Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020103684 |
Gegevens van de aanvrager: | NV POST X GEBOUW 8 met als adres Lange Gasthuisstraat 35-37 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Borsbeeksebrug 36 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 22 sectie A nr. 95E8 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | regulariseren van wijzigingen aan gebouw 8 van Post X (wijziging op vergunning 20162328) |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 20/01/2017: vergunning (20162328) bouwen van een nieuw kantoorgebouw met ondergrondse parking op site Post X in Berchem.
Vergunde toestand
- betreft gebouwen 2, 3 en 4:
- 7 bovengrondse bouwlagen, met een hoogte van circa 31m;
- rechthoekig van opbouw met een breedte van circa 22,95m en een diepte van 51,20m;
- de gebouwen zijn verbonden met 2 ondergrondse bouwlagen;
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- gewijzigde aansluitingen met gebouw 2 op de gelijkvloerse verdieping en de 1ste verdieping;
- diverse gewijzigde gevelopeningen en zonneschermen;
- gewijzigde kleuren van de zuidgevelpanelen;
- een aantal interne wijzigingen:
- gewijzigde gelijkvloerse gevel.
Gewenste toestand
- regulariseren van de bestaande toestand (wijzigingen ten opzichte van vergunning 20151177).
Inhoud van de aanvraag
- regulariseren van de wijzigingen aan de gevelafwerking, schrijnwerkopeningen en interne indeling;
- regulariseren van gewijzigde aansluiting met gebouw twee.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer | 28 september 2020 | 13 oktober 2020 | Gunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 28 september 2020 | 4 november 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie | 28 september 2020 | 6 oktober 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
lokale politie/ centrale preventie (LP/CP) | 28 september 2020 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) | 28 september 2020 | 30 september 2020 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie | 28 september 2020 | 9 oktober 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 28 september 2020 | 6 oktober 2020 |
stadsontwikkeling/ ruimtelijke planning (inzake SOK)
| 13 november 2020 | 13 november 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Post X, goedgekeurd op 23 juni 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor gemengde functies-art. 1-kantoren en recreatie/maatschappelijke functies.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op het volgend punt:
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid - visueel-vormelijke elementen
Naar aanleiding van de inplanting van het gebouw voor de lokale politie werd het oorspronkelijke inrichtingsplan aangepast.
De meeste wijzigingen die voorliggen zijn ofwel uitvoerig besproken en aangepast naar aanbevelingen op onder andere welstandscommissies, als een gevolg van de aanpassingen aan het inrichtingsplan, ofwel eerder beperkt, intern en/of technische van aard.
Deze wijzigingen zijn bijgevolg aanvaardbaar.
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Omwille van de afwijkingen ten opzichte van de voorschriften inzake toegankelijkheid heeft de aanvrager het advies van een door de Vlaamse Regering erkende instantie over toegankelijkheid van de handelingen (Inter) toegevoegd. Dit advies is ongunstig met betrekking tot de afwijkingen. In voorwaarden wordt opgelegd dat het volledige gebouw moet voldoen aan de verordening toegankelijkheid.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De aanvraag omvat aanpassingen van bouwkundige of architecturale aard, maar ook een aanpassing van de auto- en fietsenparking in de ondergrondse niveaus.
De voorzieningen voor fietsers, die eerder onder gebouw 9 voorzien waren, zijn nu onder gebouw 8 ondergebracht, en de fietsenparking is grondig gereorganiseerd.
