Terug
Gepubliceerd op 23/03/2020

2020_CBS_02566 - Omgevingsvergunning - OMV_2019109998. Schuttershofstraat 48A . District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 20/03/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02566 - Omgevingsvergunning - OMV_2019109998. Schuttershofstraat 48A . District Antwerpen - Weigering 2020_CBS_02566 - Omgevingsvergunning - OMV_2019109998. Schuttershofstraat 48A . District Antwerpen - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019109998

Gegevens van de aanvrager:

BVBA Schuttershof 48 met als contactadres Huidevettersstraat 8 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Schuttershofstraat 48A te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 3sectie C nr. 1135A

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van het slopen en vervangen van een historische 16de eeuwse, houten balkstructuur in een inventarispand

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          4/10/2019: vergunning (20191674) voor het herinrichten van de 2 bovenliggende appartementen en bouwen van een extra verdieping – beroepsprocedure lopende;

-          24/7/2019: Proces Verbaal (11002_2019_9904_VPV)  voor het uitvoeren van werken in strijd met vergunning 20181073;

-          26/4/2019: vergunning (20183068) verbouwen van een neoclassicistisch inventarispand met handelsgelijkvloers;

-          29/3/2019: vaststelling bouwkundig erfgoed (ID6112) als ‘Neoclassicistisch burgerhuis’;

-          31/8/2018: vergunning (20181073) opsplitsen van een vergunde eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van ca. 775m².

 

Vergunde/vergund geachte toestand

 

-          inventarispand van 3 bouwlagen onder plat dak met een achterhuis van 2 bouwlagen onder schuin dak in gesloten bebouwing;

-          draagvloer van de zolder van het achterhuis bestaande uit 16de-eeuwse moer- en kinderbalken.

 

Huidige toestand

 

-          inventarispand van 3 bouwlagen onder plat dak met een achterhuis van 2 bouwlagen onder schuin dak in gesloten bebouwing;

-          draagvloer van de zolder van het achterhuis bestaande uit stalen en houten liggers.

 

Gewenste toestand

 

-          inventarispand van 3 bouwlagen onder plat dak met een achterhuis van 2 bouwlagen onder schuin dak in gesloten bebouwing;

-          draagvloer van de zolder van het achterhuis bestaande uit stalen en houten liggers.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          slopen en vervangen van de historische 16de-eeuwse houten balkenstructuur boven de bergruimtes op de 1ste verdieping van het achterhuis.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

16 oktober 2019

18 november 2019

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

16 oktober 2019

25 november 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel  2:   zone voor wonen - (wo2).

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad op volgend punt:

 

-          Artikel 2.1.1 Culturele, Historische en/of esthetische waarde:

Het hele plangebied is een gebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. In dit gebied wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan de wenselijkheid van het behoud. Dit geldt zowel voor het exterieur en het interieur van gebouwen, als voor de bijhorende buitenruimten. Het slopen van de 16de-eeuwse houten balkstructuur in het achterhuis en de vervanging door een nieuwe draagstructuur is hiermee in strijd.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

 

  • Artikel 5 Cultuurhistorisch erfgoed: Het wijzigen van de historische houten balkstructuur in dit inventarispand gelegen in CHE gebied is onderworpen aan de wenselijkheid van behoud.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De aanvraag voorziet geen wijzigingen van de functies in het gebouw. De vergunde handelsfunctie en woonfunctie zijn functioneel inpasbaar in de omgeving.
 

Cultuurhistorische aspecten

 

Onderstaand advies werd ontvangen van de dienst monumentenzorg:

 

“De aanvraag heeft betrekking op een voormalig neoclassicistisch burgerhuis dat werd vastgesteld als bouwkundig erfgoed dd 14/09/2009 omwille van zijn stedenbouwkundige, historische, architecturale en esthetische waarde.  Het heeft een hoge erfgoedwaarde en is beeldbepalend.

 

In 1834 werd een vermoedelijk 16e (17e) eeuws pand (oudere kern bleef behouden in de kelders en het achterhuis alsook een haard uit 1550) verbouwd in opdracht van de rentenier Charles-Joseph Lereverand naar een ontwerp door de architect Louis Serrure. Het bestaande pand werd uitgebreid met een bijkomende verdieping en het poortrisaliet. Het is een zeldzaam gekend voorbeeld van de woningarchitectuur van provinciaal architect Serrure, die kort daarna de verdwenen Passage Dehaen en de hoofdingang van het Sint-Elisabethgasthuis ontwierp.

