2020_CBS_09712 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2020068395. Scheldelaan 470. District Antwerpen - Goedkeuring

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

1.      de aanvraag ingediend is door het betrokken college;

2.      de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De gewestelijke omgevingsvergunningscommissie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

Op 16 december 2016 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (20162179) voor het herinrichten van de toegangszone;

Op 26 augustus 2011 verleende de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar een stedenbouwkundige vergunning (8.00/11002/5869.1) voor het verwijderen van de houtopstand boven de bestaande hogedrukleidingen.

Inhoud van de aanvraag

Aanleggen van twee pijpleidingen;

Bouwen van een afsluiterknooppunt;

Verwijderen van een reeds afgekoppeld leidingdeel;

Vellen van vier hoogstammige bomen.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Het betreft een nieuwe ingedeelde inrichting of activiteit.

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft een tijdelijke bemaling in functie van de aanleg van pijpleidingen.

Aangevraagde rubrieken

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

De aanvraag loopt deels onder de Scheldelaan, bestemd als Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Dit gebied is bestemd voor verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden.

In dit gebied zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle handelingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten.

De aanvraag kruist tevens de bestemming Zone voor permanente ecologische infrastructuur ‘met medegebruik’. Het gebied is bestemd voor de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van ecologische waarden.

Alle handelingen die nodig zijn of nuttig zijn voor de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van de natuur, het ecologisch milieu en van landschapswaarden zijn toegelaten.

De volgende handelingen zijn eveneens toegelaten:

- het herstellen,(her)aanleggen of verplaatsen van wegen, spoorlijnen, leidingen, aardgas-installaties, pompgemalen en waterzuiveringsstations;

- het aanbrengen van windturbines en windturbineparken, alsook andere installaties voor de productie van (hernieuwbare) energie of energierecuperatie. De mogelijke effecten van de inplanting ten aanzien van efficiënt bodemgebruik, eventuele verstoring van de uitbating(smogelijkheden) en landschappelijke kwaliteiten dienen in een lokalisatienota te worden beschreven en geëvalueerd;

- het verbouwen, uitbreiden of herbouwen van de bestaande brandweerkazerne voor zover de bestemming van het gebied niet in het gedrang wordt gebracht. De uitbreiding van de kazerne is beperkt tot de percelen in gebruik door de brandweer op het moment van definitieve

vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voornamelijk de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Parallel aan de Scheldelaan lopen overdrukken met als aanduiding Leidingstraat en Hoogspanningsleiding. Op circa 395 meter ten oosten van de aanvraag bevindt zich het Insteekdok 2 met als bestemming Gebied voor waterweginfrastructuur.

Ten westen van de Scheldelaan bevindt zich de grens van het afgebakende zeehavengebied. Buiten deze grens is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met bestemmingen Natuurgebieden met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten en Bijzondere natuurgebieden (waterzuivering, afvoerleidingen en leidingstraten). 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Een op- en overslagbedrijf wordt met het bestaande leidingentracé parallel aan de Scheldelaan, verbonden via twee nieuw aan te leggen pijpleidingen. De leidingen worden in open sleuf langs de toegangsweg tot het bedrijf gelegd in het tracé van een reeds bestaande leiding. De lengte van de leidingen bedraagt zo 900 meter. De kruising met de Scheldelaan en een bestaand meetstation gebeurt via een gestuurde boring. In deze twee gestuurde boringen wordt een derde leiding aangelegd die zal fungeren als wachtleiding.

Aan zijde Scheldelaan wordt de aansluiting gemaakt door het snijden van een bestaande leiding en het inbouwen van bochten waardoor twee van elkaar gescheiden leidingen gerealiseerd worden. De aansluiting met het bedrijf gebeurt via een nieuw te bouwen afsluiterpost. Dit knooppunt wordt geplaatst op een vloeistofdichte vloer welke een oppervlakte heeft van 49 m².

Om deze werken te kunnen uitvoeren, dienen vier hoogstammige bomen langs de toegangsweg tot het bedrijf, geveld te worden. Tevens zal een stuk afgekoppeld leidingdeel verwijderd worden.

Transport via pijpleiding is duurzaam: het is filevrij, milieuvriendelijk en veilig indien goed georganiseerd en beheerd. De werken dragen bij tot de verder exploitatie van het industriegebied waardoor de aanvraag functioneel inpasbaar is.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

Visueel-vormelijke elementen

De aangevraagde werken omvatten voornamelijk ondergrondse werken waarbij het uitzicht van de omgeving na de aanleg van de geboorde leidingen, niet zal wijzigen. De bovengrondse afsluiterpost stoort niet in deze industriële omgeving.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Door de aard van de aanvraag werd het advies ingewonnen van de brandweer/risicobeheer/preventie. Dit advies is voorwaardelijk gunstig.

