Terug
Gepubliceerd op 03/08/2020

2020_CBS_06427 - Omgevingsvergunning - OMV_2019140662. Oude Bosuilbaan 54 . District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 31/07/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Peter Wouters, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Jo De Geest, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_06427 - Omgevingsvergunning - OMV_2019140662. Oude Bosuilbaan 54 . District Deurne - Goedkeuring 2020_CBS_06427 - Omgevingsvergunning - OMV_2019140662. Oude Bosuilbaan 54 . District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019140662

Gegevens van de aanvrager:

NV DOCORA met als adres Zwaanhofweg 10 te 8900 Ieper en de heer Laury Gordenne met als contactadres Sint-Jorisstraat 57 te 3300 Tienen

Ligging van het project:

Oude Bosuilbaan 54 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 28 sectie A nrs. 255W3, 255Z3 en 255F4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

aanleg van nieuwe parkeerplaatsen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          18/10/2019: voorwaardelijke vergunning (20192552) heropbouwen van Tribune 4 van het Bosuilstadion;

-          10/07/2019: voorwaardelijke vergunning (20191563) het slopen van Tribune 4 en Parking 5 in het kader van de heropbouw van tribune 4 en de bouw van een jeugdtrainingscentrum;

-          10/08/2018: gedeeltelijk voorwaardelijke vergunning (20181602) voor het verhogen van de capaciteit van Tribune 1 en specifieke gevelverlichting;

-          06/04/2018: voorwaardelijke vergunning (2018232) voor het aanbrengen van wijzigingen aan tribune 1 van het Bosuilstadion;

-          16/02/2018: voorwaardelijke vergunning (20172869) voor het vellen van 31 bomen + aanplanten van 36 bomen rondom de vijver aan het inkomplein;

-          01/01/2018: stilzwijgende weigering (20172370) voor het aanbrengen van wijzigingen aan Tribune 1;

-          22/09/2017: voorwaardelijke vergunning (20171968) voor het heraanleggen van de buiteninfrastructuur rond het Bosuilstadion;

-          02/06/2017: voorwaardelijke vergunning (2017851) voor het heropbouwen van Tribune 1 van het Bosuilstadion;

-          24/05/2017: voorwaardelijke vergunning (20171211) voor het slopen van Bosuilstadion Tribune 1;

-          01/09/2017: voorwaardelijke vergunning (20171803) voor het slopen van een administratief gebouw ter voorbereiding van de heraanleg van de buiteninfrastructuur;

-          15/09/2017: milieuvergunning 2017413) voor een voetbalstadion (klasse2);

-          14/11/2014: voorwaardelijke vergunning (20142109) voor het verbouwen van tribune 1 van het Bosuilstadion.
 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          voetbalstadion met vier tribunes;

-          rondom tribune 1 en tribune 4 zijn parkingzones, fietsenstallingen en oefenterreinen voorzien;

-          achter tribune 2 zijn oefenterreinen voorzien;

-          geen relevante vergunning in functie van voorliggend perceel.

 

Huidige toestand

-          het rechtergedeelte van het terrein werd aangelegd in asfaltverharding in functie van een bezoekersparking;

-          het centrale gedeelte van het terrein ligt ongeveer 90 cm hoger dan de openbare weg en wordt afgeschermd door omheiningen;

-          aan beide zijden van het terrein zijn er in- en uitritten naast de aangrenzende woningen;

-          links vooraan op het perceel is er een ticketpaviljoen en een hoogspanningscabine.
 

Gewenste toestand

-          voortuinstrook over ganse perceelbreedte;

-          het rechtergedeelte blijft ingericht als een bezoekersparking;

-          nieuwe in/uitrit en nieuwe parking voor 185 wagens op het centrale gedeelte;

-          aan beide zijden van het terrein zijn er in- en uitritten naast de aangrenzende woningen.

Inhoud van de aanvraag

-          het aanleggen van een nieuwe parking langs de Oude Bosuilbaan met 185 parkeerplaatsen, waarvan 8 voor personen met een beperking;

-          het slopen van het bestaande ticketpaviljoen en de hoogspanningscabine;

-          het ophogen van het linkergedeelte van het perceel tot 0,90 m boven het peil van het voetpad en tot op ca. 1,90 m van de linker perceelgrens;

-          de randen van de parking worden aangeplant met struiken;

-          het voorzien van een nieuwe afhellende groene voortuinstrook bestaande uit gras (hoogteverschil van 0,90 m);

-          aan de straatzijde wordt de nieuwe parking afgeschermd door een omheining van 2,50 m boven het niveau van de parking;

-          het regulariseren van de bezoekersparking rechts in asfaltverharding;

-          het verplaatsen van de bestaande betonnen keerwand van 2,20 m hoog van de bezoekersparking, in lijn met de nieuwe omheining voor de parking;

-          het (her)aanleggen van in- en uitritten:

  • de bestaande inrit rechts voor diensten en de bezoekersparking wordt heraangelegd;
  • de bestaande inrit links krijgt een helling van 18 m lang en wordt over de volledige diepte van het perceel heraangelegd, aan beide zijden wordt een looppad van 2 m breed voorzien met telkens een tussenbordes;
  • rechts naast de linker inrit wordt een nieuwe oprit naar de nieuwe VIP-parking voorzien;

-          de nieuwe verhardingen worden geheel in waterdoorlatende verharding (klinkers en grasdallen) en waterdoorlatende onderlagen (asfalt) aangelegd;

-          de wachtgevels van de woonblokken links en rechts worden afgewerkt met een groene gevel;

-          in het sas voor de bussen van de bezoekende supporters worden er 3 cabines voor nutvoorzieningen voorzien, waaronder een hoogspanningscabine (5.000 kVA met MS-aansluiting).

