Terug
Gepubliceerd op 16/03/2020

2020_CBS_02290 - Omgevingsvergunning - OMV_2019161664. Alfred Coolsstraat 31. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/03/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Fons Duchateau, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02290 - Omgevingsvergunning - OMV_2019161664. Alfred Coolsstraat 31. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_02290 - Omgevingsvergunning - OMV_2019161664. Alfred Coolsstraat 31. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019161664

Gegevens van de aanvrager:

de heer Stefan Waegemans met als adres Willekensmolenstraat 88 te 3500 Hasselt

Ligging van het project:

Alfred Coolsstraat 31 te 2020 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 9sectie I nr. 2138S

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van een appartement

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          25/10/2019: vergunning (20192542) wijzigen van de functie handel naar wonen op de gelijkvloerse verdieping;

-          05/06/1935: vergunning (18#2682) voor het bouwen van 3 huizen.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          meergezinswoning;

-          4 bouwlagen met plat dak;

-          gelijkvloers bevat 2 handelswoningen met 1 slaapkamer (zijde Volhardingsstraat) en 1 appartement (rechterkant Alfred Coolsstraat);

-          gevelplint in blauwe hardsteen met winkelpuien in groene geglazuurde tegels.

Huidige toestand

-          meergezinswoning;

-          4 bouwlagen met plat dak;

-          supprimeren handelsfunctie in functie van uitbreiding woonfunctie van de handelswoning (zijde Volhardingsstraat);

-          winkelpui werd vervangen door plint in blauwe hardsteen en raam met wit pvc buitenschrijnwerk;

-          achteraan 2 koeren van respectievelijk ca.6m² en ca.30m²

-          vaststelling (ID:302631) van een appartementsgebouw met winkels als bouwkundig erfgoed.

Gewenste toestand

-          meergezinswoning;

-          4 bouwlagen met plat dak;

-          1-slaapkamerappartement op het gelijkvloers (zijde Volhardingsstraat) met een netto-vloeroppervlakte van 48 m²;

-          aterlier/berging achteraan van 8,70m²;

-          3 koeren van respectievelijk ca. 7,60m², 3m² en 3m²;

-          gelijkvloerse gevel in blauwe hardsteen met wit pvc buitenschrijnwerk.

Inhoud van de aanvraag

-          omvormen van handelswoning naar 1-slaapkamer appartement (zijde Volhardingsstraat);

-          wijzigen van de voorgevel;

-          volume-uitbreiding achteraan het perceel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

20 januari 2020

19 februari 2020

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator

20 januari 2020

25 februari 2020

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

20 januari 2020

4 februari 2020

ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie

20 januari 2020

30 januari 2020

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

20 januari 2020

7 februari 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 5 Cultuurhistorisch erfgoed:  voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en/of voor gebouwen in beschermde landschappen wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
    Het schrijnwerk op de gelijkvloerse verdieping werd vervangen door wit pvc schrijnwerk, wat een breuk vormt met de rest van het gebouw;
  • Artikel 27 Open ruimte: Bij functiewijziging of bij toename van de bebouwde grondoppervlakte moet minimaal 20% van de oppervlakte van het perceel op het niveau van het maaiveld onbebouwd zijn. Deze 20% dient zich te bevinden in de zone voor zij-, achtertuinen en binnenplaatsen.
    De open koer wordt verkleind en opgedeeld in 3 kleine open ruimten.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Gelijklopend met deze aanvraag is er een gelijkaardige omgevingsvergunningsaanvraag (referentie 20194205) lopende voor het omvormen de handelswoning aan de linkerzijde van deze handelswoning (hoek Volhardingsstraat-Alfred Coolsstraat).

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat een regularisatie van de omvorming van een handelswoning tot een 1-slaapkamer appartement (zijde Volhardingsstraat) in een meergezinsgebouw met commercieel gelijkvloers. De omgeving wordt gekenmerkt door voornamelijk een- en meergezinswoningen. Een woonfunctie is daarmee functioneel inpasbaar in de omgeving. Omdat de functie handel wordt gewijzigd naar wonen werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst ondernemen en stadsmarketing / business en innovatie. Er wordt een gunstig advies uitgebracht.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Het complex betreft een hoekperceel met appartementen en winkels.

Achteraan het gelijkvloers wordt de open ruimte deels bebouwd door een atelier/berging. Hierdoor wordt de beperkte ruimte van het perceel nog verder verkleind, wat strijdig is met artikel 27 van de bouwcode. Doordat het volume niet tot tegen de perceelsgrens wordt voorzien, wordt daarenboven deze beperkte open ruimte versnipperd wat op zijn beurt een kwaliteitsvermindering van deze open ruimte oplevert en een negatief effect heeft op het bijhorende appartement, het gebouw en de ruimere omgeving. Open ruimten brengen immers niet enkel licht en lucht in de aangrenzende bebouwing, zij zorgen ook voor infiltratiemogelijkheden van het regenwater en voor een afkoeling van de stadslucht.

Daarom wordt geadviseerd om de atelier/berging uit te sluiten van vergunning.

