Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019122876 |
Gegevens van de aanvrager: |
AUTOGEMB AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF VOOR VASTGOEDBEHEER EN STADSPROJECTEN - VESPA met als adres Paradeplein 25 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Grote Markt 29 te 2000 Antwerpen (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 1sectie A nr. 1295B |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een beschermd monument tot café-restaurant en 3 appartementen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 24/01/1996: vergunning (556#35) voor het uitvoeren van een voorgevelverandering;
- 11/05/1951: vergunning (18#28061) ingangspoort wijzigen;
- 05/04/1946: vergunning (18#20670) gevel bezetting vernieuwen;
- 06/01/1932: vergunning (1931#40874) gevel- en binnenveranderingen;
- 29/03/2019: vaststelling (ID 4046) als bouwkundig erfgoed ‘Blijdenborch’;
- 02/09/1976: aanduiding (ID 4046) als beschermd monument ‘Blijdenborch’ ingangsomlijsting.
Vergunde/vergund geachte toestand
- in 1932 werd een vergunning verleend voor een gelijkvloerse winkel met woning en een aantal bovenliggende kamerwoningen;
- het pand werd in 1989 zonder vergunning gesloopt met behoud van kelder en poortomlijsting en heropgebouwd. Het werd toen ingericht met een recazaak, een kantoorruimte en 1 eengezinswoning.
Huidige toestand
- gerenoveerd monument, ingericht met een café-restaurant en 3 bovenliggende appartementen.
Gewenste toestand
- verbouwen van een monument tot café-restaurant en 3 appartementen;
- de reca-functie blijft behouden op het gelijkvloers en de eerste verdieping;
- achteraan wordt een deel van het gelijkvloers afgebroken en als onbetreedbaar groendak met koepels aangelegd boven de kelderkeuken;
- de bouwdiepte wordt op de eerste verdieping verlengd tot ca. 19,3 m diep en de rechter scheimuur wordt achteraan ter hoogte van de derde verdieping verhoogd;
- bovenliggend worden 3 wooneenheden ingericht met elk een eigen buitenruimte;
- de reca-zaak krijgt een aparte inkom en wordt voorzien van een nieuwe, glazen plint met buitenschrijnwerk in zwart gemoffeld aluminium, met behoud van de beschermde poortomlijsting;
- met betrekking tot de oppervlakte van de aangevraagde zelfstandige woningen zijn volgende gegevens beschikbaar:
Inhoud van de aanvraag
- verbouwen van een monument tot café-restaurant en 3 appartementen;
- de reca-functie blijft behouden op het gelijkvloers en de eerste verdieping;
- bovenliggend worden 3 wooneenheden ingericht met elk een eigen buitenruimte.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
14 november 2019 |
4 december 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator |
14 november 2019 |
18 november 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Onroerend Erfgoed |
14 november 2019 |
19 december 2019 |
Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
14 november 2019 |
28 november 2019 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
14 november 2019 |
20 november 2019 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
14 november 2019 |
21 november 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie |
14 november 2019 |
5 december 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
14 november 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund |
14 november 2019 |
9 december 2019 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 1: zone voor wonen - (wo1) en artikel 8: zone voor publiek domein - (pu).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de bedrijfseenheid ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling:
“De aanvraag voorziet in de renovatie van een bestaand geklasseerd pand met een reca gelijkvloers en 3 bovenliggende woningen.
De locatie is gelegen binnen de strategische horecakern historisch centrum zoals voorzien in de beleidsnota horeca en in het prioritair kernwinkelgebied centrum Antwerpen.
Vanuit deze visie is de site te verantwoorden.
Daar het echter gaat over een reca invulling moet er echter rekening gehouden worden dat voor de exploitatie ook een horecavergunning vereist zal zijn EN dat er zeker aandacht moet zijn dat er geen geluids- of geuroverlast gecreëerd wordt voor de bovenliggende woonentiteiten.
Daarom wordt voor het dossier een voorwaardelijk gunstig advies gegeven.”
