Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2020002076 |
Gegevens van de aanvrager: |
Basile Aloy met als adres Della Faillelaan 72 te 2020 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Della Faillelaan 72 te 2020 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 12sectie M nr. 56D2 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
renoveren van bestaand terras, aanleggen van zwembad met technische ruimte, aanleggen van paden |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 21/12/1956: toelating (18#36342) onrechtstreeks sproeistelsel;
- 30/09/1955: toelating (18#33853) voor het bouwen van een villa.
Vergunde/vergund geachte toestand
- vrijstaande villa ingericht als een eengezinswoning;
- bouwvolume:
- voorgevel in wit geschilderde papesteen met wit geschilderd houten schrijnwerk en dak in rode gebakken aarden leien.
Huidige toestand
- conform vergunde toestand met uitzondering van:
Gewenste toestand
- heraangelegde tuin:
Inhoud van de aanvraag
- aanleggen van een terras met een diepte van 5,75 meter over de breedte van de woning;
- bouwen van een technische ruimte aan de linkerzijde op het terras van 3,30 meter op 2 meter op 2 meter;
- zwembad van 4 meter op 10 meter en een totale diepte van 1, 65, aansluitend op het terras.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
18 februari 2020 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag beoogt het herinrichten van de tuinzone van een eengezinswoning. Hiermee blijft de functionele inpasbaarheid behouden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag omvat de herinrichting van de volledige tuinzone (voor- zij- en achtertuin). Het bestaande, niet-vergunde terras wordt gerenoveerd, uitgebreid en voorzien van een technische ruimte. Aansluitend op het terras wordt er een zwembad geplaatst met een eigen zonnenterras. Deze ingrepen zorgen reeds voor een verharding van de achtertuin van ca 20%.
Bijkomend worden er klinkerpaden aangelegd rond de woning en rond de volledige tuinzone (voor-, zij- achtertuin). Verder worden er kiezelvlakken, speeltoestellen en een serre voorzien. Ook de voortuin wordt door bijkomende paden meer verhard dan de strikt noodzakelijke verhardingen, zijnde het toegangspad naar de voordeur en de garage.
Door de verharde zones dermate uit te breiden voldoet het ontwerp niet aan de bepalingen uit de Conventie Della Faille en artikel 27 van de bouwcode.
De Conventie stelt het behoud van het groene, parkkarakter voorop. Het ontwerp doet afbreuk aan dit natuurlijke parkkarakter. Om te voldoen aan de Conventie Della Faille en de bouwcode dient de verhardingen beperkt te worden. Dit gebeurt ten eerste door de klinkerpaden in de achtertuin, rondom de tuin uit te sluiten van vergunning, net zoals de dwarspaden en de zijpaden in de voortuin en het pad in de rechter zijtuin, zoals aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf”.
Eveneens wordt de serre ter hoogte van de linker perceelgrens uitgesloten van vergunning. Volgens de Conventie Della Faille dient er immers een bouwvrije zone te worden gerespecteerd van 4 meter ten opzichte van de zijdelingse perceelgrenzen. De serre voldoet hier niet aan. Door deze uitsluitingen wordt het groene karakter gewaarborgd.
Het is niet duidelijk of de haag als afsluiting van de voortuin behouden zal blijven. Met het oog op een harmonisch, groen straatbeeld wordt daarom als voorwaarde opgenomen om een haag als tuinafsluiting te voorzien, conform artikel 19 van de bouwcode.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De stedelijke dienst Stadsbeheer, groen en begraafplaatsen werd om advies gevraagd. Het advies luidt als volgt:
De werken betreffen de aanleg van een zwembad in een bestaande tuin met bomen. De bestaande bomen en wortelzone mogen geen schade oplopen tijdens de werken. De perceelvoorwaarden volgens conventie Della Faille gelden. Tijdens de werken moeten er gepaste boombeschermingsmaatregelen worden getroffen.”
De voorwaarden uit dit advies worden opgenomen als voorwaarden van vergunning.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. een haag als voortuinafsluiting te voorzien, conform artikel 19 van de bouwcode;
2. een bouwvrije zij- en achtertuin zone te respecteren van 4 meter, conform de Conventie Della Faille;
3. tijdens de werken moeten er gepaste boombeschermingsmaatregelen worden getroffen.
Uitsluitingen
1. de serre in de tuinzone tegen de linkerperceelsgrens, zoals aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf”;
2. de klinkerpaden, aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf”.
Standpunt college
De gemeentelijke omgevingsambtenaar merkt terecht op dat met de aangevraagde verhouding tussen verharde zones, allerlei constructies en de groenzones, het natuurlijke parkkarakter zoals bedoeld in de Conventie Della Faille onder druk komt te staan. Evenwel is het tuinontwerp kwalitatief en het beplantingsplan goed bestudeerd.
Het college is van mening dat de minerale verharding van de paden niet gewenst is, maar een onverharde uitvoering best wel kan, bijvoorbeeld met boomschors, zodat het gebruik en de geest van het plan bewaard blijven.
Ook de serre heeft zijn nut, en kan verplaatst worden om te voldoen aan de Conventie. De nieuwe inplanting werd afgestemd met de aanvrager.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
10 februari 2020 |
Volledig en ontvankelijk |
18 februari 2020 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
18 mei 2020 |
Verslag GOA |
31 maart 2020 |
naam GOA |
Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. een haag als voortuinafsluiting te voorzien, conform artikel 19 van de bouwcode;
2. een bouwvrije zij- en achtertuin zone te respecteren van 4 meter, conform de Conventie Della Faille;
3. tijdens de werken moeten er gepaste boombeschermingsmaatregelen worden getroffen;
4. de serre te verplaatsen zoals aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf_v2”
Uitsluitingen
1. de serre in de tuinzone tegen de linkerperceelsgrens, zoals aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf”;
2. de klinkerpaden, aangeduid op het plan “tuinzone_uit_te_sluiten_verharding_in_rood.pdf”.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.