De rijwoning telt vier traveeën en drie bouwlagen onder plat dak, met bepleisterde en beschilderde lijstgevel. Rechter poortrisaliet met op de begane grond bewaarde rechthoekige koetspoort in vlakke hardstenen omlijsting met getralied bovenlicht en bekronend geprofileerd waterlijstje. Op de verdiepingen rechthoekige vensters, in het risaliet met platte bandomlijstingen en consoles onder de dorpels. Eenvoudige geprofileerde kroonlijst. Vensters van de begane grond verbouwd tot winkelpui. Het historische achterhuis, van twee bouwlagen onder dak bleef bewaard en is via een tussenvolume verbonden met het voorhuis.

 

Artikel 5 §1 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 zegt dat voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en gebouwen gelegen in CHE-gebied de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Bovendien schrijft artikel 5§2 voor dat de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie moet bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat de stedelijke dienst monumentenzorg deze kan afwegen. Er werd een CHE-rapport opgemaakt door Johan Grootaers in opdracht van Abraham Konig. 

Uit dit rapport blijkt duidelijk dat een dergelijk intact woonensemble uit de vroege 19e eeuw zeldzaam is in het historisch centrum. 

Het voorhuis heeft een oudere kern (kelder en draagstructuur), het interieur wordt gekenmerkt door een typische indeling met zijdelingse onderdoorgang waarin centraal tegen de scheidingsmuur de traphal  gelegen is. Op de verdiepingen wordt het voorhuis gekenmerkt door een traphal rechts met voor- en achtergelegen kamer en twee grote achtereengelegen kamers links ervan.

Er bleven nog een aantal interieurelementen uit de vroeg 19e eeuwse verbouwing bewaard: het binnenschrijnwerk (deuren) is op veel plaatsen nog aanwezig, ook de trap daterend uit deze periode bleef bewaard. Het achterhuis heeft een laat-middeleeuwse kern en werd mee verbouwd in 1834.

 

De draagstructuur in het achterhuis bestaande uit moer-en kinderbalken werd verwijderd tussen niveau 1 en 2 en vervangen door een nieuwe hedendaagse draagstructuur. Als voorwaarde werd in de vorige vergunningen gesteld dat de draagstructuur behouden moest blijven.

Indien na ontmanteling kan aangetoond worden dat een deel van de structuur in slechte staat is, kan gezocht worden naar een oplossing in samenspraak met de stedelijke dienst monumentenzorg waarbij de structuur gedeeltelijk bewaard kan blijven. Volledig verwijderen en vervangen van de draagstructuur is een erg drastische oplossing die niet strookt met de voorwaarden uit de vergunning. Regularisatie voor het volledig slopen en vervangen van deze structuur is dan ook niet aanvaardbaar.”

 

In de beschrijvende nota werd geen motivatie opgenomen waarom geen gedeeltelijke vervanging van de draagstructuur mogelijk zou zijn. Op de toegevoegde foto’s en in het CHE-rapport is er slechts sprake van 1 ingerotte moerbalk. Gelet op de erfgoedwaarde van het geheel van het achterhuis kan deze beperkte schade geen aanleiding zijn voor het vervangen van de volledige draagstructuur. Het advies van de dienst monumentenzorg wordt dan ook gevolgd.

De aanvraag dient dan ook te worden geweigerd.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

25 september 2019

Volledig- en ontvankelijk

16 oktober 2019

Start 1e openbaar onderzoek

16 oktober 2019

Einde 1e openbaar onderzoek

14 november 2019

Beslissing toepassing administratieve lus

17 december 2019

Start 2e openbaar onderzoek

30 december 2019

Einde 2e openbaar onderzoek

28 januari 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

29 maart 2020

Verslag GOA

11 maart 2020

naam GOA

Katrine Leemans

 

Administratieve lus

Op de aanvraag wordt een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

Het openbaar onderzoek is niet correct uitgevoerd: uithanging is na de start van het openbaar onderzoek gemeld.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn, werden opnieuw uitgevoerd, om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

16 oktober 2019

14 november 2019

0

0

0

0

30 december 2019

28 januari 2020

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.