 

Visueel-vormelijke en cultuurhistorische aspecten

De aanvraag heeft betrekking op het verbouwen van een pand dat werd opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten. Voor gebouwen opgenomen in de inventaris wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud.  Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur. Daarom werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst monumentenzorg. Het advies leest als volgt:

 

“De aanvraag heeft betrekking op het complex van winkels en appartementen op de hoek van de Alfred Coolsstraat en de Volhardingstraat uit 1935 naar ontwerp Alfons Van Braekel namens Victor-Joseph Cochez. Het programma van het complex omvatte twee geschakelde meergezinswoningen bestaande uit drie winkelwoningen op de begane grond en negen bescheiden driekamerappartementen met keuken en badkamer op de identiek ingedeelde verdiepingen.

(…)

Het gebouw is opgericht op een rechthoekig perceel en bestaat uit vier bouwlagen onder plat dak, met twee toegangen tot de flats, één vanuit de Volhardingstraat en één in de Alfred Coolsstraat. De eenvoudige, modernistische uitwerking sluit aan bij de architecturale vormgeving die de Tentoonstellingswijk haar eenvormige karakter verleent: sobere geelbruine bakstenen lijstgevels doorbroken met regelmatig geplaatste, brede rechthoekige vensteropeningen. Dit sober uitgewerkte hoekpand sluit tevens aan bij de meergezinswoningen die architect Paul Smekens realiseerde in de nabije omgeving, zij het uitgevoerd in een meer gematigd, zakelijk modernisme.

Initieel waren de lijstgevels voorzien van een bovenbouw met een parement van lichtbruine bezande brikken op een als sokkel uitgewerkte begane grond, bekleed met platen en terugspringende lage onderplint in blauwe hardsteen. Het gevelfront vertoont een drieledige opbouw met aan beide straatzijden telkens drie traveeën, waartussen een afgeschuinde hoektravee. De compositie kenmerkt zich door een quasi symmetrische ordonnantie van de bovenbouw, volgens een spiegelend schema met de afschuinde hoek als spiegelas. Deze bovenbouw krijgt daarnaast een sobere plastische behandeling waarbij de twee centrale venstertraveeën als kolossale erkermassieven zijn uitgewerkt, benadrukt door een uitsprong boven de dakrand.

Aan de linkerzijde in de Volhardingstraat en centraal aan de Alfred Coolsstraat zijn de toegangen tot de appartementen en winkelwoningen gesitueerd. De begane grond is verder opengewerkt met drie winkelpuien: één op de hoek, één centraal aan de Volhardingstraat en één uiterst rechts aan de Alfred Coolsstraat. Tussen deze toegangen en de winkelpuien zijn liggende vensters met horizontale roede die de “achterwinkels” het nodige daglicht verschaffen. De uitstalramen met bovenlichten zijn omlijst door kunsttegels in lichte kleur.

De verdiepingen zijn regelmatig ingedeeld met rechthoekige drie- en vierlichten aan straatzijden en telkens drie gekoppelde tweelichten in de hoektravee. De erker- en hoektraveeën zijn horizontaliserend opgevat, waarbij de vensterpartijen uitgewerkt zijn als bandramen met tussenliggende posten in bruine gevelsteen. Dit horizontaliserende streven wordt benadrukt door een belijning met witte hardsteen voor de erkerbodem en voor de over de hoek doorlopende vensterdorpels. Dit geldt ook voor de doorlopende bovendorpels in blauwe hardsteen boven de inkomdeuren en flankerende ramen, en voor de houten kroonlijsten boven de pui en onder de hoge bakstenen dakrand. Het gevelfront is spaarzaam verlevendigd door het gebruik van uitkragende baksteendecoratie aan de afgeschuinde hoek en geometrisch smeedwerk ter hoogte van de beglaasde voordeuren met hardstenen toegangstrede.

 

Vandaag

De gevelpui werd recent aangepast. Zo werd de winkelpui ter hoogte van de Volhardingstraat gesupprimeerd en vervangen door een bandraam (drielicht) met omlijsting en borstwering in blauwe hardsteen. Het oorspronkelijk schrijnwerk werd vervangen door pvc met a-typische raamverdeling. Zeer recent werd ook de winkelpui op de hoek bekleed met blauwe hardsteen. De winkelpui aan de zijde van de Alfred Coolsstraat behield de omlijsting met groene tegels maar werd aangepast en ingevuld met een raamgeheel in pvc. Het overige schrijnwerk werd eveneens vervangen door pvc met a-typische profilering.

 

Interieur

(…) De winkelwoningen met compacte leefvertrekken op het gelijkvloers bieden aan straatzijde ruimte aan een winkel en een achterwinkel die ook toegankelijk is vanaf de traphal. Van hieruit worden de keuken, badkamer en (slaap)kamer ontsloten, die met elkaar verbonden zijn en uitgeven op een privaat binnenkoertje dat leidt naar een ruimere, zuidwestelijk ingeplante koer voor gemeenschappelijk gebruik. De verdiepingen vertonen eenzelfde planindeling, hier met ruimer uitgewerkte (woon)kamers achter de erkeruitsprongen en kamers boven de winkels, met een klein balkon aan de keuken. De leefvertrekken zijn voorzien van hoekschouwen.

