Terug
Gepubliceerd op 02/06/2020

2020_CBS_04575 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019899. Wildert 33. District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 29/05/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_04575 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019899. Wildert 33. District Merksem - Goedkeuring 2020_CBS_04575 - Omgevingsvergunning - OMV_2020019899. Wildert 33. District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020019899

Gegevens van de aanvrager:

BVBA ALLODIUM met als adres Handelslei 254 te 2980 Zoersel

Ligging van het project:

Wildert 33 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 41sectie B nr. 284A9

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden;

Huidige toestand

-          braakliggend stuk grond;

Gewenste toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • halfopen bebouwing;
  • 3 bouwlagen onder een zadeldak;
  • kroonlijsthoogte is 6 m;
  • nokhoogte is 9,15 m;
  • netto vloeroppervlakte van circa 119 m²;

-          gevelafwerking:

  • gevels in beige gelijmde gevelsteen in halfsteens verband;
  • wit buitenschrijnwerk;
  • dakkapel is grijze gevelpleister op beplating;
  • dakpannen en leien

Inhoud van de aanvraag

-          bouwen van een eengezinswoning.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

20 februari 2020

16 maart 2020

stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen

20 februari 2020

24 februari 2020

stadsontwikkeling/ mobiliteit

20 februari 2020

11 maart 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning op volgend(e) punt(en):

-          artikel  3.03: Bouwvrije voortuinstrook: er mag geen verharding voorzien worden;

-          artikel 3.04: Bouwvrije zijtuinstrook: er mag geen verharding voorzien worden en er worden ook fietsencontainers gestald.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 19 Tuinafsluitingen: de voortuin wordt niet afgesloten door een levendige haag, muurtje of hek met een hoogte van maximum 1m. De hoge haag in de zij- en achtertuin moet minstens 1m hoog zijn en maximum 2,6 m hoog;
  • artikel 21  Minimale hoogte van ruimten: alle verdiepingen hebben maar een minimale hoogte van 2,52m;
  • artikel 29: Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: er worden geen 5 fietsstalplaatsen voorzien;
  • artikel 30: Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: er wordt geen inpandige autostalplaats voorzien;
  • artikel 39: Infiltratie- en buffervoorzieningen: de niet overdekte verhardingen aan de tuin of andere onverharde bodem moet met een helling van 1 à 2% worden aangelegd.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikel 3.03 en 3.04 van de verkavelingsvoorschriften. In de bouwvrije voortuinstrook en zijtuinstrook mag geen verharding voorzien worden. Enkel de strikt noodzakelijke verhardingen zijn hier toegelaten.

De verharding naar de voordeur en de onderhoudsstrook rond de woning is stedenbouwkundig aanvaardbaar. De verharding naast het toegangspad, achter de haag, dient om fietsen en of afvalcontainers te stallen. De verharding is op zich toelaatbaar om de fietsen veilig op een stevige ondergrond te kunnen stallen. Deze extra verharding blijft beperkt zoals aangeduid op plan. Dit wordt opgenomen in de voorwaarden.

Conform artikel 4.4.1 van de VCRO, kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op de stedenbouwkundige voorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Tijdens het openbaar onderzoek zijn er geen bezwaren ingediend.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft een nieuwbouw woning in een verkaveling. Het toelaatbare gabarit volgens de verkavelingsvoorschriften bestaat uit 2 bouwlagen met een zadeldak. Tijdens de voorbespreking is geadviseerd om het gabarit van de verkaveling en dus ook van de aanpalende woning aan te houden zodat er in de verkaveling visueel en ruimtelijk gelijkvormig volumes ontstaan.

De woning bestaat uit 2 bouwlagen en een zadeldak en past volledig binnen het gabarit van de verkaveling. De aanvraag is stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag wijkt af van artikel 21 van de bouwcode. Alle verdiepingen hebben maar een hoogte van 2,52 m in plaats van de vereiste 2,6 m. Dit is echter een consequentie van het opgelegde gabarit en het creëren van een leefbare woning met voldoende ruimtecomfort. Door een plafondhoogte van 2,52 aan te houden (een verwaarloosbare afwijking van 8 cm) kunnen er drie volwaardige, leefbare verdiepingen worden gecreëerd.

De woning is zo ontworpen dat de vereiste woonkwaliteit door een creatieve schikking en het optimaliseren van (circulatie-) ruimtes, … bereikt kan worden op een kleinere oppervlakte. De woning is zo compact mogelijk ontworpen. De zithoek, de eetruimte en de keuken vormen samen één grote ruimte en het dag-gedeelte neemt quasi de volledig gelijkvloerse verdieping in. De circulatieruimte beperkt zich tot de inkom en de trap tegen de zijgevel.

Dit wordt aangehouden op de verdiepingen (het nachtgedeelte). De circulatie wordt hier ook aan de zijgevel gehouden waardoor ze in oppervlakte beperkt blijft en de slaapkamers optimaal ingepland kunnen worden.

Hierdoor staat het aantal slaapkamers in verhouding met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner, waardoor de woning voldoende wooncomfort biedt. Bijgevolg is de afwijking op de minimale plafondhoogte aanvaardbaar en kan deze gunstig worden geadviseerd naar het college.

