2020_GR_00450 - Stedelijk patrimonium. Hooge Maey. Moerstraat 99, 2030 Antwerpen - Recht van opstal. Toelating - Goedkeuring

Aanrekening percentage vergoeding uit het recht van opstal aan Indaver (BE0427973304), Dijle 17A, 2800 Mechelen: 25 % van 10.000,00 euro per MW per windturbinelocatie per jaar (jaarlijks indexeerbaar) gedurende een periode van 20 jaar vanaf het vervullen van de opschortende voorwaarden van het recht van opstal per locatie.

De vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd op de verjaardag van de inwerkingtreding van het recht van opstal. Basisindex is de index van de consumptieprijzen van de maand voorafgaand aan de inwerkingtreding van de opstalovereenkomst. Het nieuwe indexcijfer is het indexcijfer van de maand vóór de maand van de aanpassing van de vergoeding.

Voor twee windturbines wordt verwacht het vergunningstraject niet voor het einde van 2020 afgerond is aangezien er reeds bezwaren zijn geweest tijdens het openbaar onderzoek. Bij een positief advies zullen de turbines in het beste geval, eind 2021 operationeel kunnen zijn.

Voor de overige drie turbines is het op dit ogenblik nog niet mogelijk een timing voorop te stellen wegens een recent negatief advies van het Agentschap Natuur en Bos.

Indaver zal AG VESPA op regelmatige basis informeren over de vooruitgang in het project.

Het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt in artikel 41, tweede lid, 11° dat de gemeenteraad bevoegd is voor het stellen van daden van beschikking over onroerende goederen, behalve die, vermeld in artikel 56, § 3, 8°, b.

Beheer stedelijk patrimonium

Op 25 november 2019 (jaarnummer 652) keurde de gemeenteraad de nieuwe beheersovereenkomst van AG VESPA goed. Artikel 6 §3.2 bepaalt dat AG VESPA instaat voor de uitvoering en afhandeling van alle in- en uitgaande overdrachten van zakelijke rechten met betrekking tot het stedelijk patrimonium.

Erfpacht Hooge Maey

De stad Antwerpen was meerderheidsaandeelhouder in de Intercommunale Vereniging Hooge Maey die werd opgericht met als doel vanaf 1 januari 1999 op een ecologisch en economisch verantwoorde wijze afvalstoffen te verwerken op de stortplaats Hooge Maey (verder 'de Hooge Maey') die zij met het oog daarop diende te saneren, in te richten en te exploiteren overeenkomstig de regels en voorschriften die haar door de vergunningen werden opgelegd. Andere partijen waren andere gemeenten, de provincie en private partner Indaver nv ('verder 'Indaver').

Om de draagwijdte te verduidelijken van het gebruiksrecht dat de stad Antwerpen op haar terreinen had verleend voor de activiteiten van de Hooge Maey besliste de gemeenteraad op 26  juni 2017 (jaarnummer 414) een recht van erfpacht te verlenen op deze terreinen met een totale geografische oppervlakte van 955.586,71 m², voor een periode van 35 jaar en met mogelijkheid tot verlenging.

De akte van erfpacht werd verleden op 20 oktober 2017.

Omdat het storten van huishoudelijke afvalstoffen in het Vlaamse gewest niet langer tot de mogelijkheden behoort en de activiteiten van de Intercommunale Vereniging Hooge Maey niet langer behoren tot de kerntaken van het gemeentelijke belang, werd deze intercommunale vereniging ontbonden.

Als gevolg van de ontbinding werd Indaver op 20 december 2017 erfpachthouder. 

