Terug
Gepubliceerd op 26/03/2020

2020_CBS_02496 - Principe beslissing - Oprichting integrale kwaliteitskamer - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/03/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Fons Duchateau, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02496 - Principe beslissing - Oprichting integrale kwaliteitskamer - Goedkeuring 2020_CBS_02496 - Principe beslissing - Oprichting integrale kwaliteitskamer - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

Argumentatie

Vanuit het mandaat van de stadsbouwmeester werd bekeken hoe het instrument van de welstandscommissie een betere rol kan spelen in de uitvoering ervan. Bovendien is de ruimtelijke dynamiek van de stad aan de hand van de transformatieprocessen die samenhangen met de Grote Verbinding van een dusdanige aard dat de kwaliteitsbewaking zich hier moet op afstemmen. Conform de huidige opdrachtomschrijving adviseert de welstandscommissie enkel de beeldkwaliteit of kortom, de architectuur, van de projecten in het kader van aanvragen tot omgevingsvergunning.

Het mandaat van de stadsbouwmeester gaat echter ruimer:

  • Bewaken van de ruimtelijke kwaliteit op vlak van architectuur, ruimtelijke ordening en het publieke domein:

Stadsontwikkelingsprojecten worden geïnterpreteerd in de ruimste zin van het woord: projecten binnen stedenbouw, architectuur, publieke ruimte en infrastructuur, waar erfgoed en duurzaamheid horizontaal doorlopen. Het betreft projecten van een zekere schaal of complexiteit, die vragen om een ruimer debat. Dit resulteert in de oprichting van een meer overkoepelende overlegstructuur, ruimer ingebed in het beleidsdomein van stadsontwikkeling. Het doel is om een platform te creëren waarbinnen alle bovenstaande expertises samenkomen en waar inhoudelijk gereflecteerd kan worden over zowel publieke als private strategische stadsontwikkelingsprojecten. Het is de plek waar verschillende adviezen en visies gestroomlijnd worden over alle beleidsdomeinen heen.

  • Adviseren van het college in het ontwikkelen en implementeren van een kwalitatief ruimtelijk beleid:

De stadsbouwmeester adviseert het college in het ontwikkelen en implementeren van beleidsprioriteiten inzake ruimtelijk beleid. Het voorstel is om de nieuwe overlegstructuur een pro - actieve  en ruime invulling te geven waar beleidsvisies reeds in een vroeg stadium kunnen besproken worden en vorm kunnen krijgen. Het advies welstandscommissie wordt hierdoor verruimd naar het advies ruimtelijke kwaliteit van de stadsbouwmeester. 

  • Inhoudelijke ondersteuning van de stedelijke diensten en externen bij de uitvoering en begeleiding van procedures/projecten met het oog op ruimtelijke kwaliteit:

Naast inhoudelijke reflectie is er ook plaats voor de procesmatige aanpak en het te volgen traject van een project binnen de stedelijke administratie. De nieuwe overlegstructuur creëert synergie en draagvlak voor stadsontwikkelingsprojecten en geeft hen de gepaste processtructuur. Bij uitstek is stadsontwikkeling gebaat bij een dergelijke geïntegreerde aanpak. Een integrale en kwalitatieve behandeling van zowel publieke als private stadsprojecten vormt het basisuitgangspunt voor de nieuwe werking. De A-commissie had ook deze taakomschrijving en wordt bijgevolg geïntegreerd in de nieuwe overlegstructuur.

De nieuwe overlegstructuur zal daarom niet enkel de beeldkwaliteit en de architecturale verschijningsvorm van een project behandelen, maar heeft het kwalitatief ruimtelijk beleid binnen stadsontwikkeling als onderwerp, dus ook stedenbouw, openbaar domein, infrastructuur, erfgoed. Aangezien de gezamenlijke dialoog over de verschillende disciplines heen wordt gevoerd en er zowel procesmatige als inhoudelijke thema’s worden geagendeerd, wordt de ‘INTEGRALE KWALITEITSKAMER’ opgericht  en zal deze op termijn de ‘WELSTANDSCOMMISSIE’ en de 'A-COMMISSIE' vervangen. De integrale kwaliteitskamer zal de stadsbouwmeester ondersteunen in de uitvoering van zijn mandaat. De nieuwe samenstelling van de integrale kwaliteitskamer en de opheffing van de welstandscommissie, zal aan de gemeenteraad worden voorgelegd. 