De voorwaarden geformuleerd in dit advies zullen als voorwaarden bij de stedenbouwkundige vergunning worden opgelegd.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. In de nieuwe toestand is er een recazaak op -1, het gelijkvloers en 1ste verdiep. Voor horeca in het centrum van de stad moeten geen eigen parkeerplaatsen voorzien worden. Bezoekers gaan naar verschillende winkels en andere handelszaken en kunnen parkeren in rotatieparkings in de omgeving. Op de bovenliggende verdiepingen worden 3 appartementen voorzien. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 3 (3 x 1 = 3).
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
De voorliggende aanvraag heeft betrekking op een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed of ligt in een beschermd stad- en dorpsgezicht. Indien de werkelijke parkeerbehoefte op het perceel moet gerealiseerd worden, zou de erfgoedwaarde van het gebouw teniet worden gedaan. Daarom mogen geen parkeerplaatsen voorzien worden.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3 – 0 = 3. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 3 parkeerplaatsen. In de laatst vergunde toestand is er een handelsgelijkvloers, 1 woning en 10 kamerwoningen. De parkeerbehoefte van het handelsgelijkvloers is 0. 1 woning : parkeerbehoefte = 1. 10 kamerwoningen : 10 x 0.15 = 1.5 = 2. Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 3. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3 – 3 = 0.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Fietsvoorzieningen
Voor de 3 appartementen moeten voldoende fietsenstallingen voorzien worden:
- 1 appartement met 1 slaapkamer : 1 x 2 = 2;
- 2 appartementen met 2 slaapkamers : 2 x 3 = 3.
In totaal moeten 8 fietsenstallingen voor de appartementen voorzien worden.
Het is gewenst om ook voor het personeel van de recazaak een aantal fietsenstallingen te voorzien. Er is een fietsenberging voor 10 fietsen ingericht op het gelijkvloers. De aanvraag voldoet.
Laden en lossen
Laden en lossen moet gebeuren binnen de venstertijden van de voetgangerszone.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag maakt deel uit van een aaneengesloten bebouwing, bestaande uit 3 bouwlagen onder een zadeldak. De nok van het zadeldak staat loodrecht op de voorgevel zodat er een kopse gevel ontstaat. Onder het dak komen nog eens 2 woonlagen voor.
Gezien het kleine bouwblok is het aanbieden van open ruimte op de gelijkvloerse verdieping stedenbouwkundig wenselijk. De aanvraag voorziet de afbraak van de gelijkvloerse uitbreiding. Boven de keuken, die zich in de kelder achteraan op het perceel bevindt, wordt een onbegaanbaar groendak aangelegd. Dit doet dienst als open/ groene ruimte. Dit is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Achteraan wordt het gebouw op de gelijkvloerse en eerste verdieping tot ca. 19,3 m uitgebreid. Het overige volume blijft behouden.
De aanvraag past in de bestaande straatwand en het gabarit van de woningen uit zijn omgeving. De schaal van de aanvraag is overeenstemmend met deze van de omgeving.
Visueel-vormelijke elementen
In de voorgevel wordt op de gelijkvloerse verdieping, ter hoogte van de reca-plint, de raamopeningen gewijzigd. De decoratieve kolommen in zwart graniet in de bestaande toestand worden verwijderd. Er wordt één grote raampartij voorzien in een nieuwe, glazen plint met buitenschrijnwerk in zwart gemoffeld aluminium, afgestemd op de achterliggende reca-zaak. De beschermde poortomlijsting blijft behouden. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.
Op het gevelplan van de nieuwe toestand wordt een zone aangeduid voor publiciteit. Publiciteit is een vast onderdeel van het stedelijk landschap en heeft hier een grote impact op. Publiciteit mag geen hinder veroorzaken voor de bovenliggende wooneenheden of de woonfunctie in de omgeving. De grootte (breedte, hoogte, doorlopend of uitgesneden letters of logo, ...) met steeds in verhouding te zijn met de maat van het gebouw. Aangezien de aanvraag onvoldoende informatie bevat om een oordeel over te kunnen vellen, wordt de publiciteit uit de vergunning uitgesloten. Deze moet met een nieuwe aanvraag worden ingediend.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is voor advies opgestuurd naar het Agentschap Onroerend Erfgoed. Het agentschap adviseert gunstig met volgende beoordeling:
“Het agentschap Onroerend Erfgoed heeft uw adviesvraag goed ontvangen op 14/11/2019. Voor de gevraagde handelingen verlenen we een gunstig advies (omgevingsvergunning art. 6.4.4, §2)
Motivering
Deze handelingen krijgen een gunstig advies omdat ze geen afbreuk doen aan de bescherming: het beschermde bouwdeel wordt niet aangeraakt
In ons advies voor vergunningsplichtige werken aan publiek toegankelijke gebouwen maken we altijd een afweging tussen het behoud van de erfgoedwaarden en de toegankelijkheid. In dit dossier komen de werken voor toegankelijkheid voldoende overeen met de erfgoedwaarden (art.35 Besluit Vlaamse Regering van 5 juni 2009 over toegankelijkheid tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid).
