Terug
Gepubliceerd op 03/08/2020

2020_CBS_06419 - Omgevingsvergunning - OMV_2020043063. Langstraat 37. District Borgerhout - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 31/07/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Peter Wouters, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Jo De Geest, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_06419 - Omgevingsvergunning - OMV_2020043063. Langstraat 37. District Borgerhout - Goedkeuring 2020_CBS_06419 - Omgevingsvergunning - OMV_2020043063. Langstraat 37. District Borgerhout - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020043063

Gegevens van de aanvrager:

Johannes en Noel Maes - Peynshaert met als adres Langstraat 37 te 2140 Antwerpen

Ligging van het project:

Langstraat 37 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 24 sectie A nr. 363C11

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          10/12/1973: vergunning (179#11517) voor verbouwings- en voorgevelveranderingswerken.

 

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          bouwdiepte van 16 meter op het gelijkvloers en ter hoogte van de linker perceelgrens op de eerste verdieping;

-          voorgevel in een lichte kleur bezetting.

 

Huidige toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          bouwdiepte van 16 meter op het gelijkvloers en ter hoogte van de linker perceelgrens op de eerste verdieping;

-          voorgevel in een gele gevelsteen en houten buitenschrijnwerk gedragen door een blauwe hardstenen plint.

 

Gewenste toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          bouwdiepte van 16 meter op het gelijkvloers en ter hoogte van de linker perceelgrens op de eerste verdieping;

-          voorgevel in een gele gevelsteen en zwart aluminium buitenschrijnwerk gedragen door een blauwe hardstenen plint.

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van het wc volume;

-          openwerken en voorzien van een lichtstraat ter hoogte van de gelijkvloerse achterbouw;

-          inrichten van een slaap- en zolderkamer onder het zadeldak;

-          aanpassen van het buitenschrijnwerk in functie van de nieuwe interne indeling.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de zolderkamer in de nok een hoogte van 2,20m;
  • Artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de lichtdoorlatende oppervlakte  van de dakvlakramen bedraagt slechts 0,42 m² < 1m²;
  • Artikel 27 Open ruimte: de tuin moet zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht worden en als groene ruimte aangeplant worden.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Langstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voorziet in het slopen van de overdekte buitenruimte met toilet op het gelijkvloers. Verder beperken de werken zich binnen het bestaande en vergunde volume en beogen ze geen aanpassing van het aantal woongelegenheden waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven.

 

Voorliggende aanvraag wijkt af van artikel 27 van de Bouwcode dat oplegt tuinen zoveel mogelijk groen en onverhard te houden. Het voorzien van voldoende groen is belangrijk voor de leefbaarheid binnen bouwblokken en de infiltratie van regenwater in de bodem. Van dit voorschrift kan bijgevolg niet afgeweken worden. De tuin dient minstens voor een vierde van de beschikbare oppervlakte als groenzone te worden voorzien. Dit wordt opgelegd als voorwaarde voor vergunning.

 

Visueel-vormelijke elementen

In de voorgevel wordt het bestaande houten buitenschrijnwerk vervangen door nieuw antracietkleurig aluminium schrijnwerk. Dit is in harmonie met de omgeving.

 

De nieuwe achtergevel wordt op het gelijkvloers volledig van glas voorzien en ter hoogte van verdieping 1 en 2 bekleed met horizontale houten planken. Verder wordt het buitenschrijnwerk aangepast met antracietkleurig aluminium in functie van de nieuwe interne indeling. De materialen van de nieuwe gevel zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel. Als voorwaarde bij vergunning wordt opgelegd om de houten gevelbekleding te voorzien in een duurzaam materiaal.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De scheimuur met de rechteraanpalende werd ter hoogte van de gelijkvloerse ophoging niet uitgevoerd met een opstand van 30 centimeter ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is strijdig met artikel 34 van de Bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden.

 

De gelijkvloerse achterbouw wordt opengewerkt door een nieuwe lichtstraat en een volledig beglaasde achtergevel. Voldoende daglichttoetreding, gecombineerd met uitzicht en voldoende ventilatie van de woning met verse lucht zijn basisvoorwaarden voor de gezondheid van de bewoners. Bovendien versterkt het groot raam naar de aangrenzende stadstuin het contact tussen de verblijfsruimte en de buitenruimte, wat eveneens de woonkwaliteit ten goede komt.

 

De slaapkamer op de daklaag krijgt onvoldoende licht. De voorziene ramen in het dakvlak hebben een te kleine lichtdoorlatende oppervlakte volgens artikel 24 van de Bouwcode. De ramen in de slaapkamer moet minstens een oppervlakte van 1m² hebben. Licht en lucht zijn basiskwaliteiten van verblijfsruimtes. Het vergroten van het glasoppervlak tot minstens deze minimale oppervlaktes wordt dan ook opgelegd als voorwaarde voor vergunning.

 

Verder wordt opgemerkt dat de zolderkamer onder de nok van het zadeldak niet als verblijfsruimte mag gebruikt worden aangezien het niet voldoet aan artikel 21 (minimale hoogte van ruimten) van de bouwcode. Dit wordt opgenomen als voorwaarde bij vergunning.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

 Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmuur dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van:

-          dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

2.      de tuin dient minstens voor een vierde van de beschikbare oppervlakte als groenzone worden ingericht;

3.      de houten gevelbekleding van de achtergevel moet voorzien worden in een duurzaam materiaal;

4.      de dakvlakramen van de slaapkamer op de daklaag moeten minstens een oppervlakte van 1m² hebben, conform artikel 24 van de bouwcode;

5.      de zolderkamer mag niet gebruikt worden als verblijfsruimte;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 april 2020

Volledig en ontvankelijk

6 mei 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 augustus 2020

Verslag GOA

24 juli 2020

naam GOA

Brenda Dierckx

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmuur dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van:

-          dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

2.      de tuin dient minstens voor een vierde van de beschikbare oppervlakte als groenzone worden ingericht;

3.      de houten gevelbekleding van de achtergevel moet voorzien worden in een duurzaam materiaal;

4.      de dakvlakramen van de slaapkamer op de daklaag moeten minstens een oppervlakte van 1m² hebben, conform artikel 24 van de bouwcode;

5.      de zolderkamer mag niet gebruikt worden als verblijfsruimte;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.