Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 31 augustus 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 25 september 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 24 november 2020 |
Verslag GOA | 12 november 2020 |
naam GOA | Bieke Geypens |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
AQUAFIN NV | 1 oktober 2020 | 12 oktober 2020 | Geen advies |
Vlaamse Milieumaatschappij | 1 oktober 2020 | 6 oktober 2020 | Geen advies |
Vlaamse Milieumaatschappij, grondwaterbeheer | 7 oktober 2020 | 9 november 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen | 1 oktober 2020 | 7 oktober 2020 |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen | 1 oktober 2020 | 9 oktober 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag betreft een omgevingsvergunning voor de exploitatie van een tijdelijke bemaling voor het maken van een onderschoeiing en het plaatsen van een kelder met ondergrondse parkeergarage.
De aanvraag is gesitueerd in de context van de Della Faille wijk en kenmerkt zich door vrijstaande eengezinswoningen op ruime percelen.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemmings- en inrichtingsvoorschriften van het gewestplan Antwerpen
De aanvraag is conform de afgeleverde omgevingsvergunning voor het bouwen van een ondergrondse garage met autolift goedgekeurd door het college op 21 augustus 2020.
De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De bemalingswerken worden in twee fases uitgevoerd. In de eerste fase wordt enkel de bemaling van de onderschoeiing geactiveerd. Deze bemaling zal circa 150 dagen duren. Bij de opstart bedraagt het debiet 1.650,10 m³/dag of 68,75 m³/uur. Dit daalt naar het einde van de bemaling toe naar een debiet van circa 1.291,00 m³/dag of 53,79 m³/uur. Cumulatief wordt er voor deze bemaling over een periode van 150 dagen in totaal circa 198.370 m³ grondwater opgepompt. Na deze eerste fase volgt er – volgens het dossier – een rustperiode van 60 dagen waarin het grondwaterpeil zich enigszins kan herstellen. De tweede fase betreft de bemaling voor het realiseren van de parkeergarage. Deze fase zal ongeveer 120 dagen in beslag nemen. Bij opstart bedraagt het debiet 1.336 m³/dag of 55,67 m³/uur om naar het einde van de bemaling te dalen naar een debiet van 1.177,70 m³/dag of 49,07 m³/uur. Voor de parkeergarage betekent dit een totale hoeveelheid van 142.435 m³ opgepompt grondwater. Voor het volledige project wordt gerekend op een totaal van 340.805 m³/jaar. Er werd rekening gehouden met een extra buffer voor afwijkingen op termijn en geraamde parameters zodat het maximaal aangevraagde debiet 1.980 m³/dag bedraagt of 405.000 m³ voor het volledige project.
Een zestal OVAM-dossiers vallen binnen de invloedstraal van de bemaling. Via “particle tracking” werd er onderzocht hoe snel een eventuele verontreiniging zich zou kunnen verplaatsen onder invloed van de bemaling. Ten zuiden van de bouwputten bedraagt de verplaatsing van waterdeeltjes richting de bouwput maximaal acht meter. Van deze dossiers gaat geen risico uit aangezien verontreinigingen zich veel trager voortbewegen dan water. Eén dossier bevindt zich dicht bij de bouwputten, OVAM-dossier 12142. Bij nazicht bleek het hier te gaan over een historische verontreiniging waarbij de parameters onder de richtwaarden gelegen zijn. Ook hiervan gaat geen risico uit.
Volgens de uitgevoerde modellering zullen de berekende theoretische absolute en differentiële zettingen de norm niet overschrijden. Er wordt dus geen schade verwacht ten gevolge van zettingen. Wel wordt er aangeraden de zettingen op te volgen door middel van zettingsmetingen.
