Terug
Gepubliceerd op 02/06/2020

2020_CBS_04418 - Omgevingsvergunning - OMV_2020029364. Sint-Hubertusstraat 96. District Berchem - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 29/05/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_04418 - Omgevingsvergunning - OMV_2020029364. Sint-Hubertusstraat 96. District Berchem - Weigering 2020_CBS_04418 - Omgevingsvergunning - OMV_2020029364. Sint-Hubertusstraat 96. District Berchem - Weigering

Motivering

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020029364

Gegevens van de aanvrager:

BVBA D en M met als contactadres Sint-Hubertusstraat 87 te 2600 Antwerpen

Ligging van het project:

Sint-Hubertusstraat 96 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 23sectie B nr. 425T8

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

Verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          29/06/1964: toelating (957#1337) voor gevelveranderingswerken;

-          06/10/1960: toelating (957#266) voor verbouwingswerken.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie:

  • eengezinswoning:  
    • wonen op de bovengrondse verdiepingen; 
    • ondergrondse verdieping heeft functie kelder;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing met sous-sol, twee bouwlagen onder zadeldak;
  • perceel volledig bebouwd;
  • hoofdvolume tot een bouwdiepte van 8m;
  • gelijkvloerse aanbouw tot een bouwdiepte van 11,9 m;

-          gevelafwerking voorgevel:

  • gele plakketen, dorpels in arduin.

Huidige toestand

-          functie ongewijzigd;

-          bouwvolume ongewijzigd uitgezonderd van de twee dakkapellen (één in voor- en achtergevel);

-          gevelafwerking voorgevel:

  • witte baksteen, schrijnwerk hout.

Gewenste toestand

-          eengezinswoning met 3 slaapkamers en een netto-vloeroppervlakte van 116 m²; 

  • ondergrondse bouwlaag wordt leefruimte;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing bestaande uit vier bouwlagen onder plat dak;
  • hoofdvolume tot een bouwdiepte van 8 m;
  • resterende open ruimte is ca. 14m²;

-          gevelafwerking:

  • niveau van sous-sol en gelijkvloers afwerking in arduin;
  • niveau van +1 en +2 voorzien in witte bepleistering;
  • buitenschrijnwerk in aluminium (kleur niet gekend);

-          ophoging van de gemene muren ter hoogte van de koer en het nieuwe platte dak;

-          ophoging van het maaiveld in de koer.

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van bestaande aanbouw (ontpitten van 13,7 m² in de tuinzone);

-          aanpassen van de achtergevel;

-          ophogen van het maaiveld in de koer. (ongeveer 80cm);

-          ophogen van de dakstructuur;

-          uitbreiden van verblijfsruimte in de sous-sol;

-          isoleren en bepleisteren van de voorgevel op niveau +1 en +2;

-          vergroten van het kelderraam in de voorgevel;

-          vervangen van het buitenschrijnwerk in de voorgevel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

FOD Mobiliteit en Vervoer - Dienst Luchtvaart

1 april 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 harmonie en draagkracht:Zowel het hoofdgebouw als de uitsprongen (erkers, zonneweringen, …) en aanbouwen dienen qua vorm, grootte, materiaalkeuze, plaatsing en kleur afgestemd te zijn op de architectuur van de totale constructie als op de omgeving.

de gevelpui ter hoogte van de sous-sol wordt uitgevoerd met een verhoogd raam.

  • Artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte:Bij de inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte moet er rekening gehouden worden met een optimale bezonning en daglichttoetreding ten aanzien van alle verblijfsruimten in het gebouw, in de tuinen en in de omgeving. Door te veel te bouwen (te hoog, te diep) in verhouding tot de terreinoppervlakte van het perceel en de gevels van het gebouw komt de beschikbaarheid van licht, lucht en open ruimte voor de gebruikers in het gedrang.

De gemene muur van de koer wordt ongeveer met 85cm verhoogd.(het maaiveld van de koer wordt ook verhoogd) hierdoor ontstaat een muur die ong. 3m10 hoog is ten opzichte van het nieuwe maaiveld;

  • artikel 21 minimale hoogte van ruimten:Onverminderd de voorwaarden uit §1 mag het vloerniveau van een kelderruimte maximum 1,10 meter onder het niveau van het aangrenzende maaiveld liggen om in aanmerking te komen als verblijfsruimte.

het vloerniveau van de verblijfsruimte van de sous-sol bevindt zich vooraan op 0,72 m onder het maaiveld. Achteraan bevindt het vloerniveau zich op 2,81 m onder het maaiveld;

  • artikel 40 privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:

elk gebouw moet voorzien zijn van een gescheiden rioolstelsel dat bestaat uit 1 droogweerafvoer (DWA) en 1 hemelwaterafvoer (RWA). Dit gescheiden rioolsysteem moet aangeboden worden aan de straat en moet uitgevoerd worden volgens de regels uit artikel 41 van de bouwcode. Er is geen gescheiden rioolstelsel opgetekend op de plannen.

