Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020027111 |
Gegevens van de aanvrager: | VZW NATUURPUNT BEHEER met als contactadres Coxiestraat 11 te 2800 Mechelen en de heer Noah Janssen met als adres Coxiestraat 11 te 2800 Mechelen |
Ligging van het project: | Ekersedijk ZN (Muisbroekbos) te 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 15 sectie A nr. 16B |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Vegetatiewijzigingen |
Voorwerp van de aanvraag: | aanleggen van 2 amfibiëenpoelen en 3 talluds |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.
Huidige toestand
- functie: muisbroekbos;
- inrichting: open grasland met bosjes.
Gewenste toestand
- functie: muisbroekbos;
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- aanleggen van 2 amfibieënpoelen en 3 taluds.
Omschrijving vegetatiewijzigingen
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Natuurpunt Antwerpen Noord (Haven) |
| Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Polder Ettenhoven en Muisbroek | 14 mei 2020 | 15 mei 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Provincie Antwerpen | 20 mei 2020 | 13 juli 2020 | Gunstig |
Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos | 14 mei 2020 | 1 juli 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen | 14 mei 2020 | 26 mei 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening zeehavengebied Antwerpen, goedgekeurd op 30 april 2013. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: gebied voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen en gebied voor spoorinfrastructuur.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het goed is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het goed ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een natuurgebied. De natuurgebieden omvatten de bossen, wouden, venen, heiden, moerassen, duinen, rotsen, aanslibbingen, stranden en andere dergelijke gebieden. In deze gebieden mogen jagers- en vissershutten worden gebouwd voor zover deze niet kunnen gebruikt worden als woonverblijf, al ware het maar tijdelijk.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het GRUP Afbakening zeehavengebied Antwerpen.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De bouwcode is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft de aanleg van 2 poelen en het hergebruik van de afgegraven grond ter plaatse. In het kader van de werken aan de Oosterweelverbinding werd een deel van het leefgebied van de rugstreeppad ingenomen als werfstrook. De rugstreeppadpopulatie werd daarom verplaatst naar een poel gelegen in de Bospolder. Deze poel is echter onvoldoende groot om de volledige populatie op te vangen. De aanleg van de 2 nieuwe poelen heeft daarom als doel het leefgebied van de in de Bospolder aanwezige rugstreeppadpopulatie te optimaliseren. De werken worden voorzien in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut en zijn functioneel inpasbaar.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het perceel waarop de werken worden voorzien is deels bebost zoals gedefinieerd in het bosdecreet. De locatie van de werken en de eigenlijke werken interfereren echter niet met dit bos. De poelen en grond worden voorzien in een vergraven en rurale zone.
Voor deze werken werd het advies ingewonnen van het Agentschap Natuur en Bos. Dit advies is voorwaardelijk gunstig en laat zich als volgt samenvatten:
“De werken worden voldoende gemotiveerd en betekenen ons inziens een meerwaarde voor de natuurwaarde van het perceel. Meer specifiek voor de door het soortenbesluit beschermde rugstreeppad. De werken interfereren niet met zones waar door het soortenbesluit beschermde orchideeën voorkomen.
Gezien de ligging in zone voor gemeenschapsvoorzieningen laat ons Agentschap de verdere beoordeling aan de vergunningverlenende overheid over.
Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het invoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich – vóór men overgaat tot uitvoering van de werken – van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men na te gaan vóór de werken beginnen of vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen, dient u contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mail adres van AVES.”
Visueel-vormelijke elementen
De site wordt gekenmerkt door halfdroog schraal grasland, natte ruigte en nat bos met zwarte els en gemengd loofhout. De aanleg van de twee poelen heeft geen negatieve invloed op de natuurlijke kenmerken van de site en wordt gunstig beoordeeld.
Bodemreliëf
Voor de poelen die het voorwerp uitmaken van de voorliggende aanvraag wordt circa 510m³ grond afgegraven. De bodems van beide poelen bevinden zich circa 1 meter onder het aangrenzende maaiveld. Ze hebben een straal van 2,5 meter op bodemniveau en hebben een diameter van 27 meter op maaiveldhoogte. De afgegraven grond wordt verwerkt in 3 taluds met een hoogte van 2,5 meter en een breedte van 5 meter.
Het advies van de dienst Integraal Waterbeleid dat hierover werd ingewonnen is gunstig.
Daarnaast werd ook het advies ingewonnen van de dienst Stadsbeheer / groen en begraafplaasten. Deze dienst stelt dat er voorzieningen dienen getroffen te worden om verdichting van de ondergrond te vermijden bij de uitvoering van de werken. Dit wordt opgelegd als voorwaarde van de vergunning.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoen de aangevraagde werken aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Toetsing van het aangevraagde aan de beoordelingsgronden van het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de voorwaarden van het Agentschap Natuur en bos zijn strikt na te leven:
- bij het invoeren van werken in de periode van 1 maart tot 1 juli moet men, vóór men overgaat tot uitvoering van de werken, er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden;
- bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men, vóór de werken beginnen, na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen, dient contact opgenomen te worden met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mail adres van AVES;
2. er dienen voorzieningen getroffen te worden om verdichting van de ondergrond te vermijden bij de uitvoering van de werken.
