Terug
Gepubliceerd op 11/01/2021

2021_CBS_00041 - Omgevingsvergunning - OMV_2020144288. Oudekerkstraat 18. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 08/01/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_00041 - Omgevingsvergunning - OMV_2020144288. Oudekerkstraat 18. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_00041 - Omgevingsvergunning - OMV_2020144288. Oudekerkstraat 18. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020144288

Gegevens van de aanvrager:

NV WINVEST Holding met als contactadres Oever 21 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Oudekerkstraat 18 te 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 10 sectie K nr. 1755N3

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een pand met drie appartementen naar een pand met vier appartementen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          17/10/1928: toelating (1928#31515) voor het wijzigen van de gevel en binnenveranderingen.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          meergezinswoning met 3 wooneenheden;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder mansardedak;
  • aanbouw van 1 tot 2 bouwlagen onder plat dak;

-          gevel in baksteen.

Huidige toestand

-          meergezinswoning met 3 wooneenheden:

  • gelijkvloers: tweeslaapkamerappartement;
  • 1ste verdieping: eenslaapkamerappartement;
  • 2de en dakverdieping: drieslaapkamerduplexappartement;

-          voorgevelafwerking:

  • metselwerk in baksteen met grijze kleur;
  • schrijnwerk in hout met witte kleur;
  • balkon op 1ste verdieping;

-          inrichting:

  • tuin van 41m2.

Gewenste toestand

-          meergezinswoning met 4 wooneenheden:

  • gelijkvloers: 1 drieslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 134,5 m2;
  • 1ste verdieping: 1 tweeslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 89 m2;
  • 2de en dakverdieping: opgedeelde duplexwoning in 2 eenslaapkamerappertementen  met een netto vloeroppervlakte van circa 42 m² en 46 m2 (excl. sanitair en berging);

-          bouwvolume:

  • gelijkvloers: terras in plaats van veranda;
  • 1ste verdieping: inpandig terras;
  • 2de verdieping: terras op plat dak;
  • terras in hellend dak aan achtergevel;
  • dakkapel aan achtergevel;

-          voorgevelafwerking:

  • metselwerk in baksteen met grijze kleur;
  • schrijnwerk in pvc met zwarte kleur;
  • voordeur in hout met zwarte kleur;

-          inrichting:

  • fietsenberging;
  • tuin met terras van circa 51m2.

Inhoud van de aanvraag

-          vermeerderen van het aantal wooneenheden van 3 naar 4;

-          vergroten buitenruimte;

-          voorzien van terrassen op de verdiepen;

-          het plaatsen van een dakkapel in het dak achteraan;

-          wijzigen buitenschrijnwerk.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

16 november 2020

7 december 2020

Voorwaardelijk gunstig

brandweer/ risicobeheer/ preventie

16 november 2020

21 december 2020

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

16 november 2020

11 december 2020

stadsontwikkeling/ mobiliteit

16 november 2020

26 november 2020

stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund

16 november 2020

8 december 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:

de fietsenberging voldoet niet aan de inrichtingsprincipes uit dit artikel;

  • artikel 43 Septische putten:

het volume van de septische put wordt niet opgegeven.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet onder meer het opdelen van een duplexappartement op de 2de en de 3de verdieping. Hierdoor neemt het aantal wooneenheden toe van 3 naar 4. De functie wonen blijft ongewijzigd en is functioneel inpasbaar in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Op het gelijkvloerse wordt de open ruimte beperkt vergroot door de bestaande veranda te slopen in functie van een terras. Achteraan wordt een dakkapel in het dak voorzien en op elke verdieping is een buitenruimte voorzien voor de woonentiteiten. De voorgestelde buitenruimtes zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt opgefrist wat op zich gunstig wordt beoordeeld. Het oorspronkelijke buitenschrijnwerk wordt hierbij vervangen naar donkerkleurig pvc schrijnwerk met een verdeling naar oorspronkelijk model. Het materiaal van het schrijnwerk is atypisch voor de vormgeving van een vroeg 20ste-eeuwse burgerwoning. In voorwaarden wordt daarom opgelegd om houten buitenschrijnwerk met een indeling, profilering en detaillering naar oorspronkelijk model te voorzien in een lichte kleur.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het voorstel om het duplexappartement op de 2de en de 3de verdieping op te splitsen en zo op elke verdieping telkens één kleine woonentiteit te voorzien, valt te betreuren. Het toevoegen van een bijkomende wooneenheid in het gebouw heeft als gevolg dat de druk op het perceel stijgt met een verlies aan algemene woonkwaliteit in het gebouw. Ook de individuele woonkwaliteit waarover de duplexwoning beschikt gaat daarmee verloren. De woningen die in de plaats komen hebben slechts een netto vloeroppervlakte van 42m² en 46m² (excl. bergingen en sanitair). Dat is te weinig om deze als eenslaapkamerappartement in te richten. Daarom zal in voorwaarde worden opgenomen om deze woningen in te richten als studio. Een studio kenmerkt zich als een zelfstandige woning die uit één verblijfsruimte bestaat, meestal bedoeld voor één persoon. De ene verblijfsruimte van de woning doet dienst als woon- en slaapkamer.

