Terug
Gepubliceerd op 28/09/2020

2020_CBS_07880 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088741. Begijnenstraat 46-52. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07880 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088741. Begijnenstraat 46-52. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_07880 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088741. Begijnenstraat 46-52. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020088741

Gegevens van de aanvrager:

NV VAN WELLEN STORAGE met als adres Kambalastraat 14 te 2030 Antwerpen

Ligging van het project:

Begijnenstraat 46-52 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 4 sectie D nrs. 2245E, 2246E, 2247E en 2247F

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

slopen van bestaande bebouwing

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          Begijnenstraat 46-52:

  • 08/02/2019: weigering  (20183482) bouwen van 14 appartementen met ondergrondse garage na sloop van 4 woningen;

-          Begijnenstraat 46:

  • 15/5/1942: vergunning (18#15091) voor gevelveranderingen;

-          Begijnenstraat 48:

  • 27/4/1927: vergunning (1927#26607) voor gevel- en binnenveranderingen;

-          Begijnenstraat 50-52:

  • 17/2/1961: vergunning (18#41903) voor een verbouwing.

 

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

 

-          Begijnenstraat 46:

  • winkelwoonhuis van 3 bouwlagen onder zadeldak;
  • gelijkvloerse handelsruimte;
  • eengezinswoning met een bruto-vloeroppervlakte van 214 m²;

-          Begijnenstraat 48:

  • winkelwoonhuis van 3 bouwlagen onder zadeldak;
  • gelijkvloerse handelsruimte;
  • eengezinswoning met een bruto-vloeroppervlakte van 256 m²;

-          Begijnenstraat 50-52:

  • het pand bestaat uit 4 bouwlagen onder een plat dak;
  • ingericht als meergezinswoning met 4 appartementen;
  • op de benedenverdieping is een winkelruimte voorzien met achteraan een wooneenheid;
  • achterbouw in binnengebied van 2 bouwlagen onder een plat dak, ingericht als werkplaatsen.

 

Huidige toestand

 

-          Begijnenstraat 46:

  • de winkelruimte is ingericht als leefruimte behorende tot de eengezinswoning;

-          Begijnenstraat 48:

  • de winkelruimte is ingericht als leefruimte behorende tot de eengezinswoning;

-          Begijnenstraat 50-52:

  • straatvolume idem laatst vergunde toestand;
  • achterbouw ingericht als atelier;
  • de winkelruimte is ingericht als leefruimte behorende tot het appartement op de benedenverdieping.

 

Gewenste toestand

 

-          slopen van 4 residentiële gebouwen (van nr. 46 tot 52), zowel boven als ondergronds in functie van het opnieuw bouwrijp maken voor bebouwing.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          slopen van 4 bestaande gebouwen  (nr. 46-52);

-          de gebouwen hebben een totale volume van 3.298,75 m³.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

6 augustus 2020

26 augustus 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel  1:   zone voor wonen - (wo1), artikel  3:   zone voor wonen - (wo3) en artikel  8:   zone voor publiek domein - (pu).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De aanvraag betreft het slopen van enkele vervallen panden omwille van instortingsgevaar. Er is nog geen nieuwe invulling gekend. De functionele inpasbaarheid zal beoordeeld worden bij het indienen van een aanvraag voor een nieuwbouwproject.

 

Cultuurhistorische aspecten

 

De aanvraag betreft de sloop van 4 panden, waarvan 3 aaneengesloten langs de Begijnenstraat en 1 achterin gelegen. De panden zijn gelegen in CHE-gebied. Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg is voorwaardelijk gunstig:

 

