Terug
Gepubliceerd op 30/04/2020

2020_CBS_03453 - Omgevingsvergunning - OMV_2019143203. Volkstraat 40 . District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/04/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_03453 - Omgevingsvergunning - OMV_2019143203. Volkstraat 40 . District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_03453 - Omgevingsvergunning - OMV_2019143203. Volkstraat 40 . District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019143203

Gegevens van de aanvrager:

VZW HIBERNIASCHOOL , MIDDELBARE STEINERSCHOOL ANTWERPEN met als adres Volkstraat 40 te 2000 Antwerpen en VZW STEINERSCHOOL ANTWERPEN BASISSCHOLEN met als contactadres Volkstraat 40 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Volkstraat 40 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 11sectie L nrs. 3630D2 en 3634G2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

plaatsen van een trap en tribune op de dakspeelplaats

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          01/01/1987: vergunning (86#87740) voor een school, bijbouwen lokalen.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          schoolgebouw;

-          dakspeelplaatsen, voorzien van verharding en groen (daktuin):

  • aan de zijde Scheldestraat op 4de verdieping;
  • aan de zijde Volkstraat op 5de verdieping met groenvakken/plantbakken;
  • beide dakdelen toegankelijk via centrale trap en verbonden via overdekte hal.

Huidige toestand

-          conform laatst vergunde toestand. 

Gewenste toestand

-          heringericht dak als speelplaats en/of leslokaal in open lucht;

-          glazen overkapping met transparante zonnepanelen op het dak aan de Scheldestraat;

-          zittribune op het dak van de 5de verdieping van het gebouw aan de Volkstraat;

-          buitenverbinding vanaf het dak van de 4de verdieping van het gebouw aan de Scheldestraat naar het dak op de 5de verdieping van de Volkstraat;

-          balustrades ifv. valbeveiliging op de bestaande scheimuren (balustrade met verticale, stalen spijlen met hoogte van 1,2m).

Inhoud van de aanvraag

-          herinrichten van het dak als speelplaats en leslokaal in open lucht;

-          bouwen van een zittribune op dak, zijde Volkstraat;

-          verbinden van beide daken door middel van een buitentrap;

-          plaatsen van balustrades op de scheimuren. 

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

21 januari 2020

19 februari 2020

Voorwaardelijk gunstig

Onroerend Erfgoed

21 januari 2020

25 februari 2020

Gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde, overdruk - detailhandel (dh), artikel  1:   zone voor wonen - (wo1) en artikel  8:   zone voor publiek domein - (pu).

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:

-          artikel 2.1.2. Harmonie en referentiebeeld:

het bouwvolume, bedaking en extra dakinvulling met tribune zijn niet kenmerkend voor de omgeving.    

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 14 Breedte van een looppad (niet tussen binnenmuren):

bij een versmalling dient aan beide uiteinden een draaicirkel voorzien te worden.  De doorgang van de versmalling dient minstens 1,2m te zijn. 
De passerelle tussen de twee dakdelen is slechts 1m; 

  • artikel 18 Niveauverschillen:

vanaf dat er een wijziging van de verticale circulatie uitgevoerd wordt, met name het plaatsen van een buitentrap van speelplaats op +4,5 naar +5, is het verplicht om dit niveauverschil ook op te vangen met een helling of lift.  

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’. 
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:

het bouwvolume, bedaking en extra dakinvulling met tribune zijn niet kenmerkend 

voor de omgeving.    

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft het herinrichten van een dakspeelplaats van een schoolgebouw. De functie blijft ongewijzigd en functioneel inpasbaar in de omgeving. In het licht van de beleidsvisie om daken met een omvangrijke oppervlakte in te richten als klimaatrobuuste daken werd een ontwerp opgemaakt. De doelstelling om de bestaande speelplaats om te vormen tot een klimaatrobuuste dakspeelplaats, met ruimte voor hemelwaterbeheer, hittebestrijding, biodiversiteit, recreatie en daktuinbouw draagt bij tot een duurzamere en klimaatrobuuste stad.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Aan de achterzijde op het dak van het hoofdgebouw aan de Volksstraat wordt een tribune voorzien. In de paragraaf ‘afwijking van de voorschriften’ werd reeds beargumenteerd dat dit bijkomende bouwvolume stedenbouwkundig inpasbaar is in de omgeving.

De aanvraag wijkt af van artikel 2.1.2 van RUP-Binnenstad. Het bouwvolume, de bedaking en een extra dakinvulling met tribune zijn niet kenmerkend voor de omgeving. Het gebouw heeft reeds een atypische bouwhoogte en diepte waardoor het voorzien van een bijkomende constructie strijdig is met de harmonieregel. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is het wel aanvaardbaar om in context van de heringerichte dakspeelplaats een tribune toe te laten. De hoogte van de tribune is niet hoger dan de nokhoogte van het dak aan de Volkstraat en is gelegen op voldoende afstand van de perceelgrenzen om schaduwvorming om de belendende buren te vermijden. De constructie heeft bijgevolg een minimale impact op de omgeving. Het dak is reeds vergund als speelruimte van de school en een bijkomende tribune op het dak is een aanhorigheid van deze speelplaats en inherent verbonden aan de vergunde functie van het pand. Uitzonderlijk kan een afwijking op de harmonieregel worden toegestaan. In de paragraaf hinderaspecten wordt inkijk en geluidshinder naar de omliggende panden nader besproken.

