Terug

2019_VB_00008 - Delegatie - Aanstellings, ontslag- en tuchtbevoegdheid - Goedkeuring

Vast Bureau
vr 11/01/2019 - 10:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_VB_00008 - Delegatie - Aanstellings, ontslag- en tuchtbevoegdheid - Goedkeuring 2019_VB_00008 - Delegatie - Aanstellings, ontslag- en tuchtbevoegdheid - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

Regelgeving: bevoegdheid

Artikel 85 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat het vast bureau de bevoegdheid tot aanstellen, ontslag en tucht van personeelsleden kan delegeren aan de algemeen directeur.

Argumentatie

Door de inwerkingtreding van artikel 84 en 85 van het Decreet Lokaal Bestuur op 1 januari 2019 is niet langer de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd voor aanstellingen, ontslagen  en tucht van OCMW-personeelsleden, maar het vast bureau.

Het delegatiebesluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 24 maart 2016 (jaarnummer 329) vervalt daardoor.

Het vast bureau wil deze bevoegdheid delegeren aan de algemeen directeur, zodat dezelfde werkwijze als voorheen wordt verder gezet en eenzelfde werkwijze voor aanstelling, tucht en ontslag als voor stadspersoneel wordt toegepast.

Juridische grond

Artikel 84 §3, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat het vast bureau bevoegd is voor aanstelling, ontslag en tucht van personeelsleden.

Aanleiding en context

Volgens artikel 84, §3, 2° van het decreet lokaal bestuur is het vast bureau bevoegd voor het aanstellen en het ontslaan van het personeel van het OCMW, alsook de sanctie- en tuchtbevoegdheid ten aanzien van dit personeel, onder voorbehoud van de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 78, tweede lid, 7° van het decreet lokaal bestuur.

Volgens artikel 85 van het decreet lokaal bestuur kan deze bevoegdheid gedelegeerd worden aan de algemeen directeur.

Momenteel wordt de aanstellings-, ontslag- en tuchtbevoegdheid ook door de algemeen directeur uitgeoefend. Deze werd op 24 maart 2016 (jaarnummer 329) door de raad voor maatschappelijk welzijn aan de secretaris gedelegeerd.
Op 27 juli 2018 (jaarnummer 6983) stelde het college de stadssecretaris aan als algemeen directeur met opname van alle decretale taken van algemeen directeur van de gemeente en het OCMW.

Voor het personeel van de stad Antwerpen wordt de aanstellings-, ontslag- en tuchtbevoegdheid ook door de algemeen directeur uitgeoefend.

Besluit

Het vast bureau beslist:

Artikel 1

Het vast bureau beslist om met ingang van 11 januari 2019 de aanstellings-, ontslag- en tuchtbevoegdheid voor het OCMW-personeel te delegeren naar de algemeen directeur.

Artikel 2

Het vast bureau beslist dat op de personeelsleden waarvoor een bijzonder statuut of een bijzondere regeling geldt, de bepalingen van dit besluit slechts van toepassing zijn voor zover ze daarmee niet in strijd zijn.

Artikel 3

Het vast bureau beslist dat onder aanstellingsbevoegdheid van het OCMW-personeel onder andere wordt begrepen:

  • alle voorbereidende handelingen die leiden tot aanstelling, benoeming of bevordering (bijvoorbeeld openverklaring, samenstelling selectiejury, bepalen van de procedure…);
  • beslissingen tot benoeming van statutair personeel;
  • beslissingen tot aanstelling van contractueel personeel;
  • beslissingen tot bevordering;
  • beslissingen tot heraanstellingen in het kader van een interne mobiliteitsprocedure;
  • beslissingen tot ambtshalve herplaatsing;
  • beslissingen tot toekenning van de waarneming van een hogere functie;
  • beslissingen tot het in disponibiliteit stellen van het statutaire personeel.

Artikel 4

Het vast bureau beslist dat onder ontslagbevoegdheid van het OCMW-personeel onder andere wordt begrepen: beslissingen tot verlies van hoedanigheid van statutair ambtenaar of vaststellingen van definitieve ambtsneerlegging, volgens de gronden die zijn bepaald in de rechtspositieregeling.

Een einde stellen aan het dienstverband van een contractueel personeelslid wanneer:

  • de verbintenis teniet gaat volgens de algemene wijzen;
  • door afloop van de termijn;
  • door voltooiing van het werk, waarvoor de overeenkomst werd gesloten;
  • door de wil van één der partijen, wanneer de overeenkomst voor onbepaalde tijd werd gesloten, of ingeval een dringende reden tot beëindiging voorhanden is. Het arbeidsreglement bepaalt welke feiten voor contractuele personeelsleden beschouwd kunnen worden als een dringende reden.

Beslissingen omtrent de opzegtermijn of verbrekingsvergoeding na afdanking voor statutair en contractueel personeel.

Artikel 5

Het vast bureau beslist dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het vast bureau over de uitoefening van de gedelegeerde bevoegdheden.

Artikel 6

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.