Terug

2019_DCWI_00022 - Binnengemeentelijke decentralisatie - Vraag aan het college (toekomst project Wijkwerking op maat) - Goedkeuring

districtscollege Wilrijk
ma 28/01/2019 - 18:15 collegezaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Kristof Bossuyt, districtsburgemeester; Linda Verlinden, districtsschepen; Hans Ides, districtsschepen; Werner Theuns, districtsschepen; Robert Moens, districtsschepen; Bart Vrints, districtssecretaris

Afwezig

Danny Raets, waarnemend districtssecretaris

Secretaris

Bart Vrints, districtssecretaris

Voorzitter

Kristof Bossuyt, districtsburgemeester
2019_DCWI_00022 - Binnengemeentelijke decentralisatie - Vraag aan het college (toekomst project Wijkwerking op maat) - Goedkeuring 2019_DCWI_00022 - Binnengemeentelijke decentralisatie - Vraag aan het college (toekomst project Wijkwerking op maat) - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Het project Wijkwerking op maat werd in december 2018 stopgezet. In Wilrijk was dit project actief in de wijk Oosterveld/Elsdonk. Via Wijkwerking op maat werd daar een grote groep mensen samengebracht die aan de kar willen blijven trekken om hun wijk te verbeteren.

Argumentatie

In het Ontwerp van Bestuursakkoord Wilrijk 2019-2024 zijn onder meer volgende actiepunten opgenomen:

  • “Wijken, buurtbewoners en verenigingen vormen het kloppende hart van Wilrijk. Hun inzet ondersteunen is ook een van de basistaken van ons district” (1. Inleiding, punt 4);
  • “Het pilootproject met wijkmanagers in de wijk Oosterveld blijkt succesvol. We willen onderzoeken om dit ook in andere wijken in te voeren” (16. Veiligheid).

Het districtscollege wil daarom graag in een vervolg op Wijkwerking op maat voorzien. Het districtscollege heeft vastgesteld dat ook in het bestuursakkoord van de stad wijkwerking niet vergeten is:

  • “De stad breidt de wijkwerking op maat verder uit en betrekt daarbij alle Antwerpenaren” (Inleiding);
  • “De stad trekt het principe van wijkwerking op maat door en werkt goed samen met de districten” (Inleiding);
  • “We voeren Stadsmariniers in die net als in Rotterdam veiligheidsproblemen en veiligheidsrisico’s opsporen en oplossen. De stadsmariniers hebben de bevoegdheid en de middelen om oplossingen door te duwen. Zij brengen mensen en diensten samen om leefbaarheids- en veiligheidsproblemen structureel op te lossen. Ze worden rechtstreeks aangestuurd door de burgemeester. Wie “nee” zegt tegen de stadsmarinier, zegt “nee” tegen de burgemeester” (punt 124);
  • “De Stadsmariniers werken zoveel mogelijk op locatie, ze zijn aanspreekbaar voor bewoners en handelaars, ze kennen de buurt door en door en ze staan in nauw contact met het districtsbestuur” (punt 125);
  • “De eerste Stadsmariniers komen in de wijken waar Area2020 en de wijkwerking op maat verder worden uitgerold. Wanneer hun aanpak vruchten afwerpt, komen ook andere wijken in aanmerking” (punt 126).

Het district Wilrijk en de stad Antwerpen zitten dus op dezelfde lijn wat de belangstelling voor wijkwerking betreft. Het districtscollege wil daarom met het college van burgemeester en schepenen bekijken hoe het positieve van dit project kan worden verdergezet. Concreet stelt zich de vraag welke middelen en personeelsinzet het district hierin van de stad kan verwachten.

Juridische grond

  • artikel 138 van het Decreet Lokaal Bestuur over de algemene adviesbevoegdheid van de districtsraden;
  • collegebesluit van 16 september 2016 (jaarnummer 7985) over de procedure brieven en adviezen;
  • artikel 75 van het basisreglement Bestuurlijke Organisatie Stad Antwerpen (BOSA) goedgekeurd op de gemeenteraad van 27 januari 2014 (jaarnummer 42) over de antwoordtermijn adviezen.

Besluit

Het districtscollege wilrijk beslist:

Artikel 1

Het districtscollege wil voorzien in een vervolg op het onlangs beëindigde project Wijkwerking op maat en wil daarom met het college van burgemeester en schepenen in overleg treden over de manier waarop het positieve van dit project kan worden verdergezet. Concreet wil het districtscollege graag vernemen welke middelen en welke personeelsinzet het in deze zaak van de stad kan verwachten.

Artikel 2

Het districtscollege geeft opdracht aan het districtssecretariaat om deze vraag over te maken aan Bestuurszaken voor toewijzing aan de bevoegde vakschepen.

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.

Bijlagen