“De aanvraag heeft betrekking op drie panden gelegen in de Begijnenstraat. Dit deel van de Begijnenstraat was reeds op het einde van de 14de eeuw bebouwd. Het voormalige raamhof werd in de vroege 17de eeuw aangekocht door het kartuizerklooster. Dit klooster werd in het midden van de 19de eeuw tot gevangenissite omgevormd. De panden 46, 48 en 50 vormen een sterk verbouwd geheel waarvan de kelders met opgehoogde vloeren nog getuigen van de zeker tot de 16de eeuw opklimmende diephuisjes, die (gedeeltelijk) een gemeenschappelijke geschiedenis kenden. Op de binnenkoer herinneren de reeds in de 17de eeuw van het nummer 48 afgesplitste en de omstreeks 1929 aan de binnenplaats geannexeerde achterhuizen nog aan de bebouwing van voor 1823. Deze zijn echter sterk verbouwd met volgestorte kelder, aangepaste gevel en binnenindeling en verwijderde zadeldaken.

 

Uit destructief onderzoek en een plaatsbezoek in het verleden is gebleken dat het voorhuis van het pand op nummer 48 geen waardevolle elementen meer bevat. Dit pand kan net als de panden op nummers 46 en 50-52 gesloopt worden. Het achterhuis van nummer 48 bestaat wel nog uit een waardevolle structuur met 16de- of 17de-eeuwse moer- en kinderbalken met witstenen consoles, okerkleurige en rode afwerking, brede vloerplanken en ook de kelders dateren nog van deze periode. Het plaatsbezoek heeft echter uitgewezen dat ook het achterhuis in slechte staat is en in feite als restant slechts een fragment vormt van een veel grotere site. In dat opzicht is het te verantwoorden ook het achterhuis te slopen, op voorwaarde dat de nog aanwezige waardevolle erfgoedelementen worden geïnventariseerd en opgemeten opdat de te verwijderen structuren volledig gedocumenteerd zouden zijn. De erfgoedwaarde van de betrokken panden kan daarom als neutraal beoordeeld worden.

 

Men wenst de drie woningen te slopen omwille van de precaire bouwfysische toestand. De erbarmelijke toestand van de panden is het resultaat van jarenlange verwaarlozing. De dienst monumentenzorg betreurt dat door slecht huisvaderschap een stukje historische bebouwing op deze manier verdwijnt. Er ligt momenteel nog geen nieuwbouwvoorstel voor. Doorheen de straat zijn er nog heel wat dergelijke enkelhuizen bewaard gebleven, afgewisseld met grotere gebouwen uit de 19de en 20ste eeuw. Vanuit de invalshoek erfgoedzorg is het wenselijk om het heterogene straatbeeld te bewaren en bij een nieuwbouwproject op de vrijgekomen kavels rekening te houden met de schaal, korrel, afwisseling, in perceelstructuur,… van de 17de-eeuwse panden. De nieuwbouw moet een beeldondersteunende functie opnemen ten overstaan van de andere historische structuren in de straat.”

 

Op vraag van de dienst monumentenzorg wordt volgende voorwaarde opgelegd:

 

Het te slopen achterhuis op nummer 48 en de bebouwing achteraan op het perceel, gekend als huisnummer 52 moeten gedetailleerd opgemeten en beschreven worden, alvorens te worden gesloopt. Dit dossier wordt overgemaakt aan de stedelijke dienst monumentenzorg.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De gebouwen worden gesloopt omwille van acuut gevaar voor instorten en vallende brokstukken. De openbare veiligheid kan hierdoor niet gewaarborgd blijven.

 

Bij de aanvraag werd een verslag gevoegd van de stedelijke dienst maatschappelijke veiligheid:

 

Vaststellingen

 

-          De gebouwen zijn alle zeer erg verwaarloosd, leegstaand en bouwvallig.

-          Begijnenstraat 52 betreft een smalle doorgang die toegang geeft tot een binnengebied met achtergebouw, achter de eigendommen Begijnenstraat 44 t.e.m. Begijnenstraat 50.

-          Dit binnengebied ligt vol met afval en bouwmaterialen en is gedurende vele jaren volledig overwoekerd geraakt door flora.

-          Het achterliggende gebouw is in verregaande staat van verkrotting:

  • Het is in het geheel niet meer regen- en winddicht, glas ontbreekt in de ramen en er zijn grote gaten in de daken.
  • Er is vrije toegang voor alle soorten ongedierte (duiven, ratten, muizen, …).
  • De stabiliteit van vloeren, daken en trappen zijn niet meer gegarandeerd.
  • Het gebouw is zeer ernstig aangetast door vocht (houtrot, zwam, schimmel).

-          Begijnenstraat 46 was reeds in 2012 getroffen door een brand waardoor het pand onbewoonbaar werd. Er gebeurden sindsdien onvoldoende behoudende maatregelen waardoor de conditiestaat zeer snel verslechterde. Het pand is niet meer regen- en winddicht met idem gevolgen.

-          Van de gevelbekleding van huisnr. 50 zijn er op straatniveau verschillende natuurstenen tegels afgevallen. Verschillende andere tegels hangen nog los en kunnen vallen.

-          De raamdorpel van nr. 48 op straatniveau zit helemaal los.

-          De gevel op nr. 46 vertoont delen met erge betonrot, i.c. afbrokkelend beton en naakte betonijzers.

-          De erker op de eerste verdieping aan het nr. 46 is in zeer slechte staat. De bekledingspanelen komen los en vallen af.

 

Risico

 

Hier stellen zich volgende risico’s voor de openbare veiligheid/ gezondheid:

-          Risico op afvallende stukken van de gevel.

-          Stabiliteits-/ instortingsrisico van de panden.

-          Risico op ongedierte en verspreiding van ziekten/ epidemieën.

 

Advies naar maatregelen

 

-          De eigenaar moet onmiddellijk (uiterlijk 8 juli 2020) de voorgevel  controleren en alle losse onderdelen te verwijderen.

-          De eigenaar moet zo snel mogelijk (redelijke termijn: 3 maanden) de respectievelijke gebouwen aan Begijnenstraat 46-52, Antwerpen afbreken.

-          Dit advies tot dringende sloop komt bovenop (niet in de plaats van) vigerende regelgeving m.b.t. openbare orde, ruimtelijke ordening (sloop), erfgoed, veiligheid, milieu enz.

-          De dienst vergunningen wordt geadviseerd om de sloop niet afhankelijk te maken van een nieuwbouwproject dat na de afbraak door de eigenaar op dit perceel te realiseren is.

 

Uit het verslag van de dienst maatschappelijke veiligheid blijkt duidelijk dat er een hoog risico is voor de openbare veiligheid. Hier moet dan ook snel worden ingegrepen.

 

Aangezien de aanpalende de gevangenis is, heeft de Regie der Gebouwen in haar bezwaren en opmerkingen een eisenpakket bijgevoegd. Omwille van de veiligheid in het algemeen en om de hinder tijdens de werf te beperken, worden een aantal voorwaarden opgelegd.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte. De parkeerbehoefte zal beoordeeld worden op het nieuwe project bij het indienen van de aanvraag voor de omgevingsvergunning.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      het te slopen achterhuis op nummer 48 en de bebouwing achteraan op het perceel, gekend als huisnummer 52 moeten gedetailleerd opgemeten en beschreven worden, alvorens te worden gesloopt. Dit dossier wordt overgemaakt aan de stedelijke dienst monumentenzorg;

2.      voor aanvang van de werken moet het ongedierteprobleem grondig worden aangepakt door een gespecialiseerde firma;

3.      voor aanvang van de werken moet de bouwheer contact opnemen met de
Regie der Gebouwen

Vlaanderen Regio Noord

Italiëlei 4 bus 15, 2000 Antwerpen

Tel.: 03 223 00 65 - GSM: 0470 46 12 25

email: yolande.vandervloedt@buildingsagency.be of immo.VRN@buildingsagency.be,
voor de opmaak van een plaatsbeschrijving, en voor afspraken in verband met het plaatsen van een nieuwe omheining. Er moet eveneens een plaatsbeschrijving worden opgemaakt van de andere aanpalende panden;

4.      Justitie dient ingelicht te worden aangaande de opstart van de werf, werkuren en komende “grote impact” werken, dit om eventuele bijkomende interne maatregelen te nemen. Regelmatig overleg is noodzakelijk. Dhr. S. Sivri, P. Verbeek en A. Mussche dienen uitgenodigd te worden op de werfvergadering. Ze dienen ook alle verslagen te ontvangen;

5.      indien een torenkraan tijdens de werf aanwezig, dient deze zo gepositioneerd te worden dat deze nooit over de 6 m hoge perimeter kan draaien. Bij onvermijdelijkheid dient justitie bijkomende afspraken te maken met bouwheer en aannemer naar beveiliging en immobilisatie toe. Ook hoogtewerkers, ladders en andere materialen die beklimming vergemakkelijken dienen elke dag bij einde van de werken beveiligd en weggezet te worden;

6.      na het einde van de dagelijkse werken dient de werf afgesloten te worden zodat beklimming onmogelijk is. Ook aan de straatkant vanaf aanvang werken (inclusief start afbraakwerken) dient de werf beveiligd te worden tegen beklimming;

7.      na voltooiing van de afbraakwerken dient de bouwzone aan de straatkant te worden afgesloten en beveiligd te worden tegen beklimming om de periode tot er nieuwe gebouwen worden opgetrokken te overbruggen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 juli 2020

Volledig en ontvankelijk

6 augustus 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

5 oktober 2020

Verslag GOA

14 september 2020

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

4

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

 

Er werden drie bezwaarschriften ingediend. De inhoud van de bezwaarschriften luidt samengevat als volgt:

 

1.      De eigenaars van het pand Begijnenstraat 54 (links aanpalend) is niet akkoord met de afbraak van de gebouwen tegen de gemeenschappelijke scheidingsmuren omwille van vrees voor de stabiliteit en de blootstelling aan weersinvloeden. Ook de andere aanpalende eigenaars zijn bezorgd over mogelijke insijpeling.
Beoordeling: de vrees voor instabiliteit vormt op zich geen reden om de sloopaanvraag te weigeren. De bouwheer moet alle mogelijke voorzorgsmaatregelen treffen om de aanpalende gebouwen te vrijwaren van instortingsgevaar en vocht- of andere schade.

Het bezwaar is ongegrond.

2.      Buren wijzen op een bestaand probleem van ongedierte (muizen en ratten). Bij vorige werken is gebleken dat deze dieren wegvluchten en zich nestelen in de aanpalende tuinen en huizen. Om dit te voorkomen moet voor de aanvang van de sloopwerken het ongedierteprobleem worden aangepakt.
Beoordeling: dit is een terechte vrees. Als voorwaarde wordt opgelegd dat het ongedierte moet verdelgd worden voor aanvang van de sloopwerken.

3.      Er wordt gevraagd om voor aanvang van de werken een plaatsbeschrijving te laten opstellen door een landmeter zodat eventuele schade door de werken kan worden vastgesteld en vergoed.

Beoordeling: het opmaken van een plaatsbeschrijving wordt als voorwaarde opgelegd.

4.      Het perceel grenst rechts en achteraan aan de penitentiaire instelling (gevangenis). De aanwezige afsluitingsmuren staan niet duidelijk vermeld op het inplantingsplan. Er wordt onvoldoende rekening gehouden met de afsluitbaarheid van de gevangenis. De Regie der Gebouwen vraagt een aantal voorwaarden op te nemen: de bestaande afsluitingsmuren/gevels die palen aan het terrein van de gevangenis, zijn op te trekken naar of te vervangen door een muur met niveau 7m30. Dit kan een muur zijn of een opbouw in 2D securifordraad die boven op de afsluitingsmuren van 4.20m wordt geplaatst.
Beoordeling: de te slopen gebouwen staan gedeeltelijk op de rechtse en achterste perceelsgrens met de gevangenis. Het is niet duidelijk wat het statuut van deze scheimuren is aangezien er aan de zijde van de gevangenis niet tegenaan gebouwd is. Het is dus mogelijk en zelfs waarschijnlijk dat deze muren niet gemeenschappelijk zijn en volledig eigendom van de bouwheer. Het is ook maar de vraag of deze muren na afbraak van de gebouwen nog wel genoeg stabiliteit hebben om te functioneren als vrijstaande afsluitingsmuren. De scheidingsmuren waar op het perceel geen gebouwen tegen staan hebben overigens een lagere hoogte (dit blijkt uit de luchtfoto’s van Google Maps). Het perceel moet na afbraak van de gebouwen worden afgesloten. Het is echter aan het beheer van de gevangenis om in te staan voor de gepaste beveiliging en afsluiting van het gevangeniscomplex. Deze verantwoordelijkheid kan in alle redelijkheid niet worden afgewenteld op de particuliere eigenaars van de aanpalende percelen. Dit bezwaar is gedeeltelijk ongegrond: het perceel moet opnieuw worden afgesloten, maar dit dient in onderling overleg te gebeuren.

5.      Er dient een plaatsbeschrijving te worden opgemaakt voor aanvang van de werken, opdat schade tijdens de werken door eventuele stabiliteitsproblemen, kan worden vastgesteld. Bij deze plaatsbeschrijving is een vertegenwoordiging van justitie vereist.
Beoordeling: dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.

6.      Justitie dient ingelicht te worden aangaande de opstart van de werf, werkuren en komende “grote impact” werken, dit om eventuele bijkomende interne maatregelen te nemen. Regelmatig overleg is noodzakelijk. Dhr. S. Sivri, P. Verbeek en A. Mussche dienen uitgenodigd te worden op de werfvergadering. Ze dienen ook alle verslagen te ontvangen.
Beoordeling: dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.

7.      Vóór aanvang van de werken dient op de rondgangsweg, een stelling, bekleed met betonplex of multiplex van minimum 5m hoog geplaatst te worden. Deze loopt over rand van de werf en zondert deze af van de perimetermuur. Op deze muur dient op een hoogte van 4m20 aan beide zijden concertina aangebracht te worden en dient degelijk verankerd te worden.

Aan het begin en einde van deze afscheiding dient de doorgang te worden afgesloten met een deur tussen stellingsmuur en hoge perimetermuur. Deze deuren dienen te worden voorzien van een degelijk slot en bovenaan afgeschermd met concertina. Justitie levert de veiligheidscilinder zelf aan.

Er dient een installatie met twee ontdubbelde standalone camera’s all-in te worden geplaatst uitgerust met een opnamecapaciteit van 500GB om deze afsluiting en de rondgang te observeren. Deze ontdubbelde beelden dienen toe te komen binnen de instelling. De beeldoverdracht mag niet draadloos gebeuren maar via een fysieke aansluiting. (Nooit ? 3G/4G/Wlan/2.4ghz of 5.8 ghz.). Deze fysieke aansluiting (de kabel) dient vandalisme- en sabotagevrij geïnstalleerd te worden. Defecten aan deze camera-installatie worden binnen een zo kort mogelijk tijdsbestek hersteld. FOD Justitie dient vooraf een goedkeuring te geven m.b.t. de voorgestelde bewakingsinstallatie. Zo kunnen zij dit systeem integreren in hun bestaande cameranetwerk.
Beoordeling: deze eisen hebben betrekking op de algemene veiligheid en zijn niet van stedenbouwkundige aard. Over deze materie dienen onderling duidelijke afspraken te worden gemaakt.

Het bezwaar is ongegrond.

8.      Indien een torenkraan tijdens de werf aanwezig, dient deze zo gepositioneerd te worden dat deze nooit over de 6 m hoge perimeter kan draaien. Bij onvermijdelijkheid dient justitie bijkomende afspraken te maken met bouwheer en aannemer naar beveiliging en immobilisatie toe. Ook hoogtewerkers, ladders en andere materialen die beklimming vergemakkelijken dienen elke dag bij einde van de werken beveiligd en weggezet te worden.
Beoordeling: dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.

