Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2020022789 |
Gegevens van de aanvrager: |
BV CMI-Holding met als adres Voort 34 te 2328 Hoogstraten |
Ligging van het project: |
Rozenstraat 5 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 2sectie B nr. 1921F |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
omvormen van een pand met 6 vergunde studentenkamers naar 4 studentenkamers |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 28/12/2018: vergunning (20182961) voor het verbouwen van een pand met studentenkamers;
- 31/10/2012: vergunning (20126150) voor wijzigen van de bestaande vergunning voor het verbouwen van een studentenhuis (vervallen);
- 17/02/2012: vergunning (20116637) voor verbouwen studentenkamers (vervallen);
- 27/07/1922: vergunning (1922#13785) voor gevelveranderingen.
Vergunde/vergund geachte toestand
- 6 studentenkamers;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- momenteel nog 9 studentenkamers, omvorming naar 6 studentenkamers in uitvoering;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- 4 studentenkamers;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- omvormen van een pand met 6 vergunde studentenkamers naar 4 studentenkamers;
- interne reorganisatie ter verbetering van het wooncomfort;
- wijzigen van de voorgevel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
11 maart 2020 |
1 april 2020 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
11 maart 2020 |
23 maart 2020 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
11 maart 2020 |
8 april 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
de inhoud van de septische put werd niet weergegeven op de plannen. Deze dient minstens 2000 liter te zijn.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestemming van studentenhuis blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Het verminderen van het aantal studentenkoten komt de draagkracht ten goede.
Visueel-vormelijke en Cultuurhistorische aspecten
Er werd aan de aanvraag geen extra informatie toegevoegd met betrekking tot het cultuurhistorisch profiel van het pand. De voorgenomen verbouwing werd wel vooraf besproken met de dienst monumentenzorg. Het dossier bevat voldoende informatie om de geplande ingrepen te kunnen beoordelen.
Het pand is een traditionele woning, mogelijk opklimmend tot de 16de eeuw, die in de voorbije eeuwen verschillende keren verbouwd werd. De basisopbouw van het pand is nog steeds afleesbaar. Van het oorspronkelijke pand resten, buiten de dragende muren, nog de kelder en wellicht ook de houten tussenvloeren tussen de verschillende verdiepingen en de dakconstructie.
De aanvraag beoogt de renovatie van het bestaande gebouw. De houten tussenvloeren tussen de verschillende verdiepingen blijven bewaard. Op het gelijkvloers, de eerste en de tweede verdieping wordt de tussenmuur tussen voor- en achterhuis maximaal verwijderd. Om de leesbaarheid van de historische indeling van het pand te bevorderen is het aan te bevelen om aan weerszijden stukken muur, in de vorm van penanten te behouden. Dit mag echter de ruimtelijke kwaliteit van de verblijfsruimten niet beperken.
De gevel blijft ongewijzigd, maar zal bepleisterd worden. Hierbij dient een gladde pleister met witte kleur gebruikt te worden. Het schrijnwerk in de voorgevel dient uitgevoerd te worden in wit geschilderd hout met T-ramen met een historische profilering, dit in tegenstelling tot het aluminium schrijnwerk dat in de aanvraag voorgesteld wordt. Dit type schrijnwerk integreert zich beter in de historische omgeving van de Antwerpse binnenstad.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De studentenkamers zelf voldoen aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de voorgevel te voorzien van een gladde pleister in witte kleur;
3. de voorgevel te voorzien van houten, wit geschilderd schrijnwerk met vast bovenlicht en 2 opendraaiende vleugels en een historische profilering. Een typevoorbeeld van het nieuwe schrijnwerk voor uitvoering voor te leggen aan de dienst monumentenzorg;
4. de tussenmuren tussen voor- en achterhuis op het gelijkvloers, de eerste verdieping en de tweede verdieping zoveel mogelijk te behouden om de leesbaarheid van de historische kamerindeling te behouden;
5. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Standpunt college
Het college sluit zich grotendeels aan bij het standpunt van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
De gemeentelijke omgevingsambtenaar merkt op dat het pand volgens het RUP Binnenstad gelegen is in een gebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. Vanuit die optiek wordt een voorwaarde geadviseerd om de voorgevel te voorzien van wit geschilderd, houten schrijnwerk voorzien van een historische profilering.
Het pand zelf is niet beschermd, noch opgenomen in de inventaris Onroerend Erfgoed. Het pand is gelegen in een smalle straat, waarvan het straatbeeld reeds gekenmerkt wordt door het gebruik van meerdere gevelmaterialen.
De nieuwe uitwerking van de voorgevel respecteert volgens het college voldoende het (historische) karakter van het pand en de nabije omgeving.
Het college is bijgevolg van mening dat in dit geval het aangevraagde schrijnwerk vergund kan worden en schrapt om die reden de desbetreffende voorwaarde.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
24 februari 2020 |
Volledig en ontvankelijk |
11 maart 2020 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
9 juni 2020 |
Verslag GOA |
28 april 2020 |
naam GOA |
Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de voorgevel te voorzien van een gladde pleister in witte kleur;
3. de tussenmuren tussen voor- en achterhuis op het gelijkvloers, de eerste verdieping en de tweede verdieping zoveel mogelijk te behouden om de leesbaarheid van de historische kamerindeling te behouden;
4. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.