1. DOELSTELLING EN WERKING INTEGRALE KWALITEITSKAMER

De doelstelling van de integrale kwaliteitskamer is tweeledig:

  • Inhoudelijke advisering van stadsontwikkelingsprojecten, masterplannen en beleidsvisies: dit is mogelijk binnen alle domeinen die betrekking hebben op de ruimtelijke ontwikkeling van de stad, namelijk stedenbouw, architectuur, publieke ruimte, infrastructuur, erfgoed en duurzaamheid. Dit is de plek voor inhoudelijke reflectie over bijvoorbeeld:
    • grootschalige architectuur- en stadsontwikkelingsprojecten in functie van de aanvraag tot omgevingsvergunning (voormalige ‘grotere’ beeldbepalende projecten/welstandsdossiers) bv. hoogbouwprojecten Nieuw Zuid, aanpak Arenawijk,..
    • masterplannen, projecten openbaar domein, landschaps- of infrastructuurprojecten, bv. masterplan Hoekakker, heraanleg Groenplaats, de Grote Verbinding,…
    • reflectie over beleidsvisies in opmaak, bv. bouwcode, woonbeleid, actualisatie Strategisch Ruimteplan Antwerpen, Groenplan Deurne,…
  • Procesmatige advisering en dispatch/doorverwijzing van projecten (cfr voormalige  A-commissie): dit biedt transparantie over het te volgen traject  binnen de stedelijke werking (ook voor externe planningsinitiatieven) bij de opstart van nieuwe, grootschalige stadsontwikkelingsprojecten. De doelstelling is voor nieuwe stadsontwikkelingsprojecten het procesverloop en de trekker aan te duiden.

Om deze ambitieuze doelstelling mogelijk te maken wordt een werkwijze voorgesteld met een integrale kwaliteitskamer en met afzonderlijke kwaliteitskamers per expertise (zie organogram in bijlage) ter ondesteuning van de uitvoering van het mandaat van de stadsbouwmeester. Naast de integrale kwaliteitskamer bestaat de kwaliteitskamer architectuur, de kwaliteitskamer stedenbouw, de kwaliteitskamer publieke ruimte en de kwaliteitskamer erfgoed om projecten meer in detail, meer toegespitst op de expertise en sneller te kunnen bespreken indien nodig.

INTEGRALE KWALITEITSKAMER

Alle leden van de integrale kwaliteitskamer zullen maandelijks samenkomen met de bovenvermelde doelstelling.

KWALITEITSKAMER PER EXPERSTISE

De kwaliteitskamer architectuur heeft een vastomlijnde werking, in functie van de aanvragen tot omgevingsvergunning, en zal tweewekelijks samenkomen voor een efficiënte en snelle advisering van de lopende projecten.

Voor de andere expertises, namelijk de kwaliteitskamer stedenbouw, publieke ruimte en erfgoed, is het mogelijk om naar de aard van het project eveneens een bijkomende of meer diepgaande dialoog aan te gaan op afroep van desbetreffende expert samen met de stadsbouwmeester.

2. SAMENSTELLING

De integrale kwaliteitskamer bestaat uit vier externe deskundigen met de stadsbouwmeester als voorzitter. Deze deskundigen weten wat er leeft in de stad en kunnen door hun ervaring, interesses, beroep,... een onderbouwde bijdrage leveren in het bijzonder op het vlak van architectuur, stedenbouw, erfgoed en publieke ruimte. De stad streeft hierbij een gedifferentieerde samenstelling na.

De samenstelling van de integrale kwaliteitskamer is als volgt:

  • een expert architectuur;      
  • een expert stedenbouw;           
  • een expert publieke ruimte;      
  • een expert erfgoed;     
  • de stadsbouwmeester.

De leden zijn allen expert en hoog aangeschreven binnen hun vakgebied.

De kwaliteitskamer per discipline bestaat telkens uit de stadsbouwmeester en het lid dat deze expertise opneemt.

