Terug
Gepubliceerd op 25/05/2020

2020_CBS_04432 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019633. Prins Boudewijnlaan 50. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
wo 20/05/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_04432 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019633. Prins Boudewijnlaan 50. District Wilrijk - Goedkeuring 2020_CBS_04432 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019633. Prins Boudewijnlaan 50. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020019633

Gegevens van de aanvrager:

BV IMMO PRINS 50 met als adres Prins Boudewijnlaan 50 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Ligging van het project:

Prins Boudewijnlaan 50 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 42sectie B nr. 372Z

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

wijzigen van de functie naar kantoor

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          27/09/2019: weigering (20192059) voor het wijzigen van de functie naar kantoor;

-          05/10/2018: niet-uitgevoerde vergunning (20182203) voor het opsplitsen van een eengezinswoning naar 3 woonunits;

-          26/09/1960: vergunning (238#10752) voor het bouwen van een huis.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie: wonen;

-          volume: halfopen bebouwing van 3 bouwlagen onder een plat dak met uitpandige garage;

-          inrichting: eengezinswoning met een bruto-vloeroppervlakte van circa 440m²;

-          gevelafwerking: lichte gevelsteen met aluminium buitenschrijnwerk;

Huidige toestand

-          conform voorlaatste vergunde toestand. De laatste vergunning (2018) werd niet uitgevoerd;

-          terras achteraan de eerste verdieping met een trap naar de tuin;

Gewenste toestand

-          functiewijziging van een niet te beschermen eengezinswoning naar kantoor;

-          volume: overdekte fietsenstalling achter de autogarage;

-          inrichting:

  • kantoor voor notarissen met interne structurele verbouwingswerken;
  • nieuwe (extra) hoofdingang en heraanleg van de voortuinzone met onder andere drie fietsparkeerplaatsen;

-          gevelafwerking:

  • kader rond de hoekramen gelijkvloers en eerste verdieping en kader rond de voordeur in de zijgevel afgewerkt in bronskleurige aluminium;
  • zaak-gebonden publiciteit;
  • gevelafwerking van de autogarage: bronskleurige aluminium.

Inhoud van de aanvraag

-          functiewijziging van eengezinswoning naar kantoor;

-          volume: terras met trap conform bestaande toestand, overdekte fietsenberging;

-          inrichting:

  • interne constructieve werken;
  • extra ingang en heraanleg van de voortuin met 3 fietsparkeerplaatsen en een oprit in waterdoorlatende materialen;

-          gevelafwerking: gedeeltelijke gevelbekleding in bronskleurige aluminium met daarop zaak-gebonden publiciteit.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer

17 maart 2020

7 april 2020

Voorwaardelijk gunstig

brandweer/ risicobeheer/ preventie

17 maart 2020

20 april 2020

Voorwaardelijk vergund

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

17 maart 2020

26 maart 2020

ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie

17 maart 2020

26 maart 2020

stadsontwikkeling/ mobiliteit

17 maart 2020

19 maart 2020

stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen

17 maart 2020

31 maart 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 25 Vrije en vlakke wand- vloerbreedte:
    de toegangsdeur tot bureauruimte 06, vooraan het gelijkvloers, heeft onvoldoende opstelruimte.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Een notariskantoor (diensten) is op deze locatie en in dit pand functioneel inpasbaar.

De stedelijke dienst ‘ondernemen en stadsmarketing / business en innovatie’ geeft een gunstig advies gezien het gaat om een kleinschalige kantoorontwikkeling op een niet-strategische kantoorlocatie.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het bestaande volume blijft ongewijzigd. Het voorgestelde is voor wat betreft volume en inplanting blijvend inpasbaar in de stedelijke omgeving en verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gevel wordt gedeeltelijk afgewerkt met brons aluminium waardoor er een hoekaccent ontstaat  ter hoogte van het gelijkvloers en de 1ste verdieping. De gekozen materialisatie is inpasbaar is in de stedelijke context van het perceel en sluit aan bij het bestaande materiaal van de gevel met name licht gele Franse gevelsteen.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag wijkt af op artikel 25  van de verordening toegankelijkheid dat stelt dat er naast de krukzijde van een deur voor een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte dient te worden gezorgd, met een ruwbouwmaat van minstens 45 cm, zodat na de afwerking een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 50 cm gegarandeerd wordt. Voor de toegangsdeur tot bureauruimte 06 op het gelijkvloers is dit niet het geval. Indien er een vergunning zou worden verleend dient dit in voorwaarde te worden opgenomen.

