Terug
Gepubliceerd op 06/07/2020

2020_CBS_05651 - Omgevingsvergunning - OMV_2020006878. Muntstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 03/07/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_05651 - Omgevingsvergunning - OMV_2020006878. Muntstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_05651 - Omgevingsvergunning - OMV_2020006878. Muntstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020006878

Gegevens van de aanvrager:

Veerle en Michiel Van Mol - Maes met als adres Wetstraat 20 bus 101 te 2060 Antwerpen

Ligging van het project:

Muntstraat 9 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 4 sectie D nr. 3290A

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          12/04/1946: toelating (18#20571) voor binnenveranderingen.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

 

-          functie: eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van circa 180m²;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing;
  • plat dak;
  • 3 bouwlagen;
  • kroonlijsthoogte: 10,5m.

 

Huidige toestand

 

-          functie: eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van circa 200m²;

-          bouwvolume: rechts achteraan is het perceel dichtbebouwd;

-          gevelafwerking:

  • zandkleurige bepleistering met een grijze plint;
  • bruin schrijnwerk;
  • achtergevel in roodbruin metselwerk;
  • wit buitenschrijnwerk.

 

Gewenste toestand

 

-          functie: eengezinswoning met een netto vloeroppervlakte van circa 199m²

-          bouwvolume: perceel niet volledig bebouwd;

-          gevelafwerking:

  • wit gekaleid;
  • groen buitenschrijnwerk;
  • achterbouw in roodbruin metselwerk;
  • glazen partij in wit buitenschrijnwerk.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          afbraak niet vergunde aanbouwsels achteraan;

-          afbraak van een deel van bestaande woning;

-          heropbouw;

-          wijzigen scheimuren;

-          materiaalwijziging gevels;

-          volumevermindering.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

 

17 juni 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel  1:   zone voor wonen - (wo1) en artikel  5:   zone voor centrumfuncties - publieksgerichte gebouwen (ce5).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:

 

  • Er wordt een hemelwaterput voorzien en alle daken worden als groendak aangelegd. De hemelwaterput zal gebruikt worden voor het hergebruik van het water voor het spoelen van de toiletten, watergebruik voor het wasmachine en de besproeiing van de tuin.

 

Deze afwijking is aanvaardbaar.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van de bouwcode.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De aanvraag betreft het verbouwen en renoveren van een verouderde eengezinswoning in de binnenstad. De aanvraag blijft daarmee functioneel inpasbaar.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

Het hoofdvolume blijft grotendeels behouden. Wel worden er enkele ‘koterijen’ in de tuinzone afgebroken en de tuin wordt gedeeltelijk onthard. De schaal van het pand blijft gerespecteerd.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

 

De werken zijn gesitueerd in een zone die volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie wordt onderworpen aan de wenselijkheid van behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

 

Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg werd opgevraagd en is voorwaardelijk gunstig:

 

“Vanuit erfgoed wordt voor dit pand ingezet op behoud van de kelder, herstel van de voorgevelverhoudingen, maximaal behoud van de oorspronkelijke draagstructuur en de leesbaarheid van de kamers.

Bij de voorgestelde ingrepen wordt rekening gehouden met de bestaande kamerstructuur. Deze blijft afleesbaar.

Het wijzigen van de draagstructuur tussen niveau 1 en 2 in de voorste kamer heeft een grote impact op de erfgoedwaarde, we gaan uit van behoud. Dit werd ook teruggekoppeld met de architect en is in hun plan aanvaardbaar aangezien de bovenste kamer geen permanente verblijfsfunctie heeft. Alle wijzigingen aan de oorspronkelijke draagstructuur van moer- en kinderbalken moeten worden voorgelegd aan de stedelijke dienst monumentenzorg.

Het wordt ten zeerste geapprecieerd dat de voorgevel opgewaardeerd wordt. De gewenste wijzigingen komen zowel het pand als de omgeving ten goede. Het kaleien van de gevel tot een bepaalde hoogte is vanuit erfgoedoogpunt een vreemde ingreep. Als voorwaarde zal opgelegd worden dat na het verwijderen van de pleisterlaag, de verdere afwerking van de gevel in samenspraak met de stedelijke dienst monumentenzorg dient te gebeuren.”

 

Dit advies wordt bijgetreden. Op verzoek van de dienst monumentenzorg worden volgende voorwaarden opgelegd:

 

-          Maximaal behoud van de oorspronkelijke draagstructuur van moer- en kinderbalken. Alle wijzigingen aan de structuur moeten in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren.

-          Na het afkappen van de bepleistering aan de voorgevel moet de verdere afwerking van de gevel in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De aanvraag beoogt het opwaarderen van een eengezinswoning. De renovatiewerken resulteren in een kwaliteitsvolle energiezuinige woning met een bescheiden maar aangename tuin.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Woninggrootte

 

De stad telt heel wat eengezinswoningen, herenhuizen en tal van grondgebonden woningen. Echter worden deze woningen steeds vaker opgedeeld in kleinere woonentiteiten. Ook zijn er steeds minder vergunningen voor de bouw van eengezinswoningen. Om gezinnen in de stad te kunnen blijven aantrekken en behouden wordt gestreefd naar het behoud van bestaande eengezinswoningen.

 

Het pand wordt omgevormd tot een moderne woning naar hedendaagse normen wat betreft comfort en energieverbruik. De aanvraag draagt bij aan het weer aantrekkelijk maken van de stad voor jonge gezinnen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

2.      maximaal behoud van de oorspronkelijke draagstructuur van moer- en kinderbalken. Alle wijzigingen aan de structuur moeten in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren

3.      na het afkappen van de bepleistering aan de voorgevel moet de verdere afwerking van de gevel in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

22 april 2020

Volledig en ontvankelijk

6 mei 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 augustus 2020

Verslag GOA

23 juni 2020

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

2.      maximaal behoud van de oorspronkelijke draagstructuur van moer- en kinderbalken. Alle wijzigingen aan de structuur moeten in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren

3.      na het afkappen van de bepleistering aan de voorgevel moet de verdere afwerking van de gevel in overleg met de stedelijke dienst monumentenzorg gebeuren.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.