Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 23 september 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 14 oktober 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 13 december 2020 |
Verslag GOA | 23 november 2020 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer | 14 oktober 2020 | 22 oktober 2020 | Gunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 14 oktober 2020 | 10 november 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie | 14 oktober 2020 | 21 oktober 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet een aanpassing aan de inkomzone van het EcoHuis gelegen aan de Turnhoutsebaan. De functie van kantoor en gemeenschapsvoorziening wordt door de voorliggende aanvraag niet aangepast. De aanvraag blijft functioneel inpasbaar in de Turnhoutsebaan.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag omvat het supprimeren van de bestaande inkomzone en het voorzien van een nieuwe inkomzone. De nieuwe inkomzone wordt vergroot en toegankelijker gemaakt door de toegangsdeur richting de Turnhoutsebaan te plaatsen. Aan de rechterkant en voorzijde van de inkomzone wordt een pergola voorzien. De toegangssas heeft een diepte van 3,50m en steekt 2,57m uit de gevel. De pergola sluit daar op aan en maakt een verbinding met de bestaande scheidingsmuur aan de rechterzijde. De totale hoogte van de inkomzone en pergola bedraagt 3,10m. De scheidingsmuur wordt hiervoor niet opgehoogd.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan worden ingestemd met het bouwvolume van de inkomzone en bijhorende pergola. Vanuit schaal en ruimtegebruik veroorzaakt de constructie geen storende effecten.
Visueel-vormelijke elementen
De inkomsas wordt voorzien in een houten buitenschrijnwerk (Afzelia) met beitskleur gelijkaardig aan hetgeen in de bestaande toestand. De toegangsdeur wordt voorzien in aluminium. Op het einde van de inkomsas wordt een poortje voorzien in gegalvaniseerd staal. Deze materialen zijn aanvaardbaar en inpasbaar in het concept van het EcoHuis.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De bestaande sas heeft een overdekte oppervlakte van circa 1,4m². De nieuwe inkom heeft een overdekte oppervlakte van circa 14,5m², wat een toename van circa 13m² bedraagt. Deze toename heeft een negatieve invloed op de rechtstreekse lichtinval van buiten naar binnen toe. Echter worden er grote raamopeningen voorzien aan de zijkanten van de inkomsas en wordt er een nieuwe raamopening voorzien achter de balie van circa 1,8m². Dit is voldoende om het verlies aan lichtinval door de uitbreiding van de overdekte oppervlakte van de sas op te vangen.
Inzake (brand)veiligheid voldoet de inkomzone niet aan artikel 34. Tegenover de rechterscheidingsmuur, ter hoogte van de pergola, wordt geen dakopstand van minimaal 30cm voorzien. Omdat het hier gaat om de (brand)veiligheid kan niet worden afgeweken van deze strijdigheid. Op de bijgevoegde snede staat wel een strook van 30cm aangegeven tegenover de scheidingsmuur. Echter is niet duidelijk in welk materiaal deze strook van 30cm voorzien wordt. In voorwaarde wordt opgelegd dat deze strook ter hoogte van de scheidingsmuur en met een breedte van 30 cm niet-brandbaar (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) dient te zijn. Dit wordt opgelegd in voorwaarden.
Aan de balie wordt een verlaagd gedeelte voorzien in het onthaalmeubel. Dit verlaagd gedeelte dient minstens 70cm hoog te zijn, minstens 90cm breed te zijn en minstens 60cm diep te zijn (artikel 28 van de verordening toegankelijkheid). De hoogte is niet vermeld op de plannen en dient te voldoen aan artikel 28 van de verordening toegankelijkheid.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. aan de scheidingsmuur aan de rechterzijde dient een strook van 30cm breed met niet-brandbaarmateriaal voorzien te worden (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2);
3. de hoogte van het verlaagd gedeelte van het onthaalmeubel dient conform artikel 28 van de verordening toegankelijkheid voorzien te worden.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020104861 |
Gegevens van de aanvrager: | AUTOGEMB AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF VOOR VASTGOEDBEHEER EN STADSPROJECTEN - VESPA met als adres Paradeplein 25 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Turnhoutsebaan 139 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 25 sectie A nr. 775P |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | herbouwen van het inkomsas voor het Ecohuis |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 10/04/2020: voorwaardelijke vergunning (20193997) voor de exploitatie na uitbreiding van het Echohuis;
- 25/01/2019: voorwaardelijke vergunning (20183347) voor het plaatsen van lichtgevende letters aan de gevel van kantoorgebouw Mundo-A;
- 17/06/2016: vergunning (2016267) voor het bouwen van Mundo-A: een bio-ecologisch kantoorgebouw en een polyvalent paviljoen met de aanleg van het binnengebied;
- 17/01/2014: vergunning (20135790) voor het plaatsen van een microwindturbine op het dak van het Ecohuis;
- 17/01/2014: vergunning (20135715) voor het plaatsen van een nieuwe voordeur in een bestaande muuropening;
- 21/06/2011: vergunning (20112329) voor het plaatsen van een bovengrondse vluchtweg (evacuatiestation Drink);
- 06/02/2004: vergunning (180#3186) voor de aanleg van de buitenruimte van het Ecohuis;
- 14/10/1999: vergunning (179#11616) voor vernieuwbouw Ecohuis.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: kantoorfunctie + gemeenschapsvoorziening;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- conform laatst vergunde toestand.
Gewenste toestand
- nieuw inkomsas voor het Ecohuis: houten ‘pergola’ waarop planten kunnen groeien;
- herinrichting foyer met nieuwe raamopening.
Inhoud van de aanvraag
- de nieuwbouw van een inkomsas-volume;
- het doorvoeren van constructieve werken (raamopening).
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. aan de scheidingsmuur aan de rechterzijde dient een strook van 30cm breed met niet-brandbaarmateriaal voorzien te worden (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2);
3. de hoogte van het verlaagd gedeelte van het onthaalmeubel dient conform artikel 28 van de verordening toegankelijkheid voorzien te worden.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.