2020_DCBZL_00119 - Lokaal jeugdbeleid - Betoelagingsovereenkomsten jeugdverenigingen 2020 - uitbetaling deel 1 - Goedkeuring

De uitbetaling gebeurt steeds na controle van de stavingstukken.

Met de collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4463) werden de bevoegdheden van de districtscolleges gecoördineerd. Artikel 4 bepaalt dat het districtscollege bevoegd is voor lokaal jeugdbeleid. 

Het districtscollege heeft in de zitting van 15 juni 2020 (jaarnummer 113)  een betoelagingsovereenkomst afgesloten voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 met, onder andere, volgende jeugdverenigingen:

De districtsraad keurde in de zitting van 2 juni 2020 (jaarnummer 30) de eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed. Hierin werden de toelagen voor bovenstaande verenigingen nominatief opgenomen.

Gezien het belang van de uitstraling van deze verenigingen voor het district, vond het districtscollege het opportuun om een duurzame samenwerking aan te gaan met deze jeugdverenigingen. De overeenkomsten werden afgesloten voor de duur van 2020.

Comform artikel 5.2 van de betoelagingsovereenkomsten kan het districtscollege beslissen om maximaal 50% van de voorziene toelage uit te betalen voor 30 juni 2020, op voorwaarde dat dit bedrag gestaafd wordt met bewezen uitgaven aan de hand van de voorgelegde verantwoordingstukken.

Beide verenigingen bezorgden de nodige stavingstukken aan de financiële dienst van het district en zij wensen bijgevolg reeds een eerste deel van de toelage uitbetaald te krijgen.

• de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op toekenning en op aanwending van sommige toelagen;
• het algemeen reglement op de toelagen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 18 december 2006 (jaarnummer 2730).