Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019144016 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Fahd Finich met als contactadres Rerum Novarumlaan 72 te 2170 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Rerum Novarumlaan 72 te 2170 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 41sectie B nr. 317P13 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van een uitbouw |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 07/07/1970: vergunning (103#924) voor veranderingswerken aan de voorgevel;
- 24/08/1976: vergunning (103#2277) voor verbouwingswerken;
- 28/04/1986: vergunning (1974#2532) voor het verbouwen van een woonhuis;
- 2/05/2019: vergunning (20183260) voor het verbouwen van een eengezinswoning.
Vergunde/vergund geachte toestand
- eengezinswoning in gesloten bebouwing;
- hoofdvolume met 2 bouwlagen onder zadeldak: aanbouw met een gelijkvloerse bouwlaag van 17 m en een tweede bouwlaag van 12 m onder platte daken;
- de voorgevel werd afgewerkt met grijze plaketten. Het schrijnwerk wordt voorzien in aluminium in zwarte kleurstelling.
Huidige en gewenste toestand
- eengezinswoning in gesloten bebouwing;
- hoofdvolume met 2 bouwlagen onder zadeldak: aanbouw met een gelijkvloerse bouwlaag van 17,8 m en een tweede bouwlaag van 12 m onder platte daken;
- de voorgevel werd afgewerkt met grijze plaketten. Het schrijnwerk wordt voorzien in aluminium in zwarte kleurstelling.
Inhoud van de aanvraag
- regulariseren van een aanbouw op de gelijkvloerse verdieping (tot 17,8 m ipv. 17 m);
- plaatsen van nieuwe scheimuren (dikte van 18 cm ipv. huidige 14 cm).
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
De scheimuren moeten worden uitgevoerd conform het artikel.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat de regularisatie van werken aan een eengezinswoning. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Rerum Novarumlaan.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Op 2/05/2019 is een vergunning (dossiernummer: 20183260) verleend voor de verbouwing van een eengezinswoning. In deze vergunning is een uitbreiding tot maximum 17 m bouwdiepte vergund. Deze bouwdiepte is aan deze straatzijde mogelijk. De tuinen zijn nog voldoende diep om een dergelijke bouwdiepte toe te laten. Er blijft nog kwaliteitsvolle tuin over.
Echter betreft de aanvraag een regularisatie van een diepere uitbouw. Tijdens de uitvoering van de werken is de uitbreiding uitgevoerd tot ca. 17,8 m diep. Dit is 0,8 m dieper dan vergund.
Stedenbouwkundig is dit nog aanvaardbaar, echter niet gewenst. Een dergelijke bouwdiepte wordt een precedent aan deze straatzijde. Dit geeft de mogelijkheid om de aanpalende en dus de hele straatzijde dieper uit te bouwen dan 17 m, waardoor bepaalde percelen/woningen aan tuinkwaliteit verliezen. Daarom wordt de regularisatie van de bouwdiepte ongunstig geadviseerd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag omvat het herbouwen van de scheimuur. De scheimuur is ca. 14 cm breed in plaats van de vereiste 18 cm volgens artikel 34 van de bouwcode. Het verbreden van de scheimuur conform het artikel is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Aangezien de scheimuur wordt vervangen, wordt in feite de scheimuur afgebroken en dus de hele constructie/ achterbouw afgebroken. Dit impliceert dat het volume achteraan kan worden terug gebracht tot de vergunde en aanvaardbare bouwdiepte van 17 m. Dit wordt opgenomen in de voorwaarden.
In de bezwaren wordt eveneens melding gemaakt dat de scheimuur niet op de perceelsgrens wordt geplaatst maar op de grond van de aanpalende. Er wordt dus onrechtmatig grond in genomen. Dit betreft echter een burgerrechtelijk aspect en geen stedenbouwkundig aspect.
De omgevingsvergunning heeft een zakelijk karakter. De vergunningsaanvraag wordt beoordeeld onder voorbehoud van de burgerlijke rechten die betrekking hebben op het onroerend goed (zoals het hebben van bouwrecht), en houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens art. 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals het hebben van bouwrecht, erfdienstbaarheden, scheimuren, …, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Visueel-vormelijke elementen
Uit de bijhorende foto’s in de aanvraag kan worden afgeleid dat de werken nog in uitvoering zijn.