 

Aangezien het een kantoorfunctie betreft, werd er advies gevraagd aan de stedelijke dienst Milieuvergunningen:

“De aanvraag betreft een functiewijziging van een meergezinswoning naar een kantoor, gelegen Prins Boudewijnlaan 50 te 2610 Wilrijk. Er zullen intern structurele verbouwingswerken plaatsvinden en ook wijzigingen aan de gevels. Uit de uitvraag en de plannen is niet duidelijk of er indelingsplichtige activiteiten aanwezig zijn. De exploitant dient na te gaan of een melding of vergunning hiervoor noodzakelijk is.”

 

Het agentschap Wegen en Verkeer werd om advies gevraagd. Het advies is voorwaardelijk gunstig:

Onwenselijkheid omwille van de goede ruimtelijke ordening en toekomstvisie inzake

wegbeheer en verkeersveiligheid (bouwlijn).

Onwenselijkheid omwille van de beleidsmatig gewenste ontwikkelingen

In de omgeving werd decennialang een bouwlijn toegepast aan de hand van het niet bij KB

bekrachtigde rooilijnplan C00213700 zodat er een feitelijke bouwlijn is ontstaan.

Deze feitelijke bouwlijn bevindt zich op 6 meter achter de rooilijn.

Het is van groot belang om deze bouwlijn te blijven hanteren om de volgende reden:

 

Op de N173 ligt het fietspad centraal in het wegprofiel. Het fietspad is hierdoor vrijliggend ten opzichte van de rijbaan en daardoor veilig, maar ter hoogte van de kruispunten zorgt dit voor zeer moeilijke conflictpunten. Op termijn is het daarom de bedoeling de fietspaden aan weerszijden van de rijbaan aan te leggen. Dat zorgt voor een verbreding van het volledige profiel: de fietspaden moeten niet enkel verbreed worden, ze moeten ook de nodige schrikafstand krijgen ten opzichte van de rijbaan. In verschillende studies, waaronder recent nog het mobiliteitsplan van de vervoerregio Antwerpen (Routeplan 2030), werd deze as geselecteerd als geschikte drager voor een hoogwaardig openbaar vervoer. Ook hiervoor zal de nodige ruimte moeten voorzien worden. Het Agentschap Wegen en Verkeer vraagt daarom de feitelijke bouwlijn aan te houden. Het Agentschap Wegen en Verkeer wenst de grond, bestemd voor de openbare weg, te vrijwaren van elk extra obstakel voor de toekomstige weginrichting, zodat deze later kan aangepast worden aan de nieuwe behoeften en inzichten. Het Agentschap wenst dan ook geen afwijking toe te staan en adviseert daarom ongunstig. Gelet op dit ongunstig advies moet de vergunning geweigerd worden voor wat de betreft de constructies in de zone van achteruitbouw.

 

Besluit:

Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer gunstig onder volgende voorwaarden:

De zone van achteruitbouw moet vrij blijven. De nieuwe septische put, de plateaulift en de boom moeten verplaatst worden en kunnen niet toegelaten worden in de zone van achteruitbouw. Deze zone moet vrij blijven voor toekomstige ontwikkelingen.

 

De aanvrager voegde een plan toe aan de omgevingsaanvraag met een voorstel om het niveauverschil aan de frontale ingang intern op te lossen, in plaats van in de voortuinzone.

