Terug
Gepubliceerd op 28/09/2020

2020_CBS_07862 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091221. Spoorstraat 26. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07862 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091221. Spoorstraat 26. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_07862 - Omgevingsvergunning - OMV_2020091221. Spoorstraat 26. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020091221

Gegevens van de aanvrager:

de heer Philippe Vanderpoorten met als adres Ernest Van Dijckkaai 10 bus 3L te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Spoorstraat 26 te 2060 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 5 sectie E nr. 531L6

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een smalle rijwoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          07/04/2017: vergunning (20162880) voor het verbouwen van een smalle rijwoning;

-          27/09/2019: proces-verbaal (11002_2019_10880_VPV) voor werken in strijd met de op 7 april 2017 verleende stedenbouwkundige vergunning.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder deels schuin en deels plat dak in gesloten bebouwing.

Huidige toestand

-          behoud van de bestaande septische put met een inhoud van 950 liter;

-          het buitenschrijnwerk van de gelijkvloerse voorgevel werd gedeeltelijk behouden dit is in strijd met de opgelegde voorwaarde dat het bestaande buitenschrijnwerk met beglazing dient behouden te worden;

-          aan het nieuwe dak van de uitbouw werd geen opstand voorzien van 0,30 meter dit is in strijd met de voorwaarde opgelegd in de vergunning.

Gewenste toestand

-          gelijkvloers buitenschrijnwerk zonder beglazing;

-          behoud van de bestaande septische put;

-          opstand van 0,12 meter ter hoogte van de nieuwe achterbouw. 

 

Inhoud van de aanvraag

-          verlagen van de opstand van 30cm naar 12cm ter hoogte van de achterbouw;

-          supprimeren beglazing buitenschrijnwerk op de begane grond;

-          niet voorzien van een nieuwe septische put en regenwaterput.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: de opstand van de achterbouw bedraagt 0,12 meter t.o.v. het hoogst aangrenzende dakvlak < 0,30 meter.
  • Artikel 38 Groendaken: De nieuwe platte daken (circa 28m²) worden niet voorzien als een groendak.
  • Artikel 43 Septische putten: het is onduidelijk of de afvoeren van zwart water worden voorzien naar de septische put.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’) 
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Aangaande volumewijzigingen wordt in de voorliggende aanvraag enkel de aanbouw beperkt aangepast. De footprint van het gebouw wordt niet aangepast. De aanbouw wordt ietwat verhoogd en de helling van het platte glazen dak wordt steiler aangebracht om zo zonlicht optimaal te laten binnenkomen. De aanliggende scheidingsmuur wordt hiervoor 5 cm verhoogd. Tegenover de rechterbuur wordt de scheidingsmuur verlaagd. Deze beperkte wijzigingen aan het bouwvolume worden niet als storend ervaren en zijn vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Er kan worden ingestemd met het bouwvolume zoals voorgesteld.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel werd ontdubbeld uitgevoerd, om zo een ruimte te voorzien om privacy en licht te  voorzien en om zo fietsen eenvoudig te stallen. In een voorgaande vergunning (07/04/2017) werd de voorgevel dichtst tegen de straatzijde ontdaan van twee ramen. De twee ramen werden onderaan voorzien van een gemarteleerd figuurglas met een hoogte van ongeveer 70cm. De beoordeling was dat: “De borstweringen in gemarteleerd figuurglas in het bestaande buitenschrijnwerk, waarbij het midden gedeelte open blijft en het bovenste deel schrijnwerk behouden blijft, vormt een vreemd beeld in de gevel en is nefast voor de architecturale kwaliteit van de gevel in de straatwand.” Toen werd opgelegd in de vergunning om “het bestaande buitenschrijnwerk met beglazing op de begane grond te behouden”.

De aanvraag bevat géén argumentatie om hiervan af te wijken.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het voorzien van beglazing in de ramen op het gelijkvloers van de voorgevel, zoals opgelegd in voorwaarden, heeft geen negatieve invloed op de beleving en contact tussen de straatgevel en de woning. Het voorzien van beglazing zorgt wel voor een bescherming van het tussenstuk tegen strenge weersomstandigheden en voor een betere inpassing van het gevelbeeld in de straatgevel.

De aanvraag bevat géén argumentatie om hiervan af te wijken.

 

De opstand van de achterbouw voldoet niet aan artikel 34 van de bouwcode en dient minimaal 0,30 m te zijn. Omdat dit van belang is voor de (brand)veiligheid van het gebouw en de inwoners kan hiervan niet worden afgeweken. Het voldoen aan de opgelegde opstand zou een nieuwe aanvraag impliceren aangezien de scheidingsmuren hiervoor dienen opgehoogd te worden. Echter kan van deze opstand worden afgeweken indien er aan de volgende voorwaarde voldaan is: de dakbekleding valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2.      de platte daken (circa 28m²) te voorzien als een groendak conform artikel 38 van de bouwcode;

3.      de afvoeren van zwart water te voorzien naar de septische put conform artikel 43 van de bouwcode;

4.      de raamopeningen op het gelijkvloers te voorzien van doorzichtige beglazing, conform vergunning 20162880;

5.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 juli 2020

Volledig en ontvankelijk

6 augustus 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

5 oktober 2020

Verslag GOA

14 september 2020

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2.      de platte daken (circa 28m²) te voorzien als een groendak conform artikel 38 van de bouwcode;

3.      de afvoeren van zwart water te voorzien naar de septische put conform artikel 43 van de bouwcode;

4.      de raamopeningen op het gelijkvloers te voorzien van doorzichtige beglazing, conform vergunning 20162880;

5.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.