Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020029073 |
Gegevens van de aanvrager: | AV GO! SCHOLENGROEP ANTWERPEN met als adres Thonetlaan 106 bus A te 2050 Antwerpen |
Ligging van het project: | Slachthuislaan hoek Weilandstraat ZN te 2060 Antwerpen (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 7 sectie G nr. 316R |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | plaatsen van tijdelijke schoolunits |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 17/09/2012: vergunning (20125114) voor het plaatsen van modulaire school.
Vergunde toestand/Huidige toestand
- groenzone gelegen naast bestaande basisschool.
Gewenste toestand
- tijdelijke schoolunits (2 jaar) van 2 bouwlagen:
- overdekte fietsenstalling:
- verharding.
Inhoud van de aanvraag
- plaatsen van tijdelijke schoolunits en fietsenstalling in groenzone.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
AQUAFIN NV | 20 april 2020 | 13 mei 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 20 april 2020 | 11 mei 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
lokale politie/ centrale preventie (LP/CP) | 20 april 2020 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) | 20 april 2020 | 5 mei 2020 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen | 20 april 2020 | 12 mei 2020 |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen | 20 april 2020 | 12 mei 2020 |
stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten | 20 april 2020 | 12 mei 2020 |
stadsontwikkeling/ energie en milieu Antwerpen/ luchtkwaliteit en geluid | 20 april 2020 | 9 juni 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 20 april 2020 | 12 mei 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Slachthuissite, goedgekeurd op 25 februari 2019. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 11. zone voor groen (gr1) - kalverwei en kalverpad.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Slachthuissite - Noordschippersdok - Lobroekdok op volgende punten:
- artikel 11.1 Bestemming:
deze zone is bestemd voor een groene publieke ruimte die als park wordt aangelegd en in stand gehouden;
- artikel 11.2 Inrichting:
in deze zone is geen bebouwing toegestaan. De zone dient een waterbufferende functie te hebben;
- artikel 11.2.2 Kalverwei:
deze zone dient ingericht te worden als een park.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
niveauverschillen van meer dan 18 cm moeten overbrugd worden, ofwel met een trap in combinatie met een helling, ofwel met een trap in combinatie met een lift, ofwel met een helling in combinatie met een lift. De klaslokalen zijn niet toegankelijk voor onder andere rolstoelgebruikers.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De schoolfunctie is gelegen in het RUP Slachthuissite - Noordschippersdok - Lobroekdok –
Antwerpen: Zone voor Groen (Gr1) - Kalverwei en Kalverpad. Op basis van het RUP moet gesteld worden dat de aangevraagde functie in principe niet aanvaardbaar is op die locatie.
De aanvraag is qua stedenbouwkundige invulling op het vlak van bestemming echter verenigbaar met het stedelijk weefsel dat gekenmerkt wordt door woningen, gemeenschapsfuncties en de nabij gelegen Slachthuissite. Een school is een bestemming die inherent is aan de functie wonen en bovendien aanvaard wordt binnen de bestemmingszone gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut.
Rekening houdende met het feit dat de realisatie van het masterplan nog moet starten, er geen bezwaren zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek en de aanvraag slechts een tijdelijke vergunning betreft met een bepaalde termijn van twee jaar, wordt geoordeeld dat de schoolfunctie in de huidige situatie functioneel inpasbaar is.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De tijdelijke units worden ingepland op een afstand van 19m vanaf het bestaande schoolgebouw.
Het betreft een constructie van 19m lang en 6m breed bestaande uit twee delen. Het eerste deel betreft de klaslokalen en is opgebouwd uit 2 bouwlagen (1 klasruimte per niveau) en heeft een totale hoogte van 6,4m. Het tweede deel van de constructie betreft een overdekte fietsenstalling van 10 meter lang en 6 meter breed met een hoogte van 3,1m.
Omheen de nieuwe constructie wordt een tijdelijke verharde zone aangelegd. Deze bestaat uit een toegangsweg ter hoogte van de bestaande poort aan Kalverstraat, de fietsenstalling zelf en een pad van 1m langs de westgevel van de nieuwe units.
Het voorgestelde volume staat in verhouding met de dimensies van het volledige bouwblok en bovendien zijn de afstanden tegenover de bestaande volumes van omliggende gebouwen ruim genoeg zodat de constructie in harmonie is met de voorkomende korrel in de onmiddellijke en ruimere omgeving. Het voorstel is derhalve stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De gevels bestaan, net zoals de andere schoolunits op het terrein, uit een gevelbeplating in grijze staalplaat met buitenschrijnwerk in wit PVC en vormen dus een geheel met de bestaande tijdelijke schoolunits.
De aanvraag wijkt betreffende materialen en bouwwijze af van het algemeen gangbare, maar gezien de heterogeniteit van de omliggende bebouwing en functies en de tijdelijke invulling kan hier gefundeerd worden afgeweken van de geldende voorschriften op basis van artikel 3 van de bouwcode.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Er zijn op zeer korte termijn noodmaatregelen nodig om ieder kind binnen het basisonderwijs in de stad Antwerpen het recht op onderwijs te verzekeren. Alle inrichtende machten zijn op zoek naar bijkomende uitbreidingsmogelijkheden om de latente behoefte aan plaats op te vangen. De tijdelijke oplossing in de vorm van containerklassen is als voorlopige maatregel aanvaardbaar. De tijdelijkheid wordt bevestigd door de vergunning slechts toe te staan voor een termijn van 2 jaar.
Gezien de tijdelijkheid van de vergunning en de constructie, kan de afwijking op de verordening hemelwater toegestaan worden.
In het kader van deze vergunningsaanvraag werd advies ingewonnen bij de stedelijke dienst luchtkwaliteit en geluid. Hun advies stelt volgende voorwaarden:
• De leslokalen kunnen voldoende verlucht/geventileerd worden langs één zijde van de units.
