De huidige wijziging heeft betrekking op het niet-opgenomen verlofrecht van statutaire personeelsleden ter beschikking van de vzw ZNA die uit dienst gaan.
Met deze wijziging wordt de situatie van de statutaire terbeschikkinggestelde personeelsleden aan ZNA in de mate van het mogelijke gelijk getrokken met de situatie van de contractuele personeelsleden van ZNA en zelfs met de reguliere personeelseden van het OCMW.
Het niet-opgenomen verlofrecht van de gewone OCMW-personeelsleden die uit dienst gaan wordt uitbetaald. Dit is nog niet het geval voor de statutaire terbeschikkinggestelde personeelsleden aan ZNA. Dit zorgt voor een ongelijkheid en verwarring op de werkvloer.
OCMW en ZNA zijn voorstander om de regeling aan te passen en de niet-opgenomen vakantiedagen en het opgebouwde vakantierecht van volgend jaar uit te betalen als volgt:
De wijziging werd met ZNA besproken en zal worden voorgelegd aan het hoog overlegcomité voor het afsluiten van een protocol.
Conform artikel 52 van het OCMW-decreet is de raad voor maatschappelijk welzijn exclusief bevoegd voor het vaststellen van reglementen.
Het OCMW stelde met de verzelfstandiging van de OCMW-ziekenhuizen de statutaire personeelsleden ter beschikking van de vzw ZNA. Het OCMW blijft de juridische werkgever van deze personeelsleden. In deze hoedanigheid is de raad voor maatschappelijk welzijn volledig bevoegd om het personeelsstatuut voor het statutair personeel bij ZNA en de reglementeringen die dit statuut bepalen, vast te leggen.
In de zitting van 6 december 2011 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn het vakantiereglement van het ZNA personeel, inclusief het statutair personeel ter beschikking van ZNA, goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt eenparig het volgende besluit goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn bekrachtigt om met ingang van 1 januari 2020 onderstaand artikel toe te voegen aan het vakantiereglement van de statutaire terbeschikkinggestelde werknemers aan ZNA.
Artikel 19bis
Statutaire personeelsleden die uit dienst gaan, krijgen vanaf 1 januari 2020 hun niet-opgenomen jaarlijkse vakantiedagen (max 24 dagen) en hun opgebouwde vakantierechten (jaarlijkse vakantie) van volgend jaar uitbetaald.
Bij een langdurige ziekte wordt de uitbetaling beperkt, zoals bij contractuele personeelsleden. Enkel de niet-opgenomen vakantiedagen tijdens het eerste jaar ziekte worden uitbetaald.
De uitbetaling vindt ook plaats als statutaire personeelsleden op 31 december van het vakantiejaar een structurele afwezigheid hebben lopen, tenzij het gaat om een verlof zonder wedde om als contractueel personeelslid in dienst te treden van ZNA. In dat laatste geval zullen de vakantierechten gewoon worden overgedragen tussen het OCMW en ZNA.
Bovenstaande regels gelden ook voor compensatiefeestdagen op voorwaarde dat deze dagen vallen in periode van tewerkstelling en niet opgenomen zijn.