Terug
Gepubliceerd op 13/05/2019

2019_CBS_03848 - Omgevingsvergunning - OMV_2019023287. Snijdersstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 10/05/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_03848 - Omgevingsvergunning - OMV_2019023287. Snijdersstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_03848 - Omgevingsvergunning - OMV_2019023287. Snijdersstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019023287

Gegevens van de aanvrager:

de heer Muzaffer Bardakci met als contactadres Doornstraat 325 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Ligging van het project:

Snijdersstraat 5 te 2018 Antwerpen (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 11sectie L nr. 3807K

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          26/10/1907: vergunning (1907#1638) voor een “glazen afdak op koer.”

Laatst vergunde toestand

-          eengezinswoning met 2 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          de gevelbreedte meet 4,8m, de kroonlijsthoogte 8,5m en de nokhoogte 10,8m;

-          het hoofdvolume heeft een bouwdiepte van 8,7m. Er werd achteraan rechts een extra volume met 2 bouwlagen voorzien met een bouwdiepte van 6m, een –breedte van 2,9m en kroonlijsthoogte van 5,7m.

Bestaande toestand

-          de buitenruimte werd grotendeels overdekt, met uitzondering van een koer van 9,6m²;

-          de gevel werd lichtroze geschilderd. Het schrijnwerk werd vervangen door hout. De dakbedekking werd vervangen door zwarte dakpannen;

-          het schrijnwerk in de achtergevel werd vervangen door wit PVC.

 

Inhoud van de aanvraag

-          afbreken van de achterbouw. De nieuwe bouwdiepte op de gelijkvloerse verdieping meet 15,6m. De buitenruimte komt hierdoor op 11,7m²;

-          uitvoeren van structurele binnenwerken;

-          vervangen van een zadeldak naar een mansardedak;

-          de achtergevel wordt afgewerkt met wit crepi. Het schrijnwerk wordt voorzien in wit PVC. Het dak wordt bekleed met zwarte leien;

-          regulariseren van de bestaande voorgevel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

18 maart 2019

5 april 2019

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte:

Bij heropbouw dient de inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte in harmonie zijn met het referentiebeeld;

  • artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
    bij het schilderen van een voorgevel dienen elementen en decoraties die niet bedoeld waren om beschilderd te worden, zoals natuursteen of arduinen plinten en dorpels, onbeschilderd te blijven. Het veranderen van buitenschrijnwerk mag de historische beeldwaarde van de gevels niet verstoren door zijn materiaalgebruik, maatvoering en/of indeling. De plint en dorpels werden beschilderd. De kleurstelling van de voorgevel en het schrijnwerk zijn niet in lijn met de originele toestand en doen afbreuk aan de beeldwaarde;
  • artikel 27 Open ruimte:
    bij herbouw moet minimaal 20% van de oppervlakte van het perceel op het niveau van het maaiveld onbebouwd zijn. Na verbouwing is geen 20% van het perceel onbebouwd. Bovendien dient de tuin zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht te worden en als groene ruimte aangeplant te worden;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    zowel enkelvoudige als ontkoppelde scheidingsmuren zijn toegelaten onder de voorwaarde dat ze een brandweerstand van Rf 2 uur hebben en het gedeelte van de scheidingsmuren een opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. De nieuwe daken van de bovenverdieping en de gelijkvloerse aanbouw dienen te voldoen aan deze regels;
  • artikel 38 Groendaken:
    het is verplicht om nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als een groendak, indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 vierkante meter. De nieuwe daken van de bovenverdieping en de gelijkvloerse aanbouw hebben samen een oppervlakte van 47m² en dienen bijgevolg ingericht te worden als groendak.

 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag is strijdig met de bouwcode op artikel 11 aangezien de plint en dorpels werden beschilderd en de kleurstelling en het schrijnwerk niet in lijn zijn met de originele toestand en afbreuk doen aan de beeldkwaliteit van de straat.

Bij een herbouw dient minstens 20% op het niveau van het maaiveld buitenruimte zijn en dient de tuin zoveel mogelijk als onverharde en groene ruimte ingericht te worden. De aanvraag voorziet hierin niet en is daardoor strijdig met artikel 27. Minder verharde oppervlakte voorzien zou een kwalitatieve meerwaarde betekenen voor het bouwblok. Gezien het aantal afwijkingen op de bouwcode is een afwijking op de voorschriften niet aanvaardbaar. De achterbouw wordt uitgesloten in deze vergunning. Dit werd in rood aangeduid op de plannen in bijlage.

Het nieuwe dak is niet aangelegd als groendak waardoor de aanvraag strijdig met artikel 38 en de scheidingsmuren hebben geen minimale opstand 30 centimeter ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak en is daardoor strijdig met artikel 34. 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het bouwblok wordt aan de Brederodestraat gekenmerkt door aaneengesloten bebouwing bestaande uit drie bouwlagen met zadeldak. Daarachter bevinden zich onregelmatige en diepe achterbouwen. De schil aan de Snijdersstraat en de Balansstraat wordt gekenmerkt door aaneengesloten bebouwing bestaande uit twee bouwlagen onder zadeldak met daarachter achterbouwen en entresols over de helft van de perceelgrens bebouwd, met een diepte van hoofdzakelijk 12 meter.