  • artikel 43 septische putten:

het is verplicht om bij verbouwingen waar het afvoerstelsel van afval- en hemelwater kan aangepast worden een septische put te voorzien. Er is geen septische put opgetekend op de plannen.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Het ontwerp wijkt af op artikel 6, 10, 21, 40 en 43 van de bouwcode. Dit wordt verder toegelicht in de beoordeling hieronder.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat geen functiewijziging. De eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd wordt.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt het verbouwen van een eengezinswoning. Men wenst de dakstructuur (hellend dak) te verhogen tot een volwaardige bouwlaag onder plat dak. Aan de achterzijde wordt het perceel brede gelijkvloerse volume en de entresol van 2 bouwlagen gesloopt waardoor er een open ruimte ontstaat.

De uitbreiding van het dakvolume en de positieve ontpitting door de sloop van de achterbouw is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening

 

Visueel-vormelijke elementen

De aanvraag is in strijd met artikel 6 van de bouwcode dat stelt dat zowel het hoofdgebouw als de uitsprongen (erkers, zonneweringen, …) en aanbouwen dienen qua vorm, grootte, materiaalkeuze, plaatsing en kleur afgestemd te zijn op de architectuur van de totale constructie als op de omgeving.

In functie van de inrichting van de sous sol als leefruimte wordt het raam van de sous sol in de voorgevel verhoogd. Door het verhogen van het raam wordt er als het ware een nieuwe gelijkvloerse verdieping gecreëerd wat echter atypisch oogt en niet in harmonie is met de typische soussolniveaus die zich in geveluitwerking vertalen in een verlaagd raam op maaiveldniveau. Dit creëert bovendien atypische gevelverhoudingen waardoor dit niet gunstig kan beoordeeld worden.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het perceel is in de huidige toestand volledig bebouwd op het niveau van het maaiveld. Het openwerken van het gelijkvloers door het voorzien van een open ruimte wordt zeer gunstig onthaald. De aanvraag is echter in strijd met artikel 10 van de bouwcode. Bij de inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte moet er rekening gehouden worden met een optimale bezonning en daglichttoetreding ten aanzien van alle verblijfsruimten in het gebouw, in de tuinen en in de omgeving. Door te veel te bouwen (te hoog, te diep) in verhouding tot de terreinoppervlakte van het perceel en de gevels van het gebouw komt de beschikbaarheid van licht, lucht en open ruimte voor de gebruikers in het gedrang. Het ophogen van de koer (circa 80cm) en de achterste scheidsmuur (ongeveer 3,10 meter hoog ten opzichte van het nieuwe maaiveld) zorgt er echter voor dat het gunstig effect van de ontpitting teniet gaat ten opzichte van het perceel, de omgeving en het bouwblok.

 

Vervolgens is de inrichting van de sous sol als leefruimte in strijd met artikel 21 van de bouwcode. Onverminderd de voorwaarden uit §1 mag het vloerniveau van een kelderruimte maximum 1,10 meter onder het niveau van het aangrenzende maaiveld liggen om in aanmerking te komen als verblijfsruimte. Het vloerniveau van de verblijfsruimte van de sous sol bevindt zich vooraan op 0,72 m onder het maaiveld. Achteraan bevindt het vloerniveau zich op 2,81 m onder het maaiveld.

 

Bijkomend wordt er opgemerkt dat de leefruimte op dit niveau eenzijdig naar de straat gericht is. Eenzijdig gerichte ruimtes en zeker op het niveau van het maaiveld en in het bijzonder de sous sol wordt als nadelig ervaren en heeft hierdoor een nadelige invloed op het gebruiksgenot van deze ruimte.

 

Tot slot merken we op dat er geen septische put aanwezig is. Gezien de grondige verbouwing ter hoogte de ondergrondse en gelijkvloerse bouwlaag dient er een septische put te worden voorzien conform artikel 40, 41 en 43 van de bouwcode.

 

Gezien de vele strijdigheden met de bouwcode en de goede ruimtelijke ordening wordt er aan het college geadviseerd de aanvraag te weigeren.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

4 maart 2020

Volledig en ontvankelijk

31 maart 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

29 juni 2020

Verslag GOA

12 mei 2020

naam GOA

Gerd Cryns

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.