Met brief van 20 mei 2019 vraagt Indaver op grond van artikel 10.1 van de erfpacht toelating aan de stad Antwerpen om een recht van opstal te verlenen aan nv Vleemo of aan een met nv Vleemo verbonden onderneming voor de installatie en exploitatie van vijf windturbines op het in erfpacht gegeven terrein. Het gaat over volgende locaties:

• windturbinelocatie 1 (HM-03): gelegen Moerstraat 99, 2030 Antwerpen met kadastrale gegevens 11816B0138/00K000; 5 megawatt (MW);
• windturbinelocatie 2 (HM-04): gelegen Moerstraat 99, 2030 Antwerpen, met kadastrale gegevens 11818D0191/00E000: 2,35 MW;
• windturbinelocatie 3 (HM-06): gelegen Moerstraat 99, 2030 Antwerpen, met kadastrale gegevens 11816B0138/00K000; 3,5 MW;
• windturbinelocatie 4 (HM-07): gelegen Moerstraat 99, 2030 Antwerpen, met kadastrale gegevens 11816B0138/00K000; 3,5 MW;
• windturbinelocatie 5 (HM-08): gelegen Moerstraat 99, 2030 Antwerpen, met kadastrale gegevens 11816B0138/00K000; 3,5 MW.

Indaver vraagt de stad Antwerpen eveneens om de opstalrechten aan de nv Vleemo (of een met haar verbonden vennootschap) met betrekking tot de windturbinelocaties met inbegrip van de eventuele verlengingen daarvan, te allen tijde te zullen respecteren, in die zin dat, voorzover de erfpachtovereenkomst tussen de stad Antwerpen en Indaver voortijdig zou worden beëindigd, om welke reden ook, de stad Antwerpen in dat geval de opstalrechten verleend op bovengenoemde windturbinelocaties voor de resterende termijn zal respecteren.

De overeenkomst van recht van opstal voorziet in de betaling door de nv Vleemo aan Indaver van een vergoeding van 10.000,00 euro per MW geïnstalleerd vermogen per jaar vanaf de ingang van het recht van opstal. Het recht van opstal gaat in na de vervulling van een aantal opschortende voorwaarden, waaronder de toelating van de stad Antwerpen en zal lopen voor een periode van 20 jaar met mogelijkheid tot verlenging met een periode van vijf jaar.

De erfpacht met Indaver laat de stad Antwerpen toe voorwaarden aan de toelating voor het recht van opstal te verbinden.

Door de verschillende vermogens die via de windturbines kunnen worden gerealiseerd zullen deze zorgen voor aanzienlijke inkomsten uit het recht van opstal.

De dienst AG VESPA/Vastgoed en Indaver bereikten een akkoord over een 75/25-verdeling van deze inkomsten: Indaver behoudt 75% van de inkomsten en stort 25 % ervan door aan de stad Antwerpen rekening houdend met volgende elementen.

• De locaties waar de windmolens worden geïnstalleerd worden daardoor enigszins gehypothekeerd:
• als Indaver er toch activiteiten op wil plannen, moet zij het recht van opstal vervroegd beëindigen en een vergoeding betalen aan de nv Vleemo;
• hetzelfde geldt wanneer de stad Antwerpen Indaver een verplichting in die zin zou opleggen.

• Mogelijk moet Indaver een geplande installatie elders op het terrein zetten met meerkost tot gevolg.
• Uitbatingsrisico’s: bij voorbeeld schade als gevolg van de aanwezigheid van de windmolens, schade door toedoen van de uitbating van Indaver, verplichting tot verwijdering van slib in de zone non aedificandi rond de molen,.…

Voor één en ander rekent Indaver op de inkomsten uit het recht van opstal.

Doorstorting van dit gedeelte van de inkomsten is bijgevolg een voorwaarde voor het verlenen van de toelating. Indaver zal de stad Antwerpen op de hoogte houden van de vooruitgang in het vergunningstraject van de turbines, van de aanvang van het recht van opstal voor de verschillende turbines en van de eventuele verlenging daarvan. Indaver bezorgt de stad Antwerpen een afschrift van doorstorting van de vergoeding voor het recht van opstal.

Voor zover bij een verlenging van het recht van opstal de voorwaarden zouden wijzigen, is een nieuwe toelating vereist, waaraan de stad Antwerpen aangepaste voorwaarden kan verbinden.

De totale duur van het recht van opstal voor de verschillende turbines mag de duur van het recht van erfpacht niet overschrijden, behoudens in geval van voortijdige beëindiging daarvan.