 

De aanvraag wijkt af van artikel 19 van de bouwcode. De voortuin wordt niet afgesloten door een levendige haag, muurtje of hek met een hoogte van maximum 1m. De hoge haag in de zij- en achtertuin moet minstens 1 m hoog zijn en maximum 2,6 m hoog. De afscheiding tussen twee private percelen en met het openbaar domein dient duidelijk en kwalitatief te zijn. Een te lage afsluiting biedt aan beide percelen geen privacy. Een te hoge afsluiting zorgt voor een beperking van de bezonning van de tuinen.

In voorwaarde wordt meegenomen dat een afsluiting met het openbaar domein moet worden voorzien en hoe hoog deze afsluiting moet en mag zijn.

 

De aanvraag wijkt af van artikel 29 van de bouwcode. De woning bevat 4 slaapkamers. Dus naar behoefte genereert dit 4 + 1 extra = 5 fietsstalplaatsen. Deze 5 fietsstalplaatsen worden niet voorzien. Omwille van de kleine woonoppervlakte is het toelaatbaar dat deze in de voortuin worden gestald. Zoals hierboven reeds vermeld werd, kan er geen fietscontainer worden geplaatst aangezien dit strijdig zou zijn met de verkavelingsvoorschriften.

 

Functionele inpasbaarheid

Het perceel is gelegen binnen de perimeter van een verkaveling. Binnen de bestemmingszone van de verkaveling is de functie wonen toegelaten als hoofdbestemming.

De aanvraag betreft de nieuwbouw van een eengezinswoning in deze verkaveling en bijgevolg is de aanvraag in overeenstemming met de toegelaten hoofdbestemming van de verkaveling en dus stedenbouwkundig aanvaardbaar. De aanvraag is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Wildert.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gevels worden afgewerkt met gelijmde beige gevelsteen en wit buitenschrijnwerk. De dakkapel wordt uitgevoerd in grijze gevelpleister op beplating. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.

 

Op de plannen worden echter twee verschillende dak materialen vermeld. Aan de voorzijde worden dakleien voorzien en aan de achterzijde dakleien en dakpannen. Vanuit ruimtelijk oogpunt is het wenselijk om één dak materiaal te gebruiken, in harmonie met de omgeving. Dakleien komen niet voor in de omgeving. De rechter aanpalende woning heeft een dak met dakpannen en het is dus logisch om hierbij aan te sluiten. In de voorwaarden wordt opgenomen om het dak af te werken met dakpannen.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

Voor projecten onder de 5 wooneenheden, moet voor iedere nieuwe wooneenheid 1 plaats per woning worden voorzien. In dit geval dus 1 autostalplaats.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0 .

‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0 .

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1 . Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Voor vergunningsaanvragen voor nieuwbouw van eengezinswoningen kan echter afgeweken worden van de berekening van de parkeerbehoefte zoals vermeld in bovenstaande tabel, indien realisatie van de parkeerplaatsen niet mogelijk is. Dit geldt tevens voor eengezinswoningen die boven winkelpanden ingericht worden.

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0 .

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de oppervlakte van de verharding, die voorzien is om fietsen te stallen, blijft beperkt zoals aangeduid op plan. Deze mag niet worden vergroot;

2.      dakpannen als dakmateriaal gebruiken, in harmonie met de daken in de omgeving. Dit wordt in rood aangeduid op de plannen: BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_G_N_voorgevel en BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_G_N_achtergevel ;

3.      de voortuin afsluiten door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 m, conform artikel 19 van de bouwcode. Dit wordt in rood aangeduid op plannen: BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_I_N_inplantingsplan en BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_P_N_gelijkvloers;

4.      de hoogte van de haag in de achtertuin beperken tot 2,6 m, conform artikel 19 van de bouwcode;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

14 februari 2020

Volledig en ontvankelijk

20 februari 2020

Start 1e openbaar onderzoek

28 februari 2020

Einde 1e openbaar onderzoek

28 maart 2020

Start 2e openbaar onderzoek

12 mei 2020

Einde 2e openbaar onderzoek

15 mei 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

3 augustus 2020

Verslag GOA

19 mei 2020

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

28 februari 2020

28 maart 2020

0

0

0

0

12 mei 2020

15 mei 2020

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de oppervlakte van de verharding, die voorzien is om fietsen te stallen, blijft beperkt zoals aangeduid op plan. Deze mag niet worden vergroot;

2.      dakpannen als dakmateriaal gebruiken, in harmonie met de daken in de omgeving. Dit wordt in rood aangeduid op de plannen: BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_G_N_voorgevel en BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_G_N_achtergevel ;

3.      de voortuin afsluiten door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 m, conform artikel 19 van de bouwcode. Dit wordt in rood aangeduid op plannen: BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_I_N_inplantingsplan en BA_Wildert 33_ 2170 Merksem_P_N_gelijkvloers;

4.      de hoogte van de haag in de achtertuin beperken tot 2,6 m, conform artikel 19 van de bouwcode;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.