De invloedstraal van de bemaling reikt zowel tijdens fase 1 als tijdens fase 2 tot in de parkgebieden “Park Den Brandt” en “Middelheimpark”. De verlaging in deze parken wordt gedurende de bemaling beperkt tot maximum 30 centimeter aan de rand van het park. Deze verlaging is minder dan de natuurlijke schommelingen van het grondwaterpeil. Er wordt dan ook geen negatief effect op de vegetatie van het park verwacht.
Tegelijk met beide bemalingen wordt een deel van het grondwater geretourneerd in de ondergrond. Het retourdebiet tijdens de uitvoering van de onderschoeiing varieert tussen 631,20 m³/dag en 790,70 m³/dag of 26,30 m³/uur en 32,95 m³/uur. Tijdens de uitvoering van de parkeergarage varieert het retourdebiet tussen 762,10 m³/dag en 803,70 m³/dag of 31,75 m³/uur en 33,49 m³/uur. In totaal wordt er 113.630 m³ water geretourneerd tijdens de onderschoeiing en 94.815 m³ tijdens de parkeergarage. Deze retourbemaling wordt geïnstalleerd aan de achterzijde van het perceel, tegen de perceelsgrens aan.
De bouwput voor de onderschoeiing bedraagt ongeveer 17,5 meter x 7,5 meter, voor de parkeergarage bedraagt deze 10 meter x 20 meter. Voor een dergelijke relatief kleine bouwput zijn de berekende debieten zeer hoog. De exploitant verwijst naar het gebruikte numerieke 3D grondwatermodel met een aangenomen doorlatendheid van 1 x 10-4 meter/seconde of 8,64 meter/dag voor de Formatie van Berchem. De gemiddelde doorlatendheid van de Formatie van Berchem bedraagt 6 meter/dag (bron VMM). De exploitant stelt voor de veiligheid de doorlatendheid net boven het gemiddelde genomen te hebben en dit conform de richtlijnen van VMM. Verder wordt er ook gewezen op het grote verhang dat aanwezig is tussen de bemaling en de retourbemaling. Volgens de exploitant heeft dit tot gevolg dat een groot gedeelte van het geretourneerde water terug stroomt richting bouwput en terug dient opgepompt te worden door de bemaling.
In totaal zal er volgens het dossier 208.555 m³ grondwater tijdens de bemalingsperiode geretourneerd worden. De overige 196.555 m³ wenst de exploitant in de riolering te lozen. Aquafin werd om advies gevraagd. De rioolbeheerder spreekt zich niet in positieve of negatieve zin uit maar wijst “in eerste instantie op de verplichting conform Vlarem om water afkomstig van bemalingen zoveel mogelijk terug in de grond te brengen buiten de onttrekkingszone via infiltratieputten, infiltratiebekkens of infiltratiegrachten. Wanneer infiltratie technisch onmogelijk is, mag het water geloosd worden in afwateringsgrachten, RWA-leidingen of oppervlaktewater. Enkel wanneer deze opties onderzocht werden en technisch niet mogelijk zijn, dient er voor lozingen met een debiet vanaf 10 m³/uur een toelating gevraagd te worden aan Aquafin.” Een dergelijke toelating werd niet bij het dossier gevoegd.
Hoewel de exploitant tegemoet komt aan bovenstaande verplichting door ongeveer de helft van het bemalingswater te retourneren, blijft er nog 196.555 m³ te lozen in de riolering indien er geen andere oplossing gevonden wordt. De exploitant dient dan ook contact op te nemen met de dienst Groenvoorziening van de stad Antwerpen om te bekijken of het overige gedeelte van het bemalingswater kan geretourneerd worden in de nabijgelegen groendomeinen “Park Den Brandt” en “Middelheimpark”. Het onderzoeken van deze mogelijkheid wordt opgelegd als bijzondere voorwaarde. Contact met VMM toont aan dat deze berekening met een zekere marge is gedaan en eerder een overschatting zal zijn dan een onderschatting. Beide bemalingen werden ook afzonderlijk berekend, zonder de impact van de eerste mee te nemen in de berekening van de tweede.