• De akoestische prestatie van de units is voldoende hoog om een geluidsverzwakking van minstens 35 dB(A) te realiseren. Indien dergelijke units niet verkrijgbaar zijn, is de akoestische prestatie zo hoog mogelijk.
• Indien de streefwaarde van maximaal 35dB(A) (LA90, 1 lesdag) in de leslokalen (tijdens de les) niet wordt gerealiseerd enkel als gevolg van verkeersgeluid, dienen bijkomende geluidsafschermende of geluidsisolerende maatregelen te worden genomen.
Gezien de aanvraag betrekking heeft op een zone die binnen het masterplan voor de Slachthuissite valt, werd ook advies gevraagd aan AG VESPA en de dienst bouwprojecten van de stad Antwerpen. Hun advies is voorwaardelijk gunstig waarbij als voorwaarde geldt dat de tijdelijke constructies vergund kunnen worden tot maximaal mei 2022.
Tot slot werd ook advies gevraagd aan de stedelijke groendienst. Het advies, door hen afgeleverd, laat zich gunstig lezen maar waarschuwt voor wortelschade indien de verharding te dicht bij de bomen voorzien wordt. Er wordt dan ook gevraagd om tijdens de werken gepaste boombeschermingsmaatregelen te nemen.
Alle bovengenoemde voorwaarden worden integraal als voorwaarden bij de vergunning opgenomen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van [2] parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van de school. Om de groei van de school op te vangen worden 2 bijkomende klaslokalen ingericht in tijdelijke units.
Voor basisonderwijs wordt de parkeernorm van 0,75 parkeerplaatsen per klas uit de bouwcode gehanteerd.
2 klassen x 0,75/klas = 1,5 afgerond 2
De werkelijke parkeerbehoefte is 2
|
De plannen voorzien in [0] nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt [0].
Gezien het tijdelijke karakter van de vergunning en de in de bovenstaande paragrafen aangehaalde argumentatie wordt geoordeeld dat in het kader van deze aanvraag geen parkeerplaatsen voorzien moeten worden. De last die wordt overgedragen op het openbaar domein is van zeer tijdelijke aard en wordt bijgevolg als aanvaardbaar aanzien.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op [0] plaatsen. |
Fietsvoorzieningen:
Voor lager onderwijs moeten 9 fietsenstallingen per klas voorzien worden. Voor de 2 bijkomende klassen zijn er dus 18 fietsenstallingen nodig.
Er wordt een overdekte fietsenstalling gebouwd naast de tijdelijke klasunits voor 50 fietsen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de leslokalen moeten voldoende verlucht/geventileerd kunnen worden langs één zijde van de units;
3. de akoestische prestatie van de units moet voldoende hoog zijn om een geluidsverzwakking van minstens 35 dB(A) te realiseren. Indien dergelijke units niet verkrijgbaar zijn, is de akoestische prestatie zo hoog mogelijk;
4. als de streefwaarde van maximaal 35dB(A) (LA90, 1 lesdag) in de leslokalen (tijdens de les) niet wordt gerealiseerd enkel als gevolg van verkeersgeluid, dienen bijkomende geluidsafschermende of geluidsisolerende maatregelen te worden genomen;
5. het gelijkvloerse klaslokaal moet met een helling rolstoeltoegankelijk gemaakt worden conform de geldende wetgeving;
6. tijdens de werken dienen er gepaste boombeschermingsmaatregelen worden toegepast.
Lastvoorwaarden
De aanpassingen aan het openbaar domein zullen worden uitgevoerd via het retributiereglement “herstellingen openbare ruimte na werkzaamheden (vanaf 1/1/2018)” en uitgevoerd onder begeleiding en toezicht van de stad. Alle noodzakelijke aanpassingen aan het openbaar domein zoals opgelegd in de voorwaarden en als gevolg van deze voorwaarden (boven- en ondergronds), zijn integraal ten laste van de aanvrager.
Geldigheidsduur
De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan tot 31 mei 2022 in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 23 maart 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 20 april 2020 |
Start openbaar onderzoek | 5 mei 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 3 juni 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 2 oktober 2020 |
Verslag GOA | 14 september 2020 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
5 mei 2020 | 3 juni 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de leslokalen moeten voldoende verlucht/geventileerd kunnen worden langs één zijde van de units;
3. de akoestische prestatie van de units moet voldoende hoog zijn om een geluidsverzwakking van minstens 35 dB(A) te realiseren. Indien dergelijke units niet verkrijgbaar zijn, is de akoestische prestatie zo hoog mogelijk;
4. als de streefwaarde van maximaal 35dB(A) (LA90, 1 lesdag) in de leslokalen (tijdens de les) niet wordt gerealiseerd enkel als gevolg van verkeersgeluid, dienen bijkomende geluidsafschermende of geluidsisolerende maatregelen te worden genomen;
5. het gelijkvloerse klaslokaal moet met een helling rolstoeltoegankelijk gemaakt worden conform de geldende wetgeving;
6. tijdens de werken dienen er gepaste boombeschermingsmaatregelen worden toegepast.
Lastvoorwaarden
De aanpassingen aan het openbaar domein zullen worden uitgevoerd via het retributiereglement “herstellingen openbare ruimte na werkzaamheden (vanaf 1/1/2018)” en uitgevoerd onder begeleiding en toezicht van de stad. Alle noodzakelijke aanpassingen aan het openbaar domein zoals opgelegd in de voorwaarden en als gevolg van deze voorwaarden (boven- en ondergronds), zijn integraal ten laste van de aanvrager.
Geldigheidsduur
De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan tot 31 mei 2022 in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.