Dit door middel van een kleine trap in de inkomhal met een trapplateaulift aan de zijkant. Met deze aanpassing wordt de bouwvrije zone van 6 meter gevrijwaard en bijgevolg voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 6 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.

Een bestaande eengezinswoning wordt omgevormd tot notariskantoor. De totale BVO (incl. kelder en excl. garage) bedraagt 394,84 m2.

394,84m² kantoren met parkeernorm 1,55/100m²:  394,84m² x 1,55/100m² = 6,12 afgerond 6 parkeerplaatsen.

 

De aanvrager berekent zelf de parkeerbehoefte op basis van het personeel van het kantoor. Er zouden 9 personen werken. Op basis van een modale verdeling van 50% auto, komt dit neer op 9 x 0,5 = 4,5 afgerond 5 parkeerplaatsen.

De aanvrager houdt daarbij echter geen rekening met klanten/bezoekers. Daarvoor dient ook minstens 1 parkeerplaats voor gerekend te worden. Daarmee komt de parkeerbehoefte eveneens op 6 parkeerplaatsen.

 

De werkelijke parkeerbehoefte is 6 parkeerplaatsen.

 

De plannen voorzien in 2 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er is 1 plaats in de garage aan het gebouw. In vooroverleg is over een dubbele plaats gediscussieerd. Voor de garage is er nog plaats op de oprit.

Uit nota aanvrager: Van deze twee plaatsen achter elkaar op de oprit zal de verste plaats gebruikt worden door personeel en de achterste door bezoekers; deze verblijven slechts een beperkte tijd op de locatie en arriveren na het personeel en zullen ook weer eerder vertrekken (dit cfr. het mailverkeer met Dienst Vergunningen en Mobiliteit)

Het aantal nuttige plaatsen is 2.

 

Er zijn volgens de aanvrager ook 4 plaatsen gekocht in een project in de onmiddellijke omgeving.

De parkeerplaatsen aan de overkant van de straat kunnen echter niet in rekening worden gebracht.  Ze worden immers niet op eigen perceel gerealiseerd.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2.

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:

Dit perceel betreft een half open bebouwing met een gevelbreedte van 7,30 meter met aansluitend een garage in de zijtuinstrook. De grootte en/of vormvan het perceel laten het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe.’

 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 4.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 4.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.

Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 0 parkeerplaatsen.

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 4.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 4 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen:

Voor personeel wordt er een overdekte stalling in de tuin voorzien voor 5 fietsen. Er is aandacht voor de bereikbaarheid van deze stalling langs de garage. De fietsparkeerbehoefte voor personeel is 394,84m²/100m² x 1,25 = 4,925 afgerond 5 plaatsen.

Voor bezoekers worden 3 plaatsen in de voortuin voorzien.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      naast de krukzijde van de toegangsdeur tot bureauruimte 06 op het gelijkvloers moet, conform artikel 25 van de verordening Toegankelijkheid, voor een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte worden gezorgd, met een ruwbouwmaat van minstens 45 cm, zodat na de afwerking een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 50 cm gegarandeerd wordt;

3.      de exploitant dient na te gaan of een melding of vergunning noodzakelijk is voor indeling plichtige activiteiten;

4.      de voorwaarden uit het advies van Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven.

 

Uitsluitingen

De constructies in de zone voor achteruitbouw.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

20 februari 2020

Volledig en ontvankelijk

17 maart 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

15 juni 2020

Verslag GOA

12 mei 2020

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      naast de krukzijde van de toegangsdeur tot bureauruimte 06 op het gelijkvloers moet, conform artikel 25 van de verordening Toegankelijkheid, voor een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte worden gezorgd, met een ruwbouwmaat van minstens 45 cm, zodat na de afwerking een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 50 cm gegarandeerd wordt;

3.      de exploitant dient na te gaan of een melding of vergunning noodzakelijk is voor indeling plichtige activiteiten;

4.      de voorwaarden uit het advies van Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven.

 

Uitsluitingen

De constructies in de zone voor achteruitbouw.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.