Terug
Gepubliceerd op 21/09/2020

2020_CBS_07708 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091222. Stuivenbergplein 54. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 18/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07708 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091222. Stuivenbergplein 54. District Antwerpen - Weigering 2020_CBS_07708 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091222. Stuivenbergplein 54. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020091222

Gegevens van de aanvrager:

Brechtje en Matthias Van Bel - De Groof met als adres Stuivenbergplein 54 te 2060 Antwerpen

Ligging van het project:

Stuivenbergplein 54 te 2060 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 5 sectie E nrs. 459V en 460P8

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          14/12/1962: vergunning (18#44662) gevelverbouwing;

-          12/05/1972: vergunning (18#54799) gevelverbouwing.

Vergunde toestand

-          eengezinswoning bestaande uit 3 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing.

Gewenste toestand

-          renoveren en uitbreiden van de woning en herinrichten van de achterliggende tuin.

Inhoud van de aanvraag

-          nieuwe uitbreiding van de achterbouw tot een bouwdiepte van circa 20,8m;

-          voorzien van een berging, sauna en tuinkamer in achterliggende tuin met aansluitend terras.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan:

  • 1 Algemene voorschriften, 1.3 Harmonieregel en referentiebeeld:

Een bouwdiepte van 20,8m op het gelijkvloers is niet kenmerkend voor het referentiebeeld. Kenmerkend is een bouwdiepte van circa 17m.

Door de noodzakelijk wijziging van de tuinmuur van circa 2 naar een scheidingsmuur met een hoogte van circa 3m ter hoogte van de nieuwe keuken, ontstaat er geen kwaliteitsvolle relatie met de naastgelegen tuin van het bestaande weefsel.

  • 2 Bijzondere voorschriften, Artikel 1 Zone voor wonen – (Wo), 1.2 Inrichting, 1.2.1 Bouwdiepte:

Een bouwdiepte van 20,8m op het gelijkvloers is niet kenmerkend voor het referentiebeeld. Kenmerkend is een bouwdiepte van circa 17m.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

Bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen ruimten een minimale vrije hoogte te hebben van 2,60 meter. De  vrije hoogte in de  nieuwe achterbouw is beperkt tot slechts 2,37m aan de zijkanten;

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

De tuinmuur ter hoogte van de nieuwe keuken wordt gewijzigd naar een scheidingsmuur.

Een voormalige tuinmuur uit betonplaten heeft geen brandweerstand van Rf 2 uur.

Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dient een opstand van minimaal 0,30 meter te hebben ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. Het is echter niet duidelijk of in voorliggende aanvraag de volle 30 cm voorzien is;

Daarnaast moeten zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur esthetisch verantwoord en volgens de regels van de kunst afgewerkt worden. De aanvraag bevat geen informatie over de afwerking langs de zijde van het naastliggende perceel.

  • Artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningen:

Het nieuwe terras grenzend aan de tuin wordt aangesloten op de riolering waardoor het water niet op natuurlijke wijze in de ondergrond kan infiltreren. 

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties aan het Stuivenbergplein.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De bestaande woning omvat een hoofdbouw van 3 bouwlagen onder een hellend dak, aangevuld met een achterbouw van 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak ter hoogte van de rechter perceelsgrens en een koer ter hoogte van de linker perceelsgrens. Het geheel heeft een bouwdiepte van circa 17,6m. In voorliggende aanvraag wordt de gelijkvloerse achterbouw uitgebreid over de volledige breedte van het perceel tot een bouwdiepte van circa 20,8m. Tussen de achtergevel van de hoofdbouw en de nieuwe uitbreiding wordt de bestaande koer onthard en aangelegd als groene patio.

De voorgestelde bouwdiepte is strijdig met de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan met betrekking tot bouwdiepte. 

In een omgeving waar de bestaande bebouwing homogene kenmerken vertoont, moeten de te verbouwen gebouwen zodanig worden ontworpen dat ze in overeenstemming moet zijn met de kenmerken van de omgeving.  De kenmerken van de omgeving worden bepaald door het referentiebeeld.  Het referentiebeeld wordt gevormd door de gebouwde omgeving die de begrenzing vormt met de buitenruimte en bestaat uit de gebouwen welke inzake harmonische samenhang het talrijkste zijn en dus kenmerkend voor de betreffende omgeving kunnen genoemd worden. Men bekijkt het gebouw steeds vanuit een logisch geheel in de omgeving waar een harmonische samenhang merkbaar is.

Het talrijkst zijn gebouwen met een bouwdiepte van circa 17m op het gelijkvloers aan deze zijde van het bouwblok.

De voorgestelde bouwdiepte is bijgevolg per definitie niet kenmerkend voor de omgeving waardoor de aanvraag dient te worden geweigerd.

 

Visueel-vormelijke elementen

De achtergevel van de nieuwe gelijkvloerse uitbreiding wordt uitgevoerd in houten beplanking en houten buitenschrijnwerk. Het voorgestelde materiaalgebruik past zich in in de omgeving en is stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De nieuwe achterbouw wordt uitgevoerd in een licht gebogen dakvorm waardoor de vrije hoogte aan de zijkanten van de ruimte beperkt wordt tot slechts 2,37m. Bijgevolg is de aanvraag strijdig met artikel 21 van de bouwcode dat een minimale vrije hoogte voor verblijfsruimtes oplegt van 2,60m. Van dit voorschrift kan niet worden afgeweken, de ruimte is onvoldoende hoog om een kwalitatieve verblijfsruimte in te voorzien.

Daarenboven blijft de tuinmuur ter hoogte van de nieuwe keuken behouden. Een tuinmuur bestaande uit betonplaten als scheidingsmuur is onaanvaardbaar en niet volgende de regels van de kunst. Dit is geen duurzame oplossing.

Daarenboven zijn de noodzakelijke wijzigingen aan de tuin- en scheidingsmuren door de volumes in het tweede deel van de tuin onduidelijk.

 

De aanpassingen die nodig zijn om te voldoen aan de bepalingen van de bouwcode, wijzigen de bouwplannen op essentiële punten, waardoor een nieuwe aanvraag noodzakelijk is.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

8 juli 2020

Volledig en ontvankelijk

5 augustus 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 oktober 2020

Verslag GOA

14 september 2020

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.