Terug
Gepubliceerd op 27/07/2020

2020_CBS_06297 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - Total Olefins Antwerp nv, Scheldelaan 10, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2020/010/IB. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/07/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_06297 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - Total Olefins Antwerp nv, Scheldelaan 10, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2020/010/IB. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring 2020_CBS_06297 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - Total Olefins Antwerp nv, Scheldelaan 10, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2020/010/IB. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring

Motivering

Argumentatie

Het college beslist op basis van het verslag van de dienst vergunningen en sluit zich aan bij deze motivatie.

Juridische grond

Het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming; het besluit van 14 december 2007 houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering en bodembescherming.

Aanleiding en context

OVAM vraagt advies aan het college over een bodemsaneringsproject met als opdrachtgever(s) Total Olefins Antwerp nv - Scheldelaan 10 te 2030 Antwerpen (referentie 10701).

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist het gunstige advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, goed te keuren onder volgende voorwaarden.

  1. De installaties voor het bodemsaneringsproject moeten ontoegankelijk zijn voor onbevoegden.
  2. Alle voorzieningen worden getroffen teneinde bevuiling van de openbare weg door het transport van de vuile grond te voorkomen. De wielen en buitenzijde van de vrachtwagens en van het werfmateriaal dienen indien nodig ter plaatse gereinigd te worden. De vervuilde grond wordt onmiddellijk afgevoerd naar een erkend verwerker. De vrachtwagens dienen te beschikken over vloeistofdichte en afdekbare laadruimtes.
  3. De zuiveringsinstallaties dienen op de bronpercelen geplaatst te worden.
  4. Indien buiten de bodemsaneringszone abnormale hinderlijke geuren worden waargenomen, worden onmiddellijk corrigerende maatregelen getroffen om de emissies te beperken.
  5. Indien tijdens de werken de stofconcentraties in de lucht hinderlijk zijn voor de omgeving, zullen onmiddellijk corrigerende maatregelen getroffen worden om de stofontwikkeling te verminderen.
  6. De saneringsverantwoordelijke nodigt op de eerste voorbereidende werfvergadering de betrokken diensten van het havenbedrijf uit om de nodige praktische afspraken te maken rond werfinrichting, het gebruik van het openbaar domein en dergelijke. U meldt dit aan de technisch manager bodem op milieu@portofantwerp.com - 03/2297388.
  7. Ten minste twee weken vóór de start van de werken wordt een objectieve plaatsbeschrijving opgemaakt van het omliggende openbare domein. Hiervoor wordt contact opgenomen met de dienst SW/B&O op 03/2592450 of via mail op herstellingopenbareruimte@antwerpen.be.
  8. De aanvangs- en einddatum van de saneringswerken moeten worden meegedeeld aan de afdeling Omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van de naam en telefoonnummer van de saneringsverantwoordelijke.
  9. Na afloop van de saneringswerken dient een exemplaar van het evaluatierapport te worden overgemaakt aan de afdeling Omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be).
  10. Gezien de risico’s die uitgaan van de verontreiniging, dient de sanering opgestart te worden binnen de maximale termijn van 5 jaar naar analogie met de wetgeving betreffende de omgevingsvergunning waarin gesteld wordt dat een vergunde inrichting in gebruik moet worden genomen binnen deze maximale termijn, op straffe van verval van de vergunning. Bovendien zorgt deze voorwaarde voor een aanvaardbare periode tussen de bekendmaking van de noodzaak tot bodemsanering en de werkelijke uitvoering hiervan.

Artikel 2

Het college geeft opdracht aan:

Dienst

Taak

SW/V/MV

Het advies over te maken aan OVAM.

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.