Uit dezelfde foto’s kan worden afgeleid dat de vergunde gevelwerken nog niet zijn uitgevoerd.
Het is niet duidelijk of deze effectief ook gaan worden uitgevoerd. Het gebruik van verschillende materialen in een gevel geeft een slordige indruk en is geen aantrekkelijk beeld in de straat. Om visueel een eenvormige gevel te krijgen, moet het optrekken van deze borstwering in het hetzelfde materiaal gebeuren als de gehele voorgevel.
Omwille van deze punten, wordt de voorwaarde ‘De borstwering onder het raam in de voorgevel moet worden bekleed met grijze plaketten, hetzelfde materiaal als de voorgevel’ van vorige vergunning hernemen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de borstwering onder het raam in de voorgevel moet worden bekleed met grijze plaketten, hetzelfde materiaal als de voorgevel;
2. de bouwdiepte beperken tot 17 m, zoals in rood aangeduid op plan: BA_W_I_N_1_N inplant en BA_W_P_N_2_N gelijkvl ;
3. de scheimuur uitvoeren in een dikte 18 cm, conform artikel 34 van de bouwcode;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
18 november 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
4 december 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
2 februari 2020 |
Verslag GOA |
9 januari 2020 |
naam GOA |
Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
2 |
0 |
0 |
0 |
Bespreking van de bezwaren
1. Perceelsgrenzen:Volgens de bezwaarindiener staat de nieuwbouw niet op de perceelsgrenzen. Aan de linkerzijde wordt niet op de perceelsgrens met huisnummer 70 gebouwd waardoor er schade is ontstaan aan de veranda. Aan de rechterzijde wordt eveneens niet op de perceelsgrens met huisnummer 74 gebouwd waardoor onrechtmatig grond wordt ingenomen. De goedkeuring van de regularisatie zou volgens de bezwaarindiener inhouden dat er wordt ingestemd met het niet herstellen van de veranda, het onrechtmatige grond innemen en de scheimuren niet worden afgewerkt volgens de wetgeving.
Beoordeling: Bij de start der werken dient de bouw te worden uitgezet rekening houdend met de perceelsgrenzen. Echter is dit geen stedenbouwkundig aspect maar een burgerrechtelijk aspect. Als hieruit blijkt dat de aanvraag effectief grond van de aanpalende inneemt, dient dit onderling te worden geregeld. De vergunningverlenende overheid mag geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds ontneemt een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet en ontslaat de aanvrager niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam. Krachtens art. 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals het hebben van bouwrecht, erfdienstbaarheden, scheimuren, …, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.Het bezwaar is ongegrond.
2. Verwijderen tuinmuren:Volgens de bezwaarindiener zijn de tuinmuren zonder toestemming over de volledige diepte van de tuin verwijderd. Hierdoor verdwijnt de privacy van de aanpalende en wordt er een onveiligheidsgevoel gecreëerd. Tevens worden de aanpalende tuinen onrechtmatig in gebruik genomen voor opslag van bouwmateriaal.
Beoordeling: Aangezien tuinmuren gemeenschappelijk zijn, dient het verwijderen van tuinmuren in onderling overleg te gebeuren. Blijkbaar is dit niet gebeurd. Echter is dit geen stedenbouwkundig aspect maar een burgerrechtelijk aspect. De vergunningverlenende overheid mag geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds ontneemt een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet en ontslaat de aanvrager niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam. Krachtens art. 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals het hebben van bouwrecht, erfdienstbaarheden, scheimuren, …, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het onrechtmatig in gebruik nemen van de aanpalende muren, is eveneens een burgerrechtelijk aspect en dient in onderling overleg te worden geregeld.Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de borstwering onder het raam in de voorgevel moet worden bekleed met grijze plaketten, hetzelfde materiaal als de voorgevel;
2. de bouwdiepte beperken tot 17 m, zoals in rood aangeduid op plan: BA_W_I_N_1_N inplant en BA_W_P_N_2_N gelijkvl ;
3. de scheimuur uitvoeren in een dikte 18 cm, conform artikel 34 van de bouwcode;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.