Terug
Gepubliceerd op 27/07/2020

2020_CBS_06289 - Omgevingsvergunning - OMV_2020063910. Thonetlaan 64. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/07/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_06289 - Omgevingsvergunning - OMV_2020063910. Thonetlaan 64. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_06289 - Omgevingsvergunning - OMV_2020063910. Thonetlaan 64. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020063910

Gegevens van de aanvrager:

Ief de Jong met als adres Thonetlaan 64 te 2050 Antwerpen

Ligging van het project:

Thonetlaan 64 te 2050 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 13 sectie N nrs. 0 en 735P4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een tuinhuis

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          17/06/1960: vergunning (18#40851) voor het bouwen van een woning.

Vergunde toestand/Huidige toestand

-          eengezinswoning met 3 slaapkamers;

-          2 bouwlaag onder zadeldak;

-          gevel in rode baksteen met schrijnwerk in wit geschilderd hout.

Gewenste toestand

-          tuinhuis in prefab container unit van circa 6 m bij 2,5 m:

  • buitenzijde afgewerkt met matzwarte verf.
  • aan de kopse zijden en tuinzijde bekleed met verticaal lattenwerk in hout;
  • buitenschrijnwerk in zwart aluminium.

Inhoud van de aanvraag

-          plaatsen van tuinhuis op 0,5 m van de perceelsgrens.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af op de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • Artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
    Het materiaalgebruik van alle onderdelen van een gebouw, constructie, afsluiting of aanleg moet duurzaam, kwalitatief, constructief en esthetisch verantwoord zijn. Omwille van de stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de historische waarde moet de lichte kleurstelling van bepleisterde en geschilderde gevels bewaard of hersteld worden. 
    Een containerunit wordt geplaatst als tuinhuis. Enkel de zijden langs de tuin worden bekleed met houten lattenwerk. De container heeft na afwerking een zwarte kleur.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande woonfunctie blijft behouden en blijft functioneel inpasbaar in de omgeving die wordt gekenmerkt door residentiële functies.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft de inplanting van een tuinhuis op 0,5 meter van de zijdelingse perceelsgrens met het linker aanpalende perceel. Het tuinhuis wordt zo ver als mogelijk achteraan op het perceel geplaatst, rekening houdende met de aanwezigheid van twee waardvolle, volwassen bomen.

Het tuinhuis betreft een containerunit die op de vier hoeken op schroefpaalfundering geplaatst wordt waardoor verharding of fundering onder het tuinhuis niet nodig is, waterinfiltratie verzekerd blijft en boomwortels zo min mogelijk beschadigd worden.

De oppervlakte van de tuinzone bedraagt 196m². De bestaande terrasverharding heeft een oppervlakte van 31m² en het tuinhuis heeft een oppervlakte van 15m². De totale oppervlakte aan verharding en constructies bedraagt 46m² en is minder dan 1/3 van de totale tuinoppervlakte. De verhouding tussen verharding en groene ruimte blijft bijgevolg gerespecteerd, conform artikel 27 van de bouwcode.

De oriëntatie van het volume is oost-west gericht waardoor de schaduw steeds op het eigen perceel valt en de lichtinval en bezonning van de aanpalende percelen volledig gevrijwaard blijft.

De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Visueel-vormelijke elementen

De containerunit wordt afgewerkt met een matzwarte verf en de kopse kanten en de kant naar de eigen tuin worden bekleed met verticaal lattenwerk in hout. De unit zal tevens begroeid worden met klimplanten. Het buitenschrijnwerk wordt voorzien in zwart aluminium.

De verschijningsvorm van een container unit is niet kenmerkend in een woonomgeving en refereert naar een industriële omgeving. De gevels gericht op de eigen tuin worden bekleed met hout, aan de gevel gericht op de aanpalende tuin blijft de container zichtbaar. De gemotiveerde redenen om te kiezen voor een container unit (waterinfiltratie blijft gewaarborgd en boomwortels worden niet beschadigd) zijn echter ook verdedigbaar. Daarom moet worden opgelegd dat alle gevels van de container moeten bekleed worden met houten lattenwerk waardoor de visuele integratie in de woonomgeving verhoogd wordt.

Omwille van het hitte-eilandeffect is een donkere gevelkleur niet wenselijk. Aangezien de constructie wordt begroeid, is deze kleur verdedigbaar. Het ongunstige effect op opwarming is immers tijdelijk en geeft een nettere, minder opvallende verschijning.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De containerunit heeft een interne vrije hoogte van 2,49 meter wat betekent dat de unit niet mag gebruikt worden als verblijfsruimte zoals een kantoor of atelier. Hoewel de functie in de aanvraag wordt beschreven als tuinhuis en berging, zouden de grote glaspartijen een aanleiding kunnen vormen om de container als verblijfsruimte te gaan gebruiken. Het gebruik van de unit als verblijfsruimte moet uitdrukkelijk uitgesloten worden in de vergunning.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      alle gesloten geveldelen van de containerunit te bekleden met een houten lattenwerk;

2.      de containerunit niet als verblijfsruimte gebruiken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

16 mei 2020

Volledig en ontvankelijk

8 juni 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

7 augustus 2020

Verslag GOA

17 juli 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.


Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      alle gesloten geveldelen van de containerunit te bekleden met een houten lattenwerk;

2.      de containerunit niet als verblijfsruimte gebruiken.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.


Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.