Door de aanwezigheid van verschillende pijpleidingen heeft de vergunningverlenende overheid het advies ingewonnen van de beheerders van deze leidingen.

Het project voorziet het rooien van 4 bomen waarvan 1 boom een stamdiameter heeft van meer dan 1 meter. Advies werd gevraagd aan de dienst stadsbeheer/groen- en begraafplaatsen van de stad Antwerpen. Zij brachten een voorwaardelijk gunstig advies uit waarin wordt opgemerkt dat op basis van de zorgplicht er voorzien moet worden in maatregelen voor de compensatie van het verlies aan natuurwaarden. In dit sterk geïndustrialiseerd gebied, gekenmerkt door de aanwezigheid van bovengrondse en ondergrondse installaties is compensatie elders op het terrein evenwel moeilijk haalbaar. Het rooien van de bomen wordt gunstig geadviseerd omdat de bomen zich zeer nabij de aan te leggen leiding bevinden en de wortelwerking een voldoende veilige leidinginstallatie, dat bovendien in daartoe bestemde zones is gelegen, in de weg kunnen staan. Op de gebieden van belangrijke natuurlijke kwaliteit in de omgeving (Habitatrichtlijngebied, Vogelrichtlijngebied en VEN-gebied) worden ook geen betekenisvolle negatieve effecten verwacht (zie deel “Natuurimpact”).

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De aanleg van de pijpleidingen heeft geen mobiliteitsimpact. Er is enkel een effect op de mobiliteit gedurende de werken. De bouwheer dient de nodige (organisatorische) acties te ondernemen opdat het werfverkeer geen hinder op de openbare weg veroorzaakt

Natuurimpact

Het geplande project bevindt zich gedeeltelijk binnen het Vogelrichtlijngebied “Schorren en polders van de Beneden-Schelde” (BE2301336) en grenst aan het Habitatrichtlijngebied “Schelde- en Durmeestuarium van de Nederlandse grens tot Gent” (BE2300006) en het VEN-gebied “Slikken en schorren langsheen de Schelde” dat deels overlapt met het Habitatrichtlijngebied. 

-      In de bijgevoegde passende beoordeling worden de effecten op zowel de habitats als de soorten onderzocht. De effecten die aan bod komen zijn o.a. versnippering, geluidsverstoring, de waterhuishouding (grond- en oppervlaktewater), eutrofiëring en verzuring. Cumulatieve effecten worden niet verwacht. In de passende beoordeling wordt geconcludeerd dat er geen betekenisvolle negatieve effecten worden verwacht voor de Speciale Beschermingszones. Er vindt geen permanent ruimtebeslag plaats ter hoogte van het Habitatrichtlijngebied. De bemalingswerken zullen nauwkeurig gemonitord worden waarbij het bemalingswater zal geanalyseerd worden. Ondanks de (beperkte) overlap van de werkzone met het Vogelrichtlijngebied worden er geen betekenisvolle negatieve effecten verwacht op de voorkomende en tot doel gestelde soorten voor de voorkomende Speciale Beschermingszones.

-     In de verscherpte natuurtoets worden de effecten op het VEN-gebied onderzocht. Rechtstreekse effecten worden niet verwacht aangezien de werkzone niet gelegen is binnen de afbakening van het VEN-gebied. Onrechtstreeks zijn er tijdens de uitvoeringsfase effecten mogelijk ten gevolge van de verhoogde geluidsproductie en de bemaling. Echter aangezien het projectgebied in de huidige situatie reeds sterk geluidsverstoord is door weg- en industriegeluiden en aangezien de graafwerkzaamheden en boringen overdag plaatsvinden, worden bijkomende geluidseffecten als beperkt ingeschat. Tijdens de exploitatiefase worden geen effecten verwacht. Algemeen concludeert men dat er geen vermijdbare en onherstelbare effecten worden verwacht op het VEN-gebied.

Het komt aan het Agentschap voor Natuur en Bos toe de passende beoordeling te beoordelen en te adviseren.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Om Vesta Terminal Antwerpen te ontsluiten dienen twee 12” pijpleidingen aangelegd te worden tussen het bedrijf en de ex-CEPS-leiding tussen Gunvor Petroleum Antwerpen en CEPS gelegen langs de Scheldelaan. De leidingen sluiten op Vesta Terminal Antwerp aan op een nieuw te bouwen station. De dubbele leiding wordt in hetzelfde tracé aangelegd, deels in open sleuf, deels via de techniek van het horizontaal gestuurd boren.

Met onderhavige aanvraagt wenst men een vergunning te bekomen voor de benodigde bronbemaling, ter hoogte van:

- drie open sleufgedeeltes: lengtes circa 224, 276 en 60 meter, dieptes van 1,5 tot 2,9 meter;

- vier bouwputten: dieptes van 3 tot 4 meter.

