2020_RMW_00036 - Schuldhulpverlening - Minimale levering aardgas 2020-2025 - Goedkeuring

De bedragen in de financiële tabel zijn een raming van de kost en ontvangst per jaar.

De bedragen worden voor elke klant met de juiste klantreferentie overgeschreven naar de leverancier Fluvius. (ondernemingsnummer BE0477445084, Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle). De middelen komen op de budgetmeter van de klant terecht, waardoor de klant een hoeveelheid gas kan verbruiken. De klant is dus uiteindelijk de begunstigde.

Na afloop van de winter wordt 70% teruggevorderd van de leverancier Fluvius. 30% wordt teruggevorderd van de klanten.

De Vlaamse minister van energie zond de voorbije jaren in de maand oktober een brief met richtlijnen naar de OCMW's. Het betreft een verduidelijking van de artikels 5.4.6 tot en met 5.4.10 van het Energiebesluit. In deze brief stond telkens dat een beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn noodzakelijk is. De brief van de minister met de richtlijnen voor de winterperiode 2020-2021 is nog niet verstuurd. Deze wordt pas in de loop van de maand oktober verwacht.  

De raad voor maatschappelijk welzijn besliste op 24 juni 2019 (jaarnummer 81) in te stappen in het systeem van minimale levering aardgas gedurende de winterperiode 2019-2020.

Burgers met een budgetmeter aardgas die niet voldoende opladen, kunnen in de winter zonder aardgas en dus zonder verwarming vallen. Het systeem van minimale levering aardgas gedurende de winterperiode dient om dit te vermijden. OCMW's kunnen ervoor kiezen om de maatregel toe te passen of niet.

Burgers die niet over voldoende middelen beschikken om de budgetmeter aardgas op te laden, kunnen een hulpvraag "minimale levering aardgas" stellen bij het OCMW. Zij kunnen dan een minimumhoeveelheid aardgas ter beschikking krijgen op de budgetmeter. De hoeveelheid aardgas is afhankelijk van het statuut van de klant (beschermde klant of niet) en de woonsituatie (appartement, rijhuis of hoekhuis, vrijstaand of halfopen bebouwing) en wordt jaarlijks vastgelegd door de minister. De voorbije jaren lagen de bedragen, afhankelijk tot de categorie waartoe men behoort tussen de 18,66 EUR en 57,66 EUR per schijf.

Na toekenning zet het OCMW elke twee weken het vastgelegde bedrag klaar, rechtstreeks op de budgetmeter van de klant. De klant kan maximum 10 schijven krijgen gedurende de winter. De periode van minimale levering loopt steeds van 1 november tot 31 maart.

70% van de kost wordt ten laste genomen door de distributienetbeheerder Fluvius. De overige 30% is ten laste van het OCMW. Het Energiebesluit stelt dat het OCMW kan beslissen om de 30% terug te vorderen van de klant zelf.

De doelgroep is burgers in Antwerpen met een budgetmeter aardgas. Dit aantal schommelt rond de 4.000. Ongeveer 1.000 burgers doen jaarlijks effectief een aanvraag.

Er is een samenwerking met het Ecohuis om eventuele energiebesparing te onderzoeken voor de aanvragers.

Het Energieteam van de bedrijfseenheid Sociale Dienstverlening doet aan alle aanvragers die nog geen actief dossier hebben een aanbod van (schuld)hulpverlening.

Na afloop van de winterperiode vordert het OCMW 30% terug van de klanten.

Er wordt voorgesteld om deze regeling vast te leggen voor de huidige legislatuur.

Artikels 5.4.6 tot en met 5.4.10 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 19 november 2010 houdende algemene bepalingen over het energiebeleid (Energiebesluit).

De minimale levering aardgas is een vorm van maatschappelijke dienstverlening volgens de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW's (artikel 57§4). Een aanvraag wordt afgehandeld volgens artikel 58, artikel 60 en artikel 71 van deze wet.