Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019049891 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV Cagima met als adres Frankrijklei 107 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Sint-Katelijnevest 30-32 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 3sectie C nr. 2293C |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
herbestemmen van een handelshuis met twee appartementen naar een gelijkvloerse horecarruimte met 4 appartementen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 23 september 1925: vergunning (1925#21756) voor binnenveranderingen;
- 25 september 1940: vergunning (18#13571) voor binnenveranderingen;
- beschermd als monument bij koninklijk besluit van 170/7/1981 (beschermingsbesluit) omschrijving: het hoekhuis Sint-Katelijnevest- Korte Nieuwstraat;
- 25 januari 2019: weigering (20183230) voor de herbestemming van een handelshuis.
Vergunde/vergund geachte toestand
- handelspand met een gelijkvloerse winkelruimte en bovenliggend twee appartementen;
- 3 bouwlagen onder een zadeldak met ter hoogte van de beeldengroep een grote opening en een gesloten straatwand (Zijde Korte Nieuwstraat)
Huidige toestand
- idem laatst vergunde toestand;
Gewenste toestand
- gelijkvloerse horecaruimte met bijhorende mezzanine en 4 bovenliggende appartementen:
- 3 bouwlagen onder een zadeldak met ter hoogte van de beeldengroep terrassen, gekoppeld aan het hoofdgebouw.
Inhoud van de aanvraag
- gelijkvloerse functiewijziging van winkel naar reca;
- wijzigen van het aantal woongelegenheden van 2 naar 4;
- voorzien van buitenruimtes onder de vorm van een terras;
- wijzigen van het buitenschrijnwerk naar origineel model.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
3 mei 2019 |
3 juni 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Onroerend Erfgoed |
3 mei 2019 |
24 mei 2019 |
Gunstig |
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn |
3 mei 2019 |
6 juni 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
3 mei 2019 |
4 mei 2019 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
3 mei 2019 |
16 mei 2019 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
3 mei 2019 |
10 mei 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
3 mei 2019 |
3 juni 2019 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor overdruk - detailhandel - dh en artikel 2: zone voor wonen - (wo2).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
het niveauverschil tussen binnen en buiten (ter hoogte van toegang recaruimte) bedraagt meer dan 2 cm en wordt niet met een helling overbrugd.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
de horecaruimte op de mezzanine heeft een hoogte van 2.08 meter, waar 2,60 m vereist is;
de raamopeningen van slaapkamer 3.1 en 4.1 hebben een lichtdoorlatende oppervlakte < 1 m². Bovendien bevinden de nieuwe dakvlakramen zich boven 2 meter van het vloerniveau;
de afvalberging voor de appartementen heeft een oppervlakte van 3 m² < 4m². Er is geen afvalberging voor de horecaruimte voorzien;
de werkelijke parkeerbehoefte van de aanvraag betreft 2 autostaanplaatsen. De gevel heeft een breedte < 8m en er werd geen garagepoort voorzien;
de plannen geven hierover geen informatie en kunnen niet afgetoetst worden aan dit voorschrift.
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De dorpel tussen binnen en buiten, ter hoogte van de toegang tot de recaruimte, bedraagt 8 cm en wordt niet met een helling overbrugd. Dit is strijdig met de Verordening Toegankelijkheid. Het pand is beschermd als monument. De wijzigingen die nodig zijn om aan de vereisten van Toegankelijkheid te voldoen, omvatten de aanpassing van de dorpel, de toegangsdeur en de vloerconstructie tussen kelder en gelijkvloers. Deze werken zouden een onaanvaardbare impact hebben op de erfgoedwaarde van het monument. Bovendien zouden deze wijzigingen niet in verhouding staan tot de geplande verbouwingswerken. Er wordt een afwijking toegestaan op basis van artikel 3 van de verordening Toegankelijkheid.
Het pand is geconcipieerd en vergund als winkelhuis. De commerciële ruimte heeft een totale vrije hoogte van 4,26m. Tegen de achterste perceelsgrens bevindt zich een mezzanine. De vrije hoogte onder en boven deze tussenverdieping bedraagt minder dan 2,60m en is dus niet in overeenstemming met de huidige voorschriften.. Het aanpassen van de vloerconstructie zou een onaanvaardbare impact hebben op de erfgoedwaarde van het pand. De ruimte heeft steeds een publieke en commerciële functie gekend. Het tekort aan hoogte onder de mezzanine wordt ruimschoots gecompenseerd door de dubbele hoogte in de vide en resulteert dus niet in een tekort aan verblijfskwaliteit. Op basis van artikel 3 van de bouwcode, wordt een afwijking toegestaan.
Functionele inpasbaarheid
Het pand is gelegen in afgebakend kernwinkelgebied Centrum Antwerpen (Sint-Katelijnevest). De mix van functies handel, reca en diensten wordt gunstig beoordeeld in deze kernen. De stedelijke dienst ondernemen en stadsmarketing verleent dan ook een gunstig advies met betrekking tot het herbestemmen van de winkelruimte naar een horecaruimte.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen .
Cfr. advies stedelijke dienst mobiliteit: De aanvraag betreft de verbouwing van een handelspand. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. Het bestaande handelspand met 2 bovenliggende appartementen wordt verbouwd tot reca op het gelijkvloers met 4 bovenliggende appartementen.
De functiewijziging van het gelijkvloers van handel naar reca is gelijkaardig. Hiervoor moeten geen bijkomende parkeerplaatsen voorzien worden.
De bovenliggende 2 appartementen worden verbouwd naar 4 appartementen. Dit is een uitbreiding met 2 wooneenheden.
Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1/woning.
