Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020050228 |
Gegevens van de aanvrager: | Benny en Saskia Van Dijck - Van de Wouwer met als adres Antwerpsebaan 373 te 2040 Antwerpen |
Ligging van het project: | Antwerpsebaan 373 te 2040 Zandvliet (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 20 sectie B nr. 237Z2 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning en het wijzigen van de gevels |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 21/02/2001: vergunning (853#1007) voor het uitbreiden van een woning met een badkamer – vergunning vervallen.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- eengezinswoning in halfopen bebouwing met twee bouwlagen onder hellend dak;
- beperkte uitbouw van één bouwlaag onder hellend dak ter hoogte van de linkse zijgevel;
- maximale bouwdiepte van circa 17,25 m;
- kroonlijst- en nokhoogte van respectievelijk circa 6,15 en 10,75 m;
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- functie en bouwvolume conform vergunde toestand;
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- functie, bouwhoogte en –diepte conform vergunde toestand;
- beperkte uitbouw van één bouwlaag onder plat dak ter hoogte van de linkse zijgevel;
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- isoleren van de gevels en het voorzien van een nieuwe gevelafwerking;
- regulariseren van het gewijzigde buitenschrijnwerk (indeling en materiaal);
- aanpassen van de dakvorm van de uitbouw ter hoogte van de zijgevel (linkerzijde perceel);
- wijzigen van de raamopeningen in de zijgevel en het hellend dak;
- mogelijke wijzigingen aan de bijgebouwen in de tuin maken geen deel uit van de aanvraag.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in agrarisch gebied. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Daarenboven is zowel de donkerbruine, zwarte kleur als de donkerrode, paarse kleur niet kenmerkend in de omgeving.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties langs de Antwerpsebaan.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag voorziet onder meer in het wijzigen van de uitbouw aan de zijgevel van het hoofdvolume. Het omvormen van het schuine dak van de uitbouw naar een plat dak is ruimtelijk aanvaardbaar. De werken beperken zich binnen de footprint van het bestaande en vergunde volume waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven.
Visueel-vormelijke elementen
De bouwheer wenst de voorgevel te isoleren en een nieuwe gevelafwerking te plaatsen. Het na-isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.
De nieuwe gevelbekleding van het hoofdvolume bestaat uit genuanceerd gevelmetselwerk met een donkerrode/paarse kleur. De gevels van de uitbouw aan de linkerzijde van het perceel, worden voorzien in genuanceerd metselwerk met een donkerbruine/zwarte kleur. Het gebruik van donkere kleuren kan niet gunstig geadviseerd worden. Deze hebben immers een negatieve invloed op het hitte-eilandeffect en zijn ook niet kenmerkende in de omgeving. De woningen uit de omgeving zijn ofwel opgetrokken in een rode baksteen, zoals de huidige kleur van de gevel, of in een lichtrode/bruine kleur. Daarnaast wordt er voor de uitbouw een andere kleur voorzien dan voor het hoofdgebouw. Het kleurcontrast doorbreekt de huidige harmonie van de woning.
Omwille van deze redenen wordt in voorwaarde opgenomen om het volledige gebouw, inclusief de uitbouw aan de linkerzijde, te voorzien van eenzelfde rode of lichtrode/bruine kleur, overeenkomstig de kleur van de belendende panden.
Onderaan de gevels wordt het gevelmetselwerk doorgetrokken en wordt geen gevelplint voorzien. Dit is niet in harmonie met de omgeving aangezien de huizen in het straatbeeld onderaan de gevels een plint in een donkere gevelsteen of in natuursteen hebben. Als voorwaarde bij vergunning wordt opgelegd dat een plint moet voorzien worden in donkere gevelsteen of natuursteen met eenzelfde hoogte als de plint in de bestaande toestand.
Het wijzigen van de raamopeningen in de zijgevel en in het hellend dak is ruimtelijk aanvaardbaar. Verder wil de aanvraag het gewijzigde buitenschrijnwerk regulariseren. Het donkergrijze pvc buitenschrijnwerk is ruimtelijk inpasbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Rekening houdend met het rooilijndecreet enerzijds en de beoogde verduurzaming van de woning anderzijds, wordt tevens opgelegd om het gevelpakket ter hoogte van de gevels (isolatie en gevelbekleding) maximaal te voorzien, met een totale dikte van 14cm ten opzichte van de gevellijn.
In de linkerzijgevel wordt op het gelijkvloers een raamopening verplaatst en wordt ter hoogte van de tweede verdieping een raamopening dichtgemaakt. De voorgestelde gevelwijzigingen doen geen afbreuk aan het wooncomfort van het pand. Er worden zelfs bijkomende raamopeningen voorzien in het hellend dak, wat de toetreding van daglicht en de toevoer van lucht bevordert.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. het gevelpakket (isolatie én gevelbekleding) moet voorzien worden met een dikte van 14 cm ten opzichte van de gevellijn;
2. een plint voorzien, in donkerkleurige gevelsteen of in natuursteen, met eenzelfde hoogte als in de bestaande toestand;
3. het volledige gebouw, inclusief de linkse uitbouw, uit te voeren in eenzelfde rode of lichtrode/bruine kleur;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 17 april 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 6 mei 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 4 augustus 2020 |
Verslag GOA | 20 juli 2020 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. het gevelpakket (isolatie én gevelbekleding) moet voorzien worden met een dikte van 14 cm ten opzichte van de gevellijn;
2. een plint voorzien, in donkerkleurige gevelsteen of in natuursteen, met eenzelfde hoogte als in de bestaande toestand;
3. het volledige gebouw, inclusief de linkse uitbouw, uit te voeren in eenzelfde rode of lichtrode/bruine kleur;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.