wooneenheden naar twee kantoorruimten

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23 september 2005: vergunning (197#20040514) voor het verbouwen van een bestaand pand tot 7 appartementen, 3 commerciële ruimten en een parking voor 41 wagens.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          meergezinswoning met zeven wooneenheden en commercieel gelijkvloers (drie units);

-          achterliggende parking (zijde Korte van Ruusbroeckstraat) voor 41 wagens;

-          pand in gesloten bebouwing met vier bouwlagen en teruggetrokken daklaag onder plat dak;

-          grijs gekaleide gevel met buitenschrijnwerk in donker aluminium.

Huidige toestand

-          gewijzigde raamindeling teruggetrokken daklaag;

-          wit geschilderde gevel met buitenschrijnwerk in zwart aluminium.

Gewenste toestand

-          overeenkomstig huidige toestand met uitzondering van invulling eerste verdieping

-          eerste verdieping ingericht als kantoorruimte.

Inhoud van de aanvraag

-          functiewijziging van twee appartementen op de eerste verdieping tot twee kantoren met gedeelde vergaderzalen;

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          regulariseren van de huidige gevel;

-          de overige verdiepingen maken geen deel uit van de aanvraag. 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

15 juli 2019

29 juli 2019

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie

15 juli 2019

26 juli 2019

stadsontwikkeling/ mobiliteit

15 juli 2019

16 juli 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 22:
    Niet alle toegangsdeuren tot de kantoorruimten/vergaderzalen garanderen na afwerking een vrije en vlakke doorgangsbreedte van minstens 90 cm;
  • artikel 24:
    Niet elke deur tot de kantoorruimten/vergaderzalen heeft een vrije en vlakke draairuimte;
  • artikel 29/2:
    Er werd geen aangepast toilet voorzien conform de bepalingen van artikel 12, 30 (eerste lid) en 31 (inzonderheid 1° en 2°).

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
    De ruimtes benoemd als ‘videokamer’, ‘vergaderzaal 420’ en ‘vergaderzaal 442’ beschikken niet over een rechtstreekse toevoer van licht en lucht;
  • artikel 26 Afvalverzameling:
    Het is onduidelijk of er voor de kantoorfunctie een afgescheiden ruimte voor afvalberging voorzien wordt conform dit artikel;
  • artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:
    Er worden geen fietsstalplaatsen voorzien.

 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er is geen reden om het college te adviseren om af te wijken van de geldende voorschriften.

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat het omvormen van twee appartementen tot kantoorruimten, in een meergezinsgebouw met zeven woongelegenheden. Het betreft een kleinschalige kantoorontwikkeling buiten de strategische kantoorlocaties op een goed bereikbare locatie. De functie van het pand is in harmonie met de kenmerkende functies in de Kruikstraat. Er wordt geoordeeld dat de draagkracht van het pand noch van de omgeving met deze functiewijziging wordt overschreden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging. De toekomstige kantoorfunctie, gelegen in de stationsomgeving van Antwerpen-Berchem zal 427,1m² BVO omvatten. Met een parkeernorm van 0,8 voertuigen per 100m² bedraagt de parkeerbehoefte 3,4 voertuigen (afgerond 3).

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

Er worden geen nieuwe parkeerplaatsen voorzien.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Het bestaande project voorziet reeds in een parking voor 41 wagens.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3- 0=3.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds werd ontwikkeld in het verleden.

 

De oorspronkelijke functie was een woonfunctie bestaande uit 2 woningen met een oppervlakte groter dan 90m² elk. De parkeerbehoefte bedraagt hiervoor 1,35 plaatsen per woning (gezien het totale gebouw uit meer dan 5 woningen bestaat). Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds ontwikkeld werd bedraagt 2,7 (=3).

 

Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 3 parkeerplaatsen.

 Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3 – 3 = 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen

De fietsparkeerbehoefte voor een kantoorfunctie bedraagt 1,25 plaatsen per 100m² BVO. Voor dit project bedraagt de fietsparkeerbehoefte dus 5,3 (=5) fietsparkeerplaatsen.

