Terug
Gepubliceerd op 16/03/2020

2020_CBS_02295 - Omgevingsvergunning - OMV_2019135844. Julius De Geyterstraat 151. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/03/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Fons Duchateau, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02295 - Omgevingsvergunning - OMV_2019135844. Julius De Geyterstraat 151. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_02295 - Omgevingsvergunning - OMV_2019135844. Julius De Geyterstraat 151. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019135844

Gegevens van de aanvrager:

Antwerpen met als adres Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen en de heer Johan Pieraerts met als adres Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Julius De Geyterstraat 151 te 2020 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 9sectie I nrs. 2370V2, 2370W2 en 2399K

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

aanleggen van een busparking bij het Olympisch Stadion en het vervolledigen van de brandweg

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23/09/1999: vergunning (86#990208) voor de renovatie van het olympisch stadion (Beerschot);

-          22/10/2004: vergunning (197#20040134) voor het inrichten van een buurtparkje, speelterrein en sportterreinen.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          Beerschot site;

-          1 perceel met tennisinfrastructuur;

-          2 overige percelen met verschillende gebouwen die samen het voetbalstadion vormen.

Huidige toestand

-          Beerschot site;

-          1 perceel met tennisinfrastructuur;

-          2 overige percelen met verschillende gebouwen die samen het voetbalstadion vormen.

Gewenste toestand

-          busparking met grasdals (inrit via Julius de Geyterstraat);

-          heraangelegde parking tennisclub (bitumineuze verharding vervangen door betondals, zijde Atletenstraat);

-          heraangelegde zone achter tribune 2;

-          vervolledigde brandweg;

-          nieuwe scheidingsmuur in metselwerk (hoogte 3,15 meter) tussen de Beerschot site en het aangrenzend perceel van “Zusterkens der Armen".

Inhoud van de aanvraag

-          rooien van bomen;

-          bouwen van een nieuwe scheimuur;

-          aanleggen van een busparking in grasdals;

-          heraanleggen van de buitenaanleg van de parking van de tennisclub;

-          heraanleggen van de buitenaanleg van de zone achter tribune 2;

-          vervolledigen van de brandweg.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

6 december 2019

9 januari 2020

Voorwaardelijk gunstig

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

6 december 2019

17 december 2019

Gunstig

lokale politie/ centrale preventie (LP/CP)

6 december 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE)

6 december 2019

12 december 2019

Geen bezwaar

Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos

6 december 2019

10 januari 2020

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen

6 december 2019

10 maart 2020

stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen

6 december 2019

9 december 2019

stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten

6 december 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

stadsontwikkeling/ mobiliteit

6 december 2019

16 december 2019

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie

6 december 2019

31 december 2019

stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen

6 december 2019

6 januari 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie. (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
 

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Van de archeologienota werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 24 april 2019.
De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.
 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft een herinrichting van de bestaande parking van de tennisclub en de aanleg van nieuwe parkeerfaciliteiten voor bussen voor bezoekers aan het voetbalstadion. Tevens voorziet de aanvraag in het vervolledigen van  de infrastructuur die de toegankelijkheid bij brand moet garanderen. De werken gebeuren op een bestaande en vergunde site met sportfaciliteiten en is bijgevolg functioneel inpasbaar.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Het ontwerp werd ook voor advies voorgelegd aan de dienst Mobiliteit. Zij stellen dat de bussen achterwaarts de parking dienen op te rijden en dit steeds onder politiebegeleiding. Dit zal als voorwaarde worden opgenomen bij deze vergunning.

 

Er werd advies gevraagd aan de Lokale Politie/verkeerspolitie. Zij hebben geen bezwaar tegen?de aanvraag voor?het?aanleggen van een?busparking?bij het Olympisch Stadion en het vervolledigen van de brandweg.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft een heraanleg van een bestaande parking en het voorzien van een nieuwe busparking waardoor schaal en ruimtegebruik ongewijzigd blijven.

 

Visueel-vormelijke elementen

De aangevraagde heraanleg heeft geen negatieve, visuele impact op de omgeving.

 

Bodemreliëf

In functie van de aanleg van de nieuwe parking wordt het terrein geherprofileerd. Deze herprofilering is nodig om de niveauverschillen op te vangen en de bussen vlot te laten oprijden. Dit zorgt niet voor hinder. Vanuit deze optiek kan akkoord worden gegaan met de reliëfwijziging.

 

Cultuurhistorische aspecten

Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiefgebied. Het betreft een projectgebied boven 3000 m² (som van de betreffende percelen 43147 m²) en een ingreep boven 1000 m² (nl. 2229 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.

 

De archeologienota werd ingediend door ABO nv en door het agentschap Onroerend Erfgoed bekrachtigd op 24/04/2019. Het bijhorende programma van maatregelen beval geen vervolgonderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/10844).