De nieuwe bouwdiepte is voorzien op 15,49 meter. Het zadeldak wordt vervangen door een mansardedak en de achterbouw wordt gesloopt en heropgebouwd. In het onderdeel ‘afwijking van de voorschriften’ werd reeds beargumenteerd dat er onvoldoende open ruimte is voorzien. Hier moet aan toegevoegd worden de heropbouw van de achterbouw niet in harmonie is met het referentiebeeld aan de Snijdersstraat en de Balansstraat en daardoor strijdig is met artikel 10 van de bouwcode. De voorgestelde bouwdiepte niet in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening van de plaats en wordt uitgesloten in deze vergunning.

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is er geen bezwaar om het zadeldak te vervangen door een mansardedak.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

Aan de stedelijke dienst monumentenzorg werd advies gevraagd.

 

Inleiding

 

Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat de werken gesitueerd zijn in een zone die volgens het gewestplan, bijzondere plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde.  In CHE-gebied wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud.  Dit geldt zowel voor het exterieur als het interieur. 

 

Beoordeling

 

De aanvraag heeft betrekking op een laat 19de-eeuwse, vroeg 20ste lijstgevel van twee bouwlagen en twee traveeën onder zadeldak. De bossage op het gelijkvloers, de geriemde omlijstingen rondom de ramen en de doorlopende waterlijsten verwijzen naar de neoklassieke vormentaal. De voorgevel is roze geschilderd, het schrijnwerk is vervangen door houten schrijnwerk met gesloten bovenlichten.

Het complex in kwestie heeft een beeldondersteunende stadslandschappelijke waarde. Het behoort tot de authentieke bebouwing, nl typisch eind 19de-eeuwse burgerwoningen. Dezelfde vorm en structuur als moment van ontstaan zijn nog afleesbaar.

 

B. Afweging

 

Men wenst de bestaande achterbouw te slopen en te herbouwen, interne te wijzigen en de voorgevel te regulariseren en het zadeldak te vervangen door een pseudomansarde. 

De voorgestelde interne werken doen geen afbreuk aan de cultuurhistorische waarde van het pand. Deze wordt voornamelijk gedefinieerd door de beeldondersteunende voorgevel. Ook het mansardedak is aanvaardbaar gezien dit een geijkte dakvorm was voor dit type en stijl van gevel. Het is jammer dat er in de voorliggende aanvraag geen werk wordt gemaakt om het beeldondersteunend karakter van de voorgevel te versterken. Het schilderen van de gevel inclusief de kroonlijst in een witte kleurstelling, het wegnemen van de gesloten bovenlichten en het schilderen van het schrijnwerk zouden niet alleen een meerwaarde zijn voor het pand maar eveneens voor het straatbeeld.

Gezien de architecturale en esthetische waarde van de lijstgevel worden voorwaarden opgelegd mbt tot de voorgevel.

- Het schrijnwerk (ramen + voordeur) te schilderen.

- De voorgevel inclusief de kroonlijst in een witte kleur te schilderen, de blauwe hardstenen onderdelen uitgezonderd.

- De bovenlichten van het schrijnwerk op de eerste verdieping open te maken.

 

Advies

Gelet op de bovenstaande argumenten wordt over deze aanvraag een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht.

Dit advies wordt deels bijgetreden. Het beschilderen van de voorgevel in een lichtroze kleur vormt een aanvaardbare variatie van een ‘lichte kleurstelling’. Echter dienen de blauwe hardstenen onderdelen gevrijwaard te worden van enige beschildering. Het houten bruinkleurige schrijnwerk en de houten bruinkleurige kroonlijst zijn aanvaardbaar. De bovenlichten van het schrijnwerk op de eerste verdieping dienen wel opengemaakt te worden. Dit wordt in voorwaarde in deze vergunning opgenomen.

 

Functionele inpasbaarheid

De bestemming eengezinswoning blijft behouden en blijft functioneel inpasbaar in de omgeving.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      De bovenlichten van het schrijnwerk op de eerste verdieping open te maken.

2.      De blauwe hardstenen onderdelen te vrijwaren van beschildering;

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Uitsluitingen

De wijzigingen aan de achterbouw worden uitgesloten in deze vergunning. Dit werd aangeduid in rood op plannen:

-          BA_VERBOUWEN_P_N__00_NIEUWE PLANNIVEAU _00_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_P_N__01_NIEUWE PLANNIVEAU _01_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_P_N_D_NIEUWE DAKPLAN_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_S_N_AA__NIEUWE SNEDE AA_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_G_N_AG_NIEUWE ACHTERGEVELP_PLAN_IN_ROOD

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

24 februari 2019

Volledig- en ontvankelijk

18 maart 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

17 mei 2019

Verslag GOA

29 april 2019

naam GOA

Brenda Dierckx

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      De bovenlichten van het schrijnwerk op de eerste verdieping open te maken.

2.      De blauwe hardstenen onderdelen te vrijwaren van beschildering;

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Uitsluitingen

De wijzigingen aan de achterbouw worden uitgesloten in deze vergunning. Dit werd aangeduid in rood op plannen:

-          BA_VERBOUWEN_P_N__00_NIEUWE PLANNIVEAU _00_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_P_N__01_NIEUWE PLANNIVEAU _01_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_P_N_D_NIEUWE DAKPLAN_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_S_N_AA__NIEUWE SNEDE AA_PLAN_IN_ROOD

-          BA_VERBOUWEN_G_N_AG_NIEUWE ACHTERGEVELP_PLAN_IN_ROOD

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.