Gevolgen
Dit gunstig advies heeft tot gevolg dat u de omgevingsvergunning kunt afleveren en dat de aanvrager daarna alle gevraagde werken mag uitvoeren. (art.4.3.3 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (omgevingsvergunning).”
De aanvraag is voor advies opgestuurd naar stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling:
“Het projectgebied bevindt zich binnen een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiefgebied met een oppervlakte onder de 300 m² (nl. 169 m²) en een ingreep onder 100 m² (afbraak enkele muurtjes en optrekken trap). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor geen archeologienota verplicht.
Tijdens de geplande graafwerken kunnen echter oudere muren aan het licht komen. Vanuit muurarcheologisch oogpunt kunnen deze interessant zijn. Deze dienen onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2015, artikel 5.1.4) gemeld te worden aan het agentschap Onroerend Erfgoed. De dienst archeologie kan het archeologisch potentieel van het projectgebied vooraf reeds komen inschatten.
- De bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan dit potentieel komen inschatten.
- De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.”
De voorwaarden geformuleerd in dit advies zullen als voorwaarden bij de stedenbouwkundige vergunning worden opgelegd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag wijkt af van artikel 21 van de bouwcode. De eerste of ‘mezzanine’-verdieping van de reca-ruimte heeft een hoogte van slechts 2,57 m in plaats van de minimaal vereiste 2,6 m. Aangezien er een vide wordt voorzien (waardoor het ruimtegevoel groot is) en het verschil slechts 3 cm is (en dus minimaal is), is deze afwijking stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De aanvraag wijkt af van artikel 24 van de bouwcode. De keuken in de kelderverdieping ontvangt enkel licht via dakkoepels zonder de voorziening van andere verticale of schuine openingen. Elke verblijfsruimte en keuken moet minstens één te openen gevel- of dakdeel hebben, waardoor verse lucht in het vertrek kan. Aangezien de keuken als een leefruimte wordt beschouwd, is het noodzakelijke dat de dakkoepels kunnen opengaan zodat deze voldoende kunnen worden verlucht. Dit wordt opgenomen als voorwaarde.
De aanvraag wijkt af van artikel 35 van de bouwcode. Dampen en gassen kunnen hinder veroorzaken en soms zelfs de gezondheid van bewoners, gebruikers en omwonenden schaden. Daarom dient de afvoer van gassen, die niet reeds onder de milieuwetgeving vallen, ook geregeld te worden.
De uitlaat van de schouw van de keuken situeert zich onder de kroonlijst van het eigen gebouw en ligt te dicht bij de vensters van het appartement op de 2de verdieping. Dit is niet aanvaardbaar.
Als voorwaarde wordt opgenomen om de schouw te plaatsen conform artikel 35 van de bouwcode.
De aanvraag wijkt af van artikel 43 van de bouwcode. Er wordt geen septische put voorzien in het ontwerp. De lage stroomsnelheid van het afvalwater is kenmerkend voor het rioolstelsel in Antwerpen. Hierdoor komt de vaste slibfractie snel tot bezinking in de rioolbuis. Tevens heeft het ontkoppelen en aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel tot gevolg dat het spoelend effect van het hemelwater in de afvalwaterriolen afneemt. Dit kan leiden tot het geleidelijk dichtslibben van de rioolbuizen en een toename van de kans op wateroverlast en geurhinder.
Op dit te voorkomen, zijn geen afwijkingen mogelijk op dit artikel. Een mogelijke oplossing is om de septische put te plaatsen in het gat van de oude liftkoker. Als voorwaarde wordt opgenomen dat een septische put moet worden geplaatst conform artikel 43 van de bouwcode.