In het advies van SW/MOB op de eerder aangevraagde (en toegekende) omgevingsvergunning voor het gebouw 8 werd vermeld: “3. De inrichting van de ondergrondse centrale fietsenparking onder gebouw nr. 8 en het aanbod aan voorzieningen voor fietsers zijn niet op het niveau dat mag verwacht worden voor een site van deze omvang, met deze ambities qua duurzame mobiliteit. Volgens het Mober is de capaciteit van de fietsenstalling ruim voldoende. Als referentie wordt echter de standaardnorm uit de bouwcode gehanteerd terwijl op deze site de ambities rond modal split hoger liggen.” en ook “De voorzieningen voor fietsers bevinden zich net buiten de huidige vergunningsaanvraag, onder gebouw 9. De nu op die plaats ingetekende voorzieningen (voor mannen en vrouwen telkens 2 toiletten, 2 douches en 1 lavabo, voor 1265 fietsers) zijn echter ondermaats. Gevraagd wordt (in de vergunningsaanvraag voor gebouw 8 of 9) dit uit te breiden tot minstens 2 x 5 toiletten, 2 x 15 douches, 2 x 8 kleedruimtes, 2 x 4 (afgescheiden) lavabo’s , 200 lockers, en een droogruimte voor natte kleding. Ook een ruimte voor (doe-het-zelf-) fietsherstellingen kan extra comfort bieden.”
In de huidige aanvraag is het eerdere aantal fietsenstallingen (1265) niet verhoogd maar nog sterk verlaagd (732 plaatsen in het gedeelte voor abonnees, onduidelijk qua aantal en inrichting in het gedeelte voor bezoekers, naar schatting circa 150). Het MOBER becijfert nochtans dat er volgens de norm 1002 fietsplaatsen nodig zijn. Op een site als deze, waarvoor in de overeenkomst met de stad een ambitie qua modal split is overeengekomen met maximaal 0,8 autoverplaatsingen per 100m² vloeroppervlakte per dag, is vanzelfsprekend een hoger aandeel fietsen te stallen.
In het gedeelte voor abonnees lijken bovendien geen plaatsen voorzien voor bakfietsen en andere langere fietsen. In het gedeelte voor bezoekers lijken geen rekken voorzien te zijn, noch andere bevestigingsmogelijkheden.
De extra voorzieningen zijn sterk uitgebreid ten opzichte van wat eerder voorzien werd onder gebouw 9, maar nog niet op het niveau/aantal dat in het eerdere advies gevraagd werd.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het volledige pand moet voldoen aan de verordening toegankelijkheid. Meer bepaald dienen volgende zaken in orde gebracht worden:
- het pand moet voldoen aan artikel 24: op verdieping -1 moet er in de sas van de publieke fietsenstalling raken aan het draaivlak van de sasdeur een ongehinderde vrije draaicirkel van minimaal 150 centimeter diameter mogelijk gemaakt worden;
- het pand moet voldoen aan artikel 25: in de sas tussen de fietsenstalling en de parking op verdieping -1 moet er naast de deuren naar de parking aan de zijde van de klink een vrije wandruimte van minimaal 50 centimeter aanwezig zijn;
- het pand moet voldoen aan artikel 27: er dienen voldoende aangepaste parkeerplaatsen voorzien worden;
- het pand moet voldoen aan aritkel 29/2-32: wanneer in een aangepast toilet de deur op de lange wand geplaatst wordt moet de ruimte ofwel langer uitgevoerd worden zodat de wastafel op de korte wand diagonaal ten opzichte van het toilet geplaatst kan worden zonder dat de wastafel voor de deuropening komt te staan. Ofwel moet de ruimte breder uitgevoerd worden zodat de draaicirkel van 150 cm diameter rakend aan het deurblad, niet onder de wastafel doordraait;
3. conform het advies van Inter dienen arbeidsplaatsen ingericht te worden die rekening houden met de eventuele tewerkstelling van werknemers met een handicap.
4. de fietsenparking moet uitgebreid worden tot minimaal 1002 fietsplaatsen, zoals vereist volgens de geldende normen, of het bovengrondse programma moet beperkt worden in overeenstemming met het gerealiseerde aantal fietsparkeerplaatsen;
5. de fietsenstalling voor zowel abonnees al bezoekers in te richten met kwalitatieve rekken (met aanbindmogelijkheid) en meer opstelmogelijkheden voor speciale types fietsen (vb. bakfietsen);
6. de voorzieningen voor fietsers uitbreiden tot de gevraagde 2 x 5 toiletten, 2 x 15 douches, 2 x 8 kleedruimtes, 2 x 4 (afgescheiden) lavabo’s , 200 lockers, en een droogruimte voor natte kleding en een ruimte voor (doe-het-zelf-) fietsherstellingen. Of toch minstens zo voorzien dat de voorzieningen tot op dit niveau uit te breiden is.