Aangezien de omgevingsvergunningsaanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening, werd het aanvraagdossier tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid. Hierbij werd geoordeeld dat het project niet MER-plichtig is.
De vergunningsaanvraag heeft geen betrekking op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht in de zin van het decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed.
Uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets blijkt dat de gevraagde activiteiten niet van aard zijn dat ze een invloed hebben op het watersysteem. Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen opgenomen in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen voor een periode van één jaar vanaf de opstartdatum van de bemaling.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
53.2.2°b)2° | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 200.000 m³/jaar |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt de exploitant een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer (OMV_2020114067), de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum van de bemaling. |
2. | De debieten van zowel de bemaling als de retourbemaling worden opgevolgd en geregistreerd via goed werkende debietmeters. De debieten worden minstens wekelijks genoteerd in een logboek dat ter plaatse aanwezig is en ten allen tijde ter beschikking wordt gehouden van de toezichthoudende overheid. |
3. | Tegelijk met beide bemalingen wordt een deel van het grondwater geretourneerd in de ondergrond achteraan het perceel. Het retourdebiet tijdens de uitvoering van de onderschoeiing varieert tussen 631,20 m³/dag en 790,70 m³/dag of 26,30 m³/uur en 32,95 m³/uur. Tijdens de uitvoering van de parkeergarage varieert het retourdebiet tussen 762,10 m³/dag en 803,70 m³/dag of 31,75 m³/uur en 33,49 m³/uur. |
4. | Vóór opstart van de bemaling neemt de exploitant contact op met de dienst Groenvoorziening van de stad Antwerpen (telefoon 03/338.14.92 of email SB_GB_G_groensecretariaat@antwerpen.be) om te bekijken of de hoeveelheid water die niet kan geretourneerd worden op eigen perceel, in de nabijgelegen groendomeinen “Park Den Brandt” en “Middelheimpark” kan geloosd worden. Een verslag van deze bespreking wordt, eveneens vóór opstart van de bemaling, bezorgd aan de dienst Vergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van de referentie OMV_2020114067. |
5. | Indien er na overleg met de dienst Groenvoorziening van de stad Antwerpen toch niet kan geretourneerd worden in “Park Den Brandt” of “Middelheimpark” dient de exploitant een aftappunt te voorzien op de lozingsleiding zodat omwonenden zoveel mogelijk nuttig gebruik kunnen maken van het bemalingswater.
De installatie van het aftappunt gebeurt op de dag van de opstart van de bemaling. Het aftappunt moet het eenvoudig en kosteloos hergebruik van grondwater voor particulieren (huishoudelijk gebruik), mogelijk maken. Hierbij dient voldaan te worden aan volgende eisen: - er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het aftappunt, waarbij de veiligheid van gebruikers van het water gegarandeerd is; - de exploitant afficheert de beschikbaarheid van water op een duidelijke manier, zichtbaar vanop de openbare weg van zodra er water ter beschikking is; - er dient aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor menselijke consumptie en dat elk gebruik op eigen risico is. |
6. | De start- en stopdatum van de bemaling wordt gemeld aan VMM via het mailadres grondwater.ant@vmm.be. |
7. | Het bemalingswater moet maximaal geretourneerd/geïnfiltreerd worden in grondwater zoals voorgesteld in de tweede versie van de bemalingsnota met referentie RL/200615/U/DB/S13589, toegevoegd aan de omgevingsvergunningsaanvraag op 25/09/2020. |
8. | De debietmeters moeten zo geplaatst worden dat het opgepompte debiet en het geretourneerde debiet kunnen afgelezen worden. |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020114067 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | BVBA Bouwbedrijf J. Valckenborgh (0403857520) met als adres Starrenhoflaan 5 te 2950 Kapellen |
Ligging van het project: | Dennenlaan 17 te 2020 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 42 sectie B nrs. 98K3 en 98H3 |
Inrichtingsnummer: | 20200831-0011 (Dennenlaan 17) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | een bronbemaling |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 28 augustus 2020 werd door het college een omgevingsvergunning onder voorwaarden afgeleverd voor het bouwen van een parkeergarage met autolift (OMV_2020078399).