Voor de procesmatige advisering is het noodzakelijk dat de leden van de voormalige A-commissie (met name de directeurs van de afdelingen en de GOA's die rond stadsontwikkeling werken) steeds aanwezig zijn voor het agendapunt waarin de intake en dispatch van nieuwe projecten gebeurt. Hierdoor vervalt de A-commissie als afzonderlijk overlegorgaan en ontstaat een integrale werking die alle beleidsdomeinen overschrijdt.

Voor de inhoudelijke agendapunten zijn de betrokken administraties op afroep aanwezig: directeurs van de afdelingen stadsontwikkeling, GOA’s,  consulenten omgevingsvergunningen, projectleiders van openbaar domein, energie en milieu, monumentenzorg, onroerend erfgoed, ontwerpend onderzoek, mobiliteit, ruimte, AG VESPA.

Externe partijen zoals opdrachtgevers, ontwerpers, sociale huisvestingsmaatschappij(en),etcetara zijn enkel op uitnodiging aanwezig om desgevallend in open dialoog toelichting te geven over hun stadsontwikkelingsproject.

3. PROCEDURE TOT AANSTELLING

Als aanstellingsprocedure wordt een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking uitgeschreven waarbij verschillende experten worden gecontacteerd tot het indienen van een offerte. Deze procedure wordt getrokken door atelier stadsbouwmeester (in samenwerking met GAC). De aanstelling is vastgelegd op vier jaar. 

De beoordelingscommissie zal de kandidaturen/offertes beoordelen en de nieuwe leden voorstellen aan het college. De aanstelling zal ter kennisname opnieuw worden voorgelegd aan de gemeenteraad. 

De beoordelingscommissie bestaat uit:

  • de stadsbouwmeester (voorzitter);
  • de directeur Stadsontwikkeling of afgevaardigde;
  • de directeur AG VESPA of afgevaardigde;
  • een extern deskundige.

4. VERLONING

Het jaarlijkse budget opgenomen in de meerjarenplanning is 30.000,00 EUR per jaar. 

5. BOUWCODE 

In de Bouwcode wordt onder andere in artikel § 7 en § 8 het advies van de welstandscommissie opgenomen. Bij de volgende aanpassing van de Bouwcode moet dit aangepast worden naar het advies ruimtelijke kwaliteit. In toepassing van artikel §7 en §8 is het advies ruimtelijke kwaliteit te beschouwen als het advies van de welstandscommissie. 

Aanleiding en context

Op 17 februari 2000 (jaarnummer 2356)  werd in Antwerpen de eerste welstandscommissie aangesteld ter uitvoering van de Architectuurnota, goedgekeurd in 1996 (jaarnummer 14719). De eerste stadsbouwmeester René Daniëls, aangesteld in 1999, was lid van deze commissie.

Met de aanstelling van de tweede stadsbouwmeester Kristiaan Borret, in 2006, werd de werking en de samenstelling van de welstandscommissie voor een eerste keer geëvalueerd en aangepast.

In 2007 (jaarnummer 8385) en 2014 (jaarnummer 1021) werd een tweede en derde samenstelling van de welstandscommissie goedgekeurd door het college.

In 2014 werd de samenstelling en de oprichting van de A-commissie goedgekeurd door het college (jaarnummer 12710). 

In 2016 werd de huidige stadsbouwmeester, Christian Rapp aangesteld.

Na een grondige evaluatie van de werking werd het huishoudelijk reglement van de welstandscommissie goedgekeurd door de gemeenteraad op 20 februari 2017 (jaarnummer 833).

Algemene financiƫle opmerkingen

Het jaarlijkse budget opgenomen in de meerjarenplanning is 30.000,00 EUR per jaar, en is voorzien onder de doelstelling 2WNS030212A00000.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college keurt principieel de oprichting van de integrale kwaliteitskamer goed.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.

Artikel 3

Het college geeft opdracht aan:

Dienst Taak
SW/SBM en GAC Procedure opstarten tot oprichting integrale kwaliteitskamer
SW/SBM en SW/OMG Volgende aanpassing bouwcode: advies welstandscommissie te vervangen door advies ruimtelijke kwaliteit 

Bijlagen

  • organogram IK.png