2020_CBS_08516 - Omgevingsvergunning - OMV_2020074363. Beatrijslaan ZN en Neel Dofflaan 50. District Antwerpen - Goedkeuring

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          geen relevante voorgeschiedenis.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          onbebouwd terrein aan Galgenweel.

Huidige toestand

-          onbebouwd terrein aan Galgenweel – Beatrijslaan.

Gewenste toestand

-          tijdelijke werfinrichting (36 maanden) met parkeerplaatsen en opslagplaats in functie van werken aan de spoorwegbrug van de Kennedytunnel; 

-          bouwvolume:

• kantoorgebouw van 1 bouwlaag met gedeeltelijk 2de bouwlaag;
• plaatsing kops op de straat;
• afmetingen: 12m x 29,9m en maximale hoogte 5,56m;

-          gevelafwerking in lichte kleur;

-          inrichting terrein met een oppervlakte terrein: 2215,5m²:

• inrichting van bureelketen: circa 360m²;
• inrichting van parkeerplaatsen in grasplaten circa 300m²;
• inrichting van tijdelijke opslagzone van circa 226m²;
• de rest van het terrein voorzien van waterdoorlatende verharding;
• plaatsing van een bovengrondse watertank van 10.000 liter en een infiltratiebekken;
• plaatsing van een buitentrap aan het gebouw;
• nieuwe toegangsweg vanaf Beatrijslaan (kruist voetpad, groenstrook en fietspad). 

Inhoud van de aanvraag

-          inrichten van een tijdelijke werfzone in functie van herstellingswerken aan de spoorwegbrug van de Kennedytunnel (duurtijd 36 maanden):

• plaatsen van een kantoorgebouw;
• inrichten van parkeerplaatsen;
• inrichten van een zone voor opslag van materiaal;
• plaatsen van een bovengrondse watertank; 
• inrichten van een inrit vanaf de openbare weg naar dit terrein.  

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie. (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgende punten:

• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in een gebied voor dagrecreatie. In deze gebieden mogen in principe enkel recreatieve en toeristische accommodaties voorzien worden waardoor de aanvraag afwijkt van de voorschriften betreffende de bestemming.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:

• artikel 18 Algemene bepalingen – niveauverschillen:

de inkom van de kantoorruimte heeft een niveauverschil van 20cm met de rest van het terrein.  Dit niveauverschil dient overbrugd te worden met ofwel een trap in combinatie met lift of trap in combinatie met helling. 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

• artikel 17: Behoud en heraanplanting:
  het terrein dient terug voorzien te worden van vegetatie na verlopen van de vergunning;
• artikel 21: Minimale hoogte van ruimten:

er is geen minimale vrije hoogte van 260cm voorzien;

• artikel 26: Afvalverzameling:

er is geen verlucht afvallokaal voorzien;

• artikel 29: Fietsenstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:

er is geen fietsenstalling voorzien;

• artikel 38: Groendaken:

er werd geen groendak voorzien op de platte daken;

• artikel 43: Septische putten:

er is geen septische put ingetekend.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat het realiseren van een werfinrichting in het kader van de geplande renovatiewerken aan de Kennedyspoorwegtunnel. De tijdelijke werfinrichting wordt gerealiseerd op een perceel dat gehuurd wordt. Dit perceel bevindt zicht niet op openbaar domein. Het perceel wordt ingericht met een laag kantoorgebouw, een zone voor 20 parkeerplaatsen en een zone voor tijdelijke opslag. Het terrein wordt afgesloten en voorzien van een aparte toegang. Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in een gebied voor dagrecreatie. In deze gebieden mogen in principe enkel recreatieve en toeristische accommodaties voorzien worden waardoor de aanvraag afwijkt van de voorschriften betreffende de bestemming. Er kan echter een afwijking toegestaan worden op basis van art. 4.4.7, §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gezien de aanvraag betrekking heeft op handelingen van algemeen belang met een ruimtelijk beperkte impact.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Naast de realisatie van parkeerplaatsen en een zone voor tijdelijke stockage wordt een kantoorgebouw voorzien met een footprint van ongeveer 360 m². Het grootste deel van het kantoorgebouw bestaat voornamelijk uit één bouwlaag met een kroonlijsthoogte van 2,88 m. Een deel van het gebouw wordt voorzien van een extra bouwlaag waardoor de kroonlijst in deze zone 5,76 m bedraagt. Het volume wordt haaks op de Beatrijslaan ingeplant zodat het zicht op het Galgenweel maximaal bewaard blijft. De voorgestelde afmetingen zijn gezien het tijdelijke karakter van de constructie verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Er wordt daarnaast geoordeeld dat de realisatie van het kantoorvolume geen negatieve gevolgen met zicht meebrengt voor de privacy en de bezonning van de naastgelegen percelen.  