Standpunt college
In de toelichtende nota vermeldt de aanvrager dat in juni 2019 werd overgegaan tot de translocatie van een 400-tal Rugstreeppadden vanuit de Total-site naar een poel gelegen in de Bospolder (Ekeren), een natuurgebied dat een onderdeel is van het Vlaams Ecologische Netwerk (VEN) en beheerd wordt door VZW Natuurpunt. Deze translocatie was noodzakelijk door werken voor het Oosterweeltraject. Volgens de aanvrager is deze poel, niettegenstaande wat verbeteringswerken, nog niet ideaal en onvoldoende om deze en volgende translocaties op te vangen.
De aanvrager stelt bijgevolg met voorliggende aanvraag voor twee nieuwe poelen aan te leggen aan de overzijde van de Ekersedijk, in het gebied Muisbroek.
Het college merkt evenwel op dat voorliggende aanvraag enerzijds onvoldoende de noodzaak voor de aanleg van deze twee poelen verduidelijkt, anderzijds ook onvoldoende de gekozen locatie in het gebied Muisbroek staaft. Het college verwijst hiervoor naar volgende argumentatie:
1. In de toelichtende nota verwijst de aanvrager naar de poel in het natuurgebied Bospolder. Er moet evenwel op gewezen worden dat het college op 28 augustus 2020 aan de VZW Natuurpunt een vergunning verleende voor het creëren van 3 bijkomende poelen met bijhorende taluds in het natuurgebied Bospolder (OMV_2020051170). In voorliggende aanvraag worden deze vergunde poelen weliswaar aangeduid op het inplantingsplan, maar wordt de relatie tot deze recent vergunde poelen niet verder geduid. De noodzaak voor de aanleg van deze twee bijkomende poelen buiten het natuurgebied Bospolder is bijgevolg onvoldoende aangetoond.
2. Het gebied Muisbroek is van het natuurgebied Bospolder gescheiden door de Ekersedijk. Deze weg dient enerzijds als (relatief drukke) toegangsweg voor bezoekers tot (de parkeervoorziening aan) de Ekerse Putten, anderzijds dient deze weg ook beschikbaar te blijven als route voor de hulpdiensten. Het college wenst te benadrukken dat er in de toekomst geen beperking mag zijn inzake het gebruik van de Ekersedijk voor bezoekers (zowel voetgangers/fietsers als autoverkeer) en hulpdiensten. Ook het verlichten van deze weg moet steeds mogelijk zijn. Naast de Ekersedijk, aan de kant van natuurgebied Bospolder, is verder ook de zone ‘De Duitse Herdershond’ gelegen, die door AG Vespa in concessie werd gegeven. In voorwaarde bij de vergunning van 28 augustus 2020 werd op advies van AG Vespa opgelegd dat deze zone steeds bereikbaar dient te blijven. Zowel de straat als de concessie lijken een barrière te vormen tussen de reeds vergunde poelen in natuurgebied Bospolder en de in voorliggende aanvraag geplande poelen in gebied Muisbroek. Het is onvoldoende duidelijk welke impact deze barrière zal hebben op het vooropgestelde habitat van de rugstreeppad. In deze optiek lijkt het eerder wenselijk alternatieve locaties te onderzoeken binnen het natuurgebied Bospolder, waarbij het nieuwe habitat een aaneengesloten geheel zou kunnen vormen zonder doorkruist te worden door weginfrastructuur.
3. Het gebied Muisbroek is bestemd als zone voor gemeenschapsvoorziening en openbaar nut (speelbos/speelweide). Zoals de aanvrager in de toelichtende nota ook aangeeft, behoort dit gebied - in tegenstelling tot het erkende natuurreservaat Bospolder - niet tot het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN). Hoewel de aanleg van poelen met bijhorende taluds voor de rugstreeppad niet strijdig is met de bestemming uit het gewestplan en het college het groene, natuurlijke karakter van de zone Muisbroek wel degelijk vooropstelt, wenst het college in samenspraak met district voor deze zone meer toegankelijke groeninvulling. Zo zou deze zone meer een link kunnen zijn tussen het recreatieve gebruik van de Ekerse Putten enerzijds, en de aanwezige en waardevolle natuur in o.m. het natuurgebied Bospolder. Ook in deze zin meent het college dat – in geval de aanleg van bijkomende poelen t.o.v. de vergunning van 28 augustus verder noodzakelijk is – in eerste instantie onderzocht en geduid moet worden of er geen alternatieve locaties binnen het VEN/natuurgebied Bospolder mogelijk zijn.
Samenvattend stelt het college zich op basis van voorliggende aanvraag dus de vraag in hoeverre deze aanvraag afgestemd is op de eerder verleende vergunning voor bijkomende poelen in het natuurreservaat Bospolder en – indien bijkomende locaties verder noodzakelijk blijven – in welke mate alternatieve locaties binnen het natuurreservaat Bospolder werden onderzocht. Op basis van de informatie die met voorliggende aanvraag beschikbaar is, acht het college het wenselijk dit eerst verder onderzoeken en te duiden. Omwille van de aangehaalde onduidelijkheden wenst het college voorliggend aanvraag niet goed te keuren.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 21 april 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 14 mei 2020 |
Start openbaar onderzoek | 22 mei 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 20 juni 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 26 oktober 2020 |
Verslag GOA | 5 oktober 2020 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
22 mei 2020 | 20 juni 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich niet aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.