Artikel 56, §3, 5° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat het college bevoegd is voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip dagelijks bestuur.
De inschrijver dient een minimale totale omzet van 100.000 euro, op basis van de laatst gepubliceerde jaarrekening, te kunnen voorleggen.
De inschrijver dient aan te tonen dat hij voldoende bekwaam is om deze opdracht tot een goed einde te brengen. De geschiktheid van de kandidaat wordt beoordeeld aan de hand van minimum 2 referenties met betrekking tot gelijkaardige opdrachten. De opdrachten waarop de voormelde referenties betrekking hebben, werden uitgevoerd tijdens de laatste 3 jaar, en hebben gezamenlijk een waarde van minimaal 50.000 euro (exclusief btw.)
De opdracht wordt gegund aan de inschrijver die de economisch meest voordelige offerte heeft ingediend, rekening houdend met de volgende gunningscriteria:
In toepassing van artikel 41, §1, 1° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, zal deze opdracht gegund worden bij vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking omdat het geraamde bedrag van de opdracht (zonder belasting over de toegevoegde waarde) lager ligt dan de door het artikel 11, eerste lid, 3° van het Koninklijk Besluit Plaatsing van 18 april 2017 bepaalde drempel van 214.000,00 EUR.
In toepassing van artikel 41, §2, tweede lid, laatste zin van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en met verwijzing naar artikel 37, §5, kan de aanbestedende overheid de in artikel 41, §2, tweede lid, eerste zin bepaalde termijn van ten minste 22 dagen voor de ontvangst van de offertes met vijf dagen verkorten indien de offertes langs elektronische weg worden ingediend overeenkomstig de door en krachtens artikel 14, §1, tweede lid en §§5 tot 7, bepaalde regels betreffende de elektronische platformen.
Overeenkomstig en binnen de grenzen van artikel 71 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten legt de aanbestedende overheid aan de kandidaten of inschrijvers selectiecriteria op als voorwaarde voor deelname.
In toepassing van artikel 81 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, baseert de aanbestedende overheid de gunning van de overheidsopdracht op de economisch meest voordelige offerte. De economisch meest voordelige offerte uit het oogpunt van de aanbestedende overheid wordt vastgesteld rekening houdend met de gunningscriteria. Ze vermeldt de gunningscriteria in de aankondiging van de opdracht of in een ander opdrachtdocument.
In toepassing van de artikelen 2, 6° en 47 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, zal de stad Antwerpen optreden als aankoopcentrale in die zin dat ze gecentraliseerde aankoopactiviteiten en aanvullende aankoopactiviteiten verricht die bestemd zijn voor andere aanbesteders die in de opdrachtdocumenten zijn aangeduid.
Kinderopvang heeft voor haar dagelijkse werking behoefte aan speelgoed en knutselmateriaal. Zij wensen hiervoor een nieuwe raamovereenkomst af te sluiten waarin ook het jaarlijks onderhoud van de grote speeltuigen is opgenomen.
De huidige raamovereenkomst GAC_2015_3509 eindigt op 6 november 2020. Om de continuïteit in de dienstverlening te verzekeren, is het aangewezen een nieuwe overeenkomst op te maken.
Het college keurt bestek GAC_2019_00946 voor het afsluiten van een raamovereenkomst voor het leveren van speelgoed en knutselmateriaal goed en keurt eveneens goed dat:
De financieel directeur verleent zijn visum en regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Raamovereenkomst voor het leveren van speelgoed en knutselmateriaal | budgetplaats: 5531000000 budgetpositie: 6141 en 240 functiegebied: 2HMS020201A00000 subsidie: SUB_NR fonds: intern begrotingsprogramma: 2SA040945 budgetperiode: 2000 |
met orderbons | |
Raamovereenkomst voor het leveren van speelgoed en knustelmateriaal | budgetplaats: 5531000000 budgetpositie: 6141 en 240 functiegebied: 2HMS020201A00000 subsidie: SUB_NR fonds: intern begrotingsprogramma: 2SA040945 budgetperiode: 2100, 2200, 2300,2400, 2500, 2600 en 2700 mits goedkeuring van de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan door college en gemeenteraad |
met orderbons |