Visueel-vormelijke elementen

In de voorliggende aanvraag wordt de gevel van het tijdelijke kantoorgebouw voorzien in een 6cm dik paneel, afgewerkt met een voorgelakte metalen plaat in grijze kleur. De gevel wordt voorzien van horizontale banden in roodkleurig metaal, de raamkaders in wit pvc en de deuren in wit gelakt aluminium. Zowel de parkeerzone als de zone voor tijdelijke opslag worden voorzien in grasplaten waardoor het groene karakter van het perceel zoveel mogelijk behouden kan worden. Op vraag van Infrabel zal het terrein voorzien worden van een omheining in een groen draadhek. Ter hoogte van de toegang wordt een poort voorzien overeenkomstig het draadhek. Er wordt geoordeeld dat de toegepaste materialen aanvaardbaar zijn gezien ze in overeenstemming zijn met de stedelijke context van het perceel.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Voorliggende aanvraag betreft een tijdelijke vergunning voor een kantoorgebouw in het kader van de renovatiewerken aan de Kennedyspoorwegtunnel. Naast het kantoorgebouw beslaat de werfinrichting, tussen De Schelde / Beatrijslaan en het watersportterrein Galgenweel, ook parkeerplaatsen en een zone voor tijdelijke opslag van materiaal. Het advies van de dienst milieuvergunningen is gunstig en is als volgt samen te vatten:

“Milieutechnisch zijn er geen bezwaren. Wel maken we de exploitant erop attent dat het ontplooien van hinderlijke activiteiten, conform bijlage 1 van Vlarem II, minstens meldingsplichtig is. De exploitatie van een werfinrichting dient, omwille van bijvoorbeeld de opslag van gevaarlijke stoffen, het onttrekken van grondwaterwater of het gebruik van stroomaggregaten… mogelijks ook milieutechnisch vergund worden.”

Dit advies dient door de aanvrager ter harte te worden genomen.

Het terrein wordt voorzien van waterdoorlatende verharding die aangevuld wordt met grasplaten ter versteviging. Op basis van artikel 17 van de bouwcode wordt als voorwaarde opgelegd dat het terrein bij het aflopen van de vergunning (3 jaar) terug naar de oorspronkelijke staat dient gebracht te worden. Alle aangebrachte verhardingen, rioleringen, funderingen,… worden verwijderd en het terrein wordt opnieuw over de volledige oppervlakte voorzien van vegetatie. Dit wordt als voorwaarde van de vergunning opgelegd.

Er wordt opgemerkt dat de vrije hoogte in het bureelgebouw zich beperkt tot 2,50 meter. Dit is niet conform artikel 21 dat een minimale vrije hoogte voor verblijfsruimtes oplegt van 2,60 meter. Omdat het echter een beperkte afwijking betreft en het prefabcontainers betreft, kan een afwijking worden toegestaan op basis van artikel 3 van de bouwcode.

Daarnaast wordt opgemerkt dat de keuken op het gelijkvloers, de grote vergaderzaal, de polyvalente ruimte, het bureel voor het projectteam, de vergaderzaal op de eerste verdieping en eventueel de ruimte voor Tucrail en Infrabel (indien deze als verblijfsruimte gebruikt worden) niet voldoen aan artikel 24 van de bouwcode. Het toegepaste typeraam heeft een lichtdoorlatende oppervlakte van ongeveer 1,50 m². De som van de lichtdoorlatende oppervlakte van de openingen dient minimaal 10% van de netto vloeroppervlakte van de ruimte te zijn, met een minimum van 1 m². Dit is voor bovenvermelde ruimtes niet het geval. Voldoende toevoer van licht en lucht vormt een basiskwaliteit voor verblijfsruimtes. Met uitzondering van de vergaderzaal/keuken gaat het echter over verblijfsruimten waarvan in alle redelijkheid kan van uitgegaan worden dat er niet langdurig in verbleven wordt of betreft het eerder minimale afwijkingen op de gestelde normen. Daarom wordt enkel voor de vergaderzaal/keuken opgelegd om een raam te voorzien van minstens 1,5 m². Extra dakvlakramen kunnen eventueel een oplossing bieden. 

