De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019139815 |
Gegevens van de aanvrager: |
Jozef Edward Verbraeken met als adres Tabakvest 24 te 2000 Antwerpen en de heer Thomas Swenters met als adres Antwerpsesteenweg 14 te 2660 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Antwerpsesteenweg 14 te 2660 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 38sectie B nr. 359S2 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
uitbreiden van een eengezinswoning met wijzigingen aan de voorgevel |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/04/1974: vergunning (1056#833) voor het vervangen van ramen in de voorgevel door een garagepoort en het herinrichten van de entresol.
Vergunde/vergund geachte toestand
- rijwoning bestaande uit 3 bouwlagen onder een schuin dak;
- getande entresol over 2 bouwlagen;
- garagepoort in de voorgevel.
Huidige toestand
- rijwoning bestaande uit 3 bouwlagen onder een schuin dak;
- getande entresol over 2 bouwlagen met bouwhoogte van ca 6 meter;
- garagepoort in de voorgevel;
- bouwdiepte: 18,67 meter;
- bestaande gevelmaterialen:
Gewenste toestand
- rijwoning bestaande uit 3 bouwlagen onder een schuin dak;
- garagepoort wordt vervangen door 2 ramen;
- achterbouw tot op een totale bouwdiepte van circa 17 meter over de volledige gevelbreedte op het gelijkvloers;
- bestaande getande entresol op de verdieping met gedeeltelijk verhoogd dak tot 7,50 meter;
- tegen de achtergevel wordt een metalen pergolastructuur geplaatst;
- gevelmaterialen:
Inhoud van de aanvraag
- verwijderen van de garagepoort;
- plaatsen van 2 nieuwe ramen;
- gedeeltelijk slopen van de bestaande uitbouw;
- opbouwen van een nieuwe uitbouw;
- herindelen van de ruimtes.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Het gelijkvloers van een gebouw dat aan de openbare weg grenst, moet aan de straatzijde een verblijfs-, horeca-, kantoor- of handelsruimte bevatten met een raamopening aan de straatzijde zodat een regelmatig contact tussen de gebruiker(s) van het gebouw en de straat mogelijk is. Achter de ramen aan de straatzijde voorziet men in de aanvraag een berging/fietsenstalling;
Elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. De leefruimte op het gelijkvloers trekt enkel licht door de nieuwe raamopeningen gelegen achter de leefkeuken op een afstand van 9,5 meter. In het plat dak van de nieuwe uitbouw worden wel een aantal lichtkoepels geplaatst.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
- artikel 12 Levendige plint: het gelijkvloers van een gebouw dat aan de openbare weg grenst, moet aan de straatzijde een verblijfs-, horeca-, kantoor- of handelsruimte bevatten met een raamopening aan de straatzijde zodat een regelmatig contact tussen de gebruiker(s) van het gebouw en de straat mogelijk is. Achter de ramen aan de straatzijde voorziet men in de aanvraag een berging/fietsenstalling.
- artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. De leefruimte op het gelijkvloers trekt enkel licht door de nieuwe raamopeningen gelegen achter de leefkeuken op een afstand van 9,5 meter. In het plat dak van de nieuwe uitbouw worden wel een aantal lichtkoepels geplaatst.
In de bestaande en laatst vergunde toestand is de ruimte aan de straatkant een garage met een gesloten garagepoort. Het vervangen van de garagepoort door 2 ramen in de voorgevel is een verbetering ten opzichte van de bestaande en laatst vergunde toestand gezien er een relatie ontstaat tussen de bewoners van de woning en de passanten op straat. Een bergplaats voor fietsen is echter geen verblijfsruimte en beperkt de relatie tussen woning en straat. Aangezien de aanvraag een verbetering is ten opzichte van de bestaande en laatst vergunde toestand en aangezien een bergplaats voor fietsen een logische invulling is van de bestaande ruimte aan de straatkant, zal als voorwaarde worden opgelegd dat in de wand tussen de leefruimte en de fietsenbergplaats een opening moet worden gemaakt die voldoende contact tussen de woning en de straat kan waarborgen. Door deze voorwaarde krijgt de leefruimte die zich in het donkere hart van de woning bevindt, meteen ook extra daglichttoetreding.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met de omgeving die gekenmerkt wordt door overwegend eengezinswoningen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
De vergunde garage wordt omgevormd tot een berging en fietsenstalplaats. Ook al is in de bestaande toestand de ruimte vooraan te klein om een wagen te kunnen parkeren, in de laatst vergunde toestand is dit wel mogelijk.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:
‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 0 = 1.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt [1] – [0] = [1]. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Voor vergunningsaanvragen voor nieuwbouw van eengezinswoningen kan echter afgeweken worden van de berekening van de parkeerbehoefte zoals vermeld in bovenstaande tabel, indien realisatie van de parkeerplaatsen niet mogelijk is. Dit geldt tevens voor eengezinswoningen die boven winkelpanden ingericht worden. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.
|
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De Antwerpsesteenweg ter hoogte van de woning uit de aanvraag wordt gekenmerkt door statige herenhuizen waarvan het hoofdvolume een bouwdiepte heeft van 9 meter over 3 bouwlagen. Achter het hoofdvolume bevindt zich overwegend een entresol over 2 verdiepingen tot een bouwdiepte van bijna 19 meter. Bij de woning uit de aanvraag heeft deze entresol een getande opbouw. De bestaande achterbouw wordt gedeeltelijk afgebroken en bijna 2 meter ingekort. Op de gelijkvloerse verdieping wordt de achterbouw over de volledige perceelsbreedte uitgewerkt. Op de verdieping blijft de getande opbouw behouden. Het dak van de entresol op de verdieping wordt wel gedeeltelijk verhoogd om een voldoende vrije hoogte te bekomen in de badkamer die op deze plek wordt ingericht. Aangezien de nieuwe bouwdiepte wordt verminderd ten opzichte van de bestaande bouwdiepte veroorzaakt de aanvraag geen hinder naar de aanpalende percelen met betrekking tot privacy en schaduwwerking. Het beperken van de bouwdiepte van de uitbouw zorgt voor minder verharde oppervlakte van de tuin waardoor er meer oppervlakte gevrijwaard blijft voor de infiltratie van regenwater en voor een groene inrichting die de biodiversiteit en het stedelijk hitte-eilandeffect ten goede komt. De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.
Visueel-vormelijke elementen
De Antwerpsesteenweg ter hoogte van de woning uit de aanvraag wordt gekenmerkt door statige herenhuizen met een erker op de verdieping en een brede voordeur en twee ramen op het gelijkvloers. In de woning van de aanvraag werden deze ramen in het verleden vervangen door een garagepoort. Deze wordt verwijderd en vervangen door twee ramen boven een hoge arduinen plint. Hierdoor wordt de gevel opnieuw ingepast in het straatbeeld.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De geplande werken optimaliseren het wooncomfort van de woning. De leefkeuken wordt op de diepe tuin georiënteerd waardoor het contact tussen de leefruimte en de tuin wordt versterkt wat de woonkwaliteit ten goede komt.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. in de muur tussen de fietsenberging en de leefruimte op het gelijkvloers dient een opening voorzien te worden die voldoende contact waarborgt tussen de woning en de straat;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
21 november 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
12 december 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
10 februari 2020 |
Verslag GOA |
27 januari 2020 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. in de muur tussen de fietsenberging en de leefruimte op het gelijkvloers dient een opening voorzien te worden die voldoende contact waarborgt tussen de woning en de straat;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.