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

POVC Antwerpen

4 december 2019

10 december 2019

Geen advies

Agentschap Wegen en Verkeer

27 januari 2020

18 februari 2020

Voorwaardelijk gunstig

Agentschap Wegen en Verkeer

15 april 2020

30 april 2020

Voorwaardelijk gunstig

brandweer/ risicobeheer/ preventie

4 december 2019

24 december 2019

Ongunstig

brandweer/ risicobeheer/ preventie

15 april 2020

24 april 2020

Voorwaardelijk gunstig

Departement Mobiliteit en Openbare Werken

27 januari 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Departement Mobiliteit en Openbare Werken

15 april 2020

28 mei 2020

Voorwaardelijk gunstig

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

27 januari 2020

4 februari 2020

Gunstig

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

15 april 2020

15 april 2020

Gunstig

lokale politie/ centrale preventie (LP/CP)

4 december 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

lokale politie/ centrale preventie (LP/CP)

15 april 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Lokale politie/ openbare orde/ voetbalcel (LP/OO/VC)

4 december 2019

24 december 2019

Voorwaardelijk gunstig

Lokale politie/ openbare orde/ voetbalcel (LP/OO/VC)

15 april 2020

20 mei 2020

Voorwaardelijk gunstig

lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE)

4 december 2019

5 december 2019

Gunstig

lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE)

15 april 2020

21 april 2020

Gunstig

POVC Antwerpen

15 april 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Provincie Antwerpen

27 januari 2020

19 maart 2020

Voorwaardelijk gunstig

Provincie Antwerpen

15 april 2020

18 mei 2020

Voorwaardelijk gunstig

Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos

27 januari 2020

29 januari 2020

Geen advies

Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos

15 april 2020

22 april 2020

Geen advies

Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn

4 december 2019

16 december 2019

Gunstig

Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn

15 april 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen

4 december 2019

23 december 2019

autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen

15 april 2020

17 april 2020

ondernemen en stadsmarketing/ visit Antwerpen

4 december 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

ondernemen en stadsmarketing/ visit Antwerpen

15 april 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen

4 december 2019

6 december 2019

stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen

15 april 2020

28 april 2020

stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten

4 december 2019

23 december 2019

stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten

15 april 2020

27 april 2020

stadsontwikkeling/ mobiliteit

4 december 2019

23 december 2019

stadsontwikkeling/ mobiliteit

15 april 2020

27 april 2020

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie

4 december 2019

30 december 2019

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie

15 april 2020

27 april 2020

stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers

4 december 2019

16 juni 2020

stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers

15 april 2020

20 juli 2020

stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen

4 december 2019

27 december 2019

stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen

15 april 2020

11 mei 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie. (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 32 Antwerp-stadion en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 2 september 1982. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: binnenplaatsen en tuinen 1, bouwstrook, voortuinstrook, zone met bouwverbod (sport) en gebied voor dagrecreatie.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:

-          artikel 1.01 Bouwstrook – artikel 1.04.1 Strook voor binnenplaatsen en tuinen 1 – artikel 18 Gebied voor dagrecreatie:
het voorzien van een parking in de bovenvermelde zones is niet toegelaten in de bestemmingsvoorschriften;

-          artikel 1.02.1 Voortuinstrook, 2 Bebouwing:
het voorzien van in- en uitritten is hier niet toegelaten;

-          0.03 Algemeen geldende voorschriften – artikel 5 hellende op- en afritten:
het voorzien van een in /uitrit in de voortuinstrook is niet toegelaten.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

 

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:
    de parkings en inritten zijn niet in harmonie met de woonomgeving die wordt gekenmerkt door identieke meergezinswoningen van telkens 4 bouwlagen hoog.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte niet-waterdoorlatende oppervlakte die afwatert in naastgelegen groenzones en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
 

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen.

Van de archeologienota werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 25/10/2019. De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.
 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVNG > OVERIGE REGELGEVING)

Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften van het bijzonder plan van aanleg

 

De aanvraag betreft de aanleg van een parking op BPA NR. 32 ANTWERP-STADION EN OMGEVING en wijkt af op de bestemmingsvoorschriften van artikel 1.01 ‘Bouwstrook’, artikel 1.04.1 ‘Strook voor binnenplaatsen en tuinen 1’ en artikel 18 ‘Gebied voor dagrecreatie’. Het aanleggen van een parking is conform deze voorschriften niet toegestaan.

 

De voorschriften van artikel 1.02.1 ‘Voortuinstrook’, 2 ‘Bebouwing’ van hetzelfde BPA stellen dat geen constructies en in- en uitritten in deze zone mogen worden gerealiseerd. De aanvraag voorziet echter een nieuwe inrit als toegang tot de nieuwe parking en wijkt ook van deze bestemmingsvoorschriften af.