 

Eventuele vondsten of sporen dienen onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2015, artikel 5.1.4) gemeld te worden aan het agentschap Onroerend Erfgoed.

Deze opmerkingen worden als voorwaarden opgenomen in de vergunning.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Ten voordele van het gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen wordt er een evacuatiestrook over de volledige lengte van de busparking voorzien in betonstraatstenen. Hierdoor kunnen de bezoekende supporters comfortabel vanaf de bus tot aan de tribune wandelen. De aanleg van de nieuwe busparking gebeurt in grasdals wat toelaat om het hemelwater te laten infiltreren op eigen terrein.

Tijdens de procedure werd er tevens een aangepast terreinprofiel toegevoegd waardoor het water afhelt naar een goot en niet meer naar de scheidingsmuur. Hierdoor wordt wateroverlast op het terrein en de omgeving zoveel als mogelijk vermeden.

 

Er werd advies gevraagd aan de dienst Milieuvergunningen. Het advies luidt als volgt:

“Het project omvat het aanleggen van een busparking aan de zuidwest-zijde van het terrein. Er werd gekozen de parking uit te voeren in waterdoorlatende grasdals. De parking helt af naar de perceelsgrens, gevormd door een te bouwen muur die de nieuwe afscheiding vormt met de kloostertuin. Aangezien na verloop van tijd de toplaag in de openingen van de grasdal onder de druk van geparkeerde bussen zal verharden, zal ook de waterdoorlatendheid ervan sterk afnemen in tijd. Het water zal aflopen richting de nieuwe afscheidingsmuur en daar voor plasvorming zorgen; om alsnog infiltratie te hebben is het aangewezen een alternatief te voorzien zoals bijvoorbeeld een langgerekte wadi of grachtelement langsheen de muur.

Om onnodige geluidsproductie en emissie van schadelijke uitlaatgassen te vermijden dient opgenomen te worden dat de motoren van de bussen niet stationair mogen draaien.”

 

Deze voorwaarden worden opgenomen bij de vergunning.

 

Het Agentschap voor Natuur en Bos  verleent een voorwaardelijk gunstig advies:

“De aanvraag omvat een beperkte ontbossing. Voor de ontbossing werd een ontheffing van het ontbossingsverbod verleend. Uit het dossier kan afgeleid worden dat de aanvrager een oppervlakte van 3708 m² wenst te ontbossen. Volgens onze gegevens is het perceel bezet met inheems bos . Volgens het Agentschap voor Natuur en Bos is er voor het uitvoeren van de geplande werken een ontbossing nodig van 3708 m² .

 

Het goedgekeurde boscompensatievoorstel met inbegrip van haar voorwaarde(n) op het gebied van compenserende maatregelen dient integraal deel uit te maken van de omgevingsvergunning.  - De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 19-223669.”

 

In haar advies laat de dienst stadsbeheer/groen en begraafplaatsen weten dat zij aansluiten bij de voorwaarden opgelegd door Agentschap Natuur en Bos. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgenomen dat de voorwaarden uit het advies van het voornoemde Agentschap strikt nagekomen dienen te worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het voorwaarden van het Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos dienen strikt nageleefd te worden;

3.      de bussen dienen achterwaarts op de parking op te rijden en dit dient steeds onder begeleiding te gebeuren;

4.      wanneer de bussen geparkeerd zijn, dienen de motoren te worden afgezet;

5.      eventuele vondsten of sporen dienen onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2015, artikel 5.1.4) gemeld te worden aan het agentschap Onroerend Erfgoed;

6.      langsheen de nieuwe scheidingsmuur met de kloostertuin bijkomend een infiltratie te voorzien in de vorm van een wadi of gracht om het afstromende hemelwater op te vangen en te infiltreren.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

14 november 2019

Volledig- en ontvankelijk

6 december 2019

Start openbaar onderzoek

13 december 2019

Einde openbaar onderzoek

11 januari 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

20 maart 2020

Verslag GOA

5 maart 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

13 december 2019

11 januari 2020

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het voorwaarden van het Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos dienen strikt nageleefd te worden;

3.      de bussen dienen achterwaarts op de parking op te rijden en dit dient steeds onder begeleiding te gebeuren;

4.      wanneer de bussen geparkeerd zijn, dienen de motoren te worden afgezet;

5.      eventuele vondsten of sporen dienen onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2015, artikel 5.1.4) gemeld te worden aan het agentschap Onroerend Erfgoed;

6.      langsheen de nieuwe scheidingsmuur met de kloostertuin bijkomend een infiltratie te voorzien in de vorm van een wadi of gracht om het afstromende hemelwater op te vangen en te infiltreren.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.