Artikel 12 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2017 bepaalt dat de dienst Mer van het departement Omgeving het college om advies vraagt.
Universiteit Antwerpen wenst een nieuw gebouw "W" op campus Groenenborger te voorzien.
Het project-MER werd opgesteld in functie van een vergunningsaanvraag door de Universiteit Antwerpen voor de inplanting en bouw van een nieuw gebouw “W” op de Campus Groenenborger, Groenenborgerlaan 122 in Wilrijk. Het zal om een gebouw met 7 bovengrondse niveaus gaan waar de onderzoeksgroepen chemie van Universiteit Antwerpen gehuisvest zullen worden. De meest risicovolle proefnemingen chemie op Campus Groenenborger (onderzoeksgroep ORSY, nu aanwezig in gebouw V) worden zoveel als mogelijk samengebracht in dit nieuwe gebouw, samen met twee onderzoeksgroepen met risicovolle activiteiten die van Campus Drie Eiken naar deze locatie zullen verhuizen (PLASMANT en LADCA). Naast laboratoria worden in dit nieuwe gebouw opslagruimtes voor onder meer chemicaliën, kantoorfuncties, vergaderlokalen, technische ruimtes, sanitaire ruimtes en een ontmoetingsplek voor studenten gerealiseerd. Onder het gebouw (bouwlaag -1) komen 230 nieuwe fietsenstallingen. Eens in gebruik zal het gebouw een 70-tal medewerkers tellen.
In het MER werden de disciplines Bodem, Water, Landschap, Erfgoed en Archeologie, Biodiversiteit en Mobiliteit bekeken. De effecten werden als beperkt negatief tot verwaarloosbaar gecatalogeerd zowel voor de aanlegfase als de exploitatiefase. Ook voor de nevendisciplines Lucht, Geluid, Klimaat en Mens kwamen de deskundigen tot hetzelfde besluit. Hieruit volgt dat ook de voorgestelde milderende maatregelen beperkt blijven.
Voor de disciplines Water en Biodiversiteit wordt voorgesteld bij de bemalingswerken retourbemaling in de bovenste watervoerende laag (dezelfde laag als waaruit het grondwater wordt onttrokken) toe te passen. Bij een retourbemaling blijft er een te lozen restdebiet over, wat ongeveer 20 tot 30 % van het onttrokken debiet bedraagt. De mogelijkheid voor het lozen van het restdebiet van de retourbemaling in de slotgracht van het Middelheimpark dient onderzocht te worden door de initiatiefnemer en de uitvoerend aannemer in samenspraak met de Stad Antwerpen.
Wat betreft mobiliteit wordt voorgesteld tijdens de werffase maatregelen tijdelijke fietsenstallingen te voorzien ter compensatie van de fietsstallingen die zullen verdwijnen (tijdens werffase).
Het project-MER werd opgesteld in functie van een vergunningsaanvraag door de Universiteit Antwerpen voor de inplanting en bouw van een nieuw gebouw “W” op de Campus Groenenborger, Groenenborgerlaan 122 in Wilrijk. Het zal om een gebouw met 7 bovengrondse niveaus gaan waar de onderzoeksgroepen chemie van Universiteit Antwerpen gehuisvest zullen worden. De meest risicovolle proefnemingen chemie op Campus Groenenborger (onderzoeksgroep ORSY, nu aanwezig in gebouw V) worden zoveel als mogelijk samengebracht in dit nieuwe gebouw, samen met twee onderzoeksgroepen met risicovolle activiteiten die van Campus Drie Eiken naar deze locatie zullen verhuizen (PLASMANT en LADCA). Naast laboratoria worden in dit nieuwe gebouw opslagruimtes voor onder meer chemicaliën, kantoorfuncties, vergaderlokalen, technische ruimtes, sanitaire ruimtes en een ontmoetingsplek voor studenten gerealiseerd. Onder het gebouw (bouwlaag -1) komen 230 nieuwe fietsenstallingen. Eens in gebruik zal het gebouw een 70-tal medewerkers tellen.
Er zijn geen fundamentele opmerkingen met betrekking tot het ingediende MER maar wat betreft het aantal bouwlagen en hun functie zijn niet alle dossierstukken gelijklopend. In het scopingsadvies (blz2) gaat het om een gebouw met 7 bovengrondse bouwlagen en twee ondergrondse bouwlagen waarin 84 autoparkeerplaatsen (2x42 plaatsen) worden voorzien om het verdwijnen van 84 parkeerplaatsen te compenseren die zullen verdwijnen door de realisatie van de nieuwbouw. In de vergunningsaanvraag en het ingediende MER gaat het om één ondergrondse bouwlaag voor het plaatsen van fietsen. Het is onduidelijk waar deze verschillen vandaan komen, mogelijk is de keuze voor één ondergronds niveau met fietsenberging en een herinrichting van de gelijkgrondse parkings genomen nadat het dossier is voorgelegd aan het team MER, dat lijkt tenminste zo op basis van de dossierstukken. Hoe dan ook moet deze discrepantie worden opgehelderd en in de beslissing van het team MER over de goedkeuring/afkeuring van het project worden opgenomen.
Conclusie:
De project-MER voldoet aan de vormvereisten en houdt rekening met de opmerkingen uit het scoopingsverslag. Het MER bespreekt de effecten en de mogelijke milderende maatregelen. Er kan gunstig advies gegeven worden op de voorliggende ontwerp-MER.
Procedurestap |
Datum |
Ontvangst adviesvraag |
2 maart 2020 |
Uiterste adviesdatum |
1 april 2020 |
Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2017 betreffende nadere regels voor de milieueffectenrapportage over projecten en voor de omgevingsveiligheidsrapportage.
Het openbaar onderzoek in kader van de omgevingsvergunningsaanvraag loopt af op 31 maart 2020.
De dienst Mer van het departement Omgeving vraagt advies aan het college over een milieueffectenrapport in het kader van een aanvraag voor een omgevingsvergunning.
Projectnummer: |
OMV_2019162485 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Marc Verbruggen met als adres Middelheimlaan 1 te 2020 Antwerpen en AV Universiteit Antwerpen met als adres Prinsstraat 13 te 2000 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: |
AV Universiteit Antwerpen met als adres Prinsstraat 13 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Groenenborgerlaan 171-173 te 2020 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 12 sectie M nr. 196N |
Inrichtingsnummer: |
20190606-0082 (UAntwerpen, Campus Groenenborger) |
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
Stadsontwikkeling/Vergunningen | het advies over te maken aan de instantie die advies gevraagd heeft |