 

De aanvraag wijkt bovendien ook af van de voorschriften van artikel 5 ‘Hellende op- en afritten’ van de ‘Algemeen geldende voorschriften’ van het BPA dat stelt dat het voorzien van een in /uitrit in de voortuinstrook niet is toegelaten.

 

De aanvrager stelt in de beschrijvende nota dat het BPA ouder is dan 15 jaar en vraagt in toepassing van artikel 4.4.9/1 van de VCRO een afwijking op de bestemmingsvoorschriften, na openbaar onderzoek. Het BPA NR. 32 ANTWERP-STADION EN OMGEVING werd vastgesteld op 2 september 1982, waardoor op het moment van de indiening van deze aanvraag ouder is dan 15 jaar. Het aangevraagde omvat het afwijken van de bestemming ‘woongebied’ en betreft geen afwijkingen van wegenis openbaar groen en erfgoedwaarden. De gemeenteraad heeft niet beslist om deze afwijkingsmogelijkheid voor het betrokken BPA uit te sluiten.

 

Gezien een alternatieve locatie voor de parkeerbehoefte op eigen terrein voor dit project niet aanwezig is en vermits de visuele impact beperkt blijft door de groene inrichting van de voortuinstrook, is de afwijking van het BPA aanvaardbaar.

 

Functionele inpasbaarheid

 

Het aanleggen van een parking is functioneel inpasbaar gezien de zone voor dagrecreatie (voetbalstadium Bosuil en aanhorigheden) in de nabije omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

De aanvraag wijkt af van artikel 6 ‘Harmonie en draagkracht’ van de bouwcode.

Het aanleggen van een parking voor 185 wagens is in principe niet in overeenstemming met de schaal en het ruimtegebruik in de straat (die wordt gekenmerkt door identieke meergezinswoningen van telkens 4 bouwlagen hoog).

De parkings (busparking en bezoekersparking) zijn echter complementair aan de woonomgeving,en passend bij het grotere geheel van het stadion dat reeds lang gesitueerd is in de buurt.

 

Voor wat betreft de bomen geeft de stedelijke dienst stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen voorwaardelijk gunstig advies:

 

“Bij een voorwaardelijk vergunning dienen de bestaande bomen in de straat beschermd te worden tijdens de werken.”

 

Visueel-vormelijke elementen

 

In deze aanvraag worden de bus- en bezoekersparking op een zekere hoogte boven het maaiveld aangelegd, waardoor er gewerkt moet worden met keerwanden en hellingen hier naartoe. De parkings worden aan de straatzijde afgebakend door omheiningen van 2,50 m hoog waardoor de wagens en bussen niet zichtbaar zijn vanop het openbaar domein en vanuit de omliggende woningen.

 

Bovendien wordt de visuele impact van de parkings op de omgeving beperkt door de integratie van gras en planten. Zo wordt de voortuinstrook over vrijwel de volledige breedte (met uitzondering van de in/uitritten) van de site voorzien van gras met een oppervlakte van ca. 635 m².

Verder stelt de aanvrager in de beschrijvende nota dat de omheiningen aan de voorzijde en deze langs de toegangsweg voor de supporters en interventiediensten, geïntegreerd worden in een border met ondoordringbare aanplanting met streekeigen groen (meidoorn, sleedoorn, gelderse roos,…). Gezien dit niet werd opgetekend op de (gevel)plannen horende bij de aanvraag, wordt uitdrukkelijk als voorwaarde bij vergunning opgelegd om de omheining, zoals in rood aangeduid op de plannen, met plantenbegroeiing te voorzien.

Uit veiligheidsoverwegingen worden er geen bomen rond de bezoekerskooi voorzien.

Zoals de andere maaiveldparkings rond het stadion dient deze parking ook voorzien te worden van bomen, zoals voorzien in rood aangeduid op het plan en op afstand van de bezoekerskooi.

Uit bovenstaande kan gesteld worden dat er een voldoende groenbuffer zal voorzien worden tussen de straat en het stadion.

 

Ook worden de wachtgevels van de woningen en appartementen op beide perceelsgrenzen als groene gevels afgewerkt.

 

De parkings, inclusief de omheiningen zijn niet storend in het straatbeeld en getuigen van een groene integratie in de omgeving. De ‘vergroende’ parking kan als afwijking op het BPA worden verantwoord.

 

Cultuurhistorische aspecten

 

Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiefgebied. Het projectgebied heeft een oppervlakte boven de 3.000 m² (nl. 4 125 m²) en een ingreep boven 1.000 m² (gelijk aan projectgebied). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.

 

Een archeologienota werd ingediend door Ruben Willaert en waarvan akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 10/04/2020 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/14370). De archeologienota bepaalde in het programma van maatregelen dat er geen verder archeologisch vervolgonderzoek noodzakelijk is.

 

Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie. Het advies luidt als volgt:

 

“Het projectgebied ligt in de nabije omgeving van een site met sporen uit de late ijzertijd (CAI 105 026). Hiervan kunnen sporen (zwarte of grijze kuilen) of vondsten (aardewerk, hout) ontgraven worden tijdens de geplande werkzaamheden. De bouwheer is daarbij steeds verplicht om eventuele vondsten, waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologische relevantie of waarde hebben, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan deze waarde steeds komen inschatten.”

