Terug
Gepubliceerd op 30/03/2020

2020_CBS_02825 - Omgevingsvergunning - OMV_2019163772. Prinsstraat 3. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 27/03/2020 - 09:00 Digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02825 - Omgevingsvergunning - OMV_2019163772. Prinsstraat 3. District Antwerpen - Weigering 2020_CBS_02825 - Omgevingsvergunning - OMV_2019163772. Prinsstraat 3. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019163772

Gegevens van de aanvrager:

de heer Bert d'Hollander met als contactadres Napelsstraat 108 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Prinsstraat 3 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 2sectie B nr. 946A

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van een studentenhuis met 13 studentenkamers

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          07/08/1998: vergunning voor het verhuren van kamers en andere kleine woongelegenheden (GK/934) voor 14 kamers, telkens voor 1 persoon;

-          10/08/1901: vergunning (1901#1128) voor een uitstalraam;

-          15/06/1894: vergunning (1894#1018) voor het verbouwen van de 2de verdieping;

-          09/04/1805: vergunning (838#136) voor een gevel.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          pand in gesloten bebouwing met 3 bouwlagen; 

-          geen verdere info omtrent het volume;

-          gevel:

  • wit bepleisterde gevel in classicistische opbouw; 
  • vitrineraam in gelijkvloerse pui;
  • indeling verdiepingen in 3 traveeën;
  • verhoogd gelijkvloers;
  • de verdiepingen hebben beide dezelfde hoogte;
  • buitenschrijnwerk in hout met kleinhoutverdeling (vensters met vast bovenlicht en twee opengaande benedenwaaiers). 

Huidige toestand

-          studentenhuis met 14 kamers;

-          volume:

  • gesloten bebouwing met 3 bouwlagen onder zadeldak;
  • hoofdgebouw met bouwdiepte 12m;
  • extra bebouwing (2 bouwlagen) tegen rechtse en achterste perceelsgrens met schuin dak;

-          gevelparement conform vergund;

-          buitenschrijnwerk in aluminium met gewijzigde raamindeling. 

Gewenste toestand

-          studentenhuis met 13 kamers;

-          volume conform bestaand;

-          gevel conform vergund.

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van een studentenhuis met 13 kamers;

-          regulariseren van het bestaande volume;

-          interne wijzigingen en herindeling. 

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

7 februari 2020

5 maart 2020

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

7 februari 2020

24 februari 2020

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

7 februari 2020

24 februari 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel  5:   zone voor centrumfuncties - publieksgerichte gebouwen (ce5).

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten

Elke verblijfsruimte dient een minimale vrije hoogte te hebben van 2,60 meter. De vrije hoogte in kamer 4, is zowel onder als boven de mezzanine te laag.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Het pand is gelegen in de kotstopzone van studentenhuisvesting. Gezien er een conformiteitsattest wordt voorgelegd waaruit blijkt dat het pand al minstens sinds 1998 gebruikt werd als studentenhuisvesing, kan hiervan worden afgeweken.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag voldoet niet aan artikel van de bouwcode. In zitting van 5 juli 2013 (Jaarnummer 2013_CBS_06964) besliste het college via een afwijkingsbesluit de voorwaarden vast te stellen waarbinnen in het kader van studentenhuisvesting afwijkingen op de bouwcode kunnen worden toegestaan. Deze aanvraag voldoet echter niet aan de gestelde voorwaarden van het afwijkingsbesluit. De aanvraag voldoet immers niet aan de normen van de Vlaamse Wooncode en het Kamerdecreet.

De vrije hoogte in kamer 4 is, zowel onder als boven de mezzanine te laag. Bovendien zijn kamers 5, 10, 11, 12 en 13 kleiner dan de minimaal vereiste oppervlakte.

Verder zijn ook de twee gemeenschappelijke ruimten te klein voor het te regulariseren aantal kamers. Zo is de gemeenschappelijk ruimte op de tussenverdieping met 7,23 m², groot genoeg voor maximum 4 studenten en de gemeenschappelijke ruimte op de 2de verdieping met 8,86 m² groot genoeg voor maximum 5 studenten.

Op basis van bovenstaande kan gesteld dat er maar 7 van de 13 kamers voldoen en de gemeenschappelijke ruimte slechts voldoende is voor 9 studenten.

Om bovenstaande reden wordt de aanvraag dan ook ongunstig geadviseerd.

 

Cultuurhistorische en Visueel-vormelijke aspecten

Het pand betreft een neoclassicistisch rijhuis met historische kern en achterhuis dat een beeldondersteunende waarde heeft.

De stedelijke dienst monumentenzorg volgt de grote lijnen van de aanvraag tot regularisatie van 13 studentenkamers.

Het schrijnwerk binnen de bewaarde historische winkelpui uit 1901 is echter atypisch en verstoort het uitzicht van de gevel. De dienst monumentenzorg stelt dat de vier ramen binnen de omkadering van de winkelpui door één raam met houten schrijnwerk moeten worden vervangen. De detailplannen moeten in het kader van een nieuwe aanvraag ter advies worden voorgelegd aan de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit zou als voorwaarde opgenomen moeten worden indien de aanvraag in aanmerking zou komen van vergunning.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid:

Er worden geen volumewijzigingen aangevraagd ten opzichte van de vermoedelijk laatst vergunde toestand. Het bestaande pand van drie bouwlagen onder een hellend dak en een twee bouwlagen hoge achterbouw, blijft in harmonie met de kenmerkende bouwhoogtes in de Prinsstraat.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

23 januari 2020

Volledig- en ontvankelijk

7 februari 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

7 april 2020

Verslag GOA

18 maart 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.