 

Op basis van de aangeleverde informatie is het niet mogelijk om de inhoud van de septische put af te leiden. Als voorwaarde wordt opgenomen om te voldoen aan artikel 43 van de bouwcode.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden.

Het duplexappartement wordt opgesplitst naar 2 appartementen zodat er in het totaal 4 appartementen zijn.

 

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De bijkomende woning genereert een behoefte van 1 parkeerplaats.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om stedenbouwkundige redenen niet gerealiseerd worden. Dit is het geval in voorliggende aanvraag die betrekking heeft op een pand met een perceelsbreedte van minder dan 8 meter. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

 

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Fietsvoorzieningen:

Voor het bijkomende appartement moeten er 2 fietsstalplaatsen voorzien worden:

-          1 appartement met 1 slaapkamer  = 1 x 2 (1 slaapkamer + 1 extra) = 2

 

Er worden 6 fietsstalplaatsen voorzien in de gang. De doorgang naast de trap is op het smalste punt maar 0,67 m. Dat is heel krap om met een fiets te kunnen passeren. Gezien dit slechts over een kort stuk gaat, kan dit uitzonderlijk aanvaard worden.

Er wordt gewerkt met een hangsysteem. Vermits niet alle types van fietsen hiervan gebruik kunnen maken moet de helft van het aantal nodige fietsstalplaatsen voorzien worden als gewone lage fietsstalplaatsen. Achter elke fiets in een fietsstalplaats moet een minimale vrije ruimte van 1,70 m beschikbaar zijn. Ook dat is hier ook niet het geval.

In voorwaarde wordt opgelegd om een fietsenberging te voorzien voor minstens 2 fietsen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de woningen op de 2de en de 3de verdieping in te richten als studio. Een studio kenmerkt zich als een zelfstandige woning die uit één verblijfsruimte (= woon- en slaapkamer) bestaat;

3.      een fietsenberging voorzien voor minstens 2 fietsen, conform de inrichtingsprincipes uit artikel 29 van de bouwcode;

4.      een septische put te voorzien, conform artikel 43 van de bouwcode;

5.      het nieuwe buitenschrijnwerk te voorzien in hout met een profielring, detaillering en indeling naar oorspronkelijk model en in een lichte, witte of grijze kleur;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Uitsluitingen

7.      het nieuwe PVC-buitenschrijnwerk.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

28 oktober 2020

Volledig en ontvankelijk

16 november 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

15 januari 2021

Verslag GOA

23 december 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de woningen op de 2de en de 3de verdieping in te richten als studio. Een studio kenmerkt zich als een zelfstandige woning die uit één verblijfsruimte (= woon- en slaapkamer) bestaat;

3.      een fietsenberging voorzien voor minstens 2 fietsen, conform de inrichtingsprincipes uit artikel 29 van de bouwcode;

4.      een septische put te voorzien, conform artikel 43 van de bouwcode;

5.      het nieuwe buitenschrijnwerk te voorzien in hout met een profielring, detaillering en indeling naar oorspronkelijk model en in een lichte, witte of grijze kleur;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Uitsluitingen

7.      het nieuwe PVC-buitenschrijnwerk.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.