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot - veiligheid

 

Het autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen adviseert de aanvraag voorwaardelijk gunstig als volgt:

 

“Gezien de inrichting van de parking op eigen terrein gebeurt, heeft de bouwaanvraag weinig tot geen impact op het stedelijk patrimonium. AG VESPA en Vastgoed geven bijgevolg gunstig advies op deze aanvraag.”

 

Bij de voorwaardelijke vergunning wordt als voorwaarde te worden opgelegd dat de oefenterreinen etc. in eigendom van de stad Antwerpen te allen tijde bereikbaar dienen te zijn, tijdens en na de bouwwerken.

 

Verder vereist de aanvraag de inrichting van een voetpad met afgeschuinde boordsteen om de toegang tot de nieuwe parking mogelijk te maken. De afgeschuinde boordsteen aan een bestaande, te verwijderen inrit dient gewijzigd te worden in een opstaande boordsteen. Voor aanpassingen aan het openbaar domein moet de aanvrager de stadsdienst Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud contacteren. De (her)aanleg gebeurt ook via deze dienst. Dit wordt als voorwaarde bij vergunning opgelegd.

 

De voortuinstrook wordt vrij van constructies ingericht en aangelegd met een onafgebroken hellende grasszone van ca. 635 m². Op de parking zelf worden eveneens grasstroken en struiken voorzien tussen de parkeerplaatsen en de ook randen van de parking worden aangeplant met struiken. De ‘vergroende’ parking kan als afwijking op het BPA worden verantwoord.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Het project ‘Bosuilstadion’ genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2.097 parkeerplaatsen.

 

De aanvraag betreft het aanleggen van een parking met 185 parkeerplaatsen langs de Oude Bosuilbaan om te voldoen in de parkeerbehoefte van het Bosuilstadion.

 

Voorgeschiedenis parkeerbehoefte:

1)     Dossier 20181602: in de vergunning betreffende de capaciteitsuitbreiding van het stadion werd bepaald dat voor een capaciteit van 16.144 bezoekers er 2.097 parkeerplaatsen dienden te worden voorzien voor de bezoekers (excl. uitsupporters en personeel). Er werden in totaal 2.145 nuttige plaatsen (845 op eigen terrein en 1.300 van Gosselin) voor bezoekers weerhouden.

2)     Dossier 20191563: bij de afbraak van tribune 4 verdwenen 244 parkeerplaatsen van parking 5. In de vergunning werd als voorwaarde opgenomen dat deze plaatsen bij de heropbouw van tribune 4 maximaal gecompenseerd moeten worden op eigen terrein om te voldoen aan het aantal nodige parkeerplaatsen.

3)     Dossier 20192552: bij heropbouw van tribune 4 werd de bezoekerscapaciteit in het stadion niet veranderd. Dit aantal bleef op 16.144 bezoekers waardoor ook de werkelijke parkeerbehoefte van 2.097 overeind bleef. Er werden in dit dossier 104 parkeerplaatsen ingetekend op een parking achter de nieuwe tribune 4. Er werden echter maar 99 plaatsen weerhouden als nuttig. In totaal brengt dit het aantal nuttige parkeerplaatsen op eigen terrein op 700, wat neerkomt op 145 minder dan voordien. Deze 145 plaatsen moesten in een latere fase gecompenseerd worden op eigen terrein. De totaal aantal nuttige plaatsen in dit dossier bedroeg 700 op eigen terrein + 1.300 van Gosselin, in totaal 2.000 plaatsen. 

 

Voorliggende aanvraag parkeerbehoefte:

Er wordt een nieuwe parking aangelegd langs de Oude Bosuilbaan van 185 parkeerplaatsen waarvan 8 voor mindervaliden. De huidige aanvraag creëert dus geen bijkomende parkeerbehoefte en lost het doorgeschoven tekort van 145 plaatsen op zoals in voorwaarde opgelegd in de vergunningsdossier 20192552 .

 

 

De werkelijke parkeerbehoefte van 2.097 plaatsen voor thuissupporters van het stadion blijft overeind.

 

Het project ‘Bosuilstadion’ voorziet in 2.185 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Plaatsen op eigen terrein in voorliggende aanvraag:

De parkeerplaatsen zijn 2,5m breed en 5m lang. De mindervalideplaatsen zijn 3,5m breed. Volgens de 6% regel moeten er minstens 11 mindervalideplaatsen voorzien worden op de parking. 

 

Parkeerplaats 33 en 148 zijn gelegen tegen de kant waardoor het moeilijk in- en uitrijden is. De bouwcode legt op dat deze parkeerplaatsen 2,80m breed dienen te zijn. Maar omdat de barrière beplanting is kan dit uitzonderlijk toegelaten worden. Naast parkeerplaats 148 is de groenstrook iets breder waardoor aan deze voorwaarde wel voldaan is. Er zijn 185 nuttige parkeerplaatsen in voorliggende aanvraag.

 

 

Plaatsen in de omgeving van het stadion:

Er wordt gebruik gemaakt van de 1.300 plaatsen op parking van Gosselin. Deze 1.300 parkeerplaatsen zijn uitsluitend beschikbaar voor Antwerp op wedstrijdmomenten en kunnen daarom mee beschouwd worden als nuttige plaatsen.