Toegankelijkheid
De aanvraag wijkt af op artikel 12 van de verordening toegankelijkheid. Zowel voor als achter de nieuwe inkomdeur van het café-restaurant is er geen vrije en vlakke draairuimte voorzien. Dit is een vereiste en wordt opgenomen als voorwaarde.
De aanvraag wijkt af op artikel 29/2 en 30 van de verordening. Het voorziene, aangepast toilet is qua inrichting en draaicirkels niet conform artikels 29/2 en 30 van de verordening toegankelijkheid. Dit is eveneens een vereiste en wordt opgenomen als voorwaarde.
Woninggrootte
Om een mix op vlak van stedenbouwkundige, maatschappelijke en woonkwaliteitseisen te garanderen is het noodzakelijk de juiste verhoudingen te zoeken tussen verschillende woningtypes enerzijds en de juiste oppervlakteverhoudingen tussen de functies binnen deze woningen anderzijds. Om de kwaliteit van een appartementsblok te garanderen dient er een mix van verschillende slaapkamerappartementen te zijn. De aanvraag voorziet
1 een-slaapkamerappartement en 2 twee- slaapkamerappartementen, er is een aanvaardbare mix.
Om het ruimtecomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden voldoende wooncomfort bieden.
Privacy – wetgeving lichten en zichten
Omwille van de wetgeving op lichten en zichten wordt de scheidingsmuur rechts achteraan op de derde verdieping verhoogd. Hierdoor wordt een ruim terras tot tegen de scheidingsmuur aangeboden. Deze ophoging is ca. 17 cm en dus minimaal. Het ophogen van de scheimuur is aanvaardbaar.
Op de eerste verdieping bevindt zich aan de linkerzijde een raamopening in de scheimuur. Dit is een raamopening van de aanpalende en is een erfdienstbaarheid. De vergunningverlenende overheid mag geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds ontneemt een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet en ontslaat de aanvrager niet om het nodige bouwrecht te bekomen, in casu voor het terras.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de uitbater dient voor de exploitatie ook een horecavergunning te bekomen;
3. het laden en lossen moet gebeuren binnen de venstertijden van de voetgangerszone;
4. de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan dit potentieel komen inschatten;
5. de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen;
6. de dakkoepels van de keuken moeten kunnen opengaan zodat de keuken kan worden verlucht, conform artikel 24 van de bouwcode;
7. de schouw en uitlaat van de gassen van de keuken plaatsen, conform artikel 35 van de bouwcode;
8. een septische put plaatsen, conform artikel 43 van de bouwcode;
9. een vrije en vlakke draaicirkel voorzien zowel voor als achter de nieuwe inkomdeur, conform artikel 12 van de verordening toegankelijkheid;
10. het aangepast toilet inrichten conform artikel 29/2 en 30 van de verordening toegankelijkheid;
11. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
12. de publiciteit wordt uit de vergunning uitgesloten, aangezien de aanvraag onvoldoende informatie bevat om een beoordeling te kunnen geven.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
25 oktober 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
14 november 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
13 januari 2020 |
Verslag GOA |
27 december 2019 |
naam GOA |
Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de uitbater dient voor de exploitatie ook een horecavergunning te bekomen;
3. het laden en lossen moet gebeuren binnen de venstertijden van de voetgangerszone;
4. de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan dit potentieel komen inschatten;
5. de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen;
6. de dakkoepels van de keuken moeten kunnen opengaan zodat de keuken kan worden verlucht, conform artikel 24 van de bouwcode;
7. de schouw en uitlaat van de gassen van de keuken plaatsen, conform artikel 35 van de bouwcode;
8. een septische put plaatsen, conform artikel 43 van de bouwcode;
9. een vrije en vlakke draaicirkel voorzien zowel voor als achter de nieuwe inkomdeur, conform artikel 12 van de verordening toegankelijkheid;
10. het aangepast toilet inrichten conform artikel 29/2 en 30 van de verordening toegankelijkheid;
11. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
12. de publiciteit wordt uit de vergunning uitgesloten, aangezien de aanvraag onvoldoende informatie bevat om een beoordeling te kunnen geven.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.