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag omvat een bemaling klasse 2 voor het plaatsen van een onderschoeiing onder de bestaande woning en het aanleggen van een parkeergarage naast de woning op een particulier perceel aan de Dennenlaan te 2020 Antwerpen. Er wordt een gedeeltelijke retourbemaling voorzien. De duurtijd van de bemaling wordt geschat op een jaar.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
53.2.2°b)2° | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 200.000 m³/jaar |
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt de exploitant een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer (OMV_2020114067), de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum van de bemaling. |
2. | De debieten van zowel de bemaling als de retourbemaling worden opgevolgd en geregistreerd via goed werkende debietmeters. De debieten worden minstens wekelijks genoteerd in een logboek dat ter plaatse aanwezig is en ten allen tijde ter beschikking wordt gehouden van de toezichthoudende overheid. |
3. | Tegelijk met beide bemalingen wordt een deel van het grondwater geretourneerd in de ondergrond achteraan het perceel. Het retourdebiet tijdens de uitvoering van de onderschoeiing varieert tussen 631,20 m³/dag en 790,70 m³/dag of 26,30 m³/uur en 32,95 m³/uur. Tijdens de uitvoering van de parkeergarage varieert het retourdebiet tussen 762,10 m³/dag en 803,70 m³/dag of 31,75 m³/uur en 33,49 m³/uur. |
4. | Vóór opstart van de bemaling neemt de exploitant contact op met de dienst Groenvoorziening van de stad Antwerpen (telefoon 03/338.14.92 of email SB_GB_G_groensecretariaat@antwerpen.be) om te bekijken of de hoeveelheid water die niet kan geretourneerd worden op eigen perceel, in de nabijgelegen groendomeinen “Park Den Brandt” en “Middelheimpark” kan geloosd worden. Een verslag van deze bespreking wordt, eveneens vóór opstart van de bemaling, bezorgd aan de dienst Vergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van de referentie OMV_2020114067. |
5. | Indien er na overleg met de dienst Groenvoorziening van de stad Antwerpen toch niet kan geretourneerd worden in “Park Den Brandt” of “Middelheimpark” dient de exploitant een aftappunt te voorzien op de lozingsleiding zodat omwonenden zoveel mogelijk nuttig gebruik kunnen maken van het bemalingswater.
De installatie van het aftappunt gebeurt op de dag van de opstart van de bemaling. Het aftappunt moet het eenvoudig en kosteloos hergebruik van grondwater voor particulieren (huishoudelijk gebruik), mogelijk maken. Hierbij dient voldaan te worden aan volgende eisen: - er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het aftappunt, waarbij de veiligheid van gebruikers van het water gegarandeerd is; - de exploitant afficheert de beschikbaarheid van water op een duidelijke manier, zichtbaar vanop de openbare weg van zodra er water ter beschikking is; - er dient aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor menselijke consumptie en dat elk gebruik op eigen risico is. |
6. | De start- en stopdatum van de bemaling wordt gemeld aan VMM via het mailadres grondwater.ant@vmm.be. |
7. | Het bemalingswater moet maximaal geretourneerd/geïnfiltreerd worden in grondwater zoals voorgesteld in de tweede versie van de bemalingsnota met referentie RL/200615/U/DB/S13589, toegevoegd aan de omgevingsvergunningsaanvraag op 25/09/2020. |
8. | De debietmeters moeten zo geplaatst worden dat het opgepompte debiet en het geretourneerde debiet kunnen afgelezen worden. |
De vergunning omvat thans volgende rubrieken:
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
53.2.2°b)2° | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 200.000 m³/jaar |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor een periode van één jaar vanaf de opstartdatum van de bemaling.