 

Men wenst de gewijzigde pui aan de zijde van de Volhardingstraat te regulariseren. Vanuit oogpunt monumentenzorg kunnen we akkoord gaan met de regularisatie van de gevelwijziging voor wat betreft het invullen van het voormalige uitstalraam voorzien van kunsttegels met blauwe hardsteen. Het bestaande schrijnwerk in pvc is echter niet regulariseerbaar. Zowel de indeling als de materialisatie zijn gewijzigd waardoor er afbreuk gedaan wordt aan de beeldwaarde van het pand. De pui was oorspronkelijk voorzien van houten geschilderd schrijnwerk met een bepaalde profilering. Zo werd bijvoorbeeld het liggend venster met horizontale roede naast de voordeur vervangen door een pvc-raamgeheel zonder onderverdeling. Links van het uitstalraam bleef dit liggend venster wel bewaard.   

Het buitenschrijnwerk is een wezenlijk erfgoedkenmerk van het pand. Het maakte deel uit van het architecturale ontwerp en zorgt door de verfijnde vormgeving voor een bijkomend esthetisch aspect. Het is de taak van de stedelijke dienst monumentenzorg om de erfgoedwaarde op het Antwerps grondgebied te bewaken en te verbeteren waar mogelijk. Het vervangen van het oorspronkelijk houten schrijnwerk door pvc is dan ook niet aanvaardbaar vanuit oogpunt monumentenzorg. Schrijnwerk is immers een erfgoedkenmerk bij uitstek aangezien het essentieel bijdraagt tot de belevingswaarde van de voorgevel. Om geen afbreuk te doen aan de historiciteit pleiten wij in de eerste plaats voor het behoud van het oorspronkelijk schrijnwerk. Authenticiteit is immers een belangrijk uitgangspunt in de monumentenzorg. Om toch aan betere comforteisen tegemoet te komen wordt er vaak wel toegelaten om dubbel glas te plaatsen in de bestaande sponning.

Pas wanneer behoud niet mogelijk blijkt, kan er geopteerd worden voor de vervanging van het schrijnwerk naar oorspronkelijk model, dit zowel wat betreft materiaalgebruik, profilering, detaillering en afwerking. Deze uitgangspunten hanteert de dienst monumentenzorg bij de advisering van bouwaanvragen voor panden gelegen in een beschermd stads- of  dorpsgezicht en voor of panden of gehelen opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.

De pui van dit pand was in oorsprong voorzien van houten, geprofileerd en geschilderd schrijnwerk dat de architecturale uitwerking van deze stijl ondersteunt. De keuze voor pvc doet afbreuk aan de erfgoedwaarde, zelfs in een kwalitatieve uitvoering die qua vormgeving dicht in de buurt van het oorspronkelijk schrijnwerk komt.  Pvc is immers een atypisch materiaal voor deze vormentaal en kan omwille van de eigenheid van het materiaal nooit de profilering en historische detaillering van het oorspronkelijk houten schrijnwerk evenaren. De intrinsieke waarde van hout als materiaal is dan ook essentieel. De schildering van het hout geeft het schrijnwerk het verfijnde en typische uitzicht.

 

Op termijn dient het schrijnwerk vervangen naar oorspronkelijk model (materiaal, profilering en detaillering). Detailtekeningen van het nieuwe schrijnwerk zijn ter bespreking voor te leggen aan de stedelijke dienst monumentenzorg.”

 

 

Het advies van monumentenzorg wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt gevolgd. De doorgevoerde aanpassingen aan het schrijnwerk vormen een opgemerkte wijziging in het gevelbeeld. Deze gedeeltelijke functiewijziging ging gepaard met wijzigingen in de materialisatie en configuratie van de pui en de vervanging van het schrijnwerk. Als voorwaarde voor vergunning dient opgenomen te worden dat bij toekomstige wijziging van het pvc schrijnwerk dit vervangen dient te worden naar oorspronkelijk model (materiaal, profilering en detaillering).

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Door de winkelruimte van de handelswoning in te richten als leefruimte verruimt de woonoppervlakte, wat de woonkwaliteit ten goede komt. Echter wordt opgemerkt dat het 1-slaapkamerappartement, ondanks de vergroting, nog steeds slecht een netto-vloeroppervlakte heeft van ca.48m². Hoewel een minimale oppervlakte van 60m² wordt gehanteerd voor een 1-slaapkamerappartement kan deze woning alsnog gunstig geadviseerd worden, gezien de reeds vergunde situatie als (handels)woning.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      bij toekomstige wijziging van het pvc schrijnwerk dient dit vervangen te worden naar oorspronkelijk model (materiaal, profilering en detaillering);

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

Uitsluitingen

4.      de atelier/berging wordt uitgesloten van vergunning.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

22 december 2019

Volledig- en ontvankelijk

20 januari 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

20 maart 2020

Verslag GOA

5 maart 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      bij toekomstige wijziging van het pvc schrijnwerk dient dit vervangen te worden naar oorspronkelijk model (materiaal, profilering en detaillering);

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

Uitsluitingen

4.      de atelier/berging wordt uitgesloten van vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.