De werkelijke parkeerbehoefte is 2 (2 x 1 = 2)
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen .
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. ‘De voorliggende aanvraag heeft betrekking op een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en beschermd is als monument. Indien de werkelijke parkeerbehoefte op het perceel moet gerealiseerd worden, zou de erfgoedwaarde van het gebouw teniet worden gedaan. Daarom mogen geen parkeerplaatsen voorzien worden.’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 2 plaatsen.
|
Visueel-vormelijke elementen - Cultuurhistorische aspecten
Gezien de ligging van de aanvraag in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde en palend aan een beschermd monument, de status van in de aanvraag betrokken constructies als beschermd monument en de opname van in de aanvraag betrokken constructies in de Inventaris van het cultuurbezit in België, moet de impact van de aanvraag op de erfgoedwaarde van de in de aanvraag betrokken constructies en de omgeving beoordeeld worden en staat de wenselijkheid van behoud voorop. Dit geldt zowel voor het exterieur als het interieur.
Voorliggend dossier wordt gunstig geadviseerd door de stedelijke dienst monumentenzorg en het agentschap Onroerend Erfgoed. De wijzigingen zijn bouwhistorisch en restauratietechnisch voldoende onderbouwd, beogen een duurzame instandhouding en versterken de aanwezig erfgoedelementen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Een eerste bouwdossier werd ingediend in november 2018 onder dossiernummer OMV_2018134149 .
Niettegenstaande de appartementen in die aanvraag niet in overeenstemming waren met de te hanteren oppervlaktenormen, werden vanuit stedenbouwkundig oogpunt geen knelpunten vastgesteld.
Het college besliste op 25/01/2019 om het dossier te weigeren uitsluitend omwille van een ongunstig advies inzake erfgoed.
De aanvrager paste het ontwerp aan aan de opmerkingen van het agentschap (gevels en terrassen) en voegde een uitgebreid CHE-rapport en een beschrijving van de restauratiewerken toe aan huidig dossier.
Het ontwerp werd ditmaal wel gunstig beoordeeld vanuit erfgoed.
Voorliggende aanvraag omvat geen wijzigingen aan de appartementen; het aantal appartementen, de oppervlakte en de inrichting van de woningen zijn identiek aan die van de aanvraag uit 2018.
De aanpassingen in dit dossier hebben dus geen impact op de woningmorfolgie en moeten alleen afgetoetst worden vanuit oogpunt erfgoed.
Het is niet behoorlijk om daarom nieuwe toetsingsgronden of een inhoudelijk afwijkende beoordeling inzake de woningtypologie toe te voegen aan het dossier.
De mix van woningtypolgieën, de introductie van een ruime buitenruimte per woning, de nauwkeurige herwaardering van de historische elementen, de ruime fietsenberging en bergruimtes in de kelder en de kwalitatieve ontsluiting van de bovenliggende verdiepingen, maken van dit pand een mooi voorbeeld van een kwalitatief, historische woonproject in een belangrijk kernwinkelgebied van de binnenstad.
Mits voldaan aan de gestelde voorwaarden, voldoet de aanvraag dan ook aan de actuele eisen inzake veiligheid en woonkwaliteit.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de dakvlakvensters van slaapkamer 3.1 en 4.1 dienen uitgevoerd te worden conform artikel 24 van de bouwcode;
3. een afvalberging dient voorzien te worden voor de woningen en de recaruimte, conform artikel 26 van de bouwcode;
4. de bepalingen van artikel 44 van de bouwcode (Vetafscheiders en olieafscheiders) moeten nageleefd worden;
5. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Standpunt college
Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Gelet op de Beleidsmatig gewenste ontwikkeling (BGO): woninggrootte, woonmix en bescherming eengezinswoningen, goedgekeurd op de gemeenteraad van 24 juni 2019, moet een éénslaapkamerappartement 60m² NVO bedragen, en een drie-slaapkamerappartement 110m².
App. 1 heeft een NVO van 105m², met drie slaapkamers. Echter volgens deze BGO, §2 kan ook een afwijking worden toegestaan omwille van contextuele kenmerken.
App. 1 neemt de maximale oppervlakte in van één bouwlaag in dit bestaande waardevolle historische pand. Een afwijking is mogelijk.
App. 3 (duplex) heeft een NVO van 55m², met één slaapkamer. Dit kan hoogstens een studio herbergen. Echter volgens deze BGO, §2 kan ook een afwijking worden toegestaan omwille van contextuele kenmerken. Gezien de slaapkamer en badkamer zich op een ander niveau bevinden, geeft een studio de facto dezelfde planindeling en ruimtelijkheid. Een afwijking is mogelijk.
App. 4 heeft een NVO van 54m², met één slaapkamer. Dit kan hoogstens een studio herbergen. Een studio is een kleine zelfstandige woning bestaande uit één verblijfsruimte, meestal bedoeld voor één persoon. De ene verblijfsruimte van de woning doet dienst als woon- en slaapkamer.
Echter volgens deze BGO, §2 kan ook een afwijking worden toegestaan omwille van contextuele kenmerken.
Gezien:
is een afwijking mogelijk.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
12 april 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
3 mei 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
2 juli 2019 |
Verslag GOA |
13 juni 2019 |
naam GOA |
Helia Dezhpoor |
Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de dakvlakvensters van slaapkamer 3.1 en 4.1 dienen uitgevoerd te worden conform artikel 24 van de bouwcode;
3. een afvalberging dient voorzien te worden voor de woningen en de recaruimte, conform artikel 26 van de bouwcode;
4. de bepalingen van artikel 44 van de bouwcode (Vetafscheiders en olieafscheiders) moeten nageleefd worden;
5. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.