Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2020015587 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Jesse Docx met als adres Korte Lozanastraat 16 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Korte Lozanastraat 16 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 10sectie K nr. 1870W |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/07/2005: vergunning (545#1158) bouwen van een veranda van 14m²;
- 09/04/2003: vergunning (86#30768) herinrichten van een werkplaats tot woonruimte behorend bij de bestaande woning op de verdieping;
- 07/09/1956: vergunning (18#35598) woning met werkplaats oprichten.
Vergunde toestand
- eengezinswoning van 3 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing.
Huidige toestand
- eengezinswoning van 3 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing, met een veranda op de 1ste verdieping.
Gewenste toestand
- eengezinswoning van 3 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing, met een uitbreiding op de 1ste verdieping.
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van een eengezinswoning;
- de bestaande veranda op de eerste verdieping wordt vervangen door een aanbouw en ingericht als keuken met wintertuin;
- daarachter wordt een dakterras op stalen roosters en een groendak aangelegd;
- het gelijkvloers, de tweede verdieping en de voorgevel blijven ongewijzigd.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat het intern wijzigen van een bestaande eengezinswoning met een kleine uitbreiding achteraan op de eerste verdieping. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Korte Lozanastraat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Op het gelijkvloers worden er geen wijzigingen aan het bouwvolume aangebracht. Enkel de interne structuur wordt hier gewijzigd. Op de eerste verdieping wordt een kleine perceelsbrede uitbreiding voorzien achteraan. De uitbouw op de eerste verdieping is beperkt, gebeurt binnen een aanvaardbare bouwdiepte en veroorzaakt geen storende effecten tegenover de omgeving. De uitbreiding gebeurt binnen de opgaande scheidingsmuren, waardoor er geen scheidingsmuren dienen opgehoogd te worden. Op de tweede verdieping wijzigt het bouwvolume niet.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevel van de aanvraag wijzigt niet. Het straatbeeld wordt niet aangetast. De twee bovenste bouwlagen van de achtergevel worden voorzien van brons geanodiseerde platen in aluminium. Het schrijnwerk van dezelfde bouwlagen wordt in hetzelfde materiaal voorzien. De bestaande veranda op het gelijkvloers blijft behouden en wijzigt niet. Vanuit het visuele en vormelijke aspect wordt een gunstig advies uitgebracht.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door de wijzigingen aan de achtergevel op de eerste verdieping ontstaat er een beter contact tussen de keuken, wintertuin en eetkamer enerzijds en het aanliggende terras anderzijds. Openingen in de muren zorgen ervoor dat visueel contact tussen de ruimtes mogelijk is.
Het lichtdoorlatend rooster dat voorzien wordt op het terras op de eerste verdieping zorgt ervoor dat de onderliggende ruimtes (hobbyruimte) van daglicht worden voorzien via lichtkoepels.
Inzake privacy is er wel een storende element. Achteraan het dakterras op de eerste verdieping heeft de rechterscheidingsmuur over een diepte van ongeveer 75 cm slechts een hoogte van 1,70 m. Hierdoor is er een rechtstreeks uitzicht naar de rechterbuur toe, waardoor de privacy in het gedrang komt. Voor het ophogen van de scheidingsmuur tot 1,90 m, waardoor het rechtstreeks uitzicht niet meer mogelijk is, is een nieuwe aanvraag noodzakelijk. Echter kan het rechtstreeks uitzicht ook verhinderd worden door het terras terug te trekken naar de woning toe (= minder diep uit voeren). In voorwaarde wordt bijgevolg opgelegd om het terras 75 cm minder diep uit te voeren. De totale diepte van het terras wordt dan, in plaats van 5,50 m in de gewenste toestand, 4,75 m. De oppervlakte die vrijkomt, wordt in groendak voorzien.
Inzake (brand)veiligheid wordt er opgemerkt dat er geen opstand van minimaal 30 cm aanwezig is ten opzicht van het hoogste aangrenzende dakvlak, zoals opgesteld in artikel 34 van de bouwcode. Deze opstand is niet aanwezig achteraan de 1ste verdieping tegenover de linkerbuur, over een diepte van 2,08 m. Aangezien het op deze plaats om een groendak gaat dient er, in de plaats van een opstand, tussen de scheidingswand en de vegetatie een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aanwezig te zijn. Dit wordt opgelegd in voorwaarden.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. het dakterras achteraan op de eerste verdieping 75 cm minder diep uitvoeren;
2. ter hoogte van de eerste verdieping, achteraan aan de linkerzijde, dient tussen de linkerscheidingswand en de vegetatie van het groendak een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aanwezig te zijn;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
20 februari 2020 |
Volledig en ontvankelijk |
16 maart 2020 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
14 juni 2020 |
Verslag GOA |
29 april 2020 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. het dakterras achteraan op de eerste verdieping 75 cm minder diep uitvoeren;
2. ter hoogte van de eerste verdieping, achteraan aan de linkerzijde, dient tussen de linkerscheidingswand en de vegetatie van het groendak een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aanwezig te zijn;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.