Met uitzondering van de buitenverbinding en buitentrap (zie eveneens paragraaf hinderaspecten) is de aanvraag in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

De aangevraagde werken wijzigen niets aan de uitstraling van de monumentale voorgevel van het schoolgebouw. Het gunstige advies van Agentschap Onroerend Erfgoed bevestigt dat de werken de erfgoedwaarde van het gebouw niet aantast.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aangevraagde tribune is niet hinderlijk voor de omgeving. Deze is op voldoende afstand voorzien van de perceelgrenzen zodat inkijk tot een minimum wordt herleid. De tribune is hoofdzakelijk bedoeld om onderwijs in open lucht mogelijk te maken. Het voorzien van een terras zal niet automatisch leiden tot een toename van geluidsoverlast omdat er reeds een dakspeelplaats is vergund. In alle redelijkheid kan gesteld worden dat vanuit stedenbouwkundig oogpunt de tribune niet voor onaanvaardbare hinder zal zorgen.

 

De aanvraag voorziet eveneens een buitenverbinding tussen de ‘hoge’ en ‘lage’ speelplaats. Een passerelle tussen het dak aan de Volkstraat en het dak aan de Scheldestraat met een buitentrap op de ‘lage’ speelplaats moet een vlotte verbinding mogelijk maken. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt vastgesteld dat deze ingreep hinderlijk en stedenbouwkundig niet aanvaardbaar is. Deze ingreep is niet noodzakelijk om een verbinding te maken tussen de 2 speelplaatsen. Een optimalisatie van een interne verbinding tussen boven- en benedenspeelplaats is eerder aan de orde. De noodzaak om een smalle passerelle te voorzien, die door frequente passage inkijk naar panden veroorzaakt, is stedenbouwkundig onverdedigbaar. Bovendien is de aanwezige trap hinderlijk voor de bestaande interne verbinding tussen de speelplaatsen. Tot slot is deze passerelle niet in overeenstemming met de integrale verordening toegankelijkheid op artikel 14 en 18. Artikel 14 stelt dat bij een versmalling van een looppad aan beide uiteinden minstens een draaicirkel voorzien dient te worden en de versmalling minstens 1,2 meter breed moet zijn. De passerelle is slechts 1 meter breed. Artikel 18 moet garanderen dat niveauverschillen ook overbrugd kunnen worden door rolstoelgebruikers. Doordat een buitentrap wordt geplaatst, moet dit niveauverschil tussen de ‘hoge’ en ‘lage’ speelplaats overbrugd kunnen worden met een helling of lift. Hieraan is niet voldaan. Gelet op bovenstaande argumentatie worden de ingrepen m.b.t. de buitenverbinding tussen de speelplaats +4.5 en +5 uitgesloten van deze vergunning.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Aan de achterzijde op het dak van het hoofdgebouw aan de Volksstraat wordt een tribune voorzien. In de paragraaf ‘afwijking van de voorschriften’ werd reeds beargumenteerd dat dit bijkomende bouwvolume stedenbouwkundig inpasbaar is in de omgeving. Met uitzondering van de buitenverbinding en buitentrap is de aanvraag in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

 

Uitsluitingen

2.      de buitenverbinding tussen de speelplaats +4.5 en +5  en de buitentrap op speelplaats + 4.5 zoals aangeduid op plannen “BA_dakrenovatie_P_N_1_dak 5 verdieping_ ROOD.pdf”, “BA_dakrenovatie_S_N_1_snede A_ROOD.pdf” en “BA_dakrenovatie_S_N_2_snede B_ROOD.pdf”.


Standpunt college

Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. De gemeentelijke omgevingsambtenaar oordeelt evenwel dat de buitenverbinding tussen de ’lage’ en de ’hoge’ speelplaats stedenbouwkundig niet aanvaardbaar is, aangezien deze passerelle inkijk naar naastliggende panden zou genereren. Bovendien wordt de buitenverbinding niet noodzakelijk geacht en wordt er op gewezen dat deze niet in overeenstemming is met de verordening toegankelijkheid.

Het college is echter van oordeel dat de buitenverbinding wel degelijk een toegevoegde waardebetekent voor het gebruiksgemak van de speelplaats, en dus de werking van de school. Bovendien is de verbinding inzake rechtstreekse zichten op voldoende afstand van de perceelsgrenzen is voorzien (minimaal 2 meter, conform het Burgerlijk Wetboek).