 

In het dossier wordt aangegeven dat eveneens gebruik kan worden gemaakt van 200 parkeerplaatsen op de parking van de nabijgelegen Delhaize en 70 parkeerplaatsen op de parking van plastiek Van Wauwe. Hiervan worden echter geen concrete gebruiksovereenkomsten voorgelegd, waardoor deze plaatsen niet als nuttige autostalplaatsen kunnen worden beschouwd.

 

Tenslotte zou ook gebruik worden gemaakt van 400 plaatsen op de hondenweide. Hier wordt echter een school en sportballon gebouwd, waardoor deze plaatsen niet uitsluitend ter beschikking zijn voor Antwerp.

 

Voor de bezoekers die als autobestuurder met de wagen komen, zijn er dus in de omgeving 1.300 parkeerplaatsen beschikbaar.

 

Voorgeschiedenis nuttige plaatsen:

1)     Dossier 20181602: er werden in totaal 2.145 nuttige plaatsen (845 op eigen terrein en 1.300 van Gosselin) voor bezoekers weerhouden.

2)     Dossier 20191563: bij de afbraak van tribune 4 verdwenen 244 parkeerplaatsen van parking 5. In de vergunning werd als voorwaarde opgenomen dat deze plaatsen bij de heropbouw van tribune 4 maximaal gecompenseerd moeten worden op eigen terrein om te voldoen aan het aantal nodige parkeerplaatsen.

3)     Dossier 20192552: er werden in dit dossier 104 parkeerplaatsen ingetekend op een parking achter de nieuwe tribune 4. Er werden echter maar 99 plaatsen weerhouden als nuttige autostalplaatsen.

 

In totaal brengt dit het aantal nuttige parkeerplaatsen op eigen terrein op 700, wat neerkomt op 145 minder dan voordien. Deze 145 plaatsen moesten in een latere fase gecompenseerd worden op eigen terrein.

 

Het totaal aantal nuttige plaatsen in dit laatste dossier bedroeg 700 op eigen terrein + 1.300 van Gosselin, in totaal 2.000 parkeerplaatsen. 

 

Totaal nuttige plaatsen:

Dit brengt het totaal aantal nuttige parkeerplaatsen voor bezoekers op 2.185.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen voor het project ‘Bosuilstadion’ bedraagt 2185 plaatsen.

 

Voorliggende aanvraag voorziet een maaiveldparking die op een voldoende kwalitatieve ruimte ingepast wordt in de omgeving. De doorgedreven vergroening zal een meerwaarde vormen voor de woonstraat en tevens als groenscherm dienen naar het achterliggende voetbalstadion. Om deze reden werd geoordeeld dat de parking vergunbaar is op deze locatie en kunnen de 185 plaatsen als te realiseren beoordeeld worden.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen voor het project ‘Bosuilstadion’ bedraagt 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2.097 volgens de wettelijke parkeerbehoefte  – 2185 nuttige parkeerplaatsen = 88. Er zijn dus 88 plaatsen extra ten opzichte van de parkeerbehoefte. Dit aantal is dus toereikend.

 

 

De stedelijke dienst stadsontwikkeling/ mobiliteit adviseert de aanvraag als volgt:

 

“De parking wordt op de plannen ontsloten via een nieuwe toegang op de Oude Bosuilbaan. Er ligt echter een bestaande toegang naar het terrein van het stadion naast de nieuwe toegang. Deze kunnen niet gecombineerd worden omdat politie vanuit veiligheid de toegang niet te dicht bij de busparkings wil.

 

De circulatie op de nieuwe parking is aangepast ten opzichte van de vorige plannen. Er is een lussensysteem ingevoerd met eenrichtingsverkeer op heel de parking. De doorgangen zijn overal minstens 4m breed (met uitzondering van het stukje met middenberm aan de oostelijke zijde) waardoor genoeg manoeuvreerruimte ontstaat. Aan de oostelijke zijde wordt gewerkt met een middenberm waarvan de functie onduidelijk is. Deze middenberm schept eerder verwarring dan duidelijkheid op de parking. Vermoedelijk is deze ingetekend om parkeerzoekverkeer op de parking te scheiden van verkeer dat de parking wil verlaten. Echter zullen beide stromen in de praktijk nooit gecombineerd zijn omdat niemand de parking zal verlaten voor de wedstrijd. Het is beter om de middenberm te supprimeren omdat anders de kans bestaat dat de parking verlaten wordt in een dubbele rij auto’s op het einde van de wedstrijd. Dat komt de veiligheid op de openbare weg niet ten goede. Tevens kan het supprimeren van de middenberm misschien nog leiden tot 2 bijkomende parkeerplaats in het middelste gedeelte.

Volgens de beschrijvende nota zullen de bezoekers die de parking verlaten, via eigen terrein van Antwerp de toegangen van het stadion bereiken. Op die manier wordt het openbaar domein niet extra belast. De voetgangerswegen moeten comfortabel en veilig ingericht worden zodat er geen conflict met autoverkeer mogelijk is.