Functies anders dan wonen, dienen volgens artikel 26 van de bouwcode een afgescheiden ruimte voor afvalberging te hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 vierkante meter groot is. Voorliggende aanvraag voorziet niet in dergelijke afvalberging. Van dit voorschrift kan met betrekking tot comfort en hygiëne niet afgeweken worden. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd dat er een geventileerde afvalberging dient ingericht te worden.

In de voorliggende aanvraag wordt een nieuw plat dak voorzien. Conform artikel 38 van de bouwcode dient dit dak in principe te worden uitgevoerd als groendak. Gezien het tijdelijke karakter kan een afwijking toegestaan worden van dit artikel.

Er werd advies gevraagd aan Aquafin. Dit advies is voorwaardelijk gunstig en wordt toegevoegd aan de vergunning. Het realiseren van de aansluiting zoals voorzien op de plannen blijkt onmogelijk waardoor een tijdelijke IBA of aansluiting op de pompput van de zeilclub voorzien dient te worden. De voorwaarden opgelegd door Aquafin (hemelwater, septische put,…) dienen strikt nageleefd te worden.

Er wordt opgemerkt dat er geen septische put voorzien wordt conform artikel 43 van de bouwcode. Ook voor Aquafin is het noodzakelijk dat een septische put voorzien wordt. Dit wordt dan ook opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

Tot slot voldoet de aanvraag niet aan de verordening toegankelijkheid. De inkom van de kantoorruimte heeft een niveauverschil van 20 cm ten opzichte van de vloerpas van het terrein en is daardoor niet in overeenstemming met artikel 18 van de verordening. Dit niveauverschil dient overbrugd te worden met ofwel een trap in combinatie met lift ofwel een trap in combinatie met helling. 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

Fietsvoorzieningen:

De aanvraag voorziet geen fietsenstallingen. Conform artikel 29 is dat noodzakelijk. Daarom wordt er als voorwaarde voor vergunning opgenomen dat er voor de kantoren 5 fietsenstallingen voorzien moeten worden (360m² x 1,25/100m² = 4,5).

Ontsluiting/bereikbaarheid: 

De parking wordt rechtstreeks ontsloten via de Beatrijslaan. De oprit kruist met het dubbelrichtingsfietspad waardoor bijkomende signalisatie op eigen terrein nodig is. Er wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd om signalisatie te voorzien die duidelijk maakt dat fietsers er in beide richtingen rijden en dat er afspraken gemaakt worden met stad Antwerpen in functie van de aanpassingen op het openbare domein.  

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de vergaderzaal/keuken dient voorzien te worden van een bijkomend raam van minstens 1,5m².

3.      een geventileerde afvalruimte voorzien, conform artikel 26 van de bouwcode;

4.      een septische put voorzien conform artikel 43 van de bouwcode;

5.      het niveauverschil tussen maaiveld dient overbrugd te worden met een trap in combinatie met een helling;

6.      er dient signalisatie voorzien te worden die duidelijk maakt dat fietsers in twee richtingen op het aangrenzende fietspad rijden;

7.      er dienen afspraken gemaakt te worden tussen de aanvrager en stad Antwerpen omtrent de aanpassing van het openbaar domein;

8.      er dient een fietsenstalling voorzien te worden voor 5 fietsen, conform artikel 29 van de bouwcode;

9.      het advies van Aquafin NV dient strikt opgevolgd te worden;

Lastvoorwaarden

10. De aanpassingen aan het openbaar domein zullen worden uitgevoerd via het retributiereglement “herstellingen openbare ruimte na werkzaamheden (vanaf 1/1/2018)” en uitgevoerd onder begeleiding en toezicht van de stad. Alle noodzakelijke aanpassingen aan het openbaar domein zoals opgelegd in de voorwaarden en als gevolg van deze voorwaarden (boven- en ondergronds), zijn integraal ten laste van de aanvrager;

Geldigheidsduur

11. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 3 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt, in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten