Terug
Gepubliceerd op 28/09/2020

2020_CBS_07892 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088636. Frans Van Dijckstraat 40. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07892 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088636. Frans Van Dijckstraat 40. District Deurne - Goedkeuring 2020_CBS_07892 - Omgevingsvergunning - OMV_2020088636. Frans Van Dijckstraat 40. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020088636

Gegevens van de aanvrager:

de heer Jacob Libermpan met als adres Korte Leemstraat 19 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Frans Van Dijckstraat 40 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 30 sectie A nr. 462T4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een studio door verwijderen van bergingen en deels van een garage

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          31/07/1968: vergunning (627#32168) voor het bouwen van een appartementsgebouw.

 

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

 

-          meergezinswoning;

-          3 bouwlagen met plat dak;

-          1 studio met gemeenschappelijke garage en bergingen op het gelijkvloers;

-          1 twee-slaapkamerappartement per verdieping;

-          voorgevel is afgewerkt met lichtgele gevelsteen, witte natuursteen, blauwe hardsteen als plint, betonnen kroonlijst en buitenschrijnwerk in aluminium.

 

Huidige toestand

 

-          meergezinswoning;

-          3 bouwlagen met plat dak;

-          1 studio met een netto vloeroppervlakte van circa 11 m², gemeenschappelijke garage en bergingen op het gelijkvloers;

-          1 twee-slaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 77 m² per verdieping;

-          voorgevel is afgewerkt met gele gevelsteen, witte natuursteen, blauwe hardsteen als plint, betonnen kroonlijst, witte garagepoort in PVC en buitenschrijnwerk in aluminium.

 

Gewenste toestand

 

-          meergezinswoning;

-          3 bouwlagen met plat dak;

-          1 studio met een netto vloeroppervlakte van circa 33 m², gemeenschappelijke garage en fietsenberging op het gelijkvloers;

-          1 twee-slaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 77 m² per verdieping;

-          voorgevel is afgewerkt met gele gevelsteen, witte natuursteen, blauwe hardsteen als plint, betonnen kroonlijst, witte garagepoort in PVC en buitenschrijnwerk in aluminium.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          uitbreiden van de studio door het verwijderen van de bergingen en een deel van de garage;

-          plaatsen van een buitentrap van de eerste verdieping naar de tuin;

-          plaatsen van een fietsenberging in de garage.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

7 augustus 2020

28 augustus 2020

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator

7 augustus 2020

18 augustus 2020

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

7 augustus 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

stadsontwikkeling/ mobiliteit

7 augustus 2020

7 september 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • Artikel 22 Minimale oppervlakte van een zelfstandige woning: de studio op het gelijkvloers heeft een netto-vloeroppervlakte van minimaal 35 m²;
  • Artikel 27 Open ruimte: de voortuin moet zo veel mogelijk onverhard zijn;
  • Artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: de fietsenberging heeft een te kleine oppervlakte voor het stallen van 3 fietsen.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Het aantal wooneenheden wijzigt niet in de voorliggende aanvraag. De studio op het gelijkvloers wordt uitgebreid door bergingen en een deel van de garage te verwijderen. Er is geen sprake van uitbreiding. De wooneenheden op de verdiepingen worden enkel intern gewijzigd.

 

De functie van meergezinswoning blijft behouden en is inpasbaar in de Frans Van Dijckstraat, waar wel meerdere meergezinswoningen gesitueerd zijn.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

Het bouwvolume van de aanvraag wijzigt enkel door een buitentrap toe te voegen zodat de woonunit op de 1ste verdieping toegang heeft tot het achtergelegen tuingedeelte. Vanuit het aspect schaal en ruimtegebruik is het toevoegen van deze buitentrap aanvaardbaar.

 

Afgaande op de bijgevoegde foto’s en het inplantingsplan wordt de voortuin volledig verhard in de voorliggende aanvraag. De bouwcode (artikel 27) beschouwt de voortuin als een volwaardig deel van de tuin omwille van een aantal redenen. Een groene voortuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat of binnen in een bouwblok en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Door de tuin niet te bebouwen of te verharden blijft een deel beschikbaar voor natuurlijke infiltratie van regenwater in de bodem, zodat de openbare riolering minder belast wordt en het risico op problemen met de waterhuishouding vermindert. Bovendien is elke tuin, hoe klein ook een natuurlijke oase in de bebouwing voor vogels, insecten,… en zorgt ze ervoor dat de opwarming van de stedelijke omgeving licht verminderd wordt. In de laatst vergunde toestand werd de voortuin voorzien van een groenstrook tussen het toegangspad naar de voordeur en de oprit naar de garage. Deze groenstrook dient maximaal te worden teruggebracht. De voortuin dient daarbij groen te worden aangelegd.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De voorgevel wijzigt tegenover de laatst vergunde toestand enkel door het buitenschrijnwerk aan te passen. Deze aanpassingen zijn visueel aanvaardbaar. De achtergevel wordt op het gelijkvloers voorzien van grote raamopeningen tot op het vloerniveau. De buitentrap wordt uitgevoerd in metaal. De toegepaste materialen zijn neutraal en aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De vergunde studio op het gelijkvloers wordt uitgebreid door de naastgelegen bergingen en een deel van de grage in te nemen. Echter is de netto-vloeroppervlakte van de studio slechts 33 m². Volgens de bouwcode (artikel 22) dient een studio een minimale netto-vloeroppervlakte te hebben van 35 m². Hieraan kan worden voldaan door de muur tussen de keuken en de vestiaire/berging te supprimeren en de vestiaire/ berging mee op te nemen in de verblijfsruimte van de studio. Door deze ingreep te voorzien ontstaat een studio met een netto-vloeroppervlakte van circa 38 m². Het vergroten van de studio wordt opgelegd in voorwaarden.

 

Verder wordt het voorzien van grote raamopeningen in de studio en het behouden van een private buitenruimte als gunstig bevonden.

 

De buitentrap staat op 1,75 m van de linker perceelsgrens. Om rechtstreekse uitzichten maximaal te beperken en de privacy te waarborgen tegenover het linker peceel dient de afstand tussen de buitentrap en de linker perceelsgrens minimaal 1,90 m te bedragen. Dit wordt opgelegd in voorwaarden.

 

Tegenover de bestaande toestand betreft de voorliggende aanvraag een verbetering, mits er voldaan wordt aan de opgelegde voorwaarden. De studio op het gelijkvloers wordt vergroot. Op de 1ste verdieping krijgt de wooneenheid toegang tot een eigen achtertuin via een buitentrap. Deze ingrepen hebben een gunstig effect op de woonkwaliteit van beide woongelegenheden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt. De bestaande 2 plaatsen in de garage worden maar voor 1 geteld want voor wonen is het niet mogelijk achterliggende plaatsen mee te tellen (zolang niet minstens voor elke wooneenheid een eigen plaats voorzien is). Er is geen afname van het aantal plaatsen.

 

Fietsvoorzieningen

In de garage worden 5 fietsstalplaatsen voorzien die opgedeeld zijn in twee aparte ruimtes. Twee fietsstalplaatsen worden in de garage zelf voorzien. Drie fietsstalplaatsen worden in een aparte ruimte voorzien die bereikbaar is via de inkomhal. Echter is deze fietsstalplaats slechts 3,67 m² groot en is deze bijgevolg te klein om drie fietsen comfortabel te kunnen stallen. Per fiets dient conform artikel 29 van de bouwcode een minimale oppervlakte van 1,5 m² voorzien te worden, waardoor de totale oppervlakte voor drie fietsen 4,5 m² bedraagt. Door de deur tussen de garage en inkomhal 30 cm op te schuiven richting de straatzijde en hetzelfde te doen met de interne muur van de fietsenstalling kan de fietsenstalling van drie fietsen vergroot worden tot 4,5 m², zoals aangeduid in rood op het grondplan.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het voorwaardelijk gunstig advies van Fluvius System Operator dient gevolgd te worden;

3.      de gelijkvloerse studio conform artikel 22 van de bouwcode te vergroten door de muur en deur tussen de keuken en de vestiaire/ berging te supprimeren, zoals aangeduid in rood op het grondplan. De vestiaire/berging dient mee opgenomen te worden in de verblijfsruimte van de studio en dient zo ingericht te worden;

4.      het terugbrengen van de groenstrook tussen het toegangspad van de voordeur en de oprit naar de garage, zoals opgetekend in de laatst vergunde toestand en zoals aangeduid in rood op het grondplan. De voortuin dient zo groen als mogelijk te worden aangelegd, conform artikel 27 van de bouwcode;

5.      de fietsstalplaats voor drie fietsen te vergroten tot 4,5 m², zoals aangeduid in rood op het grondplan, conform artikel 29 van de bouwcode.

6.      de buitentrap op een afstand van minimaal 1,90 m plaatsen tegenover de linkerperceelsgrens, zoals aangeduid in rood op het grondplan, conform artikel 678 van het burgerlijk wetboek;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

13 juli 2020

Volledig en ontvankelijk

7 augustus 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

6 oktober 2020

Verslag GOA

17 september 2020

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het voorwaardelijk gunstig advies van Fluvius System Operator dient gevolgd te worden;

3.      de gelijkvloerse studio conform artikel 22 van de bouwcode te vergroten door de muur en deur tussen de keuken en de vestiaire/ berging te supprimeren, zoals aangeduid in rood op het grondplan. De vestiaire/berging dient mee opgenomen te worden in de verblijfsruimte van de studio en dient zo ingericht te worden;

4.      het terugbrengen van de groenstrook tussen het toegangspad van de voordeur en de oprit naar de garage, zoals opgetekend in de laatst vergunde toestand en zoals aangeduid in rood op het grondplan. De voortuin dient zo groen als mogelijk te worden aangelegd, conform artikel 27 van de bouwcode;

5.      de fietsstalplaats voor drie fietsen te vergroten tot 4,5 m², zoals aangeduid in rood op het grondplan, conform artikel 29 van de bouwcode.

6.      de buitentrap op een afstand van minimaal 1,90 m plaatsen tegenover de linkerperceelsgrens, zoals aangeduid in rood op het grondplan, conform artikel 678 van het burgerlijk wetboek;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.