Er worden geen fietsenstallingen voorzien. Om werknemers te stimuleren om met de fiets naar het werk te komen is het echter belangrijk dat er kwalitatieve fietsenstallingen aanwezig zijn. Daarom zal als voorwaarde voor de vergunning worden opgelegd dat er een fietsenstalling voor 5 fietsen moet voorzien worden in het gebouw of in de achterliggende parking, conform de inrichtingsprincipes van artikel 29 van de bouwcode.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De werken beperken zich binnen het bestaande en vergunde volume waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven. Er is geen negatieve impact voor de aanpalende panden.

 

Visueel-vormelijke elementen en Cultuurhistorische aspecten

De werken zijn gesitueerd in een zone die volgens het gewestplan werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De aanvraag omvat de regularisatie van de huidige gevelafwerking, met name wit geschilderd metselwerk met schrijnwerk in zwart aluminium. De lichte kleur van de gevel is gunstig te adviseren omwille van de stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de inpassing in het straatbeeld. De interne werken met betrekking tot de functiewijziging naar kantoorruimte hebben geen impact op het straatbeeld. Er worden immers geen raamopeningen gewijzigd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag wijkt af van artikel 22, 24 en 29/ van de verordening toegankelijkheid. In voorwaarde wordt opgelegd om de aanvraag conform te stellen aan vernoemde artikels

De aanvraag wijkt tevens af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

-          artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
De ruimtes benoemd als ‘videokamer’, ‘vergaderzaal 420’ en ‘vergaderzaal 442’ beschikken niet over een rechtstreekse toevoer van licht en lucht;
Bijgevolg wordt opgelegd als voorwaarde bij deze vergunning dat deze ruimten niet mogen worden gebruikt voor langdurig verblijf.

-          artikel 26 Afvalverzameling:
Het is onduidelijk of er voor de kantoorfunctie een afgescheiden ruimte voor afvalberging voorzien wordt conform dit artikel. Van dit voorschrift kan met betrekking tot een minimum aan comfort en hygiëne voor de gebruikers van de kantoorruimten, niet afgeweken worden. Bijgevolg wordt opgelegd als voorwaarde bij de vergunning dat er een afvalberging moet worden voorzien. Deze kan worden gedeeld met de bewoners van de appartementen in het pand;

Verder dient opgemerkt te worden dat de kantoorruimtes zijn ingericht met voldoende aandacht voor gebruiksgenot. Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag dan ook aan de goede ruimtelijke ordening.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de ruimtes die op de plannen van de eerste verdieping zijn benoemd als ‘videokamer’, ‘vergaderzaal 420’ en ‘vergaderzaal 442’ mogen niet worden gebruikt voor langdurig verblijf;

3.      er moet een afvalberging worden voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;

4.      alle toegangsdeuren tot de kantoorruimten/vergaderzalen moeten na afwerking een vrije en vlakke doorgangsbreedte van minstens 90 cm garanderen;

5.      voor en achter elke deur tot de kantoorruimten/vergaderzalen moet een vrije en vlakke draairuimte voorzien worden;

6.      er moet een aangepast toilet worden voorzien, conform de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid;

7.      er moeten 5 nuttige fietsstalplaatsen gerealiseerd worden, in het gebouw of op de achterliggende parking, conform artikel 29 van de bouwcode. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

4 juli 2019

Volledig- en ontvankelijk

15 juli 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

13 september 2019

Verslag GOA

30 augustus 2019

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.


Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de ruimtes die op de plannen van de eerste verdieping zijn benoemd als ‘videokamer’, ‘vergaderzaal 420’ en ‘vergaderzaal 442’ mogen niet worden gebruikt voor langdurig verblijf;

3.      er moet een afvalberging worden voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;

4.      alle toegangsdeuren tot de kantoorruimten/vergaderzalen moeten na afwerking een vrije en vlakke doorgangsbreedte van minstens 90 cm garanderen;

5.      voor en achter elke deur tot de kantoorruimten/vergaderzalen moet een vrije en vlakke draairuimte voorzien worden;

6.      er moet een aangepast toilet worden voorzien, conform de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid;

7.      er moeten 5 nuttige fietsstalplaatsen gerealiseerd worden, in het gebouw of op de achterliggende parking, conform artikel 29 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.


Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.