Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019140484 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Yves Baluwe met als adres Gouden Leeuwstraat 23 te 9111 Sint-Niklaas |
Ligging van het project: |
Koninginnestraat 12 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 4sectie D nr. 1913T3 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van 6 wooneenheden i.p.v. 8 en vervangen buitenschrijnwerk |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 18/07/1983: vergunning (18#63116) verbouwing;
- 28/03/2018: PV (11002_2018_6233_VPV) werken uitvoeren en wijzigen van het aantal woongelegenheden zonder voorafgaandelijke schriftelijke omgevingsvergunning van het college van burgemeester en schepenen.
Vergunde/vergund geachte toestand
- 3 bouwlagen onder een plat dak;
- meergezinswoning (hoekpand) met 8 woonentiteiten;
- buitenschrijnwerk in hout, kleur donker groen.
Huidige toestand
- 3 bouwlagen onder een plat dak;
- meergezinswoning (hoekpand) bestaande uit 6 woonentiteiten;
- op het 1ste en 2de verdieping zijn telkens 2 studio’s (20,95m² + 10,9m²) samengevoegd tot 1 studio (29,3m²);
- de gevelopeningen van de gelijkvloerse en 1ste verdieping zijn bovenaan dichtgemetseld;
- buitenschrijnwerk in PVC, donkerkleurig.
Gewenste toestand
- regulariseren van bestaande toestand;
- meergezinswoning (hoekpand) met 6 woonentiteiten;
- 3 bouwlagen onder een plat dak;
- op het 1ste en 2de verdieping zijn telkens 2 studio’s (20,95m² + 10,9m²) samengevoegd tot 1 studio (29,3m²);
- de gevelopeningen van de gelijkvloerse en 1ste verdieping zijn bovenaan dichtgemetseld;
- buitenschrijnwerk in PVC, donkerkleurig.
Inhoud van de aanvraag
- het regulariseren van 6 wooneenheden i.p.v. 8, en vervangen buitenschrijnwerk;
- het samenvoegen van telkens 2 studio’s (20,95m² + 10,9m²) op het 1ste en 2de verdieping tot één grotere studio (29,3m²);
- het vervangen van het houten buitenschrijnwerk in PVC, kleur onbekend;
- met betrekking tot de oppervlakte van de aangevraagde zelfstandige woningen zijn volgende gegevens beschikbaar:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
30 november 2019 |
11 december 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator |
30 november 2019 |
2 december 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
29 november 2019 |
12 december 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
29 november 2019 |
7 januari 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
de nieuwe samengestelde studio’s hebben een vrije hoogte van 2,50 meter i.p.v. de verplichte minimum vrije hoogte van 2,60 meter;
de nieuwe samengestelde studio’s hebben een oppervlakte van ca. 29,3 m², een zelfstandige woning dient een netto-vloeroppervlakte te hebben van minimaal 35 vierkante meter;
geen gemeenschappelijke afgescheiden ruimte voor afvalverzameling voorzien van minimum 4m².
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
- VMSW-normen: de ontwerpleidraad sociale woningbouw van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (verder genoemd VMSW-normen)
(De VMSW-normen kan u raadplegen via www.vmsw.be, ga naar IK BEN PROFESSIONEEL > Woningbouw en renovatie > SNEL NAAR > Normen en richtlijnen sociale woningbouw (opvolger C2008))
De woningen die afwijken van de BGO Wonen zijn in overeenstemming met de VMSW-normen.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het verminderen van het aantal wooneenheden. De 2 kleinste studio’s in het pand worden telkens toegevoegd aan een andere wooneenheid zodat er in het gebouw in totaal 6 studio’s zijn ingericht.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aangevraagde wijzigingen zorgen ervoor dat de densiteit op het perceel daalt. Echter wordt vastgesteld dat de 6 woningen niet voldoen aan de huidige voorschriften inzake woonkwaliteit. Zo voldoen de 6 studio’s onder anderen niet aan de minimumoppervlakte van een zelfstandige woning en hebben onvoldoende vrije hoogte. Omdat er duidelijk 8 woonentiteiten vergund zijn werden deze opmerkingen niet vermeld in de beoordeling van de aanvraag en kunnen deze niet als weigeringsgrond gebruikt worden. Het valt wel binnen de bevoegdheid van de vergunningverlenende overheid om te oordelen of een aanvraag in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening van de plaats. Omdat doormiddel van een eenvoudige ingreep, het verwijderen van het valse plafond, wel een minimale vrije hoogte van 2,6 meter bekomen kan worden, wordt in voorwaarden opgelegd om alle wooneenheden conform artikel 21 van de bouwcode uit te voeren.
De suggestie wordt ook gedaan om in de toekomst het aantal woningen te doen dalen zodat er wel tegemoet kan gekomen worden aan de minimumoppervlakte van een zelfstandige wooneenheid.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De aanvraag wenst het dichtmetselen van de bovenlichten op de gelijkvloerse en eerste verdieping en het vervangen van het schrijnwerk te regulariseren. Het hoekpand is gelegen in CHE-gebied waardoor de aanvraag ter advies werd voorgelegd aan de stedelijke dienst monumentenzorg.
Op de vergunde plannen van 1983 is het oorspronkelijke schrijnwerk nog in zijn geheel aanwezig, terwijl ook toen al binnenin verlaagde plafonds waren aangebracht. De vraag is of de dichtgemetselde bovenlichten van alle ramen op de gelijkvloerse en eerste verdieping vergund zijn. De huidige raamopeningen verstoren de verhoudingen van het pand en de ritmiek van het straatbeeld in het CHE-gebied, zowel in de Koninginnestraat als in de Begijnenvest. Het schrijnwerk is atypisch naar materialisering, indeling, profilering en verhoudingen. De stedelijke dienst monumentenzorg adviseert dan ook ongunstig voor de regularisering.
Dit advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden. Het dichtmetselen van de gevelopeningen is niet vergund en het nieuwe schrijnwerk doet inderdaad afbreuk aan de beeldkwaliteit van de omliggende straten. Het hoekpand heeft een beeldondersteunende functie en het is wenselijk dat de gevelopeningen opnieuw worden vergroot waarna er schrijnwerk met een correcte indeling, profilering en verhouding wordt aangebracht. Het type-schrijnwerk kan besproken worden met de stedelijke dienst monumentenzorg.
Wanneer de daglichten opnieuw worden opengemaakt wordt zo de daglichttoetreding tot de woning verhoogd en sluit dit zo aan de eerder gemaakte opmerking om de wooneenheden conform artikel 21 van de bouwcode te brengen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de wooneenheden dienen te voldoen aan artikel 21 van de bouwcode;
2. de dichtgemaakte daglichten op de gelijkvloerse en eerste verdieping terug openmaken;
3. de typedetails van het buitenschrijnwerk te bespreken met de stedelijke dienst monumentenzorg;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
8 november 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
29 november 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
28 januari 2020 |
Verslag GOA |
10 januari 2020 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de wooneenheden dienen te voldoen aan artikel 21 van de bouwcode;
2. de dichtgemaakte daglichten op de gelijkvloerse en eerste verdieping terug openmaken;
3. de typedetails van het buitenschrijnwerk te bespreken met de stedelijke dienst monumentenzorg;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.