Lasten
Artikel 75 van het Omgevingsvergunningendecreet bepaalt dat de vergunningverlener lasten bij vergunningen kan opleggen.
De last kan de vorm aannemen van een louter financiële last of een realisatie in natura door de ontwikkelaar. In elk geval kan ingespeeld worden op maatschappelijke noden en behoeften op buurt- en wijkniveau. Het is aan de vergunningverlenende overheid om te bepalen of een louter financiële last aan de ontwikkelaar wordt opgelegd of een realisatie in natura door de ontwikkelaar wordt geëist. De inkomsten voor de stad van lasten moeten vanuit de regelgeving een expliciete bestemming krijgen met een link in de nabijheid van het project. Bij beslissing van de lasten moet dit meteen vastgelegd worden. Het kaderbesluit van 9 maart 2018 (jaarnummer 2203) legde de principes voor de lasten vast.
De stedenbouwkundige lasten voor het volledige projectgebied POST X werden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst stedenbouwkundige lasten voorgelegd aan de gemeenteraad op 24 oktober 2016 (jaarnummer 688).
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 3 september 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 28 september 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 27 november 2020 |
Verslag GOA | 10 november 2020 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het volledige pand moet voldoen aan de verordening toegankelijkheid. Meer bepaald dienen volgende zaken in orde gebracht worden:
- het pand moet voldoen aan artikel 24: op verdieping -1 moet er in de sas van de publieke fietsenstalling raken aan het draaivlak van de sasdeur een ongehinderde vrije draaicirkel van minimaal 150 centimeter diameter mogelijk gemaakt worden;
- het pand moet voldoen aan artikel 25: in de sas tussen de fietsenstalling en de parking op verdieping -1 moet er naast de deuren naar de parking aan de zijde van de klink een vrije wandruimte van minimaal 50 centimeter aanwezig zijn;
- het pand moet voldoen aan artikel 27: er dienen voldoende aangepaste parkeerplaatsen voorzien worden;
- het pand moet voldoen aan aritkel 29/2-32: wanneer in een aangepast toilet de deur op de lange wand geplaatst wordt moet de ruimte ofwel langer uitgevoerd worden zodat de wastafel op de korte wand diagonaal ten opzichte van het toilet geplaatst kan worden zonder dat de wastafel voor de deuropening komt te staan. Ofwel moet de ruimte breder uitgevoerd worden zodat de draaicirkel van 150 cm diameter rakend aan het deurblad, niet onder de wastafel doordraait;
3. conform het advies van Inter dienen arbeidsplaatsen ingericht te worden die rekening houden met de eventuele tewerkstelling van werknemers met een handicap.
4. de fietsenparking moet uitgebreid worden tot minimaal 1002 fietsplaatsen, zoals vereist volgens de geldende normen, of het bovengrondse programma moet beperkt worden in overeenstemming met het gerealiseerde aantal fietsparkeerplaatsen;
5. de fietsenstalling voor zowel abonnees al bezoekers in te richten met kwalitatieve rekken (met aanbindmogelijkheid) en meer opstelmogelijkheden voor speciale types fietsen (vb. bakfietsen);
6. de voorzieningen voor fietsers uitbreiden tot de gevraagde 2 x 5 toiletten, 2 x 15 douches, 2 x 8 kleedruimtes, 2 x 4 (afgescheiden) lavabo’s , 200 lockers, en een droogruimte voor natte kleding en een ruimte voor (doe-het-zelf-) fietsherstellingen. Of toch minstens zo voorzien dat de voorzieningen tot op dit niveau uit te breiden is.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.