2020_VB_00113 - Besluit van de Vlaamse Regering tot instelling van een tegemoetkoming aan het OCMW ter bestrijding van uithuiszettingen - Nieuwe werkwijze van het Fonds voor Bestrijding van Uithuiszettingen - Kennisneming

Nieuwe werkwijze FBUH

Nadat het OCMW ambtshalve of na melding door derden (huurder, verhuurder, Huurdersbond, sociale diensten, organisaties die werken met kwetsbare doelgroepen,…) kennis heeft genomen van de huurachterstal en nadat de huurder beslist heeft om een steunaanvraag te formuleren, beslist het OCMW autonoom om de huurder te begeleiden bij de afbetaling van de huurachterstal en hiervoor al dan niet beroep te doen op een tussenkomst door het FBUH.

Het FBUH verleent een tegemoetkoming indien de volgende voorwaarden voldaan zijn:

• Huurachterstallen ontstaan na 1 april 2020 binnen de private huurmarkt (sociale huurders vallen buiten het toepassingsgebied).
• De huurachterstal bedraagt minstens twee keer en maximaal zes keer de huurprijs.
• Het OCMW heeft een sociaal onderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat de huurder in aanmerking komt voor dienstverlening en onder begeleiding zijn huurachterstal kan afbetalen.
• Het OCMW streeft er met de begeleiding van de huurder naar de huurachterstal af te betalen en een stabiele woonsituatie voor de huurder te creëren.
• OCMW, huurder en verhuurder ondertekenen een begeleidingsovereenkomst:
  • Het OCMW betaalt binnen de vijf werkdagen na de ondertekening 50% van de huurachterstal aan de verhuurder (met een maximum van 1.250,00 EUR). Het OCMW beslist op basis van het sociaal onderzoek of deze steun al dan niet / geheel of gedeeltelijk wordt teruggevorderd van de huurder.
  • De huurder aanvaardt begeleiding en engageert zich tot afbetaling van de huurachterstal via een afbetalingsplan.
  • De verhuurder leidt geen vordering tot uithuiszetting in zolang het afbetalingsplan wordt nageleefd en er geen nieuwe huurachterstal ontstaat.
  • De verhuurder meldt een eventuele niet-naleving aan het OCMW en geeft het OCMW minstens twee weken de tijd om een oplossing te vinden alvorens een vordering tot uithuiszetting in te leiden.
  • Het OCMW maakt een meldingsformulier over aan het FBUH, samen met een kopie van de overeenkomst.

Tegemoetkoming FBUH

Het fonds verleent het OCMW volgende tegemoetkomingen:

• Bij aanvang van de begeleiding en uiterlijk één maand na ontvangst van het meldingsformulier en een kopie van de overeenkomst:
  • een forfaitair bedrag van 200,00 EUR (gedeeltelijke compensatie voor de personeels- en werkingskost);
  • 25% van de huurachterstal met een maximum van 625,00 EUR. Dit bedrag wordt enkel toegekend indien het OCMW met eigen middelen eenzelfde bedrag betaalt (principe van gedeelde financiële verantwoordelijkheid).
• Na afloop van de begeleiding en indien er sprake is van een stabiele woonsituatie: 35% van de huurachterstal met een maximum van 875,00 EUR.

Voor de meldingsformulieren die vóór 1 oktober 2020 bij het Fonds worden ingediend ontvangt het OCMW:

• bij aanvang van de begeleiding:
  • een vast bedrag van 200,00 EUR;
  • een bedrag van 45% van de huurachterstal, met een maximum van 1.125,00 EUR;
• na afloop van de begeleiding: 
• een bedrag van 15% van de huurachterstal, met een maximum van 375,00 EUR.

Vragen tot bemiddeling en betaling van huurachterstallen worden ook binnen de huidige werking van de bedrijfseenheid Sociale Dienstverlening behandeld. De nieuwe werkwijze van het FBUH stelt het OCMW in de mogelijkheid om de gemaakte kosten (deels) te recupereren.

Besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 2019 tot instelling van een tegemoetkoming aan het OCMW ter bestrijding van uithuiszettingen.

Besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen voor de private en sociale huurmarkt ten gevolge van de maatregelen genomen door de Nationale Veiligheidsraad vanaf 12 maart 2020 inzake het coronavirus.

Het Fonds ter bestrijding van de uithuiszettingen (FBUH) trad in werking op 1 januari 2014 en beoogde het verminderen van het aantal uithuiszettingen en het verhogen van inkomenszekerheid aan verhuurders. De huidige werkwijze van het FBUH (ook “huurgarantiefonds” genoemd) behaalt deze doelstellingen echter niet.

Het nieuwe Besluit van de Vlaamse Regering bepaalt een andere werkwijze, focust sterker op preventie en voorziet een sleutelrol voor het OCMW. Onder bepaalde voorwaarden verleent het FBUH een financiële tegemoetkoming aan het OCMW dat een huurder met huurachterstal begeleidt om een uithuiszetting te voorkomen.

Het Besluit treedt in werking vanaf 1 juni 2020, is van toepassing op de private huurmarkt en voorziet een gedeelde financiële verantwoordelijkheid van het FBUH en het OCMW.

Het besluit van de Vlaamse regering van 27 maart 2020 (publicatie Belgisch Staatsblad 3 maart 2020) houdende maatregelen voor de private en sociale huurmarkt ten gevolge van de maatregelen genomen door de Nationale Veiligheidsraad van 12 maart 2020 inzake het coronavirus, voorziet een aanpassing in de begindatum van de huurachterstal en de bedragen van de tussenkomt voor het OCMW bij de opstart en de beëindiging van de begeleiding. Hiermee hoopt men de betalingsachterstanden in de komende maanden ten gevolge van de coronacrisis bijkomend op te vangen.

De uitgave en de eventuele klantrecuperatie via e-Vita van de “huurtoelage” is reeds een onderdeel van de aanvullende bijstand en wordt op volgende boekingsadressen geboekt;

SUB_NR/INTERN/2000/4403015000/648212/2HMS050303A00000/2OA040900

SUB_NR/INTERN/2000/4403015000/748212/2HMS050303A00000/2OA040900

De  verkoopsartikels van de subsidie dienen nog door de algemene boekhouding opgezet worden.

Het boekingsadres wordt bij artikel 2 weergegeven.

De subsidie volgt het bedrag aan uitgekeerde steun en is momenteel nog niet in te schatten wat betreft grootteorde.