Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020011575 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Lucas Dierckx met als adres Elsdonklaan 33 te 2610 Antwerpen |
Ligging van het project: | Boomgaardstraat 138 te 2600 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 21 sectie B nr. 6A9 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een meergezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 06/5/1953: toelating (957#3111) voor verbouwing.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- meergezinswoning: 3 woongelegenheden met telkens 1 slaapkamer;
- 3 bouwlagen onder plat dak;
- bouwdiepte aan de rechterzijde tot 13 meter;
- buitentoilet op koer respectievelijk balkons links achteraan;
- okerkleurig metselwerk en donkerbruin, houten schrijnwerk in de voorgevel.
Huidige toestand
- balkons werden dichtgemaakt.
Gewenste toestand
- gelijktrokken gelijkvloerse achtergevel tot ca. 13 meter;
- verwijderde dragende muur ifv open leefruimte;
- aanleg terras;
- dakterras op dak gelijkvloerse uitbreiding;
- opname toiletvolume en voormalig balkon op eerste en tweede verdieping voor grotere keuken;
- zwevend balkon op de tweede verdieping;
- geïsoleerde achtergevel met witte bezetting erover;
- nieuw houten schrijnwerk in zwarte kleur in de voorgevel;
- behoud voordeur met nieuwe zwarte afwerking;
- lattenwerk in het schrijnwerk in de voorgevel;
- afbraak 2 schouwen.
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van het schrijnwerk in de voorgevel;
- uitbreiden van het volume op de gelijkvloerse verdieping;
- verwijderen dragende muren;
- aanleggen van een dakterras achteraan de eerste verdieping;
- plaatsen van een zwevend balkon op de tweede verdieping.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 15 mei 2020 | 27 mei 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Links van het bestaande entresolvolume wordt een gelijkvloerse aanbouw voorzien. De gelijkvloerse bouwdiepte wordt perceelsbreed voorzien tot circa 13 meter. Deze bouwdiepte is inpasbaar in de omgeving. De gelijkvloerse indeling wordt gewijzigd wat de ideale daglichttoetreding ten goede komt.
Op de eerste en tweede verdieping worden er achteraan nieuwe terrassen voorzien. Deze bevinden zich tussen de hoge scheidingsmuur met de linkerbuur en het entresolvolume van het gebouw waardoor ze zich binnen het aanvaardbare bouwvolume bevinden.
De achter- en zijgevel wordt voorzien van circa 12 centimeter isolatie. De impact op de omgeving is zeer beperkt, dit is aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
De wijzigingen van de voorgevel blijven beperkt tot het voorzien van nieuw zwart geschilderd houten schrijnwerk. Alle ramen in de voorgevel worden op eenzelfde manier gedetailleerd: door een indeling met kleine vierkante ramen. Dit is inpasbaar bij de architectuur van de voorgevel.
De achtergevel wordt geïsoleerd en afgewerkt met witte gevelpleister. In de achtergevel worden nieuwe grote ramen voorzien in wit houten schrijnwerk. De borstweringen van de nieuwe terrassen worden voorzien in gegalvaniseerd staal. De kroonlijst wordt wit geschilderd. Gelet op de stedelijke context van de achtergevel is dit aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Ter hoogte van de verdiepingen werden de voormalige balkons dichtgemaakt en toegevoegd bij de appartementen. De aanvraag voorziet ook nieuwe terrassen achteraan de eerste en tweede verdieping. Door de ligging tussen de hoge scheidingsmuur met de linkerbuur en het entresolvolume wordt er geen privacy-hinder verwacht. Het vergroten van de woonentiteiten en het toevoegen van de nieuwe terrassen verbetert de leefkwaliteit van de woningen.
Het terras achteraan de tweede verdieping is kleiner dan de noodzakelijke 4m², conform de bouwcode, maar groter dan het bestaande en vergunde terras. De aanvraag betreft dus een verbetering ten opzichte van de vergunde toestand. De beperkte afwijking is aanvaardbaar.
De woningen voldoen aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande verbouwingswerken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het platte dak van het hoofdvolume moet voorzien worden als groendak, conform artikel 38 van de bouwcode;
3. het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed, tussen het groendak en de scheidingswand;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 15 april 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 15 mei 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 12 augustus 2020 |
Verslag GOA | 22 juli 2020 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
1 | 0 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
Er werd in het kader van de procedure “bevraging aanpalenden” één bezwaarschrift ingediend dat zich als volgt laat samenvatten:
1. Inkijk en schending van de privacy: Het bezwaar dat er in de achtergevel twee nieuwe ramen voorzien worden die uitzicht hebben op de tuinzone en storende inkijk hebben in de eigendom van de nabuur;
Beoordeling: Wonen in een stad houdt een hogere densiteit in, zodat enige inkijk niet kan voorkomen worden. De positie van de ramen staat goed nabuurschap niet in de weg. Het Burgerlijk Wetboek schrijft een minimumafstand voor met betrekking tot het creëren van rechtstreekse en schuine zichten op een aanpalend erf. De aanvraag voldoet op alle plaatsen aan deze afstanden. Het voorzien van ramen in de achtergevel is in harmonie met de bebouwing in de omgeving. Het bezwaar is ongegrond;
2. Geluidoverlast: Het bezwaar dat er leefruimtes van meerdere appartementen grenzen aan de eigendom van de nabuur en hier een akoestische isolatie voorzien moet worden ;
Beoordeling: Vanuit een goed nabuurschap is het evident dat overlast, van welke aard dan ook, steeds beperkt dient te worden. Geluidsoverlast betreft echter geen stedenbouwkundig aspect. Het bezwaar is ongegrond;
3. Afwerking gemene muur: Het bezwaar dat het isoleren van de scheidingsmuur niet mogelijk is ter hoogte van de regenwaterafvoer op het perceel van de nabuur;
Beoordeling: De bezorgdheden inzake de regenwaterafvoer betreffen een uitvoeringstechnische aangelegenheid die los staat van de stedenbouwkundige beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke plichten. Het bezwaar is ongegrond;
4. Afwerking schouwen: De vraag van de bezwaarindiener om meer details en informatie te verkrijgen in verband met de bestaande schouwen op de perceelgrenzen;
Beoordeling: Er werd voldoende informatie aangeleverd om de stedenbouwkundige beoordeling te maken. Het is onvoldoende duidelijk welke bezorgdheden de bezwaarindiener heeft met betrekking tot de schouwen. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke plichten. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het platte dak van het hoofdvolume moet voorzien worden als groendak, conform artikel 38 van de bouwcode;
3. het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed, tussen het groendak en de scheidingswand;
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.