9.      Indien tijdens de werken binnen de lage perimeterzone dient gewerkt te worden, kan dit worden toegestaan na duidelijke afspraken met de lokale directie. Na het einde der werken dient de aannemer heel de zone weer te ontruimen en net achter te laten.
Beoordeling: dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.

10.  De camera-installatie wordt door Justitie overgenomen van de projectontwikkelaars. De overnamekostprijs moet bij het overleg met Justitie over de plaatsing al aan hen worden meegedeeld, zo kan de overdracht probleemloos gebeuren.
Beoordeling: deze eisen hebben betrekking op de algemene veiligheid en zijn niet van stedenbouwkundige aard. Over deze materie dienen onderling duidelijke afspraken te worden gemaakt. 

Het bezwaar is ongegrond.

11.  Na het einde van de dagelijkse werken dient de werf afgesloten te worden zodat beklimming onmogelijk is. Ook aan de straatkant vanaf aanvang werken (inclusief start afbraakwerken) dient de werf beveiligd te worden tegen beklimming.

Na voltooiing van de afbraakwerken dient de bouwzone aan de straatkant te worden afgesloten en beveiligd te worden tegen beklimming om de periode tot er nieuwe gebouwen worden opgetrokken te overbruggen.
Beoordeling: deze voorwaarden worden bij de vergunning opgenomen.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      het te slopen achterhuis op nummer 48 en de bebouwing achteraan op het perceel, gekend als huisnummer 52 moeten gedetailleerd opgemeten en beschreven worden, alvorens te worden gesloopt. Dit dossier wordt overgemaakt aan de stedelijke dienst monumentenzorg;

2.      voor aanvang van de werken moet het ongedierteprobleem grondig worden aangepakt door een gespecialiseerde firma;

3.      voor aanvang van de werken moet de bouwheer contact opnemen met de
Regie der Gebouwen

Vlaanderen Regio Noord

Italiëlei 4 bus 15, 2000 Antwerpen

Tel.: 03 223 00 65 - GSM: 0470 46 12 25

email: yolande.vandervloedt@buildingsagency.be of immo.VRN@buildingsagency.be,
voor de opmaak van een plaatsbeschrijving, en voor afspraken in verband met het plaatsen van een nieuwe omheining. Er moet eveneens een plaatsbeschrijving worden opgemaakt van de andere aanpalende panden;

4.      Justitie dient ingelicht te worden aangaande de opstart van de werf, werkuren en komende “grote impact” werken, dit om eventuele bijkomende interne maatregelen te nemen. Regelmatig overleg is noodzakelijk. Dhr. S. Sivri, P. Verbeek en A. Mussche dienen uitgenodigd te worden op de werfvergadering. Ze dienen ook alle verslagen te ontvangen;

5.      indien een torenkraan tijdens de werf aanwezig, dient deze zo gepositioneerd te worden dat deze nooit over de 6 m hoge perimeter kan draaien. Bij onvermijdelijkheid dient justitie bijkomende afspraken te maken met bouwheer en aannemer naar beveiliging en immobilisatie toe. Ook hoogtewerkers, ladders en andere materialen die beklimming vergemakkelijken dienen elke dag bij einde van de werken beveiligd en weggezet te worden;

6.      na het einde van de dagelijkse werken dient de werf afgesloten te worden zodat beklimming onmogelijk is. Ook aan de straatkant vanaf aanvang werken (inclusief start afbraakwerken) dient de werf beveiligd te worden tegen beklimming;

7.      na voltooiing van de afbraakwerken dient de bouwzone aan de straatkant te worden afgesloten en beveiligd te worden tegen beklimming om de periode tot er nieuwe gebouwen worden opgetrokken te overbruggen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.