 

In de beschrijvende nota wordt gesteld dat de parking gebruikt zal worden door toeschouwers met een toegewezen parkeerplaats (VIP’s). Dit betekent dat de gebruikers ruim op tijd voor aanvang van de wedstrijd zullen toekomen en voldoende lang zullen blijven na de wedstrijd. Op die manier wordt parkeerzoekverkeer zo veel mogelijk vermeden en is er geen interferentie met andere bezoekers van het stadion alsook bussen.

Het gebruik van de verschillende parkings moet verduidelijkt worden in een actualisering van het evenementenvervoersplan.”

 

De aangehaalde aandachtspunten en onduidelijkheden uit dit advies worden bijgetreden. Bij de voorwaardelijk gunstige vergunning worden volgende voorwaarden opgelegd:

 

-          Er moet voldaan worden aan de 6% regel voor het aantal mindervalideplaatsen, wat betekent dat er 11 mindervalideplaatsen moeten ingericht worden;

-          De middenberm op de parking aan de oostelijk zijde moet gesupprimeerd worden. Deze is overbodig en zou er voor kunnen zorgen dat bij het verlaten van de parking, er in een dubbele rij wordt weggereden. Dit komt de veiligheid van de openbare weg niet ten goede;

-          De circulatie op de parking moet op het terrein met de nodige verkeerssignalisatie aangeduid worden;

-          Bezoekers die op de parking hun auto verlaten moeten via eigen terrein naar de juiste toegang van het stadion geleid worden. De voetgangerswegen moeten comfortabel en veilig zijn;

-          Het gebruik van de parking (door wie) moet opgenomen worden in een actualisering van het evenementenvervoersplan.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de bijgevoegde maatregelen van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;

3.      de bijgevoegde maatregelen van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken strikt na te leven;

4.      de oefenterreinen etc in eigendom van de stad Antwerpen dienen ten allen tijde bereikbaar te zijn tijdens en na de bouwwerken;

5.      de 2,5 m hoge omheiningen langs de volledige straatzijde en langs de toegangsweg voor de supporters en interventiediensten, in het rood aangeduid op de plannen, moeten voorzien worden met ondoordringbare aanplanting van streekeigen groen, zoals bijvoorbeeld meidoorn, sleedoorn of gelderse roos;

6.      Hoogstammige bomen moeten op de parking worden aangelegd zoals in rood aangeduid op het plan. De bomen hebben plantmaat 16/18 en zijn van eerste grote orde;

7.      Hoogstammige bomen zijn niet toegelaten binnen een afstand van 10 m tot de bezoekerskooi;

8.      De vergroening van de wachtgevels moet doorheen het jaar levendig en groen gehouden worden;

9.      voor aanpassingen aan het openbaar domein (de afgeschuinde boordsteen wijzigen in een opstaande boordsteen) moet Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud gecontacteerd worden. De (her)aanleg gebeurt ook via deze dienst. De bouwheer moet voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@stad.antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op:

https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken ;

10.  bij een te behouden boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

  • In het ontwerp van de gebouwen en de volledige infrastructuur errond, mag er niets voorzien worden waardoor de wortels of kroon van de boom  onaanvaardbaar moeten  beschadigd worden, noch nu, noch in de  toekomst. Praktisch gezien wil dit zeggen dat het ontwerp niet mag leiden tot noodzaak om:

-          het bestaande maaiveld af te graven of op te hogen in de wortelzone van de te behouden boom;

-          graafwerken uit te voeren waarbij wortels dikker dan 5 cm moeten doorgestoken worden en/of waarbij 20 % van het totale wortelpakket moet verwijderd worden;

-          de boom drastisch te snoeien. ( d.w.z. hoger opkronen dan het huidig eindbeeld of toppen of kandelaren of verwijderen van takken dikker dan 8cm).

  • Als er werken (zowel  bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moet de te behouden boom beschermd worden. Zowel wortels als kroon moeten beschermd worden;
  • De wortelzone van de boom moet beschermd worden om verdichting van de bodem en/of oppervlakkige beschadiging van de wortels te voorkomen. Op vlak van bescherming voor de wortelzone zijn er twee mogelijkheden:

-          Er is voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er werfhekkens geplaatst die aan elkaar vast gemaakt zijn, zodat ze niet, of in ieder geval moeilijk, te verplaatsen zijn. De grootte van de wortelzone wordt idealiter bepaald door onderzoek; als onderzoek om een of ander reden niet kan, moet men er vanuit gaan dat de wortelzone even groot is als de diameter van de kroonprojectie  + 2m. In die volledig afgebakende zone mag niets gebeuren. (niet graven,  niet stockeren, geen afvalwater of spoelwater lozen, ….)