Het college merkt wel op dat ter hoogte van de ballustrade aan de machinekamer niet voldaan is aan het Burgerlijk Wetboek voor wat betreft schuine zichten. Tussen schuine zichten en het naastliggende goed dient minstens 0,60 meter afstand te zijn. Evenwel kan dit opgelost worden door deze zone over een breedte van minimaal 0,60 meter naast de machinekamer meter ontoegankelijk te maken (bijv. door het plaatsen van een voldoende grote bloembak), of door een ondoorzichtig scherm te voorzien van minimaal 0,60 meter breedte. Op die manier kan men voldoen aan het Burgerlijk Wetboek, waardoor geoordeeld kan worden dat de buitenverbinding geen storende inkijk naar omliggende panden veroorzaakt.

Verder merkt de gemeentelijke omgevingsambtenaar op dat de passerelle niet in overeenstemming is met artikel 14 van de verordening toegankelijkheid. De versmalling is slechts 1 meter breed, waar deze conform de verordening minstens 1,20 meter breedte moet hebben. In voorwaarde wordt daarom opgelegd deze beperkte versmalling 20 centimeter te verbreden, zodat op dit punt voldaan is aan de verordening toegankelijkheid.

Daarnaast is eveneens niet voldaan aan artikel 18 van de verordening toegankelijkheid, waarbij niveauverschillen ook overbrugd moeten kunnen worden door rolstoelgebruikers. Dit kan door een helling of, in dit geval, een lift te plaatsen.

Het dossier bevat geen advies van Inter, de door de Vlaamse Regering erkende instantie over de toegankelijkheid van de handelingen. Het is aan de aanvrager om
dit advies in te winnen. Een afwijking op de verordening is bijgevolg niet mogelijk. In voorwaarde wordt opgelegd dat de buitenverbinding dient te voldoen aan artikel 18 van deze verordening.

Onder deze voorwaarden acht het college de buitenverbinding en —trap voor vergunning vatbaar.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

24 december 2019

Volledig en ontvankelijk

21 januari 2020

Start openbaar onderzoek

28 januari 2020

Einde openbaar onderzoek

26 februari 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 juli 2020

Verslag GOA

10 april 2020

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

28 januari 2020

26 februari 2020

0

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

Er werd 1 bezwaarschrift ingediend, voornamelijk handelend over:

 

1.      Historische waarde: De tribune tast de erfgoedwaarde van het pand aan.

Beoordeling: De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan het Agentschap Onroerend Erfgoed. Uit dit advies is gebleken dat het dak achteraan geen waardevolle delen bevat en de aangevraagde werken geen negatieve invloed hebben op de erfgoedwaarde van het gebouw. Het bezwaar is ongegrond.

 

2.      Harmonieregel en bouwhoogte: Het gebouw is reeds hoger en dieper dan omliggende percelen. Het toevoegen van een tribune is daarom niet in harmonie met het referentiebeeld conform artikel 2.1.4 van RUP-Binnenstad.

Beoordeling: Het klopt dat het gebouw omvangrijker is in hoogte en diepte dan omliggende gebouwen. Echter kan een afwijking op de harmonieregel voor deze constructie uitzonderlijk worden toegestaan omdat dit een aanhorigheid is van een schoolgebouw. In de ruimtelijke beoordeling wordt nader gespecifieerd waarom een tribune op deze plek aanvaardbaar is. Het bezwaar is ongegrond.

 

3.      RUP-Binnenstad: De bezwaarindiener verwijst naar verschillende artikelen uit RUP Binnenstad. De tribune is strijdig met artikel 2.1.11.1 omdat het terras niet volgens de principes van terrassen in schuine daken werd ingericht. De tribune is strijdig met artikel 2.1.4.2 omdat de kroonlijsthoogte van de achtergevel hoger is dan die van de voorgevel.

Beoordeling: De artikels uit het RUP zijn niet van toepassing op de tribune omdat dit niet beoordeeld wordt als een private buitenruimte (terras) en het dak reeds vergund is als dakspeelplaats. Ook blijft de kroonlijst aan de achterzijde van het dak ongewijzigd. Het bezwaar is ongegrond.

 

4.      Inkijk en overlas: De tribune laat het toe dat een grote groep mensen inkijken op eigendommen in de omgeving. Ook kan deze voor geluidsoverlast zorgen tijdens evenementen.

Beoordeling: De tribune is op voldoende afstand gelegen zodat inkijk naar eigendommen tot een aanvaardbaar minimum wordt herleid. Inkijk en geluidshinder zal door de aangevraagde werken niet toenemen. De impact zal eerder verminderen doordat er groenbuffers langs de perceelgrenzen worden voorzien. Een goed gebruik van de dakspeelplaats en tribune hoeft een goed nabuurschap niet in de weg te staan. Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt.


Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij:

      -   het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2 .  aan de balustrade, ter hoogte van de machinekamer, moet voldaan zijn aan artikel 679 van het Burgerlijk Wetboek inzake zijdelingse of schuine uitzichten. Er dient een afstand van minstens 0,60 meter gerespecteerd te worden;

3.   de versmalling van de buitenverbinding dient te voldoen aan artikel 14 van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. De versmalling dient bijgevolg met minstens 20 centimeter verbreed te worden;

4.  de buitentrap dient te voldoen aan artikel 18 van de verordening toegankelijkheid.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.