De duur van de bemaling wordt ingeschat op 6 weken (42 dagen) voor sleuf 1 en 2 en bouwputten 1, 3 en 4. De duur van de bemaling wordt ingeschat op 5 weken (35 dagen) voor sleuf 3, en op 4 weken voor bouwput 2.

Er zal een verticale filterbemaling gebruikt worden (gravitair of vacuüm), met filters die in de geroerde en zandige laag geplaatst worden tot op de top van de kleilaag. Er wordt een debiet van 910,8 m³/dag aangevraagd. Het bemalingswater zal in de riolering geloosd worden, die uitmondt in de havendokken. Voor het gedeelte langs de Scheldedijk zal het water rechtstreeks in de Schelde geloosd worden.

Het aanvraagdossier bevat een bemalingsstudie waaruit blijkt dat de bemaling voor zowel de open sleuf als de bouwputten geen risico op vlak van zettingen vertonen.

Gezien de aanwezigheid van (petro)chemische bedrijven in de nabije omgeving, zal het bemalingswater geanalyseerd worden en desgevallend zullen de nodige maatregelen genomen worden. Specifiek omwille van de berekende invloedstraal van bemaling open sleuf 1b en de aanwezigheid van bodemverontreiniging op het naastliggend terrein is het mogelijk dat er verontreinigingen in het bemalingswater terechtkomen. Omdat het niet zeker is dat de indelingscriteria voor alle parameters gehaald zullen worden, worden er verhoogde lozingsnormen aangevraagd. De lozing van bedrijfsafvalwater als ook een afvalwaterzuiveringsinstallatie worden aangevraagd met een lozingsdebiet van 37,95 m³/uur.

Men vraagt onderstaande lozingsnormen aan. Deze normen zijn gebaseerd op de lozingsnormen die in de standaard procedure voor bodemsaneringsprojecten (OVAM) omschreven worden.

De toepassing van een waterzuiveringsinstallatie is afhankelijk van de parameters. Wanneer er tijdens de monitoring een overschrijding van de vergunde lozingsnormen wordt vastgesteld, zal de zuivering ingezet worden. Gezien de verontreiniging met minerale olie, BTEX, MTBE en naftaleen zullen volgende technieken toegepast worden indien nodig: koolwaterstoffenafscheider en actief kool filter.

Gelet op de mogelijke verontreiniging van het bemalingswater is het aangewezen dat het bemalingswater geanalyseerd wordt in functie van de geldende lozingsnormen voor de aanvang van de bemaling en nadien wekelijks.

Het projectgebied grenst gedeeltelijk aan het habitatrichtlijngebied ‘Schelde- en Durme-estuarium van de Nederlandse grens tot Gent’ (BE2300006) en aan het VEN-gebied ‘Slikken en schorren langsheen de Schelde’. Er is tevens een gedeeltelijke overlap met het vogelrichtlijngebied ‘Schorren en Polders van de Beneden-Schelde’. Het aanvraagdossier bevat een passende beoordeling en verscherpte natuurtoets.

Specifiek over de bemalingen wordt in de passende beoordeling gesteld dat in de invloedstraal beschermde habitattypes gelegen zijn, met name de habitattypes 1130 (estuaria), 1330_da (schor) en rbbmr (rietvegetaties). Deze habitattypes overlappen met de vaargeul en het getijdengebied van de Schelde en de Scheldeoever. Op de Schelde wordt echter geen negatief effect verwacht door de bemaling. Er kan geconcludeerd worden dat er geen betekenisvol negatief effect wordt verwacht ten aanzien van de voorkomende en tot doel gestelde habitats voor het habitatrichtlijngebied omwille van de geplande bemaling. Er zijn evenmin negatieve effecten te verwachten op de waterkwaliteit van de Schelde aangezien het te lozen bemalingswater gemonitord wordt.

In de verscherpte natuurtoets worden binnen de theoretische bemalingsstraal zowel waardevolle vegetaties die niet grondwaterafhankelijk zijn als zeer waardevolle vegetaties die wel (grond)waterafhankelijk zijn en onder invloed staan van de Schelde gevonden. Er kan verwacht worden dat de bemalingsstraal een afwijkende vorm zal aannemen en geen negatieve invloed heeft op de Schelde. Hierdoor, en rekening houdende met het feit dat de bemaling slechts tijdelijk is en de oorspronkelijke toestand hersteld wordt na de aanlegfase, worden geen significant nadelige effecten verwacht voor de voorkomende vegetatie.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

- voorwaarden uit het advies van de brandweer dienen strikt nageleefd te worden

Geadviseerde rubrieken

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.