-          Er is niet voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden, zodat de ruimte onder de boom toch geheel of gedeeltelijk kan gebruikt worden zonder dat er schade berokkend wordt. Om uitdroging van de wortelzone te voorkomen tijdens een droogzuiging van de werf, moet water worden gegeven aan de boom, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is;

  • Naast de wortelzone moeten ook de stam en de  kroon beschermd worden. Als de wortelzone volledig kan afgeschermd worden, zijn de stam en het onderste deel van de kroon uiteraard ook ineens afgeschermd. Kan de wortelzone niet volledig afgeschermd worden, dan moeten voor het beschermen van de stam en onderste deel van de kroon ook beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden;
  • Om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen moet de  aannemer, als hij een kraan gaat gebruiken,  een voldoende hoge kraan voorzien.  Als de kraan rond draait met een last eraan, mag niets de top van de boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling of … ;
  • Het is aangewezen om voor de nodige onderzoeken en voor het opstellen van beschermingsmaatregelen op maat, een gecertificeerd boomverzorger te raadplegen; 

11.  Bij het aanplanten van een nieuwe boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

  • Het aspect duurzaamheid moet nagestreefd worden. Duurzaam aanplanten wil o.a. zeggen dat voor de nieuwe boom een groeiplaats moet voorzien worden die ondergronds voldoende geschikt doorwortelbaar volume heeft om zijn natuurlijke grootte en leeftijd te kunnen halen, en waar er ook bovengronds voldoende ruimte is voor zijn natuurlijke grootte;

12.  Er moeten 11 parkeerplaatsen als mindervalideplaatsen ingericht worden;

13.  de circulatie op de parking  moet op het terrein met de nodige verkeerssignalisatie aangeduid worden;

14.  bezoekers die op de parking hun auto verlaten moeten via eigen terrein naar de juiste toegang van het stadion geleid worden. De voetgangerswegen moeten comfortabel en veilig zijn;

15.  de middenberm op de parking aan de oostelijke zijde moet gesupprimeerd worden. Deze is overbodig en zou er voor kunnen zorgen dat bij het verlaten van de parking, er in een dubbele rij wordt weggereden. Dit komt de veiligheid van de openbare weg niet ten goede;

16.  het gebruik van de parking moet opgenomen worden in een actualisering van het evenementenvervoersplan;

17.  volgende voorwaarden uit de bekrachtigde archeologienota zijn strikt na te leven:

-          de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@stad.antwerpen.be).

-          de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.

-          de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4);

 

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

8 november 2019

Volledig en ontvankelijk

4 december 2019

Start 1e openbaar onderzoek

12 december 2019

Einde 1e openbaar onderzoek

10 januari 2020

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

16 april 2020

Start laatste openbaar onderzoek

8 mei 2020

Einde laatste openbaar onderzoek

6 juni 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

31 juli 2020

Verslag GOA

22 juli 2020

naam GOA

Katlijn Van der Veken

 

Wijzigingslus

De aanvrager heeft een of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens een van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

De aanvaarde wijzingen zijn zodanig dat er een nieuw openbaar onderzoek werd gehouden en eventuele adviezen opnieuw werden gevraagd.

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

12 december 2019

10 januari 2020

3

0

0

0

8 mei 2020

6 juni 2020

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.

 

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek/ de openbaar onderzoeken werden 4 bezwaarschriften ingediend, die zich als volgt laten samenvatten:

 

1.      Negatieve impact nutscabines: De in de aanvraag voorziene cabines kunnen volgens een studie van de Wereldgezondheidsorganisatie zorgen voor een extralaagfrequent geluid. Dit kan slaapstoornissen en stress veroorzaken. Blootstelling aan hoogspanningscabines en dergelijke moet worden vermeden.
Beoordeling:

Voorliggende aanvraag voorziet inderdaad een hoogspanningscabine en 2 cabines voor nutsvoorzieningen, geïntegreerd in de sas voor de bussen naar de parking voor de bezoekende fans. Volgens de goede praktijk worden hoogspanningscabines best op een respectabele afstand van woonfuncties geïmplementeerd. Dit is hier het geval. De aangehaalde studie van de Wereldgezondheidsorganisatie betreft ook eerder een richtlijn en heeft geen verordenend karakter.

Het bezwaar is ontvankelijk en ongegrond.

 

2.      Beeldkwaliteit busparking: De verharde oppervlakte van de busparking is een doorn in het oog van de omwonenden. Het groene uitzicht van weleer is verdwenen. Er wordt gevraagd om meer groen en bomen rondom de bestaande parkings aan te leggen.
Beoordeling:

De aanvrager kleedt voorliggende parkings groen in en zorgt ervoor dat deze geïntegreerd wordt in de omgeving. De omheining met beplanting beperkt de visuele impact van de parking. Verder worden ook de wachtgevels van de aanliggende bebouwing vergroend en wordt een ruime hellende graszone met een oppervlakte van 635m² aangelegd.

Het bezwaar is ontvankelijk en ongegrond.

 

3.      Rechten van de aanvrager: De bezwaarindiener stelt dat de VZW Royal Antwerp Football Club titularis is van het recht van opstal dat haar intuïtu personae werd verleend. De houder van een recht van opstal (de opstalhouder) heeft een tijdelijke toelating om onder andere gebouwen op te richten op de grond die aan iemand anders toebehoort. In de mate dat een opstalhouder bepaalde rechten wenst over te dragen, dient steeds geval per geval te worden bekeken in welke mate dit mogelijk is. Men kan immers niet meer rechten overdragen dan men heeft. De aanvragers van deze omgevingsvergunning zijn NV DOCORA en dhr. Laury Gordenne.

Beoordeling:

In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning.

Het bezwaar is ontvankelijk en ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de bijgevoegde maatregelen van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;

3.      de bijgevoegde maatregelen van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken strikt na te leven;

4.      de oefenterreinen etc in eigendom van de stad Antwerpen dienen ten allen tijde bereikbaar te zijn tijdens en na de bouwwerken;

5.      de 2,5 m hoge omheiningen langs de volledige straatzijde en langs de toegangsweg voor de supporters en interventiediensten, in het rood aangeduid op de plannen, moeten voorzien worden met ondoordringbare aanplanting van streekeigen groen, zoals bijvoorbeeld meidoorn, sleedoorn of gelderse roos;

6.      Hoogstammige bomen moeten op de parking worden aangelegd zoals in rood aangeduid op het plan. De bomen hebben plantmaat 16/18 en zijn van eerste grote orde;

7.      Hoogstammige bomen zijn niet toegelaten binnen een afstand van 10 m tot de bezoekerskooi;

8.      De vergroening van de wachtgevels moet doorheen het jaar levendig en groen gehouden worden;

9.      voor aanpassingen aan het openbaar domein (de afgeschuinde boordsteen wijzigen in een opstaande boordsteen) moet Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud gecontacteerd worden. De (her)aanleg gebeurt ook via deze dienst. De bouwheer moet voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@stad.antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op:

https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken ;

10.  bij een te behouden boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

  • In het ontwerp van de gebouwen en de volledige infrastructuur errond, mag er niets voorzien worden waardoor de wortels of kroon van de boom  onaanvaardbaar moeten  beschadigd worden, noch nu, noch in de  toekomst. Praktisch gezien wil dit zeggen dat het ontwerp niet mag leiden tot noodzaak om:

-          het bestaande maaiveld af te graven of op te hogen in de wortelzone van de te behouden boom;

-          graafwerken uit te voeren waarbij wortels dikker dan 5 cm moeten doorgestoken worden en/of waarbij 20 % van het totale wortelpakket moet verwijderd worden;

-          de boom drastisch te snoeien. ( d.w.z. hoger opkronen dan het huidig eindbeeld of toppen of kandelaren of verwijderen van takken dikker dan 8cm).

  • Als er werken (zowel  bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moet de te behouden boom beschermd worden. Zowel wortels als kroon moeten beschermd worden;
  • De wortelzone van de boom moet beschermd worden om verdichting van de bodem en/of oppervlakkige beschadiging van de wortels te voorkomen. Op vlak van bescherming voor de wortelzone zijn er twee mogelijkheden:

-          Er is voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er werfhekkens geplaatst die aan elkaar vast gemaakt zijn, zodat ze niet, of in ieder geval moeilijk, te verplaatsen zijn. De grootte van de wortelzone wordt idealiter bepaald door onderzoek; als onderzoek om een of ander reden niet kan, moet men er vanuit gaan dat de wortelzone even groot is als de diameter van de kroonprojectie  + 2m. In die volledig afgebakende zone mag niets gebeuren. (niet graven,  niet stockeren, geen afvalwater of spoelwater lozen, ….)

-          Er is niet voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden, zodat de ruimte onder de boom toch geheel of gedeeltelijk kan gebruikt worden zonder dat er schade berokkend wordt. Om uitdroging van de wortelzone te voorkomen tijdens een droogzuiging van de werf, moet water worden gegeven aan de boom, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is;

  • Naast de wortelzone moeten ook de stam en de  kroon beschermd worden. Als de wortelzone volledig kan afgeschermd worden, zijn de stam en het onderste deel van de kroon uiteraard ook ineens afgeschermd. Kan de wortelzone niet volledig afgeschermd worden, dan moeten voor het beschermen van de stam en onderste deel van de kroon ook beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden;
  • Om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen moet de  aannemer, als hij een kraan gaat gebruiken,  een voldoende hoge kraan voorzien.  Als de kraan rond draait met een last eraan, mag niets de top van de boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling of … ;
  • Het is aangewezen om voor de nodige onderzoeken en voor het opstellen van beschermingsmaatregelen op maat, een gecertificeerd boomverzorger te raadplegen; 

11.  Bij het aanplanten van een nieuwe boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

  • Het aspect duurzaamheid moet nagestreefd worden. Duurzaam aanplanten wil o.a. zeggen dat voor de nieuwe boom een groeiplaats moet voorzien worden die ondergronds voldoende geschikt doorwortelbaar volume heeft om zijn natuurlijke grootte en leeftijd te kunnen halen, en waar er ook bovengronds voldoende ruimte is voor zijn natuurlijke grootte;

12.  Er moeten 11 parkeerplaatsen als mindervalideplaatsen ingericht worden;

13.  de circulatie op de parking  moet op het terrein met de nodige verkeerssignalisatie aangeduid worden;

14.  bezoekers die op de parking hun auto verlaten moeten via eigen terrein naar de juiste toegang van het stadion geleid worden. De voetgangerswegen moeten comfortabel en veilig zijn;

15.  de middenberm op de parking aan de oostelijke zijde moet gesupprimeerd worden. Deze is overbodig en zou er voor kunnen zorgen dat bij het verlaten van de parking, er in een dubbele rij wordt weggereden. Dit komt de veiligheid van de openbare weg niet ten goede;

16.  het gebruik van de parking moet opgenomen worden in een actualisering van het evenementenvervoersplan;

17.  volgende voorwaarden uit de bekrachtigde archeologienota zijn strikt na te leven:

-          de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@stad.